gepubliceerd op 10 april 2003
Koninklijk besluit houdende benoeming van de leden van de raad van bestuur van de Nationale Maatschappij der Belgische Spoorwegen
8 APRIL 2003. - Koninklijk besluit houdende benoeming van de leden van de raad van bestuur van de Nationale Maatschappij der Belgische Spoorwegen
ALBERT II, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.
Gelet op de wet van 21 maart 1991 betreffende de hervorming van sommige economische overheidsbedrijven, zoals gewijzigd door de wet van 22 maart 2002;
Gelet op artikel 11 van de wet van 22 maart 2002 houdende wijziging van de wet van 21 maart 1991 betreffende de hervorming van sommige economische overheidsbedrijven;
Gelet op de oproep tot kandidaten voor de functies van bestuurder bij de Nationale Maatschappij der Belgische Spoorwegen gepubliceerd in het Belgisch Staatsblad van 26 maart 2002;
Gelet op de uitbreiding van de oorspronkelijke oproep tot kandidaten voor functies van bestuurder bij de Nationale Maatschappij der Belgische Spoorwegen gepubliceerd in het Belgisch Staatsblad van 20 april 2002;
Gelet op het koninklijk besluit van 4 juli 2002 houdende benoeming van de leden van de raad van bestuur van de Nationale Maatschappij der Belgische Spoorwegen;
Gelet op het arrest nr. 118.044, uitgesproken op 4 april 2003 door de tweetalige kamer van de Raad van State.
Aangezien de verlamming van de N.M.B.S., als gevolg van de nietigverklaring van de benoeming van de leden van haar raad van bestuur, van die aard is, gelet op de fundamentele beslissingen voor de toekomst van deze onderneming die in een heel nabije toekomst moeten worden genomen, en bijgevolg gelet op de noodzaak dat de N.M.B.S. wordt geleid door een raad van bestuur volledig bekleed met al zijn bevoegdheden, dat haar onherstelbaar nadeel wordt berokkend alsook aan haar hoofdaandeelhouder, haar werknemers en haar gebruikers; dat het algemeen belang vereist dat onverwijld wordt overgegaan tot de benoeming van de leden van de raad van bestuur van de N.M.B.S.; dat deze benoeming het resultaat is van de procedure die werd aangevat op 26 maart 2002, en die heeft geleid tot het koninklijk besluit van 4 juli 2002 waarvan de Raad van State de omstandigheid heeft gewraakt dat dit koninklijk besluit niet vermeldde hoe de selectie werd doorgevoerd; dat dit gebrek aan formele motivering moet worden verholpen; dat krachtens de rechtspraak van de Raad van State de auteur van de nietigverklaarde benoeming vrij is om hetzij de benoemingsprocedure van bij de aanvang te hernemen, hetzij de benoemingsprocedure te hervatten daar waar de door de Raad van State gewraakte vormfout zich heeft voorgedaan;
Aangezien volgens artikel 162bis , § 1, van de wet van 21 maart 1991 de raad van bestuur is samengesteld uit tien leden, met inbegrip van de gedelegeerd bestuurder;
Aangezien volgens dezelfde bepaling ten minste een derde van de leden van de raad van bestuur van het andere geslacht moet zijn;
Aangezien volgens artikel 16 van de wet van 21 maart 1991, de raad van bestuur en het directiecomité, in de autonome overheidsbedrijven waarvan de taken van openbare dienst het ganse grondgebied van het Rijk bestrijken, ieder evenveel Nederlands- als Franstaligen moeten tellen, de voorzitter van de raad van bestuur, respectievelijk de gedelegeerd bestuurder eventueel uitgezonderd;
Aangezien artikel 162bis , § 5, eerste lid, van voormelde wet van 21 maart 1991 bepaalt dat de voorzitter van de raad van bestuur behoort tot een andere taalrol dan de gedelegeerd bestuurder;
