10 FEBRUARI 2022. - Koninklijk besluit betreffende de centrale nummerdatabank

VERSLAG AAN DE KONING Sire, Het ontwerp van koninklijk besluit dat u ter ondertekening wordt voorgelegd bepaalt de nadere regels inzake de centrale nummerdatabank die opgericht wordt bij artikel 106/2 van de wet van 13 juni 2005Relevante gevonden documenten type wet prom. 13/06/2005 pub. 20/07/2016 numac 2016000435 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Wet betreffende de elektronische communicatie type wet prom. 13/06/2005 pub. 20/06/2005 numac 2005011238 bron federale overheidsdienst economie, k.m.o., middenstand en energie Wet betreffende de elektronische communicatie type wet prom. 13/06/2005 pub. 28/09/2015 numac 2015000523 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Wet betreffende de elektronische communicatie Duitse vertaling van wijzigingsbepalingen sluiten betreffende de elektronische communicatie.

Dit besluit bepaalt enerzijds de abonneegegevens die opgenomen zullen worden in de centrale nummerdatabank en wie tot welke van deze abonneegegevens toegang krijgt; anderzijds wordt het beheer en de kostenverdeling van de centrale nummerdatabank vastgelegd.

Dit besluit werd voorgelegd voor advies aan de Gegevensbeschermingsautoriteit. Het betreffende advies 34/2021 van 19 maart 2021 werd integraal gevolgd, behalve voor wat betreft het wijzigen van abonneegegevens op niveau van de centrale nummerdatabank, zoals verder besproken wordt inzake artikel 5.

Dit besluit werd voorgelegd voor advies aan de Raad van State. Het advies nr. 70.647/4 van de Raad van state van 12 januari 2022 werd volledig gevolgd.

Met betrekking tot de inhoud zijn de volgende wijzigingen doorgevoerd: Artikel 6: verduidelijking in het artikel zelf dat abonnees via hun operator toegang krijgen tot hun gegevens die aanwezig zijn in de centrale nummerdatabank.

Artikel 8, paragraaf 2: vermeldt dat belangenconflicten tussen de verschillende actoren die betrokken zijn bij de centrale nummerdatabank moeten worden uitgesloten.

Artikel 10, 3° : vermelding dat het Instituut één maand de tijd heeft om de door de beheerder van de centrale nummerdatabase voorgestelde begroting goed te keuren.

Artikelsgewijze bespreking Artikel 1 behoeft geen commentaar.

Artikel 2 bepaalt de definities en behoeft verder geen commentaar.

Artikel 3 stelt dat de operatoren die verantwoordelijk zijn voor de invoer van de abonneegegevens in de centrale nummerdatabank er zorg voor moeten dragen dat deze gegevens worden geactualiseerd wanneer de abonnee een wijziging doorgeeft aan de operator. De operatoren zijn voor de actualisering immers afhankelijk van de informatie die hen door hun abonnees wordt aangereikt.

Vooralsnog is het aangewezen geen strikte deadline op te leggen : in geval van kleinere operatoren is het immers denkbaar dat een onmiddellijke actualisering van de betreffende gegevens in de centrale nummerdatabank hun mogelijkheden overstijgt.

Een goede praktijk voor de frequentie van de actualisering van de gegevens bestaat erin dat de bijgewerkte gegevens binnen de werkdag na hun wijziging overgebracht worden van de systemen van de operator naar de centrale nummerdatabank.

Met "wijziging" wordt bedoeld zowel de wijziging van gegevens met betrekking tot een bestaande lijn (bijvoorbeeld een adreswijziging van de abonnee), als het invoeren van gegevens inzake een nieuwe lijn of de schrapping van gegevens inzake een gedeactiveerde lijn.

Voor alle duidelijkheid wordt er op gewezen dat de operatoren die door artikel 3 worden geviseerd, operatoren zijn die de contractuele relatie met de abonnee hebben.

Artikel 4 bepaalt tot welke abonneegegevens de beheerscentrales van noodoproepen toegang krijgen.

Dit artikel moet tezamen met artikel 12 worden gelezen waarin wordt bepaald dat de toegang beveiligd moet zijn en moet toelaten om in real-time de telefoonnummers van hun inkomende oproepen te identificeren. Zoals vermeld in artikel 106/2, § 1, moet deze beveiliging passend zijn.

Artikel 5 bepaalt tot welke abonneegegevens de aanbieders van telefoongidsen en -inlichtingendiensten in de zin van artikelen 45 en 46 van de wet toegang krijgen. De beheerder van de centrale nummerdatabank kent slechts toegang toe aan de aanbieders van telefoongidsen en telefooninlichtingendiensten die overeenkomstig de genoemde wetsartikelen aangifte hebben gedaan bij het Instituut.

Dienaangaande wordt benadrukt dat overeenkomstig artikelen 45, § 4 en 46, § 4 van de wet de aldus bekomen abonneegegevens voor geen andere doeleinden gebruikt mogen worden dan voor het aanbieden van respectievelijk de eigen telefoongidsen en -inlichtingendiensten.

