gepubliceerd op 19 oktober 2006
Koninklijk besluit houdende de voorwaarden waaraan spelen die aangeboden worden in het kader van televisieprogramma's via nummerreeksen van het Belgische nummerplan, waarvoor het toegelaten is om van de oproeper, naast de prijs van de communicatie, ook de betaling van de inhoud te vragen, doch beperkt tot deze reeksen waarop het eindgebruikertarief geen functie is van de tijdsduur van de oproep en die een totaalprogramma inhouden dienen te voldoen
10 OKTOBER 2006. - Koninklijk besluit houdende de voorwaarden waaraan spelen die aangeboden worden in het kader van televisieprogramma's via nummerreeksen van het Belgische nummerplan, waarvoor het toegelaten is om van de oproeper, naast de prijs van de communicatie, ook de betaling van de inhoud te vragen, doch beperkt tot deze reeksen waarop het eindgebruikertarief geen functie is van de tijdsduur van de oproep en die een totaalprogramma inhouden dienen te voldoen
ALBERT II, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.
Gelet op de wet van 7 mei 1999 op de kansspelen, de kansspelinrichtingen en de bescherming van de spelers, inzonderheid op de artikelen 3.4, 20 en 21;
Gelet op het advies van de Inspecteur van Financiën, gegeven op 31 mei 2006;
Gelet op het akkoord van de Minister van Begroting, gegeven op 9 juni 2006;
Gelet op de adviezen 40.095/2 en 40.834/2/V van de Raad van State gegeven op 19 april 2006 en 26 juli 2006;
Gelet op de dringende noodzakelijkheid;
Overwegende dat de hoogdringendheid ingegeven is door de actuele afwezigheid van enige regelgeving die inhoudelijke beperkingen oplegt voor dit soort van programma's aan degenen die verantwoordelijk zijn voor de productie en/of uitzending ervan of die een controle over of een bijsturing ervan mogelijk maakt;
Overwegende dat derhalve momenteel de deelnemers aan dit soort van spelen geen enkele bescherming genieten terwijl anderzijds het aantal televisieprogramma's die dergelijke kansspelen bevatten, fors toeneemt;
Op de voordracht van Onze Minister van Justitie, van Onze Minister van Binnenlandse Zaken, van Onze Minister van Financiën, van Onze Minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid, van Onze Minister van Economie, Energie, Buitenlandse Handel en Wetenschapsbeleid, van Onze Staatssecretaris voor Overheidsbedrijven, en op voordracht van Onze in Raad vergaderde Ministers, Hebben Wij besloten en besluiten Wij : HOOFDSTUK I. - Definities
Artikel 1.Voor de toepassing van dit besluit wordt verstaan onder : 1. « spel » : de spelen zoals bedoeld in artikel 3.4 van de wet van 7 mei 1999 op de kansspelen, de kansspelinrichtingen en de bescherming van de spelers. 2. « Spelduur » : de periode begrepen tussen de inzet en het definitief afsluiten van het spel met winst of verlies.3. « Volumebeller » : iedere persoon, waarvan wordt vastgesteld dat hij meer dan 50 euro per dag spendeert aan spelen op de prefix « spelinhoud ».4. « Operator » : iedere persoon die, in eigen naam en voor eigen rekening, diensten of netwerken voor elektronische of telefonische communicatie levert of herverkoopt.5. « Organisator » : iedere persoon die een spel organiseert zoals bepaald in dit artikel en/of de inhoud ervan vastlegt.6. « Spelaanbieder » : de televisiezender op wiens uitzendkanaal het spel wordt vertoond aan de kijker.7. « Facilitator » : iedere persoon die zijn infrastructuur ter beschikking stelt en/of medewerking verleent voor het beheer en de afhandeling van de communicatie uitgaande van de kijker.
