Etaamb.openjustice.be
Koninklijk Besluit van 09 juli 2023
gepubliceerd op 27 september 2023

Koninklijk besluit tot beëindiging van verschillende bepalingen uit het koninklijk besluit nr. 21 van 14 mei 2020 houdende tijdelijke aanpassingen aan de vergoedingsvoorwaarden en administratieve regels in de verplichte verzekering voor geneeskundige verzorging ten gevolge van de COVID-19 pandemie

bron
federale overheidsdienst sociale zekerheid
numac
2023045661
pub.
27/09/2023
prom.
09/07/2023
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
Document Qrcode

9 JULI 2023. - Koninklijk besluit tot beëindiging van verschillende bepalingen uit het koninklijk besluit nr. 21 van 14 mei 2020 houdende tijdelijke aanpassingen aan de vergoedingsvoorwaarden en administratieve regels in de verplichte verzekering voor geneeskundige verzorging ten gevolge van de COVID-19 pandemie


VERSLAG AAN DE KONING Sire, Inleiding 1. Ik heb de eer U hierbij een ontwerp van koninklijk besluit tot beëindiging van verschillende bepalingen van het koninklijk besluit nr.21 van 14 mei 2020 houdende tijdelijke aanpassingen aan de vergoedingsvoorwaarden en administratieve regels in de verplichte verzekering voor geneeskundige verzorging ten gevolge van de COVID-19 pandemie voor te leggen.

Dit ontwerp van koninklijk besluit vormt dus een aanvulling op de bepalingen van het koninklijk besluit van 25 september 2022Relevante gevonden documenten type koninklijk besluit prom. 25/09/2022 pub. 25/10/2022 numac 2022033631 bron federale overheidsdienst sociale zekerheid Koninklijk besluit tot beëindiging van verschillende bepalingen uit het koninklijk besluit nr. 21 van 14 mei 2020 houdende tijdelijke aanpassingen aan de vergoedingsvoorwaarden en administratieve regels in de verplichte verzekering voor geneeskundige verzorging ten gevolge van de COVID-19-pandemie sluiten tot beëindiging van verschillende bepalingen uit dit koninklijk besluit nr. 21 van 14 mei 2020.

Het koninklijk besluit van 25 september 2022Relevante gevonden documenten type koninklijk besluit prom. 25/09/2022 pub. 25/10/2022 numac 2022033631 bron federale overheidsdienst sociale zekerheid Koninklijk besluit tot beëindiging van verschillende bepalingen uit het koninklijk besluit nr. 21 van 14 mei 2020 houdende tijdelijke aanpassingen aan de vergoedingsvoorwaarden en administratieve regels in de verplichte verzekering voor geneeskundige verzorging ten gevolge van de COVID-19-pandemie sluiten werd gepubliceerd in het Belgisch Staatsblad op 25 oktober 2022 en is in werking getreden op 1 februari 2023.

Ter herinnering: de bepalingen van het koninklijk besluit nr. 21 van 14 mei 2020 die bij bovengenoemd koninklijk besluit van 25 september 2022Relevante gevonden documenten type koninklijk besluit prom. 25/09/2022 pub. 25/10/2022 numac 2022033631 bron federale overheidsdienst sociale zekerheid Koninklijk besluit tot beëindiging van verschillende bepalingen uit het koninklijk besluit nr. 21 van 14 mei 2020 houdende tijdelijke aanpassingen aan de vergoedingsvoorwaarden en administratieve regels in de verplichte verzekering voor geneeskundige verzorging ten gevolge van de COVID-19-pandemie sluiten zijn opgeheven, komen, op enkele uitzonderingen na, overeen met de volgende artikelen en hun respectieve eventuele bijlagen: artikel 2 en diens bijlage 1 (maatregel op het gebied van medisch begeleide voortplanting (MBV)), artikel 5 en diens bijlage 3 (erytrocytenconcentraten), artikel 6 en diens bijlage 3 (Eylea, Lucentis), artikel 7 en diens bijlage 4 (farmaceutische producten), artikel 9 en diens bijlage 6 (verstrekkingen van artsen-specialisten), artikel 10 en diens bijlage 7 (oncologische zorg), artikel 12 en diens bijlage 9 (medische beeldvorming), artikel 13 en diens bijlage 10 (revalidatiecentra en gespecialiseerde centra), artikel 15 en diens bijlage 12 (verstrekkers van implantaten), artikel 24 (ergotherapie) alsook de artikelen 27, 28 en 29 (verlenging aanvraagtermijn van bepaalde vergoedingen of tegemoetkomingen voor zorgverleners).