Wat betreft artikel 6 kan worden vermeld dat wanneer een abonnee de gegevens die hij aan zijn operator heeft bezorgd, en die die operator dan aan de centrale nummerdatabank heeft overgemaakt, wenst te wijzigen, hij dit via zijn operator doet: het moet immers vermeden worden dat abonneegegevens die vermeld worden in de centrale nummerdatabank gaan verschillen van de abonneegegevens waarover de operatoren beschikken.

De Gegevensbeschermingsautoriteit is echter van oordeel dat het wijzigen van de abonneegegevens ook moet kunnen op het niveau van de centrale nummerdatabank (cf. paragraaf 79 van het advies 34/2021). Dit zou echter impliceren dat er een extra datastroom gecreëerd moet worden van de centrale nummerdatabank naar de operatoren.

Het door de Algemene Verordening Gegevensbescherming gewaarborgde recht op rectificatie van persoonsgegevens moet echter gerespecteerd worden. Daarom is het aan te bevelen dat vanuit de centrale nummerdatabank een link wordt voorzien naar de betrokken operator zodat de abonnee die in de centrale nummerdatabank zijn of haar gegevens raadpleegt en deze wil aanpassen, rechtstreeks op de betreffende pagina van de operator terecht komt en daar de betreffende aanpassingen kan doorvoeren. De operator, op wie de verplichting rust om de gegevens in de centrale nummerdatabank actueel te houden, zal dan onverwijld de aangepaste gegevens doorgeven aan de centrale nummerdatabank.

Eén enkel loket voor de klant, in combinatie met een hoge updatefrequentie voor de operator, biedt de beste waarborgen.

Bovendien heeft tweewegverkeer tussen de centrale databank en de operatoren een hoge kost en zal steeds voor een synchronisatieprobleem zorgen, een tijdslapsus en mogelijks een `vervuiling' van de gegevens.

Het is voor de abonnee ook vreemd zich te moeten wenden tot een centrale databeheerder waarmee hij niet bekend is. De wijziging aan de bron, bij de operator van de klant, biedt meer garanties op een correcte dataverwerking.

Artikel 7 regelt de toegang van het Instituut tot de gegevens in de centrale nummerdatabank. Deze toegang is verantwoord doordat het Instituut toezicht moet houden op de wet en onderhavig uitvoeringsbesluit. Deze toegang laat het Instituut ook toe om na te gaan of de gegevens in de centrale nummerdatabank actueel en correct zijn. Deze toegang is niet permanent: het gaat om een ad hoc toegang louter in functie van specifieke toezicht- en controleopdrachten.

Artikel 8 bepaalt dat de operatoren die openbare telefoondiensten aanbieden de CNDB oprichten.

Dit artikel bepaalt ook dat de operatoren de beheerder van de CNDB aanwijzen. Bij de aanwijzing van die beheerder zal het belangrijk zijn om belangenconflicten te vermijden, door een beroep te doen op een dienstverlener die geen operator is noch een aanbieder van telefoongidsen en telefooninlichtingendiensten.

Artikel 9 preciseert dat de beheerder van de centrale nummerdatabank de verwerker is voor de persoonsgegevens die in haar bezit zijn; de operatoren blijven de verwerkingsverantwoordelijke voor de gegevens die in hun bezit zijn.

Artikel 10 bepaalt de principes volgens dewelke de centrale nummerdatabank wordt beheerd. Deze principes spreken voor zich.

Artikel 11, evenals artikel 3, wordt ingegeven door de noodzaak voor de beheerscentrales van noodoproepen om te kunnen beschikken over de meest actuele adres- en andere persoonsgegevens in geval van een noodoproep.

Artikelen 12 en 13 benadrukken dat zowel de beheerscentrales van noodoproepen als de aanbieders van telefoongidsen en telefooninlichtingendiensten moeten kunnen beschikken over een beveiligde verbinding waarlangs zij de betreffende gegevens kunnen bekomen. Overeenkomstig de verordening nr. 2016/679 van het Europees Parlement en de Raad van 27 april 2016 betreffende de bescherming van natuurlijke personen in verband met de verwerking van persoonsgegevens en betreffende het vrije verkeer van die gegevens en tot intrekking van Richtlijn 95/46/EG moet deze beveiliging passend zijn, in overeenstemming met de stand der techniek. Of de beveiliging passend en afdoende is, moet blijken uit de effectbeoordeling inzake gegevensbescherming die door de beheerder van de centrale nummerdatabank moet worden opgesteld.

Artikel 14 voert een éénmalige aansluitingskost in voor de operatoren.

Deze is bedoeld om de beheerder van de centrale databank te vergoeden voor de gemaakte kosten voor het operationeel aansluiten van de operator op de centrale databank en het vervullen van de hierbij horende administratieve verplichtingen.

