Etaamb.openjustice.be
Koninklijk Besluit van 04 juli 2002
gepubliceerd op 06 juli 2002

Koninklijk besluit houdende benoeming van de leden van de raad van bestuur van de Nationale Maatschappij der Belgische Spoorwegen

bron
ministerie van verkeer en infrastructuur
numac
2002014179
pub.
06/07/2002
prom.
04/07/2002
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
Document Qrcode

4 JULI 2002. - Koninklijk besluit houdende benoeming van de leden van de raad van bestuur van de Nationale Maatschappij der Belgische Spoorwegen


ALBERT II, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.

Gelet op de wet van 21 maart 1991 betreffende de hervorming van sommige economische overheidsbedrijven, zoals gewijzigd door de wet van 22 maart 2002;

Gelet op artikel 11 van de wet van 22 maart 2002 houdende wijziging van de wet van 21 maart 1991 betreffende de hervorming van sommige economische overheidsbedrijven;

Gelet op de oproep tot kandidaten voor de functies van bestuurder bij de Nationale Maatschappij der Belgische Spoorwegen gepubliceerd in het Belgisch Staatsblad van 26 maart 2002;

Gelet op de uitbreiding van de oorspronkelijk oproep tot kandidaten voor functies van bestuurder bij de Nationale Maatschappij der Belgische Spoorwegen gepubliceerd in het Belgisch Staatsblad van 20 april 2002;

Aangezien artikel 162bis , § 1, van de vermelde wet van 21 maart 1991 bepaalt dat de raad van bestuur van de Nationale Maatschappij der Belgische Spoorwegen is samengesteld uit tien leden, met inbegrip van de gedelegeerd bestuurder;

Aangezien volgens gezegd artikel 162bis , § 1, ten minste een derde van de leden van de raad van bestuur van het ander geslacht moeten zijn;

Aangezien volgens artikel 16 van de wet van 21 maart 1991, de raad van bestuur en het directiecomité in de autonome overheidsbedrijven wier taken van openbare dienst het ganse grondgebied van het Rijk bestrijken, elk evenveel Nederlands- als Franstaligen moeten tellen, de voorzitter van de raad van bestuur, respectievelijk de gedelegeerd-bestuurder eventueel uitgezonderd;

Aangezien artikel 162bis , § 5, eerste lid, van de vermelde wet van 21 maart 1991, bepaalt dat de voorzitter van de raad van bestuur behoort tot een andere taalrol dan de gedelegeerd bestuurder;

Aangezien volgens artikel 162bis , § 2, tweede lid, van dezelfde wet, de bestuurders worden gekozen overeenkomstig de complementariteit van hun competentie inzake financiële en boekhoudkundige analyse, juridische aspecten, hun kennis van de vervoersector, hun deskundigheid inzake mobiliteit, personeelsstrategie en sociale relaties;

Aangezien het aldus noodzakelijk is een geheel van personen te benoemen die collectief de verschillende vereiste capaciteiten en competenties bezitten;

Aangezien de hierna samengestelde raad van bestuur bestaat uit personen die allen voldoen aan één of meer van de door de wet opgesomde selectiecriteria, en die collectief in staat moeten zijn om de doelstellingen van het regeringsbeleid inzake mobiliteit ten uitvoer te leggen;

Aangezien de benoemde raad van bestuur een grondige collectieve kennis en ervaring waarborgt inzake financiële en boekhoudkundige analyse en mobiliteit en vervoer, noodzakelijk om de belangrijke hervormingen van de N.M.B.S. te realiseren;

Dat uit de talrijke kandidaten geen sterkere collectieve ploeg kon worden geselecteerd; dat de grote complementariteit van de leden van de raad blijkt uit de hierna volgende motieven;

Aangezien Mevr. Monique Alaerts-Van Den Bulcke titularis is van een diploma in de economische wetenschappen, een vorming aan de School Solvay en van een diploma in de fiscale wetenschappen; dat zij een ervaring heeft opgedaan in de private en publieke sectoren, in het bijzonder in de analyse van investeringsprojecten, in de boekhouding en in de beheerscontrole; dat zij eveneens belast werd met human ressource taken en sociale relaties; dat zij tenslotte heeft deelgenomen, aan Waalse zijde, aan het uitwerken van het investeringsplan 2001-2012 van de N.M.B.S.;