Tevens wordt opgemerkt dat artikel 22 van het koninklijk besluit nr. 21 van 14 mei 2020 (thuisverpleegkundige: de identiteit van de patiënt verifiëren bij derdebetaler) werd opgeheven bij een koninklijk besluit van 23 maart 2022Relevante gevonden documenten type koninklijk besluit prom. 23/03/2022 pub. 09/05/2022 numac 2022201108 bron federale overheidsdienst werkgelegenheid, arbeid en sociaal overleg Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 17 september 2021, gesloten in het Paritair Comité voor de audiovisuele sector, betreffende de definitie van de risicogroepen en het vastleggen van de bijdragen voor hen voor de periode 2021-2022 type koninklijk besluit prom. 23/03/2022 pub. 11/05/2022 numac 2022201022 bron federale overheidsdienst werkgelegenheid, arbeid en sociaal overleg Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 29 oktober 2021, gesloten in het Paritair Comité voor de ijzernijverheid, betreffende de vrijstelling van aangepaste beschikbaarheid in het kader van de tijdelijke stelsels van werkloosheid met bedrijfstoeslag op 60 jaar, voor de periode van 1 juli 2021 tot 31 december 2022 type koninklijk besluit prom. 23/03/2022 pub. 31/03/2022 numac 2022020567 bron federale overheidsdienst financien Koninklijk besluit tot wijziging van de bijlage III van het KB/WIB 92 op het stuk van de bezoldigingen voor studentenarbeid gepresteerd in het eerste kwartaal van 2022 en van de vermindering voor overwerk type koninklijk besluit prom. 23/03/2022 pub. 12/05/2022 numac 2022201416 bron federale overheidsdienst werkgelegenheid, arbeid en sociaal overleg Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 25 oktober 2021, gesloten in het Paritair Comité voor de voedingsnijverheid, tot verlaging van de leeftijdsgrens voor de periode 2021-2022, voor wat de toegang tot het recht op uitkeringen voor een landingsbaan betreft, voor arbeiders met een lange loopbaan, zwaar beroep of uit een onderneming in moeilijkheden of herstructurering type koninklijk besluit prom. 23/03/2022 pub. 28/03/2022 numac 2022020597 bron federale overheidsdienst financien Koninklijk besluit tot vastlegging van het model van het aangifteformulier inzake personenbelasting voor het aanslagjaar 2022 sluiten, dat op 4 april 2022 werd gepubliceerd en op 1 juni 2022 in werking is getreden. Artikel 25 van het koninklijk besluit nr. 21 van 14 mei 2020 (documenten) is gedeeltelijk opgeheven bij koninklijk besluit van 28 december 2020Relevante gevonden documenten type koninklijk besluit prom. 28/12/2020 pub. 07/01/2021 numac 2021020002 bron federale overheidsdienst sociale zekerheid Koninklijk besluit tot opheffing van bepaalde tijdelijke maatregelen van het koninklijk besluit nr. 20 van 13 mei 2020 houdende tijdelijke maatregelen in de strijd tegen de COVID-19 pandemie en ter verzekering van de continuïteit van zorg in de verplichte verzekering voor geneeskundige verzorging, en van het koninklijk besluit nr. 21 van 14 mei 2020 houdende tijdelijke aanpassingen aan de vergoedingsvoorwaarden en administratieve regels in de verplichte verzekering voor geneeskundige verzorging ten gevolge van de COVID-19 pandemie sluiten. 2. In het kader van dit ontwerp is het de bedoeling om de volgende artikelen op te heffen: artikel 8 en diens bijlage 5 (RID-code van het elektronisch voorschrift), artikel 11 en diens bijlage 8 (versoepeling van de verlengingsvoorwaarden van zorgtrajecten), artikel 14 en diens bijlage 11 (bandagisten), artikel 16 en diens bijlage 13 (logopedisten), artikel 17 en diens bijlage 14 (kinesitherapeuten), artikel 18 en diens bijlage 15 (opticiens), artikel 19 en diens bijlage 16 (orthopedisten), artikel 20 en diens bijlage 17 (tandartsen), artikel 21 en diens bijlage 18 (verpleegkundigen), artikel 23 en diens bijlage 20 (vroedvrouwen) en artikel 30 en diens bijlage 23 (audiciens). Dit betekent dat de datum waarop dit ontwerpbesluit in werking zal treden het einde betekent van de maatregelen bedoeld in de artikelen van koninklijk besluit nr. 21 van 14 mei 2020 die het voorwerp van de opheffing zijn.

Dit betekent ook dat vanaf die datum de gebruikelijke voorwaarden voor de tegemoetkoming van de verplichte verzekering weer van toepassing zullen zijn.

Evenals in het geval van het koninklijk besluit van 25 september 2022Relevante gevonden documenten type koninklijk besluit prom. 25/09/2022 pub. 25/10/2022 numac 2022033631 bron federale overheidsdienst sociale zekerheid Koninklijk besluit tot beëindiging van verschillende bepalingen uit het koninklijk besluit nr. 21 van 14 mei 2020 houdende tijdelijke aanpassingen aan de vergoedingsvoorwaarden en administratieve regels in de verplichte verzekering voor geneeskundige verzorging ten gevolge van de COVID-19-pandemie sluiten zijn er echter, om te bewaken dat de tijdens de COVID-19-pandemie toegekende rechten worden gehandhaafd, overgangsbepalingen opgenomen zodat sommige van de voorziene maatregelen indien nodig ook nog na de datum van inwerkingtreding van dit besluit uitwerking hebben.

Zodanig is de terugbetaling van een verstrekking uitgevoerd na de datum van inwerkingtreding van dit besluit op basis van een geneeskundig voorschrift daterende van voor die datum, waarvan de geldigheid werd verlengd door één van de voorziene maatregelen, niet geïmpacteerd door de opheffing van die maatregel.

Bijvoorbeeld, indien de COVID-maatregel de verlenging met 6 maanden van de geldigheid van een voorschrift voorziet, blijft deze verlengde geldigheidsperiode van toepassing op alle voorschriften opgesteld voor de opheffing van die maatregel.

Eveneens, voor de maatregel die bestaat uit het verlengen met 6 maanden van de periode van de geldigheid van een kennisgeving, blijft deze verlengde periode van geldigheid van toepassing voor alle kennisgevingen die een periode dekken die aanving voor de opheffing van die maatregel. 3. Net zoals in het kader van het eerder vermeld koninklijk besluit van 25 september 2022Relevante gevonden documenten type koninklijk besluit prom. 25/09/2022 pub. 25/10/2022 numac 2022033631 bron federale overheidsdienst sociale zekerheid Koninklijk besluit tot beëindiging van verschillende bepalingen uit het koninklijk besluit nr. 21 van 14 mei 2020 houdende tijdelijke aanpassingen aan de vergoedingsvoorwaarden en administratieve regels in de verplichte verzekering voor geneeskundige verzorging ten gevolge van de COVID-19-pandemie sluiten, en om de lezing van dit ontwerpbesluit te vergemakkelijken en op gevaar af van een zekere herhaling, is elk artikel van dit ontwerpbesluit, zo nodig, onderverdeeld in paragrafen, waarvan de eerste aangeeft welk artikel van het koninklijk besluit nr. 21 van 14 mei 2020 wordt opgeheven.

De volgende paragrafen zijn zelf weer onderverdeeld in leden, waarvan de eerste herinnert aan wat de op te heffen maatregel inhoudt en de tweede voorziet in de noodzakelijke overgangsmaatregel.

Evenzo is, om de lezing van dit ontwerpbesluit te vergemakkelijken, het opschrift van de afdeling waarin het opgeheven artikel van het koninklijk besluit nr. 21 van 14 mei 2020 zich bevindt, systematisch opgenomen. 4. Tenslotte wordt erop gewezen dat sommige artikelen van het koninklijk besluit nr.21 van 14 mei 2020 worden behouden.

Bijgevolg zullen de maatregelen die bij de inwerkingtreding van dit ontwerpbesluit niet worden opgeheven, lopen tot de bij koninklijk besluit nr. 21 van 14 mei 2020 vastgestelde uiterste datum van 31 december 2025, tenzij zij vóór die datum door de Koning worden opgeheven.

De opheffing van de maatregelen vervat in het koninklijk besluit nr. 21 van 14 mei 2020 staat los van de toepassing van andere bepalingen voorzien in het kader van de COVID-19-crisis, zoals de maatregelen vervat in het koninklijk besluit nr. 20 van 13 mei 2020 houdende tijdelijke maatregelen in de strijd tegen de COVID-19 pandemie en ter verzekering van de continuïteit van zorg in de verplichte verzekering voor geneeskundige verzorging.