Artikel 15 bepaalt dat aanbieders van telefoongidsen en inlichtingendiensten aan de centrale nummerdatabank een vergoeding moeten betalen die gebaseerd is op de kosten. Hierbij moet in acht worden genomen dat de artikelen 45 en 46 van de wet bepalen dat de voorwaarden die aan aanbieders van telefoongidsen en inlichtingendiensten worden opgelegd voor het bekomen van de noodzakelijke abonneegegevens "billijke, redelijke en niet-discriminerende, technische, financiële en commerciële voorwaarden" moeten zijn. Artikel 18 biedt geen ruimte om daarvan af te wijken.

Artikel 16 bepaalt de verdeling van de jaarlijkse kosten voor het beheer van de centrale nummerdatabank. Ten eerste moet een operator onafhankelijk van het aantal telefoonnummers die ze in de centrale databank heeft een jaarlijkse vergoeding van 200 euro betalen. Dit dient om de beheerder te vergoeden voor het beheer van het contract, de helpdesk en het onderhoud van de relatie. Het resterende te vergoeden gedeelte aan de beheerder is proportioneel met het totaal aantal telefoonnummers in de databank dat de operator heeft. Dit is logisch omdat de kosten om een dergelijk systeem op te zetten en te onderhouden grotendeels proportioneel zijn met het aantal nummers dat het systeem moet ondersteunen. Bovendien neemt het voordeel om met een dergelijke databank te werken evenredig toe met de grootte van de operator.

Artikel 17 bepaalt dat operatoren kunnen bijdragen in de prefinanciering van de centrale nummerdatabank zodat deze daadwerkelijk opgericht kan worden en haar taken kan gaan uitvoeren alvorens zij zelf over inkomsten beschikt. Deze operatoren krijgen vanwege de centrale nummerdatabank hun ingelegde prefinanciering terugbetaald over een periode van 3 jaar te rekenen vanaf de toepassing van de jaarlijkse kosten vermeld in artikel 16.

Artikel 18 behoeft geen commentaar.

Artikelen 19 en 20 bepalen dat de artikelen 3 en 4 in de koninklijke besluiten van 27 april 2007 betreffende respectievelijk de telefoongidsen en de inlichtingendiensten worden opgeheven. Artikel 3 van deze koninklijke besluiten betreft het meedelen aan het Instituut van de personen die de abonneegegevens leveren aan de betreffende directory services. Deze bepaling heeft geen zin meer aangezien de aanbieders van telefoongidsen en telefooninlichtingendiensten de noodzakelijke abonneegegevens betrekken van de centrale nummerdatabank.

Artikel 4 van deze koninklijke besluiten geeft een beschrijving van de "minimale abonneegegevens". Artikel 6 van onderhavig besluit bepaalt evenwel over welke abonneegegevens de aanbieders van telefoongidsen en - inlichtingendiensten zullen kunnen beschikken. Artikel 4 van de genoemde koninklijke besluiten van 27 april 2007 is daarmee niet langer verenigbaar.

Artikel 21 behoeft geen commentaar.

Ik heb de eer te zijn, Sire, Van Uwe Majesteit, de zeer eerbiedige en zeer getrouwe dienaar, De Minister van Telecommunicatie, P. DE SUTTER

Raad van State, afdeling Wetgeving Advies 70.647/4 van 12 januari 2022 over een ontwerp van koninklijk besluit `betreffende de centrale nummerdatabank' Op 7 december 2021 is de Raad van State, afdeling Wetgeving, door de Vice-eersteminister en Minister van Ambtenarenzaken, Overheidsbedrijven, Telecommunicatie en Post verzocht binnen een termijn van dertig dagen verlengd tot 14 januari 2022 * een advies te verstrekken over een ontwerp van koninklijk besluit `betreffende de centrale nummerdatabank'.

Het ontwerp is door de vierde kamer onderzocht op 12 januari 2022. De kamer was samengesteld uit Martine BAGUET, kamervoorzitter, Luc CAMBIER en Bernard BLERO, staatsraden, en Charles-Henri VAN HOVE, toegevoegd griffier.

Het verslag is uitgebracht door Julien GAUL, adjunct-auditeur.

De overeenstemming tussen de Franse en de Nederlandse tekst van het advies is nagezien onder toezicht van Bernard BLERO. Het advies, waarvan de tekst hierna volgt, is gegeven op 12 januari 2022.

Aangezien de adviesaanvraag ingediend is op basis van artikel 84, § 1, eerste lid, 2°, van de wetten `op de Raad van State', gecoördineerd op 12 januari 1973, beperkt de afdeling Wetgeving overeenkomstig artikel 84, § 3, van de voornoemde gecoördineerde wetten haar onderzoek tot de rechtsgrond van het ontwerp, de bevoegdheid van de steller van de handeling en de te vervullen voorafgaande vormvereisten.

Wat die drie punten betreft, geeft het ontwerp aanleiding tot de volgende opmerkingen.

