Etaamb.openjustice.be
Koninklijk Besluit van 09 januari 2005
gepubliceerd op 21 februari 2005

Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 16 december 2002, gesloten in het Paritair Subcomité voor de diensten voor gezins- en bejaardenhulp van de Franse Gemeenschap, het Waalse Gewest en de Duitstalige Gemeenschap, tot wijziging van de collectieve arbeidsovereenkomst van 30 augustus 2000 houdende maatregelen ter bevordering van de tewerkstelling in de sector van de diensten voor gezins- en bejaardenhulp, gesubsidieerd door de gemeenschappelijke en de Franse Gemeenschapscommissie van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest

bron
federale overheidsdienst werkgelegenheid, arbeid en sociaal overleg
numac
2004203656
pub.
21/02/2005
prom.
09/01/2005
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
Document Qrcode

9 JANUARI 2005. - Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 16 december 2002, gesloten in het Paritair Subcomité voor de diensten voor gezins- en bejaardenhulp van de Franse Gemeenschap, het Waalse Gewest en de Duitstalige Gemeenschap, tot wijziging van de collectieve arbeidsovereenkomst van 30 augustus 2000 houdende maatregelen ter bevordering van de tewerkstelling in de sector van de diensten voor gezins- en bejaardenhulp, gesubsidieerd door de gemeenschappelijke en de Franse Gemeenschapscommissie van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest (1)


ALBERT II, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.

Gelet op de wet van 5 december 1968 betreffende de collectieve arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités, inzonderheid op artikel 28;

Gelet op het verzoek van het Paritair Subcomité voor de diensten voor gezins- en bejaardenhulp van de Franse Gemeenschap, het Waalse Gewest en de Duitstalige Gemeenschap;

Op de voordracht van Onze Minister van Werk, Hebben Wij besloten en besluiten Wij :

Artikel 1.Algemeen verbindend wordt verklaard de als bijlage overgenomen collectieve arbeidsovereenkomst van 16 december 2002, gesloten in het Paritair Subcomité voor de diensten voor gezins- en bejaardenhulp van de Franse Gemeenschap, het Waalse Gewest en de Duitstalige Gemeenschap, tot wijziging van de collectieve arbeidsovereenkomst van 30 augustus 2000 houdende maatregelen ter bevordering van de tewerkstelling in de sector van de diensten voor gezins- en bejaardenhulp, gesubsidieerd door de gemeenschappelijke en de Franse Gemeenschapscommissie van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest.

Art. 2.Onze Minister van Werk is belast met de uitvoering van dit besluit.

Gegeven te Brussel, 9 januari 2005.

ALBERT Van Koningswege : De Minister van Werk, Mevr. F. VAN DEN BOSSCHE _______ Nota (1) Verwijzing naar het Belgisch Staatsblad : Wet van 5 december 1968, Belgisch Staatsblad van 15 januari 1969. Bijlage Paritair Subcomité voor de diensten voor gezins- en bejaardenhulp van de Franse Gemeenschap, het Waalse Gewest en de Duitstalige Gemeenschap Collectieve arbeidsovereenkomst van 16 december 2002 Wijziging van de collectieve arbeidsovereenkomst van 30 augustus 2000 houdende maatregelen ter bevordering van de tewerkstelling in de sector van de diensten voor gezins- en bejaardenhulp, gesubsidieerd door de gemeenschappelijke en de Franse Gemeenschapscommissie van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest (Overeenkomst geregistreerd op 1 december 2003 onder het nummer 68763/CO/318.01) HOOFDSTUK I. - Juridisch kader

Artikel 1.Deze collectieve arbeidsovereenkomst wordt gesloten overeenkomstig de bepalingen van de wet van 5 december 1968 betreffende de collectieve arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités en bij toepassing van het koninklijk besluit van 18 juli 2002 houdende maatregelen ter bevordering van de tewerkstelling in de non-profitsector (Belgisch Staatsblad van 22 augustus 2002). HOOFDSTUK II. - Toepassingsgebied

Art. 2.Deze collectieve arbeidsovereenkomst is van toepassing op de werknemers en werkgevers van de diensten die vallen onder de bevoegdheid van het Paritair Comité voor de diensten voor gezins- en bejaardenhulp, gesubsidieerd door de gemeenschappelijke en de Franse Gemeenschapscommissie van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest. HOOFDSTUK III. - Doel

Art. 3.De bepalingen van de collectieve arbeidsovereenkomst van 30 augustus 2000 houdende maatregelen ter bevordering van de tewerkstelling in de non-profitsector, gesloten in het Paritair Subcomité voor de diensten voor gezins- en bejaardenhulp, houdende maatregelen ter bevordering van de tewerkstelling in de sector van de diensten voor gezins- en bejaardenhulp, gesubsidieerd door de gemeenschappelijke en de Franse Gemeenschapscommissie van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest, die niet strijdig zijn met het koninklijk besluit, bepaald in artikel 1, blijven van toepassing. HOOFDSTUK IV. - Nieuwe bepalingen

Art. 4.Voor de toepassing van artikel 2, § 1, 2e alinea, 1° van het koninklijk besluit, bepaald in artikel 1, bedraagt de wekelijkse arbeidsduur die in aanmerking moet worden genomen voor de berekening van de 50 pct. van het aantal werkdagen of -uren, vastgelegd in de betrokken sector voor een voltijdse tewerkstelling, 38 uren.