Aangezien volgens artikel 162bis , § 2, tweede lid, van diezelfde wet, de bestuurders worden gekozen overeenkomstig de complementariteit van hun bekwaamheden; dat het derhalve noodzakelijk is een geheel van personen te benoemen die collectief de ruimste competenties bezitten in materies zoals financiële en boekhoudkundige analyse, juridische aspecten, kennis van de vervoersector, deskundigheid inzake mobiliteit, personeelsstrategie en sociale relaties;
Aangezien de regering het essentieel acht, bij de beoordeling van het vermogen om met succes een mandaat van bestuurder bij de N.M.B.S. uit te oefenen, tevens rekening te houden met de aangetoonde ervaring inzake bedrijfsbeheer of -leiding;
Aangezien de hierna samengestelde raad van bestuur bestaat uit personen die allen voldoen aan meerdere van de door de wet vastegelegde selectiecriteria, en die collectief in staat zijn om de doelstellingen van het regeringsbeleid inzake mobiliteit te realiseren;
Aangezien de raad van bestuur, zoals hij is benoemd, een grondige collectieve kennis en ervaring waarborgt inzake financiële en boekhoudkundige analyse en mobiliteit in het vervoer, noodzakelijk teneinde de belangrijke hervormingen van de N.M.B.S. te realiseren;
Aangezien 57 personen hun kandidatuur hebben ingediend : 1. Mevr.Accou, Valérie 2. De heer Aerts, Luc 3.Mevr. Alaerts, Monique 4. De heer Balthazart, Francis 5.Mevr. Basecq, Marianne 6. De heer Bertrand, Pascal 7.De heer Bronselaer, Frans 8. De heer Bruyninckx, Eddy 9.De heer Claes, Patrick 10. De heer Toon, Colpaert 11.De heer Convent, Frederic 12. De heer Cools, Pol 13.De heer Damar, Michel 14. De heer Deboeure, Jan 15.De heer De Buyst, Didier 16. De heer De Greef, Jos 17.De heer Dehovre, Jean-Claude. 18. De heer D.P., M. (vertrouwelijk ingediende kandidatuur) 19. De heer Deneef, Alain 20.De heer De Smidt, Jan 21. De heer De Vuyst, Bruno 22.Mevr. De Weyer, Yvette 23. De heer Dierinck, Edmont 24.Mevr. Dumortier, Armel 25. De heer Duquenne, Thierry 26.De heer Fontinoy, Jean-Claude 27. De heer Gabriëls, Wouter 28.De heer Gailly, Benoît 29. De heer Heughebaert, Marc 30.De heer Huybrechts, Guy 31. Mevr.Jacobs, Danielle 32. De heer Jourquin, Bart 33.De heer Lambert, Gérard 34. De heer Lantin, Philippe-John 35.De heer Lebrun, Luc 36. De heer Levaux, Laurent 37.De heer Matthis, Philippe 38. De heer Nyssens, Olivier 39.Mevr. Offergeld, Dominique 40. De heer Olivier, Marc 41.De heer Pagneau, Claude 42. De heer Pollet, Raphaël 43.De heer Radelet, Ivo 44. De heer Roose, Peter 45.Mevr. Rosenoer, Joëlle 46. De heer Ruwisch, Eric 47.De heer Schouppe, Etienne 48. Mevr.Smet, Geertje 49. De heer Soulas, Claude 50.De heer Stassen, Albert 51. Mevr.Van Collie, Heidi 52. De heer Van de Weyer, Luc 53.De heer Van Everbroeck, Johan 54. Mevr.Verdonck, Magali 55. Mevr.Walker, Francine 56. De heer W., P. (vertrouwelijk ingediende kandidatuur) 57. De heer Ysebaert, Clair Aangezien van deze kandidaten individuele fiches, genummerd van 1 tot 57, werden opgesteld met een synthetisch overzicht van hun titels en verdiensten ten aanzien van de wettelijke criteria;aangezien voor elk van deze criteria, alsook voor de aangetoonde ervaring inzake bedrijfsbeheer en -leiding een score gaande van nul tot drie werd toegekend aan elke kandidaat; aangezien alle kandidaturen werden gerangschikt in dalende volgorde op basis van het bekomen totaal na samentelling van de voor elk van deze criteria behaalde scores;
Aangezien, ondanks het belang van de titels en verdiensten die erin worden vermeld, de kandidaturen van Mevr. Basecq, de heer Damar, de heer Fontinoy, de heer Jourquin, de heer Schouppe, de heer Stassen en de heer Ysebaert, voormalige leden van de raad van bestuur van de N.M.B.S., niettemin niet werden weerhouden, omwille van de wens van de regering een grondige vernieuwing door te voeren in het beheer van de N.M.B.S.;