Artikelsgewijze toelichting Artikel 1 van dit ontwerpbesluit voorziet in de beëindiging van de maatregel inzake het gebruik van de RID-code van het elektronisch voorschrift voorzien in bijlage 5 bij artikel 8 van het koninklijk besluit nr. 21 van 14 mei 2020.

Met betrekking tot het elektronisch voorschrift zijn dus enkel de regels zoals aangenomen buiten de context van de COVID-19 pandemie van toepassing.

Artikel 2 van dit ontwerp beëindigt de maatregelen betreffende de versoepeling van de verlengingsvoorwaarden van zorgtrajecten in bijlage 8 bij artikel 11 van het koninklijk besluit nr. 21 van 14 mei 2020.

Artikel 2 van dit ontwerp preciseert de gevolgen van de beëindiging van deze maatregelen na de datum van inwerkingtreding van dit besluit.

De referentieperiodes die beginnen vanaf de inwerkingtreding van dit besluit vallen onder de toepassing van de voorwaarden voorzien door het koninklijk besluit van 21 januari 2009Relevante gevonden documenten type koninklijk besluit prom. 21/01/2009 pub. 06/02/2009 numac 2009022031 bron federale overheidsdienst sociale zekerheid Koninklijk besluit tot uitvoering van artikel 36 van de wet betreffende de verplichte verzekering voor geneeskundige verzorging en uitkeringen, gecoördineerd op 14 juli 1994, wat betreft de zorgtrajecten sluiten tot uitvoering van artikel 36 van de wet betreffende de verplichte verzekering voor geneeskundige verzorging en uitkeringen, gecoördineerd op 14 juli 1994, wat betreft de zorgtrajecten.

Artikel 3 van dit ontwerpbesluit maakt een einde aan de maatregelen als bedoeld in artikel 14 en in bijlage 11 van het koninklijk besluit nr. 21 van 14 mei 2020 betreffende de bandagisten, waarbij de vergoedingsvoorwaarde verbonden aan de leeftijd van de patiënt, de geldigheidsduur van het medisch voorschrift en de termijn voor het afleveren van bandagisterie verstrekkingen worden aangepast.

Artikel 3 van dit ontwerpbesluit preciseert de gevolgen van de beëindiging van deze maatregelen na de datum van inwerkingtreding van dit besluit.

Er wordt op gewezen dat de maatregel betreffende verstrekkingen met dotaties, met uitzondering van stoma- en incontinentiemateriaal, reeds vanaf 1 februari 2021 niet langer relevant was, gezien de wijziging van de regelgeving op dit gebied. De opheffing is dan ook louter formeel en juridisch-technisch van aard.

Hetzelfde geldt voor de maatregel betreffende stomamateriaal, waarvoor het terugbetalingssysteem volledig werd gewijzigd op 1 april 2021.

Artikel 4 van dit ontwerpbesluit beëindigt de maatregelen betreffende logopedisten in bijlage 13 bij artikel 16 van het koninklijk besluit nr. 21 van 14 mei 2020.

Artikel 4 van dit ontwerpbesluit preciseert ook de gevolgen van de beëindiging van deze maatregelen na de datum van inwerkingtreding van dit besluit.

Artikel 5 van dit ontwerpbesluit voorziet in de beëindiging van de maatregelen betreffende kinesitherapeuten die zijn opgenomen in bijlage 14 bij artikel 17 van het koninklijk besluit nr. 21 van 14 mei 2020.

Artikel 5 van dit ontwerpbesluit preciseert ook de gevolgen van de beëindiging van deze maatregelen na de datum van inwerkingtreding van dit besluit.

Artikel 6 van dit ontwerpbesluit voorziet in de beëindiging van de maatregelen inzake opticiens voorzien in bijlage 15 bij het artikel 18 van het koninklijk besluit nr. 21 van 14 mei 2020.

Artikel 6 van dit ontwerpbesluit preciseert ook de gevolgen van de beëindiging van deze maatregelen na de datum van inwerkingtreding van dit besluit.

Artikel 7 van dit ontwerpbesluit voorziet in de beëindiging van de maatregelen inzake orthopedisten voorzien in bijlage 16 bij het artikel 19 van het koninklijk besluit nr. 21 van 14 mei 2020.

Artikel 7 van dit ontwerpbesluit preciseert ook de gevolgen van de beëindiging van deze maatregelen na de datum van inwerkingtreding van dit besluit.

Artikel 8 van dit ontwerpbesluit voorziet in de beëindiging van de maatregelen betreffende tandartsen die zijn opgenomen in bijlage 17 bij artikel 20 van het koninklijk besluit nr. 21 van 14 mei 2020.

Artikel 8 van dit ontwerpbesluit preciseert ook de gevolgen van de beëindiging van deze maatregelen na de datum van inwerkingtreding van dit besluit.

Artikel 9 van dit ontwerpbesluit voorziet in de beëindiging van de maatregelen inzake verpleegkundigen voorzien in bijlage 18 bij het artikel 21 van het koninklijk besluit nr. 21 van 14 mei 2020.

Artikel 10 van dit ontwerpbesluit voorziet in de beëindiging van de maatregelen inzake vroedvrouwen voorzien in bijlage 20 bij artikel 23 van het koninklijk besluit nr. 21 van 14 mei 2020.

Artikel 11 van dit ontwerpbesluit voorziet in de beëindiging van de maatregelen inzake audiciens voorzien in bijlage 23 bij artikel 30 van het koninklijk besluit nr. 21 van 14 mei 2020.

Artikel 11 van dit ontwerpbesluit preciseert ook de gevolgen van de beëindiging van deze maatregelen na de datum van inwerkingtreding van dit besluit.

Artikel 12 van dit ontwerpbesluit bepaalt, in diens § 1, dat de desbetreffende artikelen van het koninklijk besluit nr. 21 van 14 mei 2020 worden opgeheven op de eerste dag van de tweede maand die volgt op de bekendmaking ervan in het Belgisch Staatsblad.

Artikel 12, § 2, van dit ontwerpbesluit bepaalt dat, in afwijking van § 1, de maatregelen met betrekking tot de tandartsen bedoeld in artikel 8, §§ 1 tot 4 worden opgeheven op 1 januari 2024.