Art. 2.De spelen waarop dit besluit van toepassing is, moeten worden aangeboden onder de prefixen « spelinhoud ». HOOFDSTUK II. - Specifieke eisen inzake de bescherming van de speller Afdeling 1. - De informatieverschaffing
door de organisator en de spelaanbieder
Art. 3.De organisator en de spelaanbieder houden zich aan de hierna vastgestelde regels telkens een spel wordt aangeboden : 1. Het spelreglement dient steeds beschikbaar te zijn op hun teletekstpagina's en hun website, en tevens gratis in gedrukte vorm te verkrijgen zijn, telkens daar om wordt gevraagd.Dat reglement moet de mogelijkheid vermelden om een klacht neer te leggen bij de Kansspelcommissie alsook de coördinaten van die commissie. 2. Er mogen geen andere kosten worden aangerekend dan de betaling van het telefoongesprek of het sms-bericht, de betaling van de inhoud en deze van een eventueel bevestigingsbericht.
Art. 4.Tijdens de uitzending van het spel op het scherm dienen de organisator en de spelaanbieder de volgende gegevens duidelijk leesbaar en ondubbelzinnig doorlopend in beeld te brengen : 1. Het hoogst mogelijke tarief per deelname;2. Dat de deelname aan het spel enkel gebeurt via de telefoon, en éénmalig « heen-en-terug » bij het versturen van een sms;3. De verwijzing naar het spelreglement op hun teletekstpagina s en hun website, met vermelding van het gratis telefoonnummer dat ingesteld wordt door de organisator en de spelaanbieder samen, waar het reglement gratis kan verkregen worden en waar een klacht kan worden ingediend;4. Alle te winnen prijzen en de wijze waarop die gewonnen kunnen worden;5. Het verbod tot deelname door minderjarigen;6. Het totaal aantal spelers dat op ieder ogenbik aan elke spelduur deelneemt.
Art. 5.1. De presentator moet, tijdens het spel, minimaal de volgende gegevens meedelen aan de kijker : - de spelregels; - het hoogst mogelijke tarief per type oproep; - het verbod tot deelname door minderjarigen; - alle te winnen prijzen; - de tijdspanne waarbinnen kan worden gespeeld; - de waarschuwing dat aan overdadig spelen gevaren zijn verbonden, zoals verslaving en spelen boven de financiële mogelijkheden; - het gratis telefoonnummer dat door de organisator en de spelaanbieder samen wordt ingesteld. 2. De presentator moet er zich van onthouden om tot overmatige deelname aan het spel aan te sporen. Afdeling 2. - De klachtenbehandeling
door de organisator en de spelaanbieder
Art. 6.1. De organisator en de spelaanbieder dienen alle binnenkomende klachten op een correcte wijze in een aparte inventaris bij te houden. 2. De organisator en de spelaanbieder dienen de door hen ontvangen klachten binnen de twintig werkdagen over te maken aan de Kansspelcommissie. 3. De Kansspelcommissie kan, wanneer zij, ambtshalve of na een klacht, vaststelt dat de voorwaarden en verplichtingen opgenomen in artikel 3.4 van de wet van 7 mei 1999 op de kansspelen, de kansspelinrichtingen en de bescherming van de spelers of in onderhavig besluit, niet worden nageleefd, de organisator en de spelaanbieder dwingen het spel conform aan te passen. Afdeling 3. - De regels en betalingen, na te leven door de
organisatoren, de spelaanbieders en de facilitatoren
Art. 7.De organisatie, de wijze van selecteren en de methodiek van het spel moeten vooraf worden goedgekeurd door de Kansspelcommissie dewelke het advies inwint van de dienst « Metrologie » van de Federale Overheidsdienst Economische zaken. Daarbij dient te worden vastgesteld dat de winstkans reëel is en dat de prijs bestaat.
De spelaanbieder dient daartoe, aangetekend, een dossier in bij de Kansspelcommissie.
De minister van Justitie kan de voorwaarden bepalen met het oog op de indiening van het dossier via elektronische weg.
De kansspelcommissie beschikt over een termijn van 30 dagen vanaf de ontvangst van de aanvraag om bijkomende stukken en/of verduidelijking te vragen aan de aanvrager(s).