Aangezien de regering evenwel de kandidatuur van een voormalig bestuurder van de N.M.B.S. heeft wensen te weerhouden met het oog op een vlekkeloze overgang en opdat deze kandidaat het recente geheugen van de N.M.B.S. zou kunnen zijn binnen de raad van bestuur; dat het de kandidatuur van de heer Colpaert is die werd weerhouden wegens zijn uiterst veelzijdige ervaring van langer dan tien jaar in het bestuur van publieke of private vervoersondernemingen (N.M.B.S., Inter Ferry Boats, Maatschappij van de Brugse Zeevaartinrichtingen, ABX Logistics), wegens zijn deskundigheid inzake financiële en boekhoudkundige analyse, waardoor hij onder meer voorzitter was van het auditcomité van de N.M.B.S. tussen 2000 en 2002, en wegens zijn aanzienlijke ervaring op het gebied van sociale onderhandelingen, welke hij opdeed bij de N.M.B.S. en de Sociaal Economische Raad van Vlaanderen; aangezien geen enkele andere kandidaat voormalig lid van de raad van bestuur van de N.M.B.S. een vergelijkbaar niveau van complementaire titels en verdiensten kan voorleggen, nodig voor een goed beheer van de N.M.B.S.;
Aangezien, rekening houdend met de wens van de regering om, wegens de voornoemde redenen, slechts één lid van de vorige raad van bestuur van de N.M.B.S. te weerhouden, en op basis van de criteria beoogd door artikel 162bis , § 2, 2e lid, van de voormelde wet van 21 maart 1991 en de ervaring inzake bedrijfsbeheer of -leiding, de elf volgende kandidaten, gerangschikt in dalende volgorde conform de cijferbeoordeling vermeld op de vergelijkende fiches die bij het administratieve dossier zijn gevoegd, de beste bekwaamheden bieden om een bestuurdersfunctie bij de N.M.B.S. te vervullen : 1. De heer Eddy Bruyninckx, Nederlandstalig.Als voormalig Inspecteur van Financiën, voormalig secretaris-generaal van de Sociaal-Economische Raad Vlaanderen en huidig directeur-generaal en gedelegeerd bestuurder van het Antwerpse Havenbedrijf, heeft hij een zeer volledig profiel, dat bijzonder geschikt is voor de functie van bestuurder van de N.M.B.S. Zijn kennis en ervaring vanuit de inspectie van financiën, vanuit de uitwerking en de toepassing van begrotingsnormen, alsmede vanuit bestuursmandaten bij de GIMV en de N.V. Liefkenshoektunnel en vanuit de dagelijkse leiding van het Antwerpse Havenbedrijf, staan garant voor een grote beheersing en kennis van de budgettaire beheerstechnieken van de overheidssector en van de privé-sector. Als secretaris-generaal van de SERV was hij nauw betrokken bij de vervoers- en mobiliteitsproblematiek, waarover de SERV een hele reeks gemotiveerde adviezen alsook verscheidene aanbevelingen heeft uitbracht. De visie van een ervaren en leidinggevende figuur uit een verwante vervoerssector (de haven) zal bijgevolg een strategische knowhow en ervaring bieden aan de N.M.B.S. die, naar analogie met de havens, tot taak heeft het aandeel van het spoorvervoer te doen toenemen ten koste van het wegvervoer; 2. De heer Toon Colpaert, Nederlandstalig.Hij geeft blijk van een uiterst grondige kennis van de N.M.B.S., welke hij verworven heeft als bestuurder en voorzitter van het auditcomité, zodat hij in belangrijke mate het recente geheugen meedraagt van de onderneming. Na zijn briljante studies in economische wetenschappen en een wetenschappelijke loopbaan aan de Universiteit van Gent (aspirant NFWO en assistent in economie en financiën) maakte hij carrière bij het ABVV en was hij onder meer lid van de Sociaal Economische Raad van Vlaanderen. Daarna verwierf hij meer dan tien jaar lang ervaring in het bestuur van verscheidene vervoersbedrijven, waaronder de N.M.B.S. en ABX Logistics. Naast zijn kennis van het weg- en spoorvervoer, vertoont hij ook een uitstekende kennis van het maritime vervoer opgedaan als lid van de raad van bestuur van Inter Ferry Boats tussen 1991 en 