Etaamb.openjustice.be
Koninklijk Besluit van 10 augustus 2004
gepubliceerd op 30 augustus 2004

Koninklijk besluit betreffende de uitvoering van de verplichte keuringen op spuittoestellen en de betaling ervan

bron
federaal agentschap voor de veiligheid van de voedselketen
numac
2004022681
pub.
30/08/2004
prom.
10/08/2004
ELI
eli/besluit/2004/08/10/2004022681/staatsblad
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
Document Qrcode

10 AUGUSTUS 2004. - Koninklijk besluit betreffende de uitvoering van de verplichte keuringen op spuittoestellen en de betaling ervan


ALBERT II, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.

Gelet op de wet van 11 juli 1969 betreffende de bestrijdingsmiddelen en de grondstoffen voor de landbouw, tuinbouw, bosbouw en veeteelt, inzonderheid op artikel 2, § 1, gewijzigd bij de wetten van 21 december 1998 en 5 februari 1999;

Gelet op de wet van 24 december 1976 betreffende de budgettaire voorstellen 1976-1977, inzonderheid op artikel 82, gewijzigd bij de wetten van 21 december 1994 en 28 maart 2003;

Gelet op de wet van 4 februari 2000 houdende oprichting van het Federaal Agentschap voor de Veiligheid van de Voedselketen, inzonderheid op artikel 4, § 5;

Gelet op het koninklijk besluit van 16 november 2001 houdende het toevertrouwen van bijkomende opdrachten aan het Federaal Agentschap voor de Veiligheid van de Voedselketen, gewijzigd bij het koninklijk besluit van 9 juni 2003;

Gelet op het advies van het Wetenschappelijk Comité, ingesteld bij het Federaal Agentschap voor de Veiligheid van de Voedselketen, gegeven op 29 oktober 2003;

Gelet op het advies van de Inspectie van Financiën, gegeven op 8 december 2003;

Gelet op het overleg tussen de gewestregeringen en de federale regering op 8 december 2003 en 12 januari 2004;

Gelet op de akkoordbevinding van Onze Minister van Begroting gegeven op 18 februari 2004;

Gelet op het advies nr. 37472/3 van de Raad van State, gegeven op 4 augustus 2004, bij toepassing van artikel 84, § 1, eerste lid, 1°, van de gecoördineerde wetten op de Raad van State;

Op de voordracht van Onze Minister bevoegd voor Volksgezondheid en op het advies van Onze in Raad vergaderde Ministers, Hebben Wij besloten en besluiten Wij :

Artikel 1.Voor de toepassing van dit besluit, wordt verstaan onder : 1° De Minister : de Minister die de Volksgezondheid onder zijn bevoegdheid heeft;2° Het Agentschap : het Federaal Agentschap voor de Veiligheid van de Voedselketen;3° Het koninklijk besluit van 28 februari 1994 : het koninklijk besluit van 28 februari 1994 betreffende het bewaren, het op de markt brengen en het gebruiken van bestrijdingsmiddelen voor landbouwkundig gebruik.

Art. 2.§ 1. Het Agentschap kan bij middel van een overeenkomst van onbepaalde duur en in overeenstemming met hetgeen in dit besluit bepaald is, aan keuringsdiensten de uitvoering toevertrouwen van de verplichte keuringen op spuittoestellen die zijn voorgeschreven bij toepassing van artikel 60 van het koninklijk besluit van 28 februari 1994. § 2. De overeenkomst bepaalt inzonderheid : 1° dat de keuringsdiensten zich ertoe verbinden de door de Minister vastgestelde keuringsmethode toe te passen;2° dat de keuringsdiensten moeten instaan voor de administratieve en praktische organisatie van de keuringen, de inning van de fondsen, de uitreiking van de keuringsrapporten, het aanbrengen van de zelfklevers, de aanwerving en het beheer van personeel, de aankoop en het beheer van keuringsmaterieel;3° dat zij verantwoordelijk zijn voor het beheer van de geïnde fondsen die uitsluitend mogen worden gebruikt tot betaling van de kosten die samenhangen met de organisatie en de uitvoering van de keuring;4° dat de keuringsdiensten hun opdracht uitoefenen onder toezicht van een Stuurgroep waarvan de samenstelling wordt vastgesteld door de Minister die erop toeziet dat de keuringsverrichtingen conform zijn, bij de Gedelegeerd Bestuurder van het Agentschap verslag uitbrengt over eventuele problemen en voorstellen doet die ertoe strekken de keuringsprocedures en -technieken indien nodig aan te passen.

