5 NOVEMBER 2012. - Koninklijk besluit tot goedkeuring van het huishoudelijk reglement van de Hoge Raad voor de Zelfstandigen en de Kleine en Middelgrote Ondernemingen

ALBERT II, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.

Gelet op de wetten betreffende de organisatie van de Middenstand, gecoördineerd op 28 mei 1979, artikel 22, gewijzigd bij de wetten van 27 mei 1999 en 9 juli 2004;

Gelet op het koninklijk besluit van 22 oktober 1999Relevante gevonden documenten type koninklijk besluit prom. 22/10/1999 pub. 23/11/1999 numac 1999022996 bron ministerie van sociale zaken, volksgezondheid en leefmilieu Koninklijk besluit houdende wijziging van het koninklijk besluit van 29 april 1999 tot bepaling van een organieke regeling en de normen waaraan de diensten voor niet-dringend, liggend ziekenvervoer moeten voldoen om erkend te worden als medisch-technische dienst zoals bedoeld in artikel 44 van de wet op de ziekenhuizen, gecoördineerd op 7 augustus 1987 type koninklijk besluit prom. 22/10/1999 pub. 18/03/2000 numac 1999012720 bron ministerie van tewerkstelling en arbeid Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 14 mei 1997, gesloten in het Paritair Comité voor de stoffering en de houtbewerking, betreffende het sectoraal tewerkstellingsplan type koninklijk besluit prom. 22/10/1999 pub. 10/11/1999 numac 1999012725 bron ministerie van tewerkstelling en arbeid Koninklijk besluit betreffende de nachtarbeid van werknemers tewerkgesteld in de industriële bakkerijen ressorterend onder het Paritair Comité voor de voedingsnijverheid type koninklijk besluit prom. 22/10/1999 pub. 16/12/1999 numac 1999012722 bron ministerie van tewerkstelling en arbeid Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 27 maart 1997, gesloten in het Paritair Comité voor het bouwbedrijf, tot wijziging van de collectieve arbeidsovereenkomst van 28 april 1988, betreffende de toekenning van getrouwheidszegels en weerverletzegels type koninklijk besluit prom. 22/10/1999 pub. 16/12/1999 numac 1999012717 bron ministerie van tewerkstelling en arbeid Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 15 mei 1997, gesloten in het Paritair Comité voor het bouwbedrijf, tot wijziging van de collectieve arbeidsovereenkomst van 17 mei 1994 tot organisatie van de suppletieve sectorale regelingen tot herverdeling van de arbeid in het kader van de bedrijfsplannen type koninklijk besluit prom. 22/10/1999 pub. 16/12/1999 numac 1999012719 bron ministerie van tewerkstelling en arbeid Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 20 maart 1997, gesloten in het Paritair Comité voor het bouwbedrijf, tot vaststelling van het bedrag van de bijdrage aan het « Fonds voor vakopleiding in de bouwnijverheid » type koninklijk besluit prom. 22/10/1999 pub. 16/12/1999 numac 1999012718 bron ministerie van tewerkstelling en arbeid Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 20 maart 1997, gesloten in het Paritair Comité voor het bouwbedrijf, tot wijziging van de collectieve arbeidsovereenkomst van 27 maart 1980 tot vaststelling van het bedrag van de bijdrage aan het « Fonds voor Bestaanszekerheid van de werklieden uit het bouwbedrijf » sluiten tot goedkeuring van het huishoudelijk reglement van de Hoge Raad voor de Zelfstandigen en de Kleine en Middelgrote Ondernemingen;

Gelet op het koninklijk besluit van 10 augustus 2004Relevante gevonden documenten type koninklijk besluit prom. 10/08/2004 pub. 26/08/2004 numac 2004011355 bron federale overheidsdienst economie, k.m.o., middenstand en energie Koninklijk besluit tot regeling van de toepassing van de wetten betreffende de organisatie van de Middenstand, gecoördineerd op 28 mei 1979 sluiten tot regeling van de toepassing van de wetten betreffende de organisatie van de Middenstand, gecoördineerd op 28 mei 1979;

Gelet op de beslissing van 26 mei 2011 waarbij de Hoge Raad voor de Zelfstandigen en de Kleine en Middelgrote Ondernemingen zijn huishoudelijk reglement heeft opgesteld;

Op de voordracht van de Minister van Middenstand, K.M.O.'s en Zelfstandigen, Hebben Wij besloten en besluiten Wij :

Artikel 1.Het bij dit besluit gevoegde huishoudelijk reglement voor de Hoge Raad voor de Zelfstandigen en de Kleine en Middelgrote Ondernemingen wordt goedgekeurd.

