Etaamb.openjustice.be
Koninklijk Besluit van 07 december 1999
gepubliceerd op 18 maart 2000

Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 19 juni 1995, gesloten in het Paritair Comité voor de begrafenisondernemingen, betreffende de seropositieve werknemers

bron
ministerie van tewerkstelling en arbeid
numac
1999012885
pub.
18/03/2000
prom.
07/12/1999
ELI
eli/besluit/1999/12/07/1999012885/staatsblad
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
Document Qrcode

7 DECEMBER 1999. - Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 19 juni 1995, gesloten in het Paritair Comité voor de begrafenisondernemingen, betreffende de seropositieve werknemers (1)


ALBERT II, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.

Gelet op de wet van 5 december 1968 betreffende de collectieve arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités, inzonderheid op artikel 28;

Gelet op het verzoek van het Paritair Comité voor de begrafenisondernemingen;

Op de voordracht van Onze Minister van Werkgelegenheid, Hebben Wij besloten en besluiten Wij :

Artikel 1.Algemeen verbindend wordt verklaard de als bijlage overgenomen collectieve arbeidsovereenkomst van 19 juni 1995, gesloten in het Paritair Comité voor de begrafenisondernemingen, betreffende de seropositieve werknemers.

Art. 2.Onze Minister van Werkgelegenheid is belast met de uitvoering van dit besluit.

Gegeven te Brussel, 7 december 1999.

ALBERT Van Koningswege : De Minister van Werkgelegenheid, Mevr. L. ONKELINX _______ Nota (1) Verwijzing naar het Belgisch Staatsblad : Wet van 5 december 1968, Belgisch Staatsblad van 15 januari 1969. Bijlage Paritair Comité voor de begrafenisondernemingen Collectieve arbeidsovereenkomst van 19 juni 1995 Seropositieve werknemers (Overeenkomst geregistreerd op 19 juli 1995 onder het nummer 38510/CO/320) HOOFDSTUK I. - Toepassingsgebied

Artikel 1.Deze collectieve arbeidsovereenkomst is van toepassing op de werkgevers en werknemers van de ondernemingen die ressorteren onder de bevoegdheid van het Paritair Comité voor de begrafenisondernemingen.

Onder werknemers wordt verstaan : de mannelijke en vrouwelijke bedienden, de werklieden en werksters. HOOFDSTUK II. - Draagwijdte van de overeenkomst

Art. 2.De ondertekenende partijen herinneren aan het fundamenteel belang dat zij hechten aan het respect voor het privé-leven. Zij drukken de wens uit om alles in het werk te stellen opdat dit recht, dat is vastgelegd door het Europees Verdrag over de Rechten van de Mens en door de Belgische Grondwet, wordt gewaarborgd in de sociale relaties tussen werkgevers en werknemers. Zij zijn van mening dat het voor de mens belangrijk is een seropositief persoon in zijn betrekking te behouden. HOOFDSTUK III. - Beschikkingen

Art. 3.Voor de toepassing van deze collectieve arbeidsovereenkomst wordt onder seropositieve werknemers verstaan : de werknemers die "besmet zijn door het HIV-virus".

Art. 4.Seropositiviteit kan geen aanleiding geven tot een discriminatoire behandeling door de werkgevers. Aan een seropositief werknemer zal, indien mogelijk, binnen de onderneming aangepast werk worden verschaft.

Art. 5.Buiten de gevallen waarin de wet voorziet zullen de werkgevers geen test laten uitvoeren tijdens de uitvoering van de arbeidsovereenkomst, waarvan het resultaat de seropositiviteit van een werknemer kan aantonen of waaruit blijkt dat er een vermoeden van seropositiviteit bestaat.

Art. 6.De werkgever- en werknemersorganisatie(s) zullen concrete middelen aanwenden om seropositieve werknemers tijdens de dagelijkse uitoefening van hun beroepstaak niet te discrimineren.

Art. 7.Werknemers kunnen niet worden ontslagen omwille van hun seropositiviteit. HOOFDSTUK IV. - Slotbepalingen

Art. 8.Deze collectieve arbeidsovereenkomst treedt in werking op 1 januari 1995. Zij is gesloten voor onbepaalde tijd.

Elk van de partijen kan ze opzeggen, mits een opzeggingstermijn van drie maanden te betekenen bij een ter post aangetekende brief gericht aan de voorzitter van het Paritair Comité voor de begrafenisondernemingen.

Gezien om te worden gevoegd bij het koninklijk besluit van 7 december 1999.

De Minister van Werkgelegenheid, Mevr. L. ONKELINX

^