Artikel 12, § 3, van dit ontwerpbesluit bepaalt dat, in afwijking van § 1, de in artikel 8, § 5, bedoelde maatregel betreffende de verstrekkingen in het kader van het mondzorgtraject en de verwijdering van tandsteen wordt opgeheven op 1 januari 2025.

Ik heb de eer te zijn, Sire, Van Uwe Majesteit, de zeer eerbiedige en zeer getrouwe dienaar, De Minister van Sociale Zaken, F. VANDENBROUCKE

9 JULI 2023. - Koninklijk besluit tot beëindiging van verschillende bepalingen uit het koninklijk besluit nr. 21 van 14 mei 2020 houdende tijdelijke aanpassingen aan de vergoedingsvoorwaarden en administratieve regels in de verplichte verzekering voor geneeskundige verzorging ten gevolge van de COVID-19 pandemie FILIP, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.

Gelet op de wet van 24 december 2020Relevante gevonden documenten type wet prom. 24/12/2020 pub. 15/01/2021 numac 2021200012 bron federale overheidsdienst kanselarij van de eerste minister Wet tot bekrachtiging van de koninklijke besluiten genomen met toepassing van de wet van 27 maart 2020 die machtiging verleent aan de Koning om maatregelen te nemen in de strijd tegen de verspreiding van het coronavirus COVID-19 (1) sluiten tot bekrachtiging van de koninklijke besluiten genomen met toepassing van de wet van 27 maart 2020 die machtiging verleent aan de Koning om maatregelen te nemen in de strijd tegen de verspreiding van het coronavirus COVID-19 (II), artikel 17, § 1;

Gelet op het koninklijk besluit nr. 21 van 14 mei 2020 houdende tijdelijke aanpassingen aan de vergoedingsvoorwaarden en administratieve regels in de verplichte verzekering voor geneeskundige verzorging ten gevolge van de COVID-19 pandemie, artikel 31, bekrachtigd en gewijzigd bij de wet van 24 december 2020Relevante gevonden documenten type wet prom. 24/12/2020 pub. 15/01/2021 numac 2021200012 bron federale overheidsdienst kanselarij van de eerste minister Wet tot bekrachtiging van de koninklijke besluiten genomen met toepassing van de wet van 27 maart 2020 die machtiging verleent aan de Koning om maatregelen te nemen in de strijd tegen de verspreiding van het coronavirus COVID-19 (1) sluiten tot bekrachtiging van de koninklijke besluiten genomen met toepassing van de wet van 27 maart 2020 die machtiging verleent aan de Koning om maatregelen te nemen in de strijd tegen de verspreiding van het coronavirus COVID-19 (II);

Gelet op het advies van de Commissie voor begrotingscontrole, gegeven op 19 april 2023 met toepassing van artikel 2, eerste lid, van het koninklijk besluit nr. 20 van 13 mei 2020 houdende tijdelijke maatregelen in de strijd tegen de COVID-19 pandemie en ter verzekering van de continuïteit van zorg in de verplichte verzekering voor geneeskundige verzorging;

Gelet op het advies van het Comité van de verzekering voor geneeskundige verzorging, gegeven op 24 april 2023 met toepassing van artikel 2, eerste lid, van het koninklijk besluit nr. 20 van 13 mei 2020 houdende tijdelijke maatregelen in de strijd tegen de COVID-19 pandemie en ter verzekering van de continuïteit van zorg in de verplichte verzekering voor geneeskundige verzorging;

Gelet op het advies van de Inspecteur van Financiën, gegeven op 11 mei 2023;

Gelet op de akkoordbevinding van de Staatssecretaris voor Begroting, gegeven op 24 mei 2023;

Gelet op de adviesaanvraag binnen 30 dagen, die op 30 mei 2023 bij de Raad van State is ingediend, met toepassing van artikel 84, § 1, eerste lid, 2°, van de wetten op de Raad van State, gecoördineerd op 12 januari 1973;

Overwegende dat het advies niet is meegedeeld binnen die termijn;

Gelet op artikel 84, § 4, tweede lid, van de wetten op de Raad van State, gecoördineerd op 12 januari 1973;

Op de voordracht van de Minister van Sociale Zaken, Hebben Wij besloten en besluiten Wij :

Artikel 1.In afdeling 2 - Gebruik van de RID-code van het elektronisch voorschrift - van het koninklijk besluit nr. 21 van 14 mei 2020 houdende tijdelijke aanpassingen aan de vergoedingsvoorwaarden en administratieve regels in de verplichte verzekering voor geneeskundige verzorging ten gevolge van de COVID-19 pandemie, worden artikel 8 en de bijlage 5 waarnaar het verwijst, opgeheven.

Art. 2.§ 1. In afdeling 5. - Versoepeling van de verlengingsvoorwaarden van zorgtrajecten - van hetzelfde besluit, worden artikel 11 en de bijlage 8 waarnaar het verwijst, opgeheven. § 2. Vanaf de datum van inwerkingtreding van dit besluit zoals bepaald in artikel 12, § 1, wordt de maatregel beëindigd zoals beschreven in bijlage 8 bij het artikel 11 van het koninklijk besluit nr. 21 van 14 mei 2020, betreffende de vermindering van het aantal raadplegingen of bezoeken door de huisarts van 2 naar 1.

Voor de evaluatie van de te vervullen voorwaarden om te kunnen genieten van de voordelen in het kader van zorgtrajecten, blijft de maatregel betreffende de vermindering van het aantal raadplegingen of bezoeken door de huisarts van 2 naar 1 van toepassing op de referentieperiodes waarvan minstens één dag valt vóór de datum van inwerkingtreding van dit besluit. § 3. Vanaf de datum van inwerkingtreding van dit besluit zoals bepaald in artikel 12, § 1, wordt de maatregel beëindigd zoals beschreven in bijlage 8 bij het artikel 11 van het koninklijk besluit nr. 21 van 14 mei 2020, betreffende de verlenging tot 24 maanden van de referentieperiode voor de jaarlijkse raadpleging bij een arts-specialist.

Voor de evaluatie van de te vervullen voorwaarden om te kunnen genieten van de voordelen in het kader van zorgtrajecten, blijft de maatregel betreffende de verlenging tot 24 maanden van de referentieperiode voor de jaarlijkse raadpleging bij een arts-specialist van toepassing op de referentieperiodes waarvan minstens één dag valt vóór de datum van inwerkingtreding van dit besluit. § 4. Vanaf de datum van inwerkingtreding van dit besluit zoals bepaald in artikel 12, § 1, wordt de maatregel beëindigd zoals beschreven in bijlage 8 bij het artikel 11 van het koninklijk besluit nr. 21 van 14 mei 2020, betreffende de afwezigheid van controle op de aanrekening door de ondertekenende huisarts van het honorarium voor het openen van het globaal medisch dossier.