2001, als lid van de raad van bestuur van de Maatschappij van de Brugse Zeevaartinrichtingen tussen 1997 en 2001 en als Gewestelijke havencommissaris (sinds 2001). Hij bezit tevens een grondige kennis expertise inzake mobiliteit en inzake financiële en boekhoudkundige analyse. Tot slot heeft hij een stevige ervaring op het gebied van sociale onderhandelingen, welke hij heeft opgedaan bij de N.M.B.S. en de SERV, en waarbij hij bewezen heeft een man te zijn van de dialoog die steeds het belang van de onderneming heeft nagestreefd; 3. De heer Alain Deneef, Franstalig.Hij is titularis van elkaar zeer aanvullende diploma's (licentiaat in de rechten en handelsingenieur) en is meertalig. Hij bekleedde gedurende meer dan tien jaar functies met heel grote verantwoordelijkheid in de privésector, en was onder meer ondervoorzitter van de N.V. Belgacom. Deze beroepservaring in een sector waar hij de recente liberalisering meemaakte, maakt een onmiskenbare troef uit om het nieuwe normatieve en economische kader te vatten waarin elk overheidsbedrijf zich moet inpassen, geplaatst in een context van Europese mededinging. De duur, de verscheidenheid en het belang van de uitgeoefende functies, alsook zijn goede kennis van economisch recht en de ervaring die hij opdeed op het vlak van sociale dialoog, geven hem een voordeel over andere kandidaten die eveneens belangrijke functies in de privésector hebben bekleed, zoals de heer Levaux, de heer De Buyst of de heer Convent;
Mevr. Monique Alaerts, Franstalig. Zij is titularis van een diploma in de economische wetenschappen, van een vorming aan de Solvay School en van een master-diploma in de fiscale wetenschappen. Zij heeft meer dan twintig jaar ervaring opgedaan in de publieke en privé-sector, in het bijzonder in de analyse van investeringsprojecten, in de boekhouding en in de beheerscontrole. Nadat zij hoofd was van de boekhouding van de onderneming Finoutremer, werd zij eerste adviseur van de Nationale Maatschappij voor de Herstructurering van de Nationale Sectoren, administratief en financieel directeur van de onderneming ABT en financial manager van de onderneming Glaverbel Nederland. Zij werd eveneens belast met het beheer van de human resources en de sociale relaties in één van de centra van de onderneming Glaverbel, voordat zij kabinetschef werd van de Minister van Ruimtelijke Ordening, Stedenbouw en Milieu. Tenslotte heeft zij deelgenomen, aan Waalse zijde, aan het uitwerken van het investeringsplan 2001-2012 van de N.M.B.S.;
De heer Jean-Claude Dehovre, Franstalig. Na een lange beroepservaring in de openbare sector (inspecteur en vervolgens directeur van de Bijzondere economische inspectie) heeft hij zich gespecialiseerd in de overheidsdeelnemingen in industriële en handelsondernemingen, door meer dan twintig jaar lang de functie van ondervoorzitter en vervolgens van voorzitter te bekleden in de Société Régionale d'Investissement de Wallonie. Zijn zin voor budgettaire analyse wordt vervolledigd door een grondige kennis van de wetgeving op de handelsvennootschappen, die hij verwierf als bestuurder voor de overheid in diverse bedrijven, alsook door een uitzonderlijke kennis van het Waals economisch bestel. 6. De heer Philippe Matthis, Franstalig.Na een ervaring van meer dan 7 jaar aan de balie, is hij sinds 1994 directeur van de commerciële dienst en de juridische dienst van de haven van Brussel, en lid van de directieraad van deze haven. Naast zijn aanzienlijke juridische kennis en ervaring met maritiem vervoer, heeft hij ook belangstelling vertoond voor de problematiek van het spoorvervoer, in het bijzonder het GEN, een materie waarin hij een groot aantal rapporten heeft opgesteld. Hij is ook houder van een mandaat van schepen van stedenbouw, milieu, openbare netheid en mobiliteit. 