gepubliceerd op 21 oktober 2014
Koninklijk besluit tot wijziging van het koninklijk besluit van 2 augustus 2002 tot vaststelling van het regime en de ****, toepasbaar op de plaatsen gelegen op het Belgisch grondgebied, beheerd door de Dienst Vreemdelingenzaken, waar een vreemdeling wordt opgesloten, ter beschikking gesteld van de regering of vastgehouden, overeenkomstig de bepalingen vermeld in artikel 74/8, &****; 1, van de wet van 15 december 1980 betreffende de toegang tot het grondgebied, het verblijf, de vestiging en de verwijdering van vreemdelingen
7 OKTOBER 2014. - Koninklijk besluit tot wijziging van het koninklijk besluit van 2 augustus 2002 tot vaststelling van het regime en de ****, toepasbaar op de plaatsen gelegen op het Belgisch grondgebied, beheerd door de Dienst Vreemdelingenzaken, waar een vreemdeling wordt opgesloten, ter beschikking gesteld van de regering of vastgehouden, overeenkomstig de bepalingen vermeld in artikel 74/8, § 1, van de wet van 15 december 1980 betreffende de toegang tot het grondgebied, het verblijf, de vestiging en de verwijdering van vreemdelingen
Raad van State afdeling Wetgeving Advies 56.308/4 van 2 juni 2014 over een ontwerp van koninklijk besluit `tot wijziging van het koninklijk besluit van 2 augustus 2002 houdende vaststelling van het regime en de ****, toepasbaar op de plaatsen gelegen op het Belgisch grondgebied, beheerd door de Dienst Vreemdelingenzaken, waar een vreemdeling wordt opgesloten, ter beschikking gesteld van de regering of vastgehouden, overeenkomstig de bepalingen vermeld in artikel 74/8, § 1, van de wet van 15 december 1980 betreffende de toegang tot het grondgebied, het verblijf, de vestiging en de verwijdering van vreemdelingen' Op 6 mei 2014 is de Raad van State, afdeling Wetgeving, door de Staatssecretaris voor Asiel en Migratie, toegevoegd aan de Minister van Justitie verzocht binnen een termijn van dertig dagen een advies te verstrekken over een ontwerp van koninklijk besluit `tot wijziging van het koninklijk besluit van 2 augustus 2002 houdende vaststelling van het regime en de ****, toepasbaar op de plaatsen gelegen op het Belgisch grondgebied, beheerd door de Dienst Vreemdelingenzaken, waar een vreemdeling wordt opgesloten, ter beschikking gesteld van de regering of vastgehouden, overeenkomstig de bepalingen vermeld in artikel 74/8, § 1, van de wet van 15 december 1980 betreffende de toegang tot het grondgebied, het verblijf, de vestiging en de verwijdering van vreemdelingen'.
Het ontwerp is door de vierde kamer onderzocht op 2 juni 2014. De kamer was samengesteld uit **** ****, ****, **** **** en **** ****, staatsraden, **** ****, assessor, en **** ****, griffier.
Het verslag is uitgebracht door **** ****, eerste auditeur.
De overeenstemming tussen de **** en de **** tekst van het advies is nagezien onder toezicht van **** ****.
Het advies, waarvan de tekst hierna volgt, is gegeven op 2 juni 2014.
Rekening houdende met het tijdstip waarop dit advies gegeven wordt, vestigt de Raad van State de aandacht van de Regering op het feit dat de ontstentenis van de controle die het Parlement krachtens de **** moet kunnen uitoefenen, tot gevolg heeft dat de Regering niet over de volheid van haar bevoegdheid beschikt. Dit advies wordt evenwel gegeven zonder dat wordt nagegaan of dit ontwerp in die beperkte bevoegdheid kan worden ingepast, aangezien de afdeling Wetgeving geen kennis heeft van het geheel van de feitelijke gegevens welke de Regering in aanmerking kan nemen als zij te oordelen heeft of het vaststellen of wijzigen van een verordening noodzakelijk is.
Aangezien de adviesaanvraag ingediend is op basis van artikel 84, § 1, eerste lid, 2°, van de gecoördineerde wetten op de Raad van State, beperkt de afdeling Wetgeving overeenkomstig artikel 84, § 3, van de voornoemde gecoördineerde wetten haar onderzoek tot de rechtsgrond van het ontwerp, de bevoegdheid van de steller van de handeling en de te vervullen voorafgaande ****.