Voor de evaluatie van de te vervullen voorwaarden om te kunnen genieten van de voordelen in het kader van zorgtrajecten, blijft de maatregel betreffende de afwezigheid van controle op de aanrekening door de ondertekenende huisarts van het honorarium voor het openen van het globaal medisch dossier van toepassing op de referentieperiodes waarvan minstens één dag valt vóór de datum van inwerkingtreding van dit besluit.

Art. 3.§ 1. In afdeling 8. - Bandagisten - van hetzelfde besluit, worden artikel 14 en de bijlage 11 waarnaar het verwijst, opgeheven. § 2. Vanaf de datum van inwerkingtreding van dit besluit zoals bepaald in artikel 12, § 1, wordt de maatregel beëindigd zoals beschreven in bijlage 11 bij het artikel 14 van het koninklijk besluit nr. 21 van 14 mei 2020, betreffende de verlenging met zes maanden van de geldigheidstermijn van medische voorschriften, die gedefinieerd is als de periode tussen de datum van het opmaken van het medisch voorschrift en de ontvangstdatum van het medisch voorschrift door de bandagist.

De geldigheidstermijn van medische voorschriften die zijn opgemaakt voorafgaand aan de datum bedoeld in het eerste lid wordt niet getroffen door de opheffing van artikel 14 van het bovenvermelde koninklijk besluit nr. 21 zodanig dat deze voorschriften acht maanden geldig blijven in plaats van twee maanden voor wat betreft een eerste aanvraag of twaalf maanden in plaats van zes maanden voor een hernieuwing. § 3. Vanaf de datum van inwerkingtreding van dit besluit zoals bepaald in artikel 12, § 1, wordt de maatregel beëindigd zoals beschreven in bijlage 11 bij het artikel 14 van het koninklijk besluit nr. 21 van 14 mei 2020, betreffende de verlenging met zes maanden van de maximumleeftijd vermeld in de vergoedingsvoorwaarden van een verstrekking.

De verstrekkingen waarvoor de maatregel van verlenging van de maximumleeftijd is toegepast voorafgaand aan de datum bedoeld in het eerste lid en waarvoor de aanvragen tot tegemoetkoming de verzekeringsinstellingen bereiken na die datum worden niet getroffen door de opheffing van artikel 14 van het bovenvermelde koninklijk besluit nr. 21. § 4. Vanaf de datum van inwerkingtreding van dit besluit zoals bepaald in artikel 12, § 1, wordt de maatregel beëindigd zoals beschreven in bijlage 11 bij het artikel 14 van het koninklijk besluit nr. 21 van 14 mei 2020, betreffende de verlenging met zes maanden van de afleveringstermijn van 75 werkdagen van een verstrekking.

De verstrekkingen waarvoor de afleveringstermijn aanvangt voorafgaand aan de datum bedoeld in het eerste lid worden niet getroffen door de opheffing van artikel 14 van het bovenvermelde koninklijk besluit nr. 21.

Art. 4.§ 1. In afdeling 10. - Logopedisten - van hetzelfde besluit, worden artikel 16 en de bijlage 13 waarnaar het verwijst, opgeheven. § 2. Vanaf de datum van inwerkingtreding van dit besluit zoals bepaald in artikel 12, § 1, wordt de maatregel beëindigd zoals beschreven in bijlage 13 bij het artikel 16 van het koninklijk besluit nr. 21 van 14 mei 2020, betreffende de verlenging met zes maanden van de geldigheidstermijn van het behandelingsakkoord.

De verstrekkingen waarvoor de maatregel van verlenging is toegepast voorafgaand aan de datum bedoeld in het eerste lid en waarvoor de aanvragen tot tegemoetkoming de verzekeringsinstellingen bereiken na die datum worden niet getroffen door de opheffing van artikel 16 van het bovenvermelde koninklijk besluit nr. 21. § 3. Vanaf de datum van inwerkingtreding van dit besluit zoals bepaald in artikel 12, § 1, wordt de maatregel beëindigd zoals beschreven in bijlage 13 bij het artikel 16 van het koninklijk besluit nr. 21 van 14 mei 2020, betreffende de verlenging met zes maanden van de maximumleeftijd vermeld in de vergoedingsvoorwaarden.

De verstrekkingen waarvoor de maatregel van verlenging is toegepast voorafgaand aan de datum bedoeld in het eerste lid en waarvoor de aanvragen tot tegemoetkoming de verzekeringsinstellingen bereiken na die datum worden niet getroffen door de opheffing van artikel 16 van het bovenvermelde koninklijk besluit nr. 21. § 4. Vanaf de datum van inwerkingtreding van dit besluit zoals bepaald in artikel 12, § 1, wordt de maatregel beëindigd zoals beschreven in bijlage 13 bij het artikel 16 van het koninklijk besluit nr. 21 van 14 mei 2020, betreffende de verlenging met zes maanden van de termijn van zestig dagen vanaf de eerste bilanzitting voor het aan de adviserend arts overmaken van documenten op grond waarvan een verstrekking wordt terugbetaald, met inbegrip van de elementen betreffende het fysisch onderzoek van de patiënt wanneer dit vereist wordt.

De verstrekkingen waarvoor de maatregel van verlenging is toegepast voorafgaand aan de datum bedoeld in het eerste lid en waarvoor de aanvragen tot tegemoetkoming de verzekeringsinstellingen bereiken na die datum worden niet getroffen door de opheffing van artikel 16 van het bovenvermelde koninklijk besluit nr. 21. § 5. Vanaf de datum van inwerkingtreding van dit besluit zoals bepaald in artikel 12, § 1, wordt de maatregel beëindigd zoals beschreven in bijlage 13 bij het artikel 16 van het koninklijk besluit nr. 21 van 14 mei 2020, betreffende de verlenging met zes maanden van de termijn van zestig dagen vanaf de eerste bilanzitting voor het beginnen van de behandeling.

De verstrekkingen waarvoor de maatregel van verlenging is toegepast voorafgaand aan de datum bedoeld in het eerste lid en waarvoor de aanvragen tot tegemoetkoming de verzekeringsinstellingen bereiken na die datum worden niet getroffen door de opheffing van artikel 16 van het bovenvermelde koninklijk besluit nr. 21. § 6. Vanaf de datum van inwerkingtreding van dit besluit zoals bepaald in artikel 12, § 1, wordt de maatregel beëindigd zoals beschreven in bijlage 13 bij het artikel 16 van het koninklijk besluit nr. 21 van 14 mei 2020, betreffende de mogelijkheid van een voorschrijvend arts om een voorschrift op te maken na een raadpleging via telefoon of video met de patiënt.