Onderzoek van het ontwerp Aanhef 1. Uit het advies van de inspecteur van Financiën blijkt dat het ontwerp geen budgettaire weerslag heeft.Bijgevolg was niet vereist dat de minister van Begroting zich akkoord zou verklaren met het ontwerp.

Voor zover voor het ontwerpbesluit geen overleg in de Ministerraad vereist was op grond van een wettelijke of reglementaire bepaling, vormde de regelgevingsimpactanalyse daarenboven evenmin een verplicht vormvereiste.

Overeenkomstig de aanbevelingen van de wetgevingstechniek moeten de verwijzingen die vervat zijn in het tweede en het zesde lid van de aanhef weggelaten worden, maar kan naar de daarin vermelde vormvereisten verwezen worden in de vorm van overwegingen, als de steller van het ontwerp dat nuttig acht.1 2. De vormvereisten waarnaar in de aanhef verwezen wordt, dienen naar tijdsorde vermeld te worden. 3. In de aanhef moet verwezen worden naar de koninklijke besluiten die bij de artikelen 18 en 19 van het ontwerp gewijzigd worden.2 Dispositief Nieuw artikel 1 Er moet een nieuw artikel 1 ingevoegd te worden om te preciseren dat het ontwerp voorziet in de gedeeltelijke omzetting van richtlijn (EU) 2018/1972 van het Europees Parlement en de Raad van 11 december 2018 `tot vaststelling van het Europees wetboek voor elektronische communicatie'.3 Artikel 1 1. In de bepaling onder 3° moeten de woorden "in de zin van de artikelen 45 en 46" vervangen worden door de woorden "die overeenkomstig artikel 45, § 1, of artikel 46, § 1, van de wet een aangifte gedaan hebben".4 2. In de Franse tekst schrijve men niet "57° " maar "5° ". Artikel 2 1. Aangezien artikel 2 uit slechts één lid bestaat, moet de vermelding " § 1" weggelaten worden.2. Zowel de operatoren als de beheerder van de centrale nummerdatabank zijn er overeenkomstig de artikelen 2 en 10 van het ontwerp toe gehouden de abonneegegevens waarover zij in hun eigen databank beschikken "dagelijks" bij te werken. Bij de huidige stand van zaken wordt in het ontwerp evenwel niet bepaald binnen welke termijn de operatoren de gewijzigde abonneegegevens aan de beheerder van de databank moeten meedelen.

In dat verband staat in het verslag aan de Koning slechts het volgende: "Een goede praktijk voor de frequentie van de actualisering van de gegevens bestaat erin dat de bijgewerkte gegevens binnen de werkdag na hun wijziging overgebracht worden van de systemen van de operator naar de centrale nummerdatabank." Om ervoor te zorgen dat de gegevens in de centrale nummerdatabank snel bijgewerkt worden, wat een belangrijk element is van de in te voeren regeling, dient de steller van het ontwerp na te gaan of het ontwerp niet dient te voorzien in een maximumtermijn voor het overbrengen van de bijgewerkte gegevens.

Artikel 2 en de bespreking ervan moeten, in voorkomend geval, herzien worden in het licht van het voorgaande.

Artikel 3 1. In de Franse tekst moeten de woorden "à l'article 5" vervangen worden door de woorden "et § 5".2. Nog in de Franse tekst dienen de woorden "centrales de gestion des appels d'urgence" overeenkomstig de bepalingen van artikel 106/2, § 1, van de wet van 13 juni 2005Relevante gevonden documenten type wet prom. 13/06/2005 pub. 20/07/2016 numac 2016000435 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Wet betreffende de elektronische communicatie type wet prom. 13/06/2005 pub. 20/06/2005 numac 2005011238 bron federale overheidsdienst economie, k.m.o., middenstand en energie Wet betreffende de elektronische communicatie type wet prom. 13/06/2005 pub. 28/09/2015 numac 2015000523 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Wet betreffende de elektronische communicatie Duitse vertaling van wijzigingsbepalingen sluiten `betreffende de elektronische communicatie' aangevuld te worden met de woorden "offrant de l'aide sur place". Artikel 5 1. In artikel 5 wordt bepaald op welke wijze een abonnee tot zijn eigen gegevens toegang kan hebben om ze in voorkomend geval te laten rechtzetten. In verband met deze bepaling wordt in het verslag aan de Koning gepreciseerd dat het de bedoeling is met "één enkel loket" te werken, namelijk van de abonnee te eisen dat hij voor de wijziging van zijn gegevens uitsluitend een beroep doet op zijn operator, die, op zijn beurt, de aangepaste gegevens aan de centrale nummerdatabank moet doorgeven.

Aangezien in artikel 5 bepaald wordt dat de beheerder van de databank zorgt voor een dienst die de abonnees op beveiligde wijze toegang toestaat waardoor zij hun gegevens kunnen wijzigen en dat die dienst niet alleen beschikbaar is bij de operator in kwestie, maar ook op de websites van de aanbieders van telefoongidsen of telefooninlichtingendiensten en van de beheerder van de databank, lijkt dat artikel 5 evenwel op het eerste gezicht niet overeen te stemmen met de bedoeling die in het verslag aan de Koning aangegeven is.