Aangezien Mevr. Geertje Smet, één van de weinige vrouwelijke Nederlandstalige kandidaten, als inspecteur en later inspecteur-generaal van financiën, uiteraard vertrouwd is met financiële en boekhoudkundige analyse, in het bijzonder in de publieke sector; dat door haar werkzaamheid als Inspecteur van Financiën geaccrediteerd bij het Ministerie van Verkeer en als vereffenaar van de Regie voor Maritiem Transport, bovendien diverse aspecten van de vervoersector kent; dat zij daarenboven het voordeel biedt aan de raad van bestuur ook een op het terrein verworven ervaring en kennis te hebben inzake het administratief en publiek recht, de overheidsopdrachten, de openbare financiën, enz.; dat zij door haar werkzaamheden als regeringscommissaris bij onder meer de N.V. Belgocontrol en haar ervaring inzake overheidsbedrijven, kan bijdragen tot de synergie met andere grote economische overheidsbedrijven; dat geen enkele vrouwelijke Nederlandstalige kandidate haar verdiensten heeft of haar profiel, dat de financiële competenties verenigt met de kennis van en de belangstelling voor de publieke sector;

Aangezien Mevr. Magali Verdonck licentiate is in de economische wetenschappen en houder van een diploma in de grondige studies van de economische wetenschappen; dat zij zich gespecialiseerd heeft in het domein van de openbare financièn en van public governance ; dat ze verder actief heeft meegewerkt aan herfinancieringsschema's voor de gemeenschappen en gewesten; dat haar capaciteiten nuttig zullen zijn voor de uitwerking van het strategisch hervormingsplan, het schuldbeheer en de hervorming van de audit van de N.M.B.S.;

Aangezien de heer Eddy Bruyninckx als voormalig Inspecteur van Financiën, voormalig secretaris-generaal van de Sociaal-Economische Raad Vlaanderen en huidig directeur-generaal en afgevaardigd bestuurder van het Antwerpse Havenbedrijf een zeer volledig profiel heeft, dat bijzonder geschikt is voor de functie van bestuurder van de N.M.B.S.; dat zijn kennis en ervaring vanuit de inspectie van financiën, vanuit de uitwerking en toepassing van de SERV-begrotingsnorm, vanuit bestuursmandaten bij de GIMV en de N.V. Liefkenshoektunnel en vanuit de dagelijkse leiding van het Havenbedrijf, garant staan voor een grote beheersing van en vertrouwdheid met budgettaire beheerstechnieken van de overheidssector en van de private sector; dat betrokkene als voorzitter van de SERV, nauw betrokken was bij de vervoers- en mobiliteitsproblematiek, waarover de SERV talrijke gemotiveerde adviezen en aanbevelingen uitbracht; dat vervolgens de visie van een ervaren en leidinggevend figuur uit een verwante vervoerssector (de haven) een strategische know-how en ervaring zal bieden aan de N.M.B.S., die naar analogie met de havens, de opdracht heeft om het aandeel van het spoorvervoer te doen toenemen ten koste van het wegvervoer;

Aangezien de heer Antoine Colpaert het enige lid is van de vorige raad van bestuur die nog in de huidige ploeg wordt opgenomen; dat hij als jarenlang vice-voorzitter van de raad van bestuur en voorzitter van het intern auditcomité van de N.M.B.S., in belangrijke mate het recente geheugen meedraagt van de N.M.B.S. in de huidige raad van bestuur; dat naast zijn jarenlange werkzaamheid binnen en zijn kennis van de N.M.B.S., hij ook in andere privé of publieke vervoersbedrijven, actief is geweest; dat behoudens deze niet te miskennen expertise inzake mobiliteit en inzake financiële en boekhoudkundige analyse, betrokkene heeft bewezen een man te zijn van de dialoog die steeds het belang van de onderneming heeft nagestreefd;

Aangezien de heer Jean-Claude Dehovre, na een lange beroepservaring in de openbare sector, zich gespecialiseerd heeft in de overheidsdeelnemingen in industriële en handelsondernemingen, in leidinggevende functies in een openbare investeringsmaatschappij; dat zijn begrip van budgettaire analyse vervolledigd wordt door een grondige praktijkkennis van de wetgeving op de handelsvennootschappen, als bestuurder voor de overheid in diverse bedrijven;

Aangezien de heer Alain Deneef titularis is van bijzonder complementaire diploma's (licentiaat in de rechten en handelsingenieur); dat zijn beroepservaring in de privé-sector en bijzonder in een recent geliberaliseerde sector (Belgacom) een onmiskenbare troef uitmaakt om het nieuwe normatieve en economische kader te begrijpen waarin elke overheidsbedrijf zich moet inpassen, in een context van Europese concurrentie; dat de combinatie van deze troef en de algemene uitmuntende managerscapaciteiten eigen aan betrokkene bij geen andere kandidaten te vinden is;