Art. 3.§ 1. Het door de eigenaar van het veldspuittoestel, of van elk ander toestel werkend volgens hetzelfde principe, bij de eerste keuring te betalen bedrag is vastgesteld op 70 EUR voor toestellen met een werkbreedte van niet meer dan 12 meter. Voor toestellen met een werkbreedte van meer dan 12 meter is een extra bedrag van 6 EUR verschuldigd per bijkomende meter werkbreedte. De maximumprijs voor een eerste keuringsbeurt is vastgesteld op 142 EUR, onverminderd de bepalingen in § 3. Voor boomgaardspuittoestellen en voor alle andere toestellen werkend volgens hetzelfde principe is het te betalen bedrag bij de keuring forfaitair vastgesteld op 70 EUR. § 2. Voor een aanvullende keuringsbeurt van een spuittoestel, dat bij de eerste keuring niet voldeed, is de prijs forfaitair vastgesteld op 12,5 EUR, ongeacht de reden van de aanvullende keuring. Deze prijs wordt, als het geval zich voordoet, verhoogd met een forfaitair bedrag van 50 EUR voor een herkeuring van spuitdoppen en 12,5 EUR voor een herkeuring van de manometer, in de gevallen waarin : - deze niet uiterlijk op de volgende keuringsdag terug aangeboden worden, - of de defecte spuitdoppen of manometers niet bij de keuringsdienst worden achtergelaten.

De aanvullende prijs voor elke herkeuring die het gevolg is van een andere reden dan een afkeuring voor defecte spuitdoppen en/of manometer, is vastgesteld op 25 EUR. Het maximumbedrag voor een herkeuring wordt op 62,5 EUR vastgesteld. § 3. Wanneer de in de eerste oproeping vermelde datum niet in acht wordt genomen, wordt de kostprijs van de keuring met 50 % verhoogd.

Indien bij de tweede oproeping de betrokkene opnieuw afwezig is, wordt het gebruik van het spuittoestel verboden op het hele Belgische grondgebied tot wanneer het bij een keuring wordt goedgekeurd. De kostprijs van de keuring wordt in dit geval met 100 % verhoogd.

Het door de eigenaar van het spuittoestel te betalen bedrag wordt met 100 % verhoogd als de keuring op een andere dan de door de keuringsdienst vastgestelde plaats wordt uitgevoerd. Dit geldt niet voor spuittoestellen die omwille van hun systeem niet verplaatst kunnen worden.

Art. 4.Het toevertrouwen van de taken bedoeld in artikel 2, § 1, heeft niet tot gevolg dat aan het personeel van de aangestelde diensten de macht wordt toegekend om inbreuken vast te stellen op het hiervoor vermelde koninklijk besluit of op de uitvoeringsbesluiten daarvan.

Wanneer onregelmatigheden worden vermoed of aangetoond, stellen deze diensten het Agentschap hiervan onmiddellijk in kennis.

Art. 5.§ 1. Het Agentschap maakt een evaluatie van de door de keuringsdiensten uitgevoerde taken op de wijze zoals vastgesteld in de overeenkomst. Deze evaluatie heeft betrekking op het technische en financiële beheer van de keuringen. Ze mag ook zowel betrekking hebben op het administratieve beheer van de keuringen als op de uitvoering van de testen. § 2. Indien gebreken of tekortkomingen worden vastgesteld, wordt de betrokken keuringsdienst verzocht tot corrigerende acties over te gaan. § 3. Als zich tekortkomingen voordoen die de betrouwbaarheid of de doelmatigheid van de toevertrouwde taken in het gedrang brengen, kan het Agentschap bevelen dat de keuringsactiviteiten en de uitreiking van de overeenkomstige documenten door de betrokken keuringsdienst onmiddellijk geheel of gedeeltelijk worden opgeschort.

Art. 6.Dit besluit treedt in werking op 1 september 2004.

Art. 7.Onze Minister bevoegd voor Volksgezondheid is belast met de uitvoering van dit besluit.

Gegeven te Nice, 10 augustus 2004.

ALBERT Van Koningswege : De Minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid, R. DEMOTTE

^