Wat deze drie punten betreft, geeft het ontwerp aanleiding tot de volgende opmerkingen.
Onderzoek van het ontwerp Aanhef 1. In het eerste lid moet het bijwoord "inzonderheid" worden weggelaten.De rechtsgrond van het gewijzigde besluit wordt gevormd door artikel 74/8, § 2. 2. De aanhef moet worden aangevuld met een vermelding betreffende de ****, overeenkomstig artikel 10 van het koninklijk besluit van 21 december 2013 `houdende uitvoering van titel 2, hoofdstuk 2, van de wet van 15 december 2013 houdende diverse bepalingen inzake administratieve vereenvoudiging'. **** **** 1 In artikel 1 **** men "Indien de bewoner een beroep doet ..." in plaats van "Indien hij beroep doet ...".
Het vervolg van de **** tekst is grammaticaal niet correct en moet worden herzien.
De griffier, **** **** De voorzitter, **** ****
Koninklijk besluit van 7 oktober 2014 tot wijziging van het koninklijk besluit van 2 augustus 2002 tot vaststelling van het regime en de ****, toepasbaar op de plaatsen gelegen op het Belgisch grondgebied, beheerd door de Dienst Vreemdelingenzaken, waar een vreemdeling wordt opgesloten, ter beschikking gesteld van de regering of vastgehouden, overeenkomstig de bepalingen vermeld in artikel 74/8, § 1, van de wet van 15 december 1980 betreffende de toegang tot het grondgebied, het verblijf, de vestiging en de verwijdering van vreemdelingen ****, **** der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.
Gelet op de wet van 15 december 1980 betreffende de toegang tot het grondgebied, het verblijf, de vestiging en de verwijdering van vreemdelingen, artikel 74/8, § 2, ingevoegd bij de wet van 15 juli 1996;
Gelet op het advies van de Inspecteur van Financiën, gegeven op 20 februari 2014;
Gelet op de akkoordbevinding van de Minister van Begroting, gegeven op 7 april 2014;
Gelet op het advies 56.308/4 van de Raad van State, gegeven op 2 juni 2014, met toepassing van artikel 84, § 1, eerste lid, 2° van de gecoördineerde wetten op de Raad van State;
Op de voordracht van **** Minister van Justitie, belast met Asiel en Migratie, Hebben Wij besloten en besluiten Wij :
Artikel 1.In artikel 62 van het koninklijk besluit van 2 augustus 2002 tot vaststelling van het regime en de ****, toepasbaar op de plaatsen gelegen op het Belgisch grondgebied, beheerd door de Dienst Vreemdelingenzaken, waar een vreemdeling wordt opgesloten, ter beschikking gesteld van de regering of vastgehouden, overeenkomstig de bepalingen vermeld in artikel 74/8, § 1, van de wet van 15 december 1980 betreffende de toegang tot het grondgebied, het verblijf, de vestiging en de verwijdering van vreemdelingen, wordt een derde lid ingevoegd : "Indien de bewoner een beroep doet op een advocaat, wordt zijn advocaat minstens 48 uur voor een eventuele eerste **** verwittigd, tenzij de bewoner dit weigert."
Art. 2.In artikel 129 van hetzelfde besluit wordt een tweede lid ingevoegd : "De bewoner kan een klacht indienen bij de **** of zijn plaatsvervanger via een brief en dit binnen de 24 uur. De klacht kan ingediend worden in één van de landstalen, in het **** of in de taal van het land van oorsprong van de bewoner. **** **** of zijn vervanger geeft binnen de 10 werkdagen een antwoord. Een kopie van de klacht en het antwoord worden bezorgd aan de Directeur-generaal van de Dienst Vreemdelingenzaken of zijn plaatsvervanger en aan het permanent secretariaat."
Art. 3.Artikel 135, eerste lid, van hetzelfde besluit wordt aangevuld met een 11° dat luidt als volgt : "11° het totaal aantal ontvangen klachten als bedoeld : - in artikel 129, tweede lid; - in artikel 132, § 5".
Art. 4.**** minister bevoegd voor de toegang tot het grondgebied, het verblijf, de vestiging en de verwijdering van vreemdelingen is belast met de uitvoering van dit besluit.
Gegeven te ****, 7 oktober 2014.
**** **** **** : **** Minister van Justitie, belast met Asiel en ****, ****. DE ****