De verstrekkingen waarvoor het voorschrift van de voorschrijvend arts is opgesteld na een raadpleging via telefoon of video voorafgaand aan de datum bedoeld in het eerste lid en waarvoor de aanvragen tot tegemoetkoming de verzekeringsinstellingen bereiken na die datum worden niet getroffen door de opheffing van artikel 16 van het bovenvermelde koninklijk besluit nr. 21. § 7. Vanaf de datum van inwerkingtreding van dit besluit zoals bepaald in artikel 12, § 1, wordt de maatregel beëindigd zoals beschreven in bijlage 13 bij het artikel 16 van het koninklijk besluit nr. 21 van 14 mei 2020, betreffende de mogelijkheid voor de adviserend arts om met kopieën van documenten te werken en betreffende de mogelijkheid van de logopedist om het aanvraagformulier voor een tegemoetkoming in plaats van de patiënt te ondertekenen.

Art. 5.§ 1. In afdeling 11. - Kinesitherapeuten - van hetzelfde besluit, worden artikel 17 en de bijlage 14 waarnaar het verwijst, opgeheven. § 2. Vanaf de datum van inwerkingtreding van dit besluit zoals bepaald in artikel 12, § 1, wordt de maatregel beëindigd zoals beschreven in bijlage 14 bij het artikel 17 van het koninklijk besluit nr. 21 van 14 mei 2020, betreffende de verlenging met zes maanden van de geldigheidstermijn van medische voorschriften.

De geldigheidstermijn van medische voorschriften die zijn opgemaakt voorafgaand aan de datum bedoeld in het eerste lid worden niet getroffen door de opheffing van artikel 17 van het bovenvermelde koninklijk besluit nr. 21 zodanig dat de behandeling kan beginnen binnen de acht maanden in plaats van twee maanden volgend op de datum van het voorschrift indien de datum van het begin van de behandeling verschilt van de datum van het voorschrift. § 3. Vanaf de datum van inwerkingtreding van dit besluit zoals bepaald in artikel 12, § 1, wordt de maatregel beëindigd zoals beschreven in bijlage 14 bij het artikel 17 van het koninklijk besluit nr. 21 van 14 mei 2020, betreffende de verlenging met zes maanden van de geldigheidstermijn van medische vaststellingen voor acute F-aandoeningen (Fa) en chronische F-aandoeningen (Fb).

De geldigheidstermijn van medische vaststellingen voorafgaand aan de datum bedoeld in het eerste lid wordt niet getroffen door de opheffing van artikel 17 van het bovenvermelde koninklijk besluit nr. 21 zodanig dat de kennisgeving van Fa en Fb kan overeenstemmen met medische vaststellingen die zijn uitgevoerd ten vroegste twaalf maanden voor het begin van de periode waarop die kennisgeving slaat, in plaats van zes maanden. § 4. Vanaf de datum van inwerkingtreding van dit besluit zoals bepaald in artikel 12, § 1, wordt de maatregel beëindigd zoals beschreven in bijlage 14 bij het artikel 17 van het koninklijk besluit nr. 21 van 14 mei 2020, betreffende de verlenging met zes maanden van de geldigheidstermijn van de kennisgeving Fa.

De geldigheidstermijn van de kennisgeving Fa waarvan de eerste verstrekking in het kader van de behandeling werd verleend voor de datum bedoeld in het eerste lid, wordt niet getroffen door de opheffing van artikel 17 van het bovenvermelde koninklijk besluit nr. 21 zodanig dat de kennisgeving van acute F-aandoeningen (Fa) op een periode van achttien maanden slaat vanaf de datum van de eerste verstrekking in het kader van een behandeling van een pathologische situatie uit de Fa-lijst, in plaats van twaalf maanden. § 5. Vanaf de datum van inwerkingtreding van dit besluit zoals bepaald in artikel 12, § 1, worden de maatregels beëindigd zoals beschreven in bijlage 14 bij het artikel 17 van het koninklijk besluit nr. 21 van 14 mei 2020, betreffende de verlenging met zes maanden van de geldigheidsduur van het akkoord voor zware aandoeningen (E-lijst) en het overmaken van een akkoordaanvraag zonder de bevestiging van de diagnose door een arts-specialist.

Indien een akkoord voor zware aandoeningen (E-lijst) gedurende minstens één dag geldig is voor de datum bedoeld in artikel 12, § 1, wordt de geldigheidsduur van het akkoord niet getroffen door de opheffing van artikel 17 van het bovenvermelde koninklijk besluit nr. 21, zodanig dat de geldigheidsduur van het akkoord voor zware aandoeningen (E-lijst) verlengd wordt met 6 maanden. § 6. Vanaf de datum van inwerkingtreding van dit besluit zoals bepaald in artikel 12, § 1, wordt de maatregel beëindigd zoals beschreven in bijlage 14 bij het artikel 17 van het koninklijk besluit nr. 21 van 14 mei 2020, betreffende de verlenging met zes maanden van de maximumleeftijd vermeld in de vergoedingsvoorwaarden.

De verstrekkingen waarvoor de maatregel van verlenging van de maximumleeftijd is toegepast voorafgaand aan de datum bedoeld in het eerste lid en waarvoor de aanvragen tot tegemoetkoming de verzekeringsinstellingen bereiken na die datum worden niet getroffen door de opheffing van artikel 17 van het bovenvermelde koninklijk besluit nr. 21.

Art. 6.§ 1. In afdeling 12. - Opticiens - van hetzelfde besluit, worden artikel 18 en de bijlage 15 waarnaar het verwijst, opgeheven. § 2. Vanaf de datum van inwerkingtreding van dit besluit zoals bepaald in artikel 12, § 1, wordt de maatregel beëindigd zoals beschreven in bijlage 15 bij het artikel 18 van het koninklijk besluit nr. 21 van 14 mei 2020, betreffende de verlenging met zes maanden van de geldigheidstermijn van medische voorschriften, die gedefinieerd is als de periode tussen de datum van het opmaken van het medisch voorschrift door de arts en de ontvangstdatum van dat voorschrift door de opticien.