De steller van het ontwerp dient in het licht van het bovenstaande de samenhang tussen artikel 5 en de bespreking ervan te herzien. 2. In de Franse tekst van het tweede lid moet het woord "de" ingevoegd worden tussen het woord "gestionnaire" en de woorden "la base". Artikel 7 Ter wille van de rechtszekerheid dient, zoals in het verslag aan de Koning uitgelegd wordt, gepreciseerd te worden dat alle belangenconflicten uitgesloten moeten worden tussen, enerzijds, de beheerder van de databank en, anderzijds, de operatoren en de aanbieders van telefoongidsen of telefooninlichtingendiensten.

Artikel 9 1. Zoals de gemachtigde van de minister beaamd heeft, moeten in het eerste lid, 2°, de woorden "evenals het centrale communicatieplatform" uit het ontwerp weggelaten worden, aangezien het toepassingsgebied van artikel 106/2 van de wet van 13 juni 2005Relevante gevonden documenten type wet prom. 13/06/2005 pub. 20/07/2016 numac 2016000435 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Wet betreffende de elektronische communicatie type wet prom. 13/06/2005 pub. 20/06/2005 numac 2005011238 bron federale overheidsdienst economie, k.m.o., middenstand en energie Wet betreffende de elektronische communicatie type wet prom. 13/06/2005 pub. 28/09/2015 numac 2015000523 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Wet betreffende de elektronische communicatie Duitse vertaling van wijzigingsbepalingen sluiten daarmee uitgebreid wordt.2. Het dispositief moet aangevuld worden met de vermelding van de termijn waarbinnen het Belgisch Instituut voor postdiensten en telecommunicatie het budget moet goedkeuren, aangezien in het eerste lid, 3°, alleen bepaald wordt dat, indien in een goedgekeurd budget wijzigingen aangebracht worden, het Instituut één maand heeft om het aldus gewijzigde budget goed te keuren. Artikel 11 In het verslag aan de Koning staat dat artikel 3 "tezamen met artikel 11 [moet] worden gelezen waarin wordt bepaald dat de toegang beveiligd moet zijn en moet toelaten om (...) een lijst van telefoonnummers te bekomen voor een of meerdere gemeenten".

In artikel 11 van het ontwerp wordt die mogelijkheid evenwel niet vermeld. De kwestie van de rechtsgrond voor het vaststellen van een dergelijke regel zou moeilijkheden kunnen doen rijzen.

Naar aanleiding van een vraag in dat verband heeft de gemachtigde van de minister te kennen gegeven dat het niet de bedoeling van de steller van het ontwerp is te voorzien in de mogelijkheid om een lijst van telefoonnummers voor een of meer gemeenten te verkrijgen.

Het verslag aan de Koning moet dienovereenkomstig herzien worden.

Artikel 13 In de Franse tekst schrijve men niet "la la base" maar "la base".

De griffier, Charles-Henri VAN HOVE De voorzitter, Martine BAGUET _______ Nota's * Bij e-mail van 8 december 2021. (1) Beginselen van de wetgevingstechniek - Handleiding voor het opstellen van wetgevende en reglementaire teksten, www.raadvst-consetat.be, tab "Wetgevingstechniek", aanbeveling 35. (2) Ibidem, aanbevelingen 23 en 30.(3) In het bijzonder van artikel 112, lid 1, van die richtlijn. (4) Zie in die zin advies 69.561/2/V van 28 juli 2021 over het voorontwerp dat geleid heeft tot de wet van 26 november 2021Relevante gevonden documenten type wet prom. 26/11/2021 pub. 23/12/2021 numac 2021034335 bron federale overheidsdienst economie, k.m.o., middenstand en energie Wet tot wijziging van de wet van 13 juni 2005 betreffende de elektronische communicatie wat de centrale nummerdatabank betreft sluiten `tot wijziging van de wet van 13 juni 2005Relevante gevonden documenten type wet prom. 13/06/2005 pub. 20/07/2016 numac 2016000435 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Wet betreffende de elektronische communicatie type wet prom. 13/06/2005 pub. 20/06/2005 numac 2005011238 bron federale overheidsdienst economie, k.m.o., middenstand en energie Wet betreffende de elektronische communicatie type wet prom. 13/06/2005 pub. 28/09/2015 numac 2015000523 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Wet betreffende de elektronische communicatie Duitse vertaling van wijzigingsbepalingen sluiten betreffende de elektronische communicatie wat de centrale nummerdatabank betreft', Parl.St. Kamer 2020-2021, nr. 2257/1, 24 tot 27, http://www.raadvst-consetat.be/dbx/adviezen/69561.pdf, opmerking 2 bij artikel 4.

10 FEBRUARI 2022. - Koninklijk besluit betreffende de centrale nummerdatabank FILIP, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.