Art. 2.Het koninklijk besluit van 22 oktober 1999Relevante gevonden documenten type koninklijk besluit prom. 22/10/1999 pub. 23/11/1999 numac 1999022996 bron ministerie van sociale zaken, volksgezondheid en leefmilieu Koninklijk besluit houdende wijziging van het koninklijk besluit van 29 april 1999 tot bepaling van een organieke regeling en de normen waaraan de diensten voor niet-dringend, liggend ziekenvervoer moeten voldoen om erkend te worden als medisch-technische dienst zoals bedoeld in artikel 44 van de wet op de ziekenhuizen, gecoördineerd op 7 augustus 1987 type koninklijk besluit prom. 22/10/1999 pub. 18/03/2000 numac 1999012720 bron ministerie van tewerkstelling en arbeid Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 14 mei 1997, gesloten in het Paritair Comité voor de stoffering en de houtbewerking, betreffende het sectoraal tewerkstellingsplan type koninklijk besluit prom. 22/10/1999 pub. 10/11/1999 numac 1999012725 bron ministerie van tewerkstelling en arbeid Koninklijk besluit betreffende de nachtarbeid van werknemers tewerkgesteld in de industriële bakkerijen ressorterend onder het Paritair Comité voor de voedingsnijverheid type koninklijk besluit prom. 22/10/1999 pub. 16/12/1999 numac 1999012722 bron ministerie van tewerkstelling en arbeid Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 27 maart 1997, gesloten in het Paritair Comité voor het bouwbedrijf, tot wijziging van de collectieve arbeidsovereenkomst van 28 april 1988, betreffende de toekenning van getrouwheidszegels en weerverletzegels type koninklijk besluit prom. 22/10/1999 pub. 16/12/1999 numac 1999012717 bron ministerie van tewerkstelling en arbeid Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 15 mei 1997, gesloten in het Paritair Comité voor het bouwbedrijf, tot wijziging van de collectieve arbeidsovereenkomst van 17 mei 1994 tot organisatie van de suppletieve sectorale regelingen tot herverdeling van de arbeid in het kader van de bedrijfsplannen type koninklijk besluit prom. 22/10/1999 pub. 16/12/1999 numac 1999012719 bron ministerie van tewerkstelling en arbeid Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 20 maart 1997, gesloten in het Paritair Comité voor het bouwbedrijf, tot vaststelling van het bedrag van de bijdrage aan het « Fonds voor vakopleiding in de bouwnijverheid » type koninklijk besluit prom. 22/10/1999 pub. 16/12/1999 numac 1999012718 bron ministerie van tewerkstelling en arbeid Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 20 maart 1997, gesloten in het Paritair Comité voor het bouwbedrijf, tot wijziging van de collectieve arbeidsovereenkomst van 27 maart 1980 tot vaststelling van het bedrag van de bijdrage aan het « Fonds voor Bestaanszekerheid van de werklieden uit het bouwbedrijf » sluiten tot goedkeuring van het huishoudelijk reglement van de Hoge Raad voor de Zelfstandigen en de Kleine en Middelgrote Ondernemingen wordt opgeheven.

Art. 3.De minister bevoegd voor Middenstand is belast met de uitvoering van dit besluit.

Gegeven te Marseille, 5 november 2012.

ALBERT Van Koningswege : De Minister van Middenstand, K.M.O.'s en Zelfstandigen, Mevr. S. LARUELLE

HUISHOUDELIJK REGLEMENT (goedgekeurd door de Hoge Raad op 26 mei 2011) HOOFDSTUK I. - Het voorzitterschap

Artikel 1.De voorzitter waakt over de strikte toepassing van onderhavig reglement. Hij leidt de besprekingen van de Raad en van het Bureau en zorgt dat de orde wordt gehandhaafd.

Art. 2.Bij verhindering van de voorzitter of bij vacature van de functie, zit de oudste aanwezige ondervoorzitter de vergadering voor.

Bij afwezigheid van de voorzitter en van de ondervoorzitters, wordt de Raad of het Bureau voorgezeten door de oudste aanwezige bijzitter.

Bij afwezigheid van bijzitters wordt de Raad voorgezeten door het oudste aanwezige lid.

Hij die voorzit, heeft alle rechten en plichten van de voorzitter. HOOFDSTUK II. - De Raad Uitnodigingen

Art. 3.De Raad vergadert op uitnodiging van de voorzitter.