7. De heer Laurent Levaux, Franstalig.Na briljante studies van handelsingenieur, in 1985 aangevuld door een M.B.A., richtte hij een onderneming op werkzaam in de sector dienstverlening aan de industrie, vooraleer gedurende een tiental jaren het beroep van consultant uit te oefenen. In 1995 werd hij gedelegeerd bestuurder van de groep CMI. Hij heeft uitstekende kwaliteiten op het gebied van boekhoudkundige en financiële kennis, alsook een bijzonder overtuigende ervaring aan het hoofd van de groep CMI, waar hij in enkele jaren tijd een werkelijk herstel heeft doorgevoerd. 8. De heer Marc Heughebaert, Nederlandstalig.Als burgerlijk bouwkundig ingenieur en planoloog, analyseerde hij, eerst als onderzoerker voor en nadien als directeur van het Instituut voor Politieke Ecologie, op intensieve wijze de problematiek van de mobiliteit, materie waarin hij terzake algemeen als specialist wordt erkend. Hij lag aan de grondslag van een ontwikkelingsplan van het spoorvervoer. Naast zijn expertise inzake mobiliteit, is betrokkene de figuur bij uitstek die zal toezien op de ontwikkeling van de N.M.B.S. en het spoorvervoer in evenwicht met de ecologische en milieu-aspecten, die zowel door Europese als interne bepalingen worden beheerst. Verder beheerst hij het publiekrecht, en de wetgeving rond het thema mobiliteit alsook deze aangaande stedenbouw en ruimtelijke ordening, in al zijn aspecten. 9. Mevr.Geertje Smet, Nederlandstalig. Als inspecteur en later inspecteur-generaal van financiën, is zij uiteraard uitstekend vertrouwd met financiële en boekhoudkundige analyse, in het bijzonder in de publieke sector. Door haar werkzaamheden als Inspecteur van Financiën, geaccrediteerd bij het Ministerie van Verkeer, en als vereffenaar van de Regie voor Maritiem Transport, is zij bovendien competent voor diverse aspecten van de vervoersector. Tevens biedt zij het voordeel voor de raad van bestuur ook een op het terrein verworven ervaring en kennis te hebben inzake het administratief en publiek recht, de overheidsopdrachten en de openbare financiën. Door haar werkzaamheden als regeringscommissaris bij onder meer de N.V. Belgocontrol en haar ervaring inzake overheidsbedrijven, kan zij bijdragen tot de synergie met andere grote economische overheidsbedrijven. 10. De heer Didier De Buyst, Nederlandstalig.Na zijn opleiding als burgerlijk ingenieur, behaalde hij een doctoraat in de toegepaste wetenschappen aan de universiteit van Gent voordat hij, tussen 1993 en 1997, een loopbaan van zelfstandig consultant uitbouwde, die hij sinds 1997 combineert met diverse bestuurdersmandaten, onder meer bij het Federale Agentschap voor Nucleaire Controle en de N.V. Belgacom. 11. De heer Thierry Duquenne, Franstalig.Deze handelsingenieur van opleiding werkt al bijna dertig jaar aan de technische aspecten van vervoer en mobiliteit. Sinds 1995 is hij adviseur van de Brusselse gewestminister van vervoer en oefende hij in opdracht van de Staat een bestuurdersmandaat uit bij de N.V. Brussel-zuid alsook een bestuurdersmandaat bij de HST-Fin.
Aangezien, gelet op het grote aantal kandidaten, voor de kandidaten buiten deze die hierboven vermeld zijn, wordt verwezen naar de individuele fiches en naar de samenvattende nota in het administratieve dossier;
Aangezien de heer Karel Vinck, Nederlandstalig, bij koninklijk besluit van 4 juli 2002 werd benoemd tot gedelegeerd bestuurder; dat kan worden verwezen naar de motieven die zijn benoeming rechtvaardigen; dat de gedelegeerd bestuurder één van de tien leden van de raad van bestuur is;
Aangezien een raad van bestuur welke is samengesteld uit de heer Vinck, de heer Bruyninckx, de heer Colpaert, de heer Deneef, Mevr.