Gelet op artikel 106/2, § 6, van de wet van 13 juni 2005Relevante gevonden documenten type wet prom. 13/06/2005 pub. 20/07/2016 numac 2016000435 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Wet betreffende de elektronische communicatie type wet prom. 13/06/2005 pub. 20/06/2005 numac 2005011238 bron federale overheidsdienst economie, k.m.o., middenstand en energie Wet betreffende de elektronische communicatie type wet prom. 13/06/2005 pub. 28/09/2015 numac 2015000523 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Wet betreffende de elektronische communicatie Duitse vertaling van wijzigingsbepalingen sluiten betreffende de elektronische communicatie;

Gelet op het advies van de Gegevensbeschermingsautoriteit, gegeven op 19 maart 2021;

Gelet op het advies van de inspecteur van Financiën, gegeven op 12 mei 2021;

Gelet op het advies van het Belgisch Instituut voor postdiensten en telecommunicatie, gegeven op 3 december 2021;

Gelet op advies 70.647/4 van de Raad van State, gegeven op 12 januari 2022, met toepassing van artikel 84, § 1, eerste lid, 2°, van de wetten op de Raad van State, gecoördineerd op 12 januari 1973;

Gelet op het koninklijk besluit van 27 april 2007Relevante gevonden documenten type koninklijk besluit prom. 27/04/2007 pub. 12/07/2007 numac 2007011251 bron federale overheidsdienst economie, k.m.o., middenstand en energie Koninklijk besluit betreffende de voorwaarden waaronder de telefoongidsen worden vervaardigd, verkocht of verspreid, de inhoud en de vorm van de aangifte die bij het Instituut moet worden gedaan type koninklijk besluit prom. 27/04/2007 pub. 12/07/2007 numac 2007011240 bron federale overheidsdienst economie, k.m.o., middenstand en energie Koninklijk besluit betreffende de telefooninlichtingendiensten sluiten betreffende de voorwaarden waaronder de telefoongidsen worden vervaardigd, verkocht of verspreid, de inhoud en de vorm van de aangifte die bij het Instituut moet worden gedaan alsook het koninklijk besluit van 27 april 2007Relevante gevonden documenten type koninklijk besluit prom. 27/04/2007 pub. 12/07/2007 numac 2007011251 bron federale overheidsdienst economie, k.m.o., middenstand en energie Koninklijk besluit betreffende de voorwaarden waaronder de telefoongidsen worden vervaardigd, verkocht of verspreid, de inhoud en de vorm van de aangifte die bij het Instituut moet worden gedaan type koninklijk besluit prom. 27/04/2007 pub. 12/07/2007 numac 2007011240 bron federale overheidsdienst economie, k.m.o., middenstand en energie Koninklijk besluit betreffende de telefooninlichtingendiensten sluiten betreffende de telefooninlichtingendiensten;

Op de voordracht van de Minister van Telecommunicatie, Hebben Wij besloten en besluiten Wij : HOOFDSTUK I. - Definities

Artikel 1.Dit besluit voorziet in de gedeeltelijke omzetting van richtlijn (EU) 2018/1972 van het Europees Parlement en de Raad van 11 december 2018 tot vaststelling van het Europees wetboek voor elektronische communicatie, in het bijzonder van artikel 112, lid 1, van die richtlijn.

Art. 2.Voor de toepassing van dit besluit wordt verstaan onder: 1° "Wet" : de wet van 13 juni 2005Relevante gevonden documenten type wet prom. 13/06/2005 pub. 20/07/2016 numac 2016000435 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Wet betreffende de elektronische communicatie type wet prom. 13/06/2005 pub. 20/06/2005 numac 2005011238 bron federale overheidsdienst economie, k.m.o., middenstand en energie Wet betreffende de elektronische communicatie type wet prom. 13/06/2005 pub. 28/09/2015 numac 2015000523 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Wet betreffende de elektronische communicatie Duitse vertaling van wijzigingsbepalingen sluiten betreffende de elektronische communicatie;2° "Centrale nummerdatabank" : centrale nummerdatabank in de zin van artikel 106/2 van de wet;3° "Aanbieders van telefoongidsen of -inlichtingendiensten" : aanbieders die overeenkomstig artikel 45, § 1, of artikel 46, § 1, van de wet een aangifte gedaan hebben;4° "Algemene Verordening Gegevensbescherming" : Verordening (EU) 2016/679 van het Europees Parlement en de Raad van 27 april 2016 betreffende de bescherming van natuurlijke personen in verband met de verwerking van persoonsgegevens en betreffende het vrije verkeer van die gegevens en tot intrekking van Richtlijn 95/46/EG.5° "eenmalige aansluitingskost": de kosten om een nieuwe operator aan te sluiten op de centrale nummerdatabank;6° "jaarlijkse kosten centrale nummerdatabank": de kosten om de centrale nummerdatabank op te zetten, uit te breiden en uit te baten, alsmede de kosten van de beheerder van de centrale nummerdatabank. HOOFDSTUK II. - Gegevens die in de centrale nummerdatabank worden opgenomen

Art. 3.De operatoren die de gegevens met betrekking tot hun abonnees vermeld in artikel 106/2, paragrafen 3, 4 en 5 van de wet in de centrale nummerdatabank invoeren, dragen er zorg voor dat deze gegevens dagelijks geactualiseerd worden. HOOFDSTUK III. - Toegang tot de abonneegegevens

Art. 4.De beheerscentrales van noodoproepen die ter plaatse hulp bieden, hebben toegang tot de gegevens opgenomen in artikel 106/2, § 3, 1° tot 5°, en § 5 van de wet.