De Raad zetelt tenminste éénmaal per kwartaal.

Art. 4.De Raad vergadert binnen de vijftien dagen op aanvraag van : a) de minister die bevoegd is voor de middenstand;b) tenminste een vijfde van de leden van de Raad;c) het Bureau. De aanvragen vermeld onder b moeten schriftelijk tot de voorzitter gericht worden. Voor ieder agendapunt dat men wenst te bespreken wordt een verklarende nota toegevoegd.

Art. 5.De leden van de Raad worden individueel uitgenodigd.

De uitnodiging moet tenminste tien dagen vooraf verstuurd worden, behalve in dringende gevallen, waarover de voorzitter oordeelt. In dit geval maakt de uitnodiging melding van deze afwijking.

De agenda wordt bij elke uitnodiging gevoegd.

Vergaderingen

Art. 6.De voorzitter opent en sluit de vergadering.

Hij kan op elk ogenblik de vergadering schorsen ofwel op eigen initiatief, ofwel op vraag van een derde van de aanwezige leden.

Art. 7.Elk aanwezig lid ondertekent de aanwezigheidslijst. De verplaatsings- en verblijfskosten, evenals de gebeurlijke presentiegelden worden slechts uitbetaald aan de leden die de aanwezigheidslijst ondertekenden.

Art. 8.De Raad kan slechts geldig beraadslagen wanneer tenminste de helft der leden aanwezig is.

Na een tweede bijeenroeping voor dezelfde agenda, beraadslaagt de Raad evenwel geldig, welke ook het aantal aanwezige leden is.

Art. 9.De vergaderingen van de Raad zijn niet openbaar.

De leden van de Raad mogen zich met akkoord van het Bureau door deskundigen laten bijstaan. De voorzitter kan bij beslissing van de Raad of op eigen initiatief externe deskundigen uitnodigen voor vergaderingen van de Raad.

Art. 10.De leden zijn gehouden het persoonlijk en vertrouwelijk karakter van de ter beschikking gestelde documenten te eerbiedigen.

De voorzitter oordeelt over de wenselijkheid van een eventuele ruimere verspreiding van bepaalde documenten.

De adviezen en moties mogen bekend gemaakt worden, behalve wanneer de vergadering, of het Bureau in naam van de vergadering, er anders over beslist of, ingeval de betrokken minister zich verzet tegen deze bekendmaking, wanneer hij de Hoge Raad raadpleegt over een aangelegenheid met vertrouwelijk karakter.

Art. 11.Mits akkoord van de Raad kan de voorzitter de volgorde van de agendapunten wijzigen.

Art. 12.De leden van de Raad nemen slechts het woord na daartoe door de voorzitter gemachtigd te zijn.

Stemmingen

Art. 13.Elk werkend lid beschikt over één stem. Bij afwezigheid stemt zijn plaatsvervanger. Om de stemgerechtigden te identificeren kan gebruik worden gemaakt van een stemkaart.

Art. 14.De stemming gebeurt bij handopsteking, bij naamafroeping of geheim.

De beslissingen worden bij handopsteking goedgekeurd, tenzij er anders over beslist wordt.

Elke vraag, die ertoe strekt bij naamafroeping of geheim te stemmen moet, om ontvankelijk te zijn, uitgaan van de voorzitter of van een lid. De vraag van dit lid moet gesteund worden door tenminste één derde van de aanwezige leden.

In geval van stemming bij handopsteking of bij naamafroeping, stemt de voorzitter het laatst. In geval van staking van stemmen is zijn stem beslissend.

In geval van stemming bij handopsteking of bij naamafroeping stellen de voorzitter en de secretaris-generaal de uitslag vast.

Art. 15.De stemming is geheim wanneer het gaat om de voordracht van kandidaten, benoemingen of afzettingen.

In geval van geheime stemming, gebeurt deze op speciaal voorbereide stembrieven. De stemming over één of meerdere kandidaten wordt gebundeld per agendapunt.

Elke stembrief die andere aanduidingen of teksten bevat dan deze door de voorzitter vooraf vastgesteld, wordt ongeldig verklaard.

De secretaris-generaal of zijn afgevaardigden verrichten de telling, onder toezicht van twee onder de leden aangeduide stemopnemers.

Art. 16.De beslissingen worden genomen bij volstrekte meerderheid van de geldige stemmen, zonder rekening te houden met de onthoudingen.

