gepubliceerd op 23 oktober 2017
Koninklijk besluit tot wijziging van het koninklijk besluit van 9 juni 1999 houdende de uitvoering van de wet van 30 april 1999 betreffende de tewerkstelling van buitenlandse werknemers, aangaande de gezinsleden van de langdurig ingezetenen
8 OKTOBER 2017. - Koninklijk besluit tot wijziging van het koninklijk besluit van 9 juni 1999 houdende de uitvoering van de wet van 30 april 1999 betreffende de tewerkstelling van buitenlandse werknemers, aangaande de gezinsleden van de langdurig ingezetenen
****, **** der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.
Gelet op de wet van 30 april 1999 betreffende de tewerkstelling van buitenlandse werknemers, onder andere artikel 7, eerste lid;
Gelet op het koninklijk besluit van 9 juni 1999 houdende de uitvoering van de wet van 30 april 1999 betreffende de tewerkstelling van buitenlandse werknemers;
Gelet op het advies van de **** voor de tewerkstelling van buitenlandse werknemers, gegeven op 20 april 2017;
Gelet op het advies van de **** van Financiën, gegeven op 28 april 2017;
Gelet op het akkoord van de **** van Begroting, gegeven op 9 juni 2017;
Gelet op de **** uitgevoerd overeenkomstig de artikelen 6 en 7 van de wet van 15 december 2013 houdende diverse bepalingen inzake administratieve vereenvoudiging;
Gelet op het advies ****. 62.018/1/**** van de **** van State, gegeven op 31 augustus 2017, met toepassing van artikel 84, § 1, 2°, van de gecoördineerde wetten op de **** van State;
Op de voordracht van Onze **** van Werk en op het advies van Onze in **** vergaderde Ministers, Hebben Wij besloten en besluiten Wij :
Artikel 1.**** koninklijk besluit voorziet in de gedeeltelijke omzetting van Richtlijn 2003/86/EG van 22 september 2003 inzake het recht op ****.
Art. 2.In het koninklijk besluit van 9 juni 1999 houdende de uitvoering van de wet van 30 april 1999 betreffende de tewerkstelling van buitenlandse werknemers wordt een artikel 2/1 ingevoegd **** als volgt : "
Art. 2/1.Zijn eveneens vrijgesteld van de verplichting tot het verkrijgen van een arbeidskaart, de echtgenoot en kinderen van de buitenlandse onderdaan die het statuut van langdurig ingezeten onderdaan in een andere lidstaat van de **** **** heeft verkregen krachtens wetgeving of reglementering ter omzetting van de Richtlijn 2003/109/EG van de **** van 25 november 2003 betreffende de status van langdurig ingezeten onderdanen van derde landen, voor zover deze buitenlandse onderdaan vrijgesteld is van de verplichting tot het verkrijgen van een arbeidskaart.
Artikel 2, tweede lid en verder, zijn van toepassing.".
Art. 3.De minister die bevoegd is voor Werk is belast met de uitvoering van dit besluit.
Gegeven te ****, 8 oktober 2017.
**** **** **** : De **** van ****, ****. ****