Aangezien de heer Marc Heughebaert, burgerlijk bouwkundig ingenieur en planoloog, eerst als studiemedewerker en nadien als directeur van het Instituut voor Politieke Ecologie, intensief de problematiek van de mobiliteit heeft geanalyseerd en terzake algemeen als specialist erkend wordt; dat hij aan de grondslag lag van een spoorvervoerplan; dat naast zijn expertise inzake mobiliteit, betrokkene de figuur bij uitstek is die moet zorgen voor een ontwikkeling van de N.M.B.S. en het spoorvervoer in evenwicht met de ecologische en milieuaspecten, die zowel op nationaal als Europees vlak wettelijke bescherming genieten; dat betrokkene verder de wetgeving rond het thema mobiliteit beheerst in al zijn aspecten;

Aangezien Mevr. Dominique Offergeld dankzij haar licentie in de economische en sociale wetenschappen en haar ervaring in een grote internationale bankgroep, een bijzondere competentie bezit inzake financiële en boekhoudkundige analyse; dat zij inderdaad gedurende jaren belast werd met de financiële analyse van grote vennootschappen, om nadien haar bekwaamheden uit te oefenen in de openbare sector en in het bijzonder de economische aangelegenheden met inbegrip van de liberalisering van verschillende sectoren; dat eveneens dient te worden rekening gehouden met haar polyvalentie, die blijkt uit de verscheidenheid van de reeds uitgeoefende beroepsactiviteiten en mandaten;

Aangezien de heer Karel Vinck, Nederlandstalig, burgerlijk ingenieur is, een opleiding heeft genoten inzake « production management » en houder is van een MBA; dat kan worden verwezen naar de motieven die zijn benoeming tot gedelegeerd bestuurder rechtvaardigen bij koninklijk besluit van 4 juli 2002;

Aangezien het koninklijk besluit van 25 april 2002 houdende benoeming van de leden van de raad van bestuur van de Nationale Maatschappij der Belgische Spoorwegen dient gewijzigd te worden gelet op de benoeming van een nieuwe gedelegeerd bestuurder; dat de gedelegeerd bestuurder immers één van de tien leden van de raad van bestuur is;

Aangezien het past, in het belang van de rechtszekerheid, gezien de hangende procedures, ons koninklijk besluit van 25 april 2002 houdende benoeming van de leden van de raad van bestuur van de Nationale Maatschappij der Belgische Spoorwegen in te trekken; dat de intrekking van dit besluit retro-actief werkt doch dat de benoemingen in huidig besluit slechts uitwerking krijgen vanaf de datum van zijn inwerkingtreding, overigens zonder nadeel aan de akten en beslissingen van de raad van bestuur, het directiecomité en/of hun mandatarissen tot aan de inwerkingtreding van huidig besluit;

Aangezien het bovendien in het evident belang is van een behoorlijk bestuur en de goede functionering van de raad van bestuur van de N.M.B.S., dat de mandaten van alle leden van de raad van bestuur op hetzelfde tijdstip aanvangen;

Op de voordracht van Onze Minister van Mobiliteit en Vervoer en op het advies van Onze in Raad vergaderde Ministers, Hebben Wij besloten en besluiten Wij :

Artikel 1.Het koninklijk besluit van 25 april 2002 houdende benoeming van de leden van de raad van bestuur van de Nationale Maatschappij der Belgische Spoorwegen (Belgisch Staatsblad van 25 april 2002) wordt ingetrokken.

Art. 2.Worden benoemd tot leden van de raad van bestuur van de Nationale Maatschappij der Belgische Spoorwegen voor een hernieuwbare termijn van zes jaar : Mevr. Monique Alaerts-Van Den Bulcke;

Mevr. Geertje Smet;

Mevr. Magali Verdonck;

Mevr. Dominique Offergeld;

De heer Eddy Bruyninckx;

De heer Antoine Colpaert;

De heer Jean-Claude Dehovre;

De heer Alain Deneef;

De heer Marc Heughebaert;

De heer Karel Vinck.

Art. 3.Dit besluit treedt in werking op de dag van de bekendmaking in het Belgisch Staatsblad .

Art. 4.Onze Minister van Mobiliteit en Vervoer is gelast met de uitvoering van dit besluit.

Gegeven te Ponza, 4 juli 2002.

ALBERT Van Koningswege : De Minister van Mobiliteit en Vervoer, Mevr. I. DURANT

^