Alaerts, de heer Dehovre, de heer Matthis, de heer Levaux, de heer Heughebaert en Mevr. Smet evenwel niet in overeenstemming zou zijn met artikel 162bis , § 1, van de wet van 21 maart 1991, die bepaalt dat ten minste één derde van de leden van het andere geslacht moet zijn;
Dat het bijgevolg noodzakelijk is twee mannen te vervangen door twee vrouwen; dat het nodig is de twee slechtst gerangschikte mannen op deze lijst te vervangen, met name de heer Heughebaert, enerzijds, en de heer Levaux, anderzijds, door de twee vrouwen waarvan de titels en verdiensten het hoogst zijn, met name Mevr. Offergeld, enerzijds, en Mevr. Verdonck, anderzijds.
Aangezien Mevr. Offergeld, Franstalig, economiste van opleiding is en geattacheerd is in verscheidene ministeriële kabinetten sinds 1999; dat zij een lange ervaring heeft in een grote internationale bank- en financiële groep, en een bijzondere competentie bezit inzake financiële en boekhoudkundige analyse; dat zij inderdaad gedurende jaren belast werd met de financiële analyse van grote vennootschappen, om nadien haar bekwaamheden uit te oefenen in de openbare sector met betrekking tot de economische aangelegenheden, met inbegrip van de liberalisering van verschillende sectoren; dat eveneens dient te worden rekening gehouden met haar polyvalentie, die blijkt uit de verscheidenheid van de reeds uitgeoefende beroepsactiviteiten en mandaten;
Aangezien mevrouw Verdonck, Franstalig, licentiate is in de economische wetenschappen en houder van een diploma in de grondige studie van de economische wetenschappen; dat zij zich gespecialiseerd heeft in het domein van de openbare financiën en van public governance, materies waarin zij een doctoraatsthesis voorbereidt; dat ze verder actief heeft meegewerkt aan herfinancieringsschema's voor de gemeenschappen en gewesten; dat haar capaciteiten zullen toelaten om op nuttige wijze de opvolging van het strategisch hervormingsplan, alsmede het schuldbeheer en de hervorming van de audit van de N.M.B.S. te waarborgen;
Aangezien in overeenstemming met artikel 162bis , § 2, 2e lid, van de wet van 21 maart 2001, waaruit blijkt dat de bestuurders worden verkozen in functie van de complementariteit van hun bekwaamheden, de voorkeur moet worden gegeven aan Mevr. Verdonck boven Mevr. Jacobs, wiens verdiensten, hoewel gelijkwaardig, minder complementair zijn met die van de andere leden van de raad van bestuur; dat Mevr. Verdonck, naast haar kennis van de openbare financiën, bovendien gespecialiseerd is in public governance en financieel federalisme, en dat de, weliswaar aanzienlijke, bekwaamheden van Mevr. Jacobs inzake financiële en boekhoudkundige analyse ook worden aangetroffen bij andere bestuurders, zoals bijvoorbeeld de heer Deneef;
Aangezien een raad van bestuur samengesteld uit de heer Vinck, de heer Bruyninckx, de heer Colpaert, de heer Deneef, Mevr. Alaerts, de heer Dehovre, de heer Matthis, Mevr. Smet, Mevr. Offergeld en mevrouw Verdonck evenwel niet in overeenstemming zou zijn met artikel 16 van de wet van 21 maart 1991, die bepaalt dat de raad van bestuur evenveel Nederlandstalige als Franstalige leden moet tellen; dat om het taalevenwicht te herstellen met naleving van de regel bepaald in artikel 162bis , § 1, het noodzakelijk is de Franstalige man die het minst goed gerangschikt is op deze lijst, met name de heer Matthis, te vervangen door de Nederlandstalige kandidaat of kandidate met de hoogste titels en verdiensten, met name de heer Heughebaert, waarvan de titels en verdiensten hierboven