Art. 5.Aanbieders van telefoongidsen of telefooninlichtingendiensten krijgen toegang tot de gegevens opgenomen in artikel 106/2, § 3, 1° tot 4° van de wet alsook tot de gegevens vermeld in artikel 106/2, § 4 van de wet in zoverre de abonnees daartoe overeenkomstig artikel 133 van de wet hun wens te kennen hebben gegeven om te worden opgenomen in de telefoongidsen en -inlichtingendiensten.

Art. 6.Iedere abonnee heeft kosteloos toegang tot de eigen gegevens die opgenomen zijn in de centrale nummerdatabank.

Daartoe stelt de beheerder van de centrale nummerdatabank een dienst ter beschikking die de betrokken abonnees op beveiligde wijze toegang toestaat.

Deze dienst wordt duidelijk vermeld op de website van de centrale nummerdatabank evenals op de websites van de betrokken operatoren en van de aanbieders van telefoongidsen of telefooninlichtingendiensten.

Deze dienst laat de abonnees toe kennis te nemen van hun gegevens in de centrale nummerdatabank zodat zij desgewenst deze gegevens via hun operator kunnen aanpassen.

Art. 7.In het kader van zijn wettelijke onderzoeks- en controleopdrachten heeft het Instituut toegang tot de in artikel 106/2, §§ 3, 4 en 5 van de wet vermelde abonneegegevens. HOOFDSTUK IV. - Beheer en werking van de centrale nummerdatabank

Art. 8.§ 1. De centrale nummerdatabank wordt opgericht door de operatoren die openbare telefoondiensten aanbieden. De operatoren doen voor het beheer van de centrale nummerdatabank een beroep op een dienstenleverancier. § 2. Alle belangenconflicten tussen, enerzijds, de beheerder van de databank en, anderzijds, de operatoren en de aanbieders van telefoongidsen of telefooninlichtingendiensten, moeten worden uitgesloten.

Art. 9.De beheerder van de centrale nummerdatabank vermeld in artikel 7 is de verwerker in de zin van de Algemene Verordening Gegevensbescherming voor wat betreft de verwerking van de abonneegegevens in toepassing van dit besluit. Elke operator blijft de verwerkingsverantwoordelijke voor wat betreft de gegevens van zijn eigen abonnees die de operator zelf verwerkt.

Art. 10.De centrale nummerdatabank wordt beheerd volgens de volgende principes : 1° de uitbating van de centrale nummerdatabank is kostendekkend met een redelijke winstmarge;2° de abonneegegevens in de centrale nummerdatabank worden overeenkomstig de wettelijke voorwaarden ter beschikking gesteld van (i) de beheerscentrales van noodoproepen die ter plaatse hulp bieden en (ii) de aanbieders van telefoongidsen of inlichtingendiensten, behoudens wanneer de toegang tot gevolg heeft dat de continuïteit of de integriteit van de databank in het gedrang gebracht wordt;3° de beheerder van de centrale nummerdatabank legt ten laatste op 15 oktober van elk kalenderjaar het geraamde gedetailleerde budget, met verdeling van de geraamde jaarlijkse kosten voor de operatoren en aanbieders van telefoongidsen en -inlichtingendiensten, voor ter goedkeuring aan het Instituut.Het Instituut gaat na in welke mate de verschillende uitgaven gerechtvaardigd zijn in het licht van de opdrachten van de centrale nummerdatabank Het Instituut heeft een maand om het budget goed te keuren. Indien wijzigingen optreden aan een goedgekeurd budget moet dit opnieuw worden voorgelegd aan het Instituut dat een maand heeft om het gewijzigde budget goed te keuren; 4° de centrale nummerdatabank rekent geen andere kosten aan dan deze voorzien in dit besluit. Indien de beheerder van de centrale nummerdatabank in gebreke blijft te voldoen aan één of meer van de in dit artikel genoemde vereisten, kan het Instituut de beheersmodaliteiten opleggen die het nodig acht.

Art. 11.De beheerder van de centrale nummerdatabank werkt de abonneegegevens in de centrale nummerdatabank dagelijks bij aan de hand van de gegevens die worden toegezonden door de operatoren die openbare telefoondiensten aanbieden.