Zij beschikt over een termijn van 60 dagen, te rekenen vanaf de ontvangst van het volledige dossier, om haar standpunt ter kennis te brengen van de aanvrager(s), bij gebreke waarvan zij geacht wordt een goedkeuring te hebben verleend.
Art. 8.Vooraleer een spel aan de kijker kan worden aangeboden, dienen de organisator, de spelaanbieder en de facilitator de hierna vastgestelde regels in acht te nemen : 1. Het interactief spel dient op een correcte en transparante wijze te worden georganiseerd en aangeboden door de deelnemers.2. De prijzen dienen kosteloos en binnen een termijn van maximum dertig dagen te worden overgemaakt aan de winnende speler. Afdeling 4. - De plichten van de operator, de organisator,
de spelaanbieder en de facilitator
Art. 9.1. De organisator, de operator en de facilitator kunnen, voor elk type van spel, onderling, een overeenkomst sluiten waarin, op ondubbelzinnige wijze, de modaliteiten van de monitoring van de inkomende communicatie op de prefix « spelinhoud » en de modaliteiten van de waarschuwing van de volumebellers worden vastgelegd.
Deze overeenkomst moet bepalen welke actor verantwoordelijk is voor het onmiddellijk informeren van de volumebellers wanneer deze die dag meer dan 50 euro hebben gespendeerd op de prefix « spelinhoud ».
Bij gebrek aan dergelijke overeenkomst zijn de organisator, de operator en de facilitator gezamenlijk verantwoordelijk voor deze monitoring en informatieverstrekking. 2. De operator is verplicht om de mogelijkheid te voorzien om elkeen die hierom persoonlijk verzoekt, of op verzoek van de wettelijke vertegenwoordiger voor minderjarigen, via de prefix 'spelinhoud' te blokkeren.Daartoe maakt de Kansspelcommissie aan de relevante operator een lijst over met de telefoonnummers van de probleemspelers. 3. De Kansspelcommissie kan elke operator, organisator en facilitator verplichten om de resultaten van de werkzaamheden met betrekking tot volumebellers over te maken;4. De kansspelcommissie kan elke operator, organisator, spelaanbieder en facilitator verplichten medewerking te verlenen met betrekking tot de eventuele problemen die zich stellen omtrent de spelen bedoeld in dit besluit. Afdeling 5. - Maatregelen ter bescherming van de speler
Art. 10.1. De kosten per deelname bedragen maximaal 2 euro, alles inbegrepen. 2. Er kan maximaal 5.000 euro in geld of een materieel voordeel van gelijke waarde gewonnen worden per spelduur. 3. In het geval dat de winst een stoffelijk voordeel is, moet de waarde van dit goed getoetst worden aan de marktprijzen.4. De gestelde vragen dienen van een normaal niveau te zijn voor de gemiddelde speler;5. Alle toevalsgeneratoren dienen « toevalsgewijs » te werken.
Art. 11.Dit besluit treedt in werking op 1 januari 2007.
Art. 12.Onze minister bevoegd voor Justitie, Onze minister bevoegd voor Binnenlandse Zaken, Onze minister bevoegd voor Financiën, Onze minister bevoegd voor Sociale Zaken en Volksgezondheid, Onze minister bevoegd voor Economie, Energie, Buitenlandse Handel en Wetenschapsbeleid, en Onze Staatssecretaris voor Overheidsbedrijven, zijn ieder wat hem betreft, belast met de uitvoering van dit besluit.
Gegeven te Brussel, 10 oktober 2006.
ALBERT Van Koningswege : De Minister van Justitie, Mevr. L. ONKELINX De Minister van Binnenlandse Zaken, P. DEWAEL De Minister van Financiën, D. REYNDERS De Minister van Sociale zaken en Volksgezondheid, R. DEMOTTE De Minister van Economie, Energie, Buitenlandse Handel en Wetenschapsbeleid, M. VERWILGHEN De Staatssecretaris van Overheidsbedrijven, B. TUYBENS