worden vermeld; dat de kwaliteiten, waarvan de heer Matthis blijk geeft - hoewel van een heel goed niveau -, redundant blijken te zijn met die van de heer Bruyninckx, die onder meer al sinds 1992 directeur-generaal van de haven van Antwerpen is - haven waarvan de grootte niet vergelijkbaar is met die van de haven van Brussel -, alsmede met die van de heer Colpaert, die lid is geweest van de raad van bestuur van Inter Ferry Boats tussen 1991 en 2001, lid van de raad van bestuur van de Maatschappij van de Brugse Zeevaartinrichtingen tussen 1997 en 2001, en die sinds 2001 Vlaams gewestelijk commissaris van het havenbedrijf is, en dat de kwaliteiten van de heer Matthis derhalve minder blijken te zijn dan de kwaliteiten van laatstgenoemden;
Aangezien bij koninklijk besluit van 25 april 2002 de heer Deneef werd benoemd tot voorzitter van de raad van bestuur van de N.M.B.S.; dat, daar zijn benoeming tot bestuurder werd nietigverklaard door het voornoemde arrest nr. 118.044 van de Raad van State, hieruit voortvloeit dat het koninklijk besluit van 25 april 2002 moet worden ingetrokken en dat het nodig is een nieuwe voorzitter van de raad van bestuur te benoemen, wiens mandaat op hetzelfde tijdstip aanvangt als dat van de andere bestuurders;
Aangezien uit artikel 162bis , § 5, van de wet van 21 maart 1991 voortvloeit dat de voorzitter van de raad van bestuur tot een andere taalrol behoort dan de gedelegeerd bestuurder; dat, vermits de gedelegeerd bestuurder van de N.M.B.S. Nederlandstalig is, en de heer Deneef de Franstalige kandidaat is met de hoogste titels en verdiensten, laatstgenoemde moet worden benoemd tot voorzitter van de raad van bestuur;
Aangezien uit het grote aantal ontvangen kandidaturen geen sterkere collectieve ploeg kon worden geselecteerd, alsook geen ploeg kon worden geselecteerd welke meer borg staat voor de wens naar verandering van de regering; dat de grote complementariteit van de leden van de raad inderdaad blijkt uit de voorgaande elementen en uit de vergelijking van de titels en verdiensten welke zich in het administratieve dossier bevinden;
Aangezien het in het evidente belang is van een behoorlijk bestuur en van de goede werking van de raad van bestuur van de N.M.B.S., dat de mandaten van alle bestuurders op hetzelfde tijdstip aanvangen;
Aangezien de rechtszekerheid bovendien vereist dat dit besluit van kracht wordt op 6 juli 2002, datum waarop het besluit van 4 juli 2002 van kracht werd, gelet op de retro-actieve draagwijdte van het arrest nr. 118.044, op 4 april 2003 uitgesproken door de Raad van State;
Op voordracht van Onze Minister van Mobiliteit en Vervoer en na beraadslaging van Onze in Raad vergaderde Ministers, Hebben Wij besloten en besluiten Wij :
Artikel 1.Worden benoemd tot leden van de raad van bestuur van de Nationale Maatschappij der Belgische Spoorwegen voor een hernieuwbare termijn van zes jaar : Mevr. Monique Alaerts;
De heer Eddy Bruyninckx;
De heer Antoine Colpaert;
De heer Jean-Claude Dehovre;
De heer Alain Deneef;
De heer Marc Heughebaert;
Mevr. Dominique Offergeld;
Mevr. Geertje Smet;
Mevr. Magali Verdonck;
De heer Karel Vinck.
Art. 2.De heer Alain Deneef wordt benoemd tot voorzitter van de raad van bestuur van de Nationale Maatschappij der Belgische Spoorwegen.
Art. 3.Dit besluit treedt in werking op 6 juli 2002.
Art. 4.Onze Minister van Mobiliteit en Vervoer is gelast met de uitvoering van dit besluit.
Gegeven te Brussel, 8 april 2003.
ALBERT Van Koningswege : De Minister van Mobiliteit en Vervoer, Mevr. I. DURANT