Etaamb.openjustice.be
Koninklijk Besluit van 09 januari 2007
gepubliceerd op 01 maart 2007

Koninklijk besluit betreffende de legitimatiekaarten van de politieambtenaren en van de leden van het administratief en logistiek kader van de Algemene inspectie van de federale politie en van de lokale politie

bron
federale overheidsdienst justitie en federale overheidsdienst binnenlandse zaken
numac
2007000065
pub.
01/03/2007
prom.
09/01/2007
ELI
eli/besluit/2007/01/09/2007000065/staatsblad
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
Document Qrcode

9 JANUARI 2007. - Koninklijk besluit betreffende de legitimatiekaarten van de politieambtenaren en van de leden van het administratief en logistiek kader van de Algemene inspectie van de federale politie en van de lokale politie


ALBERT II, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.

Gelet op de wet van 7 december 1998 tot organisatie van een geïntegreerde politiedienst, gestructureerd op twee niveaus, inzonderheid op de artikelen 141 en 149;

Gelet op het advies van de Inspecteur van Financiën, gegeven op 25 oktober 2005;

Gelet op de akkoordbevinding van Onze Minister van Begroting, gegeven op 28 maart 2006;

Gelet op de akkoordbevinding van Onze Minister van Ambtenarenzaken, gegeven op 24 januari 2006;

Gelet op het protocol nr. 156/2 van 26 oktober 2005 van het Hoog Overlegcomité van de politiediensten;

Gelet op het advies nr. 40.884 van de Raad van State, gegeven op 8 augustus 2006, met toepassing van artikel 84, § 1, eerste lid, 1°, van de gecoördineerde wetten op de Raad van State;

Gelet op het feit dat bij de redactie van dit besluit rekening werd gehouden met de adviezen van de Vaste Commissie voor Taaltoezicht gegeven in soortgelijke materies.

Op de voordracht van Onze Minister van Justitie en Onze Minister van Binnenlandse Zaken, Hebben Wij besloten en besluiten Wij : HOOFDSTUK I. - Algemene bepalingen

Artikel 1.De legitimatiekaart van de politieambtenaren van de Algemene inspectie van de federale politie en van de lokale politie wordt vastgesteld overeenkomstig de modellen die zijn afgebeeld in bijlage 1.

De legitimatiekaart van de leden van het administratief en logistiek kader van de Algemene inspectie van de federale politie en van de lokale politie wordt vastgesteld overeenkomstig de modellen die zijn afgebeeld in bijlage 2.

Voornoemde legitimatiekaarten hebben de vorm van een rechthoek die een lengte heeft van 105 mm en een breedte van 74 mm.

De voor- en achterzijde van de kaarten hebben een gedeeltelijk lichtblauwe achtergrond.

De kaarten zijn voorzien van veiligheidsopdrukken en zijn geplastificeerd.

Art. 2.De legitimatiekaart van de politieambtenaren en van de leden van het administratief en logistiek kader van de Algemene inspectie bevat op de voorzijde volgende vermeldingen en afbeeldingen: 1° bovenaan, de vermelding "Algemene inspectie van de federale politie en van de lokale politie";2° op het rechtergedeelte, de voornaam en naam van de houder;3° op het rechtergedeelte, onder de naam en voornaam van de houder, de vermelding "De inspecteur-generaal";4° op het rechtergedeelte, onder de vermelding "De inspecteur-generaal" diens handtekening;5° op het middengedeelte, het klein zegel van de Belgische Staat;6° op het linkergedeelte, twee verticale banden met de nationale driekleur;7° op het linkermiddengedeelte, op de verticale banden met de nationale driekleur, een pasfoto van de houder in kleur;8° op het linkermiddengedeelte, onder de pasfoto van de houder, het identificatienummer van de houder en daaronder het volgnummer van de kaart;9° onderaan, in het midden, de vermelding "AIG";10° onderaan, onder de vermelding "AIG", de vermelding "Koninkrijk België". HOOFDSTUK II. - De legitimatiekaart van de politieambtenaren van de Algemene inspectie van de federale politie en van de lokale politie