De geldigheidstermijn van medische voorschriften die zijn opgemaakt voorafgaand aan de datum bedoeld in het eerste lid wordt niet getroffen door de opheffing van artikel 18 van het bovenvermelde koninklijk besluit nr. 21 zodanig dat deze voorschriften twaalf maanden geldig blijven. § 3. Vanaf de datum van inwerkingtreding van dit besluit zoals bepaald in artikel 12, § 1, wordt de maatregel beëindigd zoals beschreven in bijlage 15 bij het artikel 18 van het koninklijk besluit nr. 21 van 14 mei 2020, betreffende de verlenging met zes maanden van de maximumleeftijd vermeld in de vergoedingsvoorwaarden van een verstrekking.

De verstrekkingen waarvoor de maatregel van verlenging van de maximumleeftijd is toegepast voorafgaand aan de datum bedoeld in het eerste lid en waarvoor de aanvragen tot tegemoetkoming de verzekeringsinstellingen bereiken na die datum worden niet getroffen door de opheffing van artikel 18 van het bovenvermelde koninklijk besluit nr. 21. § 4. Vanaf de datum van inwerkingtreding van dit besluit zoals bepaald in artikel 12, § 1, wordt de maatregel beëindigd zoals beschreven in bijlage 15 bij het artikel 18 van het koninklijk besluit nr. 21 van 14 mei 2020, betreffende de verlenging met zes maanden van de termijn van één jaar voor het onderhoud van oogprotheses.

De oogprothesen waarvoor de termijn voor onderhoud aanvangt voor de datum bedoeld in het eerste lid worden niet getroffen door de opheffing van artikel 18 van het bovenvermelde koninklijk besluit nr. 21.

Art. 7.§ 1. In afdeling 13. - Orthopedisten - van hetzelfde besluit, worden artikel 19 en de bijlage 16 waarnaar het verwijst, opgeheven. § 2. Vanaf de datum van inwerkingtreding van dit besluit zoals bepaald in artikel 12, § 1, wordt de maatregel beëindigd zoals beschreven in bijlage 16 bij het artikel 19 van het koninklijk besluit nr. 21 van 14 mei 2020, betreffende de verlenging met zes maanden van de geldigheidstermijn van medische voorschriften, die gedefinieerd is als de periode tussen de datum van het opmaken van het medisch voorschrift door de arts en de ontvangstdatum van dat voorschrift door de orthopedist.

De geldigheidstermijn van medische voorschriften die zijn opgemaakt voorafgaand aan de datum bedoeld in het eerste lid wordt niet getroffen door de opheffing van artikel 19 van het bovenvermelde koninklijk besluit nr. 21 zodanig dat deze voorschriften acht maanden geldig blijven in plaats van twee maanden voor een eerste toerusting, of twaalf maanden in plaats van zes maanden voor een hernieuwing. § 3. Vanaf de datum van inwerkingtreding van dit besluit zoals bepaald in artikel 12, § 1, wordt de maatregel beëindigd zoals beschreven in bijlage 16 bij het artikel 19 van het koninklijk besluit nr. 21 van 14 mei 2020, betreffende de verlenging met zes maanden van de maximumleeftijd in de vergoedingsvoorwaarden van een verstrekking.

De verstrekkingen waarvoor de maatregel van verlenging van de maximumleeftijd is toegepast voorafgaand aan de datum bedoeld in het eerste lid en waarvoor de aanvragen tot tegemoetkoming de verzekeringsinstellingen bereiken na die datum worden niet getroffen door de opheffing van artikel 19 van het bovenvermelde koninklijk besluit nr. 21. § 4. Vanaf de datum van inwerkingtreding van dit besluit zoals bepaald in artikel 12, § 1, wordt de maatregel beëindigd zoals beschreven in bijlage 16 bij het artikel 19 van het koninklijk besluit nr. 21 van 14 mei 2020, betreffende de verlenging met zes maanden van de afleveringstermijn van 75 werkdagen van een verstrekking.

De verstrekkingen waarvoor de afleveringstermijn aanvangt voor de datum bedoeld in het eerste lid worden niet getroffen door de opheffing van artikel 19 van het bovenvermelde koninklijk besluit nr. 21. § 5. Vanaf de datum van inwerkingtreding van dit besluit zoals bepaald in artikel 12, § 1, wordt de maatregel beëindigd zoals beschreven in bijlage 16 bij het artikel 19 van het koninklijk besluit nr. 21 van 14 mei 2020, betreffende de verlenging met één maand van de dotatieperiode.

De verstrekkingen van de lopende dotatieperiode die zijn afgeleverd tot één maand na de datum bedoeld in het eerste lid en die de verzekeringsinstellingen bereiken na die datum worden niet getroffen door de opheffing van artikel 19 van het bovenvermelde koninklijk besluit nr. 21. § 6. Vanaf de datum van inwerkingtreding van dit besluit zoals bepaald in artikel 12, § 1, wordt de maatregel beëindigd zoals beschreven in bijlage 16 bij het artikel 19 van het koninklijk besluit nr. 21 van 14 mei 2020, betreffende de verlenging met zes maanden van de termijn van 24 of 12 maanden waarbinnen drukkledij in geval van latere correctieve chirurgie mag worden afgeleverd met het oog op terugbetaling.

De verstrekkingen betreffende drukkledij waarvoor de maatregel van verlenging is toegepast voorafgaand aan de datum bedoeld in het eerste lid en waarvoor de aanvragen tot tegemoetkoming de verzekeringsinstellingen bereiken na die datum worden niet getroffen door de opheffing van artikel 19 van het bovenvermelde koninklijk besluit nr. 21. § 7. Vanaf de datum van inwerkingtreding van dit besluit zoals bepaald in artikel 12, § 1, wordt de maatregel beëindigd zoals beschreven in bijlage 16 bij het artikel 19 van het koninklijk besluit nr. 21 van 14 mei 2020, betreffende de verlenging met zes maanden van de termijn van zes maanden of een jaar voor het onderhoud en herstel van de prothese.

De prothesen waarvoor de onderhoudstermijn aanvangt voor de datum bedoeld in het eerste lid worden niet getroffen door de opheffing van artikel 19 van het bovenvermelde koninklijk besluit nr. 21.

Art. 8.§ 1. In afdeling 14. - Tandartsen - van hetzelfde besluit, worden artikel 20 en de bijlage 17 waarnaar het verwijst, opgeheven. § 2. Vanaf de datum van inwerkingtreding van dit besluit zoals bepaald in artikel 12, § 2, wordt de maatregel beëindigd zoals beschreven in bijlage 17 bij het artikel 20 van het koninklijk besluit nr. 21 van 14 mei 2020, betreffende de verlenging met zes maanden van de maximumleeftijd in de vergoedingsvoorwaarden van een verstrekking.