Voor de toepassing van artikel 12 van het koninklijk besluit, bepaald in artikel 1, tweede alinea, wordt verstaan onder "vergoedingen en voordelen die verschuldigd zijn krachtens collectieve arbeidsovereenkomsten die gesloten zijn in het paritair orgaan waarvan de werkgever afhangt", de volgende vergoedingen en voordelen : - de eindejaarspremie, zoals bepaald in de collectieve arbeidsovereenkomst van 16 september 2002 tot vervanging van de collectieve arbeidsovereenkomst van 10 december 2001 betreffende de toekenning van een eindejaarspremie in de sector van de diensten voor gezins- en bejaardenhulp, gesubsidieerd door de gemeenschappelijke en de Franse Gemeenschapscommissie van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest en in de collectieve arbeidsovereenkomst van 16 december 2002 tot toekenning van een eindejaarspremie aan het bediendenpersoneel; - de haard-/standplaatstoelage, zoals bepaald in de collectieve arbeidsovereenkomst van 16 september 2002 tot vervanging van de collectieve arbeidsovereenkomst van 10 december 2001 betreffende de haard-/standplaatstoelage in de sector van de diensten voor gezins- en bejaardenhulp, gesubsidieerd door de gemeenschappelijke en de Franse Gemeenschapscommissie van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest; - de toekenning van 4 dagen aanvullend verlof, zoals bepaald in de collectieve arbeidsovereenkomst van 4 december 2001 betreffende de toekenning van vier dagen aanvullend verlof; - de toekenning van een dag Gemeenschapsverlof, zoals bepaald in de collectieve arbeidsovereenkomst van 10 december 2001 betreffende de toekenning van een dag verlof voor het feest van de Franse of Vlaamse Gemeenschap in de sector van de diensten voor gezins- en bejaardenhulp, gesubsidieerd door de gemeenschappelijke en de Franse Gemeenschapscommissie van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest; - de vrijstelling van prestaties vanaf 45 jaar, zoals bepaald in de collectieve arbeidsovereenkomst van 10 december 2001 betreffende de toekenning van vrijstelling van arbeidsprestaties met bijkomende aanwerving in de sector van de diensten voor gezins- en bejaardenhulp, gesubsidieerd door de Franse Gemeenschapscommissie van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest; - de loon- en arbeidsvoorwaarden, zoals bepaald in de collectieve arbeidsovereenkomst van 18 november 2002 tot vervanging van de collectieve arbeidsovereenkomst van 10 december 2001 betreffende de harmonisering van de loonschalen, de concordantie van de functies en de indexering in de sector van de diensten voor gezins- en bejaardenhulp, gesubsidieerd door de gemeenschappelijke en de Franse Gemeenschapscommissie van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest; - de vergoeding voor onderhoud van de arbeidskledij, zoals bepaald in de collectieve arbeidsovereenkomst van 8 oktober 2001 betreffende de levering en het onderhoud van de arbeidskledij; - de verplaatsingskosten, zoals bepaald in de collectieve arbeidsovereenkomst van 8 oktober 2001 tot vaststelling van de terugbetaling van de professionele verplaatsingskosten; - de prestaties tijdens weekends en op feestdagen, zoals bepaald in de collectieve arbeidsovereenkomst van 4 september 1997 (geregistreerd onder het nummer 46460/CO/318), algemeen verbindend verklaard bij koninklijk besluit van 27 april 2000 (Belgisch Staatsblad van 9 september 2000); - het aanvullend sociaal voordeel, zoals bepaald in de collectieve arbeidsovereenkomst van 8 oktober 2001 tot vaststelling van het bedrag en de toekennings- en opheffingsmodaliteiten van een aanvullend sociaal voordeel en in de collectieve arbeidsovereenkomst van 10 december 2001 houdende toekenning van een aanvullend sociaal voordeel aan het administratief en sociaal personeel.

Onder "loon" wordt verstaan : het loon zoals bepaald in de collectieve arbeidsovereenkomst van 18 november 2002 tot vervanging van de collectieve arbeidsovereenkomst van 10 december 2001 betreffende de harmonisering van de loonschalen, de concordantie van de functies en de indexering in de sector van de diensten voor gezins- en bejaardenhulp, gesubsidieerd door de gemeenschappelijke en de Franse Gemeenschapscommissie van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest. HOOFDSTUK V. - Slotbepalingen

Art. 5.Deze collectieve arbeidsovereenkomst wijzigt de collectieve arbeidsovereenkomst van 30 augustus 2000 houdende maatregelen ter bevordering van de tewerkstelling in de sector van de diensten voor gezins- en bejaardenhulp, gesubsidieerd door de gemeenschappelijke en de Franse Gemeenschapscommissie van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest (geregistreerd onder het nr. 55841/CO/318, koninklijk besluit van 23 januari 2002, Belgisch Staatsblad van 16 april 2002).

Zij wordt van kracht op 1 januari 2003 en is gesloten voor onbepaalde tijd.

Zij kan door elk van de partijen worden opgezegd, mits een opzeggingstermijn van drie maanden wordt nageleefd, betekend bij een ter post aangetekende brief, gericht aan de voorzitter van het Paritair Subcomité voor de diensten voor gezins- en bejaardenhulp.

Gezien om te worden gevoegd bij het koninklijk besluit van 9 januari 2005.

De Minister van Werk, Mevr. F. VAN DEN BOSSCHE

^