Art. 3.De legitimatiekaart van de politieambtenaren van de Algemene inspectie van de federale politie en van de lokale politie bevat op de achterzijde één van de volgende vermeldingen: 1° Officier van Gerechtelijke Politie/Hulpofficier van de Procureur des Konings/Officier van Bestuurlijke Politie;2° Officier van Gerechtelijke Politie/Hulpofficier van de Procureur des Konings;3° Agent van Gerechtelijke Politie. De vermelding op de kaart hangt af van de hoedanigheden of één van de hoedanigheden waarmee de houder bekleed is. HOOFDSTUK III. - De legitimatiekaart van de leden van het administratief en logistiek kader van de Algemene inspectie van de federale politie en van de lokale politie

Art. 4.De legitimatiekaart van de leden van het administratief en logistiek kader van de Algemene inspectie van de federale politie en van lokale politie bevat op de achterzijde de vermelding "Personeelslid van het Administratief en Logistiek Kader van de Algemene Inspectie". HOOFDSTUK IV. - Gemeenschappelijke bepalingen

Art. 5.De vermeldingen bedoeld in de artikelen 2, 1°, 3° en 10°, 3, eerste lid en 4, worden gesteld in het Nederlands, het Frans en het Duits, met voorrang voor de taal van de houder.

Art. 6.§ 1. De legitimatiekaart wordt teruggegeven aan de Inspecteur-generaal van de Algemene inspectie van de federale politie en van de lokale politie: 1° wanneer de kaart beschadigd is;2° wanneer één of meer gegevens die op de kaart voorkomen, gewijzigd zijn of wanneer de foto niet meer voldoende gelijkend is;3° wanneer de houder om om het even welke reden zijn ambt definitief niet langer uitoefent. § 2. De Inspecteur-generaal van de Algemene inspectie van de federale politie en van de lokale politie trekt de legitimatiekaart van de geschorste of van zijn ambt ontheven houder tijdelijk in, hoelang die maatregel ook moge duren, alsook de legitimatiekaart van de houder wiens ambtsuitoefening om enige andere statutaire reden gedurende meer dan vijfenveertig dagen onderbroken wordt.

De kaart wordt aan de houder teruggegeven zodra hij zijn ambt weer uitoefent.

Art. 7.Het verlies, de diefstal of de vernietiging van de legitimatiekaart wordt onmiddellijk door de houder aan de Inspecteur-generaal schriftelijk gemeld. Het verlies en de diefstal maken bovendien het voorwerp uit van een proces-verbaal.

Art. 8.Onze Minister van Justitie en Onze Minister van Binnenlandse Zaken zijn, ieder wat hem betreft, belast met de uitvoering van dit besluit.

Gegeven te Brussel, 9 januari 2007.

ALBERT Van Koningswege : De Minister van Justitie, Mevr. L. ONKELINX De Minister van Binnenlandse Zaken, P. DEWAEL

Bijlage 1 bij het koninklijk besluit van 9 januari 2007

Voor de raadpleging van de tabel, zie beeld

Gezien om te worden gevoegd bij Ons besluit van 9 januari 2007 betreffende de legitimatiekaarten van de politieambtenaren en van de leden van het administratief en logistiek kader van de Algemene Inspectie van de federale politie en van de lokale politie.

ALBERT Van Koningswege : De Minister van Justitie, Mevr. L. ONKELINX De Minister van Binnenlandse Zaken, P. DEWAEL

Bijlage 2 bij het koninklijk besluit van 9 januari 2007

Voor de raadpleging van de tabel, zie beeld

Gezien om te worden gevoegd bij Ons besluit van 9 januari 2007 betreffende de legitimatiekaarten van de politieambtenaren en van de leden van het administratief en logistiek kader van de Algemene Inspectie van de federale politie en van de lokale politie.

ALBERT Van Koningswege : De Minister van Justitie, Mevr. L. ONKELINX De Minister van Binnenlandse Zaken, P. DEWAEL

^