gepubliceerd op 19 juli 2002
Koninklijk besluit tot wijziging, wat de verhoging van bepaalde uitkeringen betreft, van het koninklijk besluit van 20 juli 1971 houdende instelling van een verzekering tegen arbeidsongeschiktheid ten voordele van de zelfstandigen
10 JULI 2002. - Koninklijk besluit tot wijziging, wat de verhoging van bepaalde uitkeringen betreft, van het koninklijk besluit van 20 juli 1971 houdende instelling van een verzekering tegen arbeidsongeschiktheid ten voordele van de zelfstandigen
Gelet op het koninklijk besluit nr. 38 van 27 juli 1967 houdende inrichting van het sociaal statuut der zelfstandigen, inzonderheid op artikel 18, § 3;
Gelet op de wet betreffende de verplichte verzekering voor geneeskundige verzorging en uitkeringen, gecoördineerd op 14 juli 1994, inzonderheid op artikel 86, § 3;
Gelet op het koninklijk besluit van 20 juli 1971 houdende instelling van een verzekering tegen arbeidsongeschiktheid ten voordele van de zelfstandigen, inzonderheid op artikel 9, eerste lid, gewijzigd bij de koninklijke besluiten van 3 februari 1975 en 13 juli 2001, en artikel 10, tweede lid, vervangen bij het koninklijk besluit van 12 augustus 2000, en gewijzigd bij het koninklijk besluit van 13 juli 2001;
Gelet op de wet van 25 april 1963 betreffende het beheer van de instellingen van openbaar nut voor sociale zekerheid en sociale voorzorg, inzonderheid op artikel 15, eerste lid;
Gelet op de hoogdringendheid;
Gelet op het advies van de Inspectie van Financiën, gegeven op 21 juni 2002;
Gelet op de akkoordbevinding van de Minister van Begroting, gegeven op 27 juni 2002;
Gelet op de wetten op de Raad van State, gecoördineerd op 12 januari 1973, inzonderheid op artikel 3, § 1, vervangen bij de wet van 4 juli 1989 en gewijzigd bij de wet van 4 augustus 1996;
Gelet op de dringende noodzakelijkheid gemotiveerd door het feit dat beslist werd bepaalde uitkeringen te verhogen vanaf 1 juli 2002; dat dit besluit dus tevens uitwerking moet hebben vanaf 1 juli 2002, zodat het aangewezen is dat de verzekeringsinstellingen en de sociaal verzekerden zo snel mogelijk op de hoogte worden gebracht van deze verhoging;
Op de voordracht van Onze Minister van Sociale Zaken, Onze Minister belast met de Middenstand en op het advies van Onze in Raad vergaderde Ministers, Hebben Wij besloten en besluiten Wij :
Artikel 1.Artikel 9, eerste lid, van het koninklijk besluit van 20 juli 1971 houdende instelling van een verzekering tegen arbeidsongeschiktheid ten voordele van de zelfstandigen, gewijzigd bij de koninklijke besluiten van 3 februari 1975 en 13 juli 2001, wordt vervangen door het volgende lid : « Tijdens het tijdvak van vergoedbare primaire ongeschiktheid bekomt de gerechtigde een primaire ongeschiktheidsuitkering waarvan het bedrag vastgesteld is op 28,2051 EUR of 21,1538 EUR per dag, al naargelang de betrokkene al dan niet personen ten laste heeft. »
Art. 2.Artikel 10, tweede lid, van hetzelfde besluit, vervangen bij het koninklijk besluit van 12 augustus 2000, en gewijzigd bij het koninklijk besluit van 13 juli 2001, wordt vervangen door het volgende lid : « De gerechtigde voor wie de tijdvakken van arbeidsongeschiktheid met arbeidsperiodes gelijkgesteld worden in het raam van de wetgeving inzake rust- en overlevingspensioenen voor zelfstandigen, ontvangt een invaliditeitsuitkering waarvan het bedrag vastgesteld is op 31,1360 EUR of 23,3520 EUR per dag, al naargelang de betrokkene al dan niet personen ten laste heeft. »
Art. 3.Dit besluit heeft uitwerking met ingang van 1 juli 2002.
Art. 4.Onze Minister van Sociale Zaken is belast met de uitvoering van dit besluit.
Gegeven te Brussel, 10 juli 2002.
ALBERT Van Koningswege : De Minister van Sociale Zaken, F. VANDENBROUCKE De Minister belast met de Middenstand, R. DAEMS