De verstrekkingen waarvoor de maatregel van verlenging van de maximumleeftijd is toegepast voorafgaand aan de datum bedoeld in het eerste lid en waarvoor de aanvragen tot tegemoetkoming de verzekeringsinstellingen bereiken na die datum worden niet getroffen door de opheffing van artikel 20 van het bovenvermelde koninklijk besluit nr. 21. § 3. Vanaf de datum van inwerkingtreding van dit besluit zoals bepaald in artikel 12, § 2, wordt de maatregel beëindigd zoals beschreven in bijlage 17 bij het artikel 20 van het koninklijk besluit nr. 21 van 14 mei 2020, betreffende de verlenging met zes maanden van verschillende termijnen bij orthodontische behandelingen.

De verstrekkingen waarvoor de maatregel van verlenging is toegepast voorafgaand aan de datum bedoeld in het eerste lid en waarvoor de aanvragen tot tegemoetkoming de verzekeringsinstellingen bereiken na die datum worden niet getroffen door de opheffing van artikel 20 van het bovenvermelde koninklijk besluit nr. 21. § 4. Vanaf de datum van inwerkingtreding van dit besluit zoals bepaald in artikel 12, § 2, wordt voor de verstrekkingen betreffende uitneembare prothesen, orale implantaten, bij kankerpatiënten en bij anodontie en voor de corresponderende toepassingsregels de maatregel beëindigd zoals beschreven in bijlage 17 bij het artikel 20 van het koninklijk besluit nr. 21 van 14 mei 2020, betreffende de schorsing en de verlenging van de opvolgtermijn van dertig dagen van die verstrekkingen.

De verstrekkingen waarvoor de maatregel betreffende de schorsing en verlenging van de opvolgtermijn is toegepast voorafgaand aan de datum bedoeld in het eerste lid en waarvoor de aanvragen tot tegemoetkoming de verzekeringsinstellingen bereiken na die datum worden niet getroffen door de opheffing van artikel 20 van het bovenvermelde koninklijk besluit nr. 21. § 5. Vanaf de datum van inwerkingtreding zoals bepaald in artikel 12, § 3, wordt voor de verstrekkingen in het kader van het mondzorgtraject en voor de verwijdering van tandsteen de maatregel beëindigd zoals beschreven in bijlage 17 bij het artikel 20 van het koninklijk besluit nr. 21 van 14 mei 2020.

Art. 9.In afdeling 15. - Verpleegkundigen - van hetzelfde besluit, worden artikel 21 en de bijlage 18 waarnaar het verwijst, opgeheven.

Art. 10.In afdeling 17. - Vroedvrouwen - van hetzelfde besluit, worden artikel 23 en de bijlage 20 waarnaar het verwijst, opgeheven.

Art. 11.§ 1. In afdeling 21. - Audiciens - van hetzelfde besluit, worden artikel 30 en de bijlage 23 waarnaar het verwijst, opgeheven. § 2. Vanaf de datum van inwerkingtreding van dit besluit zoals bepaald in artikel 12, § 1, wordt de maatregel beëindigd zoals beschreven in bijlage 23 bij het artikel 30 van het koninklijk besluit nr. 21 van 14 mei 2020, betreffende de verlenging met zes maanden van de geldigheidstermijn van medische voorschriften, die gedefinieerd is als de periode tussen de datum van het opmaken van het medisch voorschrift door de arts en de ontvangstdatum van dat voorschrift door de audicien.

De geldigheidstermijn van medische voorschriften die zijn opgemaakt voorafgaand aan de datum bedoeld in het eerste lid wordt niet getroffen door de opheffing van artikel 30 van het bovenvermelde koninklijk besluit nr. 21 zodanig dat deze voorschriften twaalf maanden geldig blijven in plaats van zes maanden voor wat betreft de testen en acht maanden in plaats van twee maanden voor de toerusting. § 3. Vanaf de datum van inwerkingtreding van dit besluit zoals bepaald in artikel 12, § 1, wordt de maatregel beëindigd zoals beschreven in bijlage 23 bij het artikel 30 van het koninklijk besluit nr. 21 van 14 mei 2020, betreffende de verlenging met zes maanden van de maximumleeftijd vermeld in de vergoedingsvoorwaarden van een verstrekking.

De verstrekkingen waarvoor de maatregel van verlenging van de maximumleeftijd is toegepast voorafgaand aan de datum bedoeld in het eerste lid en waarvoor de aanvragen tot tegemoetkoming de verzekeringsinstellingen bereiken na die datum worden niet getroffen door de opheffing van artikel 30 van het bovenvermelde koninklijk besluit nr. 21. § 4. Vanaf de datum van inwerkingtreding van dit besluit zoals bepaald in artikel 12, § 1, wordt de maatregel beëindigd zoals beschreven in bijlage 23 bij het artikel 30 van het koninklijk besluit nr. 21 van 14 mei 2020, betreffende de verlenging met zes maanden van de afleveringstermijn van een verstrekking.

De verstrekkingen waarvoor de afleveringstermijn aanvangt voor de datum bedoeld in het eerste lid worden niet getroffen door de opheffing van artikel 30 van het bovenvermelde koninklijk besluit nr. 21. § 5. Vanaf de datum van inwerkingtreding van dit besluit zoals bepaald in artikel 12, § 1, wordt de maatregel beëindigd zoals beschreven in bijlage 23 bij het artikel 30 van het koninklijk besluit nr. 21 van 14 mei 2020, betreffende de verlenging met zes maanden van de afleveringstermijn van een contralaterale toerusting.

De verstrekkingen waarvoor de afleveringstermijn aanvangt voor de datum bedoeld in het eerste lid worden niet getroffen door de opheffing van artikel 30 van het bovenvermelde koninklijk besluit nr. 21.

Art. 12.§ 1. Dit besluit treedt in werking op de eerste dag van de tweede maand na die waarin het is bekendgemaakt in het Belgisch Staatsblad, met uitzondering van de bepalingen waarvan de datum van inwerkingtreding bepaald wordt bij §§ 2 en 3. § 2. In uitzondering op § 1, treedt artikel 8, §§ 1 tot 4, in werking op 1 januari 2024. § 3. In uitzondering op § 1, treedt artikel 8, § 5, in werking op 1 januari 2025.

Art. 13.De minister bevoegd voor Sociale Zaken is belast met de uitvoering van dit besluit.

Gegeven te Brussel, 9 juli 2023.

FILIP Van Koningswege : De Minister van Sociale Zaken, F. VANDENBROUCKE

^