Art. 12.Doorgifte van abonneegegevens van de centrale nummerdatabank aan de beheerscentrales van noodoproepen die ter plaatse hulp bieden verloopt als volgt : de beheerscentrales van noodoproepen die ter plaatse hulp bieden beschikken over een beveiligde toegang tot een zoekmachine die hen toelaat in real-time de telefoonnummers van hun inkomende oproepen te identificeren.

Art. 13.Doorgifte van abonneegegevens van de centrale nummerdatabank aan de aanbieders van telefoongidsen of -inlichtingendiensten verloopt als volgt : 1° elke aanbieder van telefoongidsen of telefooninlichtingendiensten krijgt een individuele beveiligde toegang tot een afgeschermde server, waar hij de bestanden die hij bij de centrale nummerdatabase heeft aangevraagd komt ophalen;2° het ophalen en verwerken van bestanden van de abonneegegevens gebeurt minstens tweewekelijks. HOOFDSTUK V. - Financiële aspecten

Art. 14.Elke operator betaalt de beheerder van de centrale nummerdatabank een éénmalige aansluitingskost van 400 euro.

Art. 15.De aanbieders van telefoongidsen en of telefooninlichtingendiensten die gebruik maken van de centrale nummerdatabank betalen de beheerder van de centrale nummerdatabank een vergoeding voor de afgenomen diensten gebaseerd op de kosten zoals bepaald door de uitbater van de centrale nummerdatabank.

Art. 16.De operatoren bedoeld in artikel 3 staan gezamenlijk in voor alle jaarlijkse kosten van de centrale nummerdatabank die openstaan na aftrek van : 1) alle éénmalige aansluitingskosten vermeld in artikel 14 en 2) de vergoedingen betaald door de aanbieders van telefoongidsen en inlichtingendiensten. Binnen dit deel betaalt elke operator aan de beheerder van de centrale nummerdatabank : Een jaarlijkse vaste kost van 200 euro;

De rest van de jaarlijkse kosten evenredig met het aantal door deze operator opgenomen telefoonnummers in de centrale nummerdatabank op 1 juli van het relevante kalenderjaar ten opzichte van het totaal aantal telefoonnummers opgenomen in de centrale nummerdatabank op 1 juli van het relevante kalenderjaar.

Art. 17.De uitgaven die worden gedaan in het kader van de prefinanciering van de centrale nummerdatabank worden terugbetaald aan de operatoren die hebben ingestaan voor de prefinanciering en verrekend over een periode van de eerste drie jaar dat de jaarlijkse kosten worden toegepast.

Art. 18.De kosten van de centrale nummerdatabank worden verrekend op basis van een voorschot- en een eindfactuur. Voor de voorschotfactuur wordt gewerkt met de verdeelsleutels van vorig kalenderjaar.

Alle betalingen worden gedaan aan de beheerder van de centrale nummerdatabank Geen andere kosten dan deze vermeld in de artikelen 14 tot 17 mogen worden aangerekend. HOOFDSTUK VI. - Wijzigingsbepalingen

Art. 19.In het koninklijk besluit van 27 april 2007Relevante gevonden documenten type koninklijk besluit prom. 27/04/2007 pub. 12/07/2007 numac 2007011251 bron federale overheidsdienst economie, k.m.o., middenstand en energie Koninklijk besluit betreffende de voorwaarden waaronder de telefoongidsen worden vervaardigd, verkocht of verspreid, de inhoud en de vorm van de aangifte die bij het Instituut moet worden gedaan type koninklijk besluit prom. 27/04/2007 pub. 12/07/2007 numac 2007011240 bron federale overheidsdienst economie, k.m.o., middenstand en energie Koninklijk besluit betreffende de telefooninlichtingendiensten sluiten betreffende de voorwaarden waaronder de telefoongidsen worden vervaardigd, verkocht of verspreid, de inhoud en de vorm van de aangifte die bij het Instituut moet worden gedaan, worden de artikelen 3 en 4 opgeheven.

Art. 20.In het koninklijk besluit van 27 april 2007Relevante gevonden documenten type koninklijk besluit prom. 27/04/2007 pub. 12/07/2007 numac 2007011251 bron federale overheidsdienst economie, k.m.o., middenstand en energie Koninklijk besluit betreffende de voorwaarden waaronder de telefoongidsen worden vervaardigd, verkocht of verspreid, de inhoud en de vorm van de aangifte die bij het Instituut moet worden gedaan type koninklijk besluit prom. 27/04/2007 pub. 12/07/2007 numac 2007011240 bron federale overheidsdienst economie, k.m.o., middenstand en energie Koninklijk besluit betreffende de telefooninlichtingendiensten sluiten betreffende de telefooninlichtingendiensten worden de artikelen 3 en 4 opgeheven. HOOFDSTUK VII. - Slotbepaling

Art. 21.De minister bevoegd voor Telecommunicatie is belast met de uitvoering van dit besluit.

Gegeven te Brussel, 10 februari 2022.

FILIP Van Koningswege : De Minister van Telecommunicatie, P. DE SUTTER