Volstrekte meerderheid betekent meer dan de helft van de stemmen (dus de helft van het aantal stemmen + 1 indien het aantal stemmen even is; de helft van het aantal stemmen + 1 indien het aantal oneven is).

Art. 17.§ 1. De kandidaten voor mandaten die in andere organismen te begeven zijn op voorstel van de Hoge Raad voor de Zelfstandigen en de Kleine en Middelgrote Ondernemingen worden door de algemene vergadering van de Raad aangewezen. a) In dringende gevallen, waarvan de dringendheid gemotiveerd moet worden, kan het bureau kandidaten voor mandaten in andere organismen voordragen.De Hoge Raad bekrachtigt de beslissingen die op dergelijke wijze genomen zijn tijdens de eerstvolgende vergadering.

De vervanging van afgevaardigden in de loop van hun mandaat wordt door de algemene vergadering gedelegeerd aan het Bureau van de Hoge Raad.

De eerstvolgende vergadering van de Hoge Raad nemen de leden hiervan kennis. b) De voorzitter brengt de leden tenminste tien dagen voor de datum van de volgende algemene vergadering op de hoogte van de te begeven mandaten en van het aantal kandidaten, dat voor elk van deze moet voorgedragen worden. De lijst der kandidaten wordt afgesloten drie dagen voor de verkiezing.

In dringende gevallen kan de voorzitter de hierboven voorziene termijnen inkorten. De uitnodiging maakt dan melding van dit dringend karakter met opgave van de reden, van de datum van verkiezing en van de datum van de afsluiting der kandidatenlijst. c) De kandidaturen moeten, vergezeld van een cv, per aangetekende brief of tegen ontvangstmelding, aan het secretariaat van de Raad gestuurd worden. Het Bureau kan eveneens kandidaten voordragen.

In geval het aantal ingediende kandidaturen het vereiste aantal niet bereikt, kan de voorzitter tijdens de zitting een gemotiveerde kandidaatstelling toevoegen. d) De verkiezingen hebben plaats overeenkomstig de bepalingen van de artikelen 8, 15 en 16 van onderhavig reglement. In geval van staking van stemmen, worden de kandidaturen, die eenzelfde aantal stemmen behaalden, onmiddellijk aan een nieuwe stemming onderworpen.

Bij staking van stemmen bij de tweede stembeurt, krijgt de oudste kandidaat de voorkeur. e) Op vraag van de voorzitter is elke titularis van een mandaat, dat hem toegekend werd door tussenkomst van de Hoge Raad voor de Zelfstandigen en de Kleine en Middelgrote Ondernemingen, verplicht aan deze laatste verslag uit te brengen over de uitoefening van zijn mandaat. Op elk ogenblik kan hij bij de algemene vergadering of bij het Bureau, alle vragen aanhangig maken, welke met de uitoefening van zijn mandaat verband houden.

De hierboven voorziene bepaling verplicht nochtans de titularis van een mandaat niet tot het uitbrengen van verslag over kwesties die een vertrouwelijk karakter hebben. § 2. Voor de te begeven mandaten in de interne organen van de Hoge Raad moeten de kandidaatstellingen per aangetekende brief of tegen ontvangstmelding naar het Secretariaat van de Hoge Raad verzonden worden.

De lijst van de kandidaten wordt twee dagen voor de verkiezing afgesloten.

De verkiezingen vinden plaats naar analogie met de bepalingen van artikel 17, § 1, d).

Notulen

Art. 18.Van elke vergadering worden door de secretaris-generaal of zijn afgevaardigde notulen opgesteld. Naast het verslag van de bespreking vermelden ze : a) de datum der vergadering;b) de namen der aanwezige leden;c) de uren van opening en sluiting van de vergadering. De notulen worden ten laatste samen met de oproeping voor de volgende vergadering aan de leden opgestuurd.

Bij het begin van deze vergadering worden ze aan de goedkeuring van de Raad onderworpen.

Van elke gemaakte en aangenomen bemerking wordt akte genomen in de notulen van de vergadering tijdens dewelke zij geformuleerd werd.

Art. 19.De goedgekeurde notulen, evenals de afschriften of uittreksels dienstig in rechte of anderszins, worden door de voorzitter en de secretaris-generaal voor eensluidend verklaard en ondertekend. HOOFDSTUK III. - Het Bureau

Art. 20.Het Bureau vergadert in principe elke maand op uitnodiging van de voorzitter.

De uitnodiging moet tenminste acht dagen vooraf verstuurd worden, behalve in dringende gevallen waarover de voorzitter oordeelt. In dit geval maakt de uitnodiging melding van deze afwijking.

De agenda wordt bij elke uitnodiging gevoegd.

Art. 21.Op verzoek van één der leden is de voorzitter gehouden het Bureau binnen vijftien dagen samen te roepen. Voor ieder agendapunt dat men wenst te bespreken wordt een verklarende nota toegevoegd.

Art. 22.De volgende bepalingen in verband met de Raad zijn eveneens van toepassing op het Bureau : a) artikelen 6 al.1 en art. 7 tot en met 12 betreffende de vergaderingen; b) artikelen 13 tot en met 16 en de artikelen 18 en 19 betreffende de stemmingen en de notulen.

Art. 23.In dringende gevallen, waarvan de dringendheid gemotiveerd moet worden, kan de voorzitter in samenspraak met de secretaris-generaal beslissen de bureauleden digitaal te raadplegen.

Alle bureauleden worden dan via e-mail gecontacteerd en gevraagd hun stem of standpunt via e-mail aan het secretariaat over te maken.

Tijdens de eerstvolgende vergadering van het bureau moeten beslissingen die op dergelijke wijze genomen zijn bekrachtigd worden.

Art. 24.Voor het beheer der zaken van de Raad beschikt het Bureau binnen de grenzen van wetten en besluiten over de meest uitgebreide macht.

Het bereidt de zaken voor die aan de Raad dienen onderworpen te worden, waakt over de uitvoering van zijn beslissingen en brengt verslag uit over zijn activiteit en deze van het secretariaat.

In dringende gevallen waarover de voorzitter of het Bureau zal oordelen, mag het beslissingen nemen die normaal tot de bevoegdheid van de Raad behoren, op voorwaarde deze tijdens de eerstvolgende vergadering aan de goedkeuring van de Raad te onderwerpen.

Het Bureau maakt het ontwerp van begroting voor het volgende dienstjaar op en keurt de balans en de rekening van elk verlopen dienstjaar goed. Deze documenten worden door de secretaris-generaal voorbereid en voor goedkeuring aan de Minister die de Middenstand onder zijn bevoegdheid heeft, overgemaakt.

De voorzitter, de secretaris-generaal, de adjunct-secretaris-generaal, noch de leden van het Bureau nemen enige persoonlijke verplichting op zich met betrekking tot de verbintenissen van de Hoge Raad voor de Zelfstandigen en de Kleine en Middelgrote Ondernemingen.

HOOFSTUK IV. - De commissies

Art. 25.In de schoot van de Raad worden volgende commissies opgericht, gelast met de voorbereidende werkzaamheden van de Raad en zijn organen : - Algemeen K.M.O.-beleid - Beroepsreglementeringen - Handelspraktijken - Vrije beroepen - Ad hoc De Raad kan het aantal commissies verhogen of verminderen.

Art. 26.Voor iedere commissie duidt het Bureau onder zijn leden een voorzitter en een ondervoorzitter aan. Bij verhindering van de voorzitter of vacature van de functie, zit de ondervoorzitter de vergadering voor. Bij afwezigheid van de voorzitter en de ondervoorzitter, wordt de commissie voorgezeten door het oudste aanwezig lid.

Art. 27.De Raad of het Bureau kan beslissen bepaalde commissies en/of sectorcommissies gelijktijdig samen te roepen, telkens wanneer de draagwijdte van een bepaald probleem de activiteitssfeer van één enkele commissie of sectorcommissie overschrijdt.

Art. 28.Alle werkende en plaatsvervangende leden van de Raad schrijven zich in voor maximaal twee commissies naar keuze. De commissie "Vrije beroepen" is uitsluitend samengesteld uit de leden die de vrije beroepen en andere zelfstandige intellectuele beroepen vertegenwoordigen in de schoot van de Raad.

Art. 29.De volgende bepalingen in verband met de Raad zijn eveneens van toepassing op de commissies : a) artikelen 1, 2 al.4 betreffende het voorzitterschap; b) artikelen 3 al.1, en 5 betreffende de uitnodigingen; c) artikelen 6, 7, 9, 10 al.1, 11 en 12 betreffende de vergaderingen; d) artikelen 13 tot en met art.16 betreffende de stemmingen; e) artikel 18 betreffende de notulen. HOOFDSTUK V. - De sectorcommissies Voorzitterschap

Art. 30.De voorzitter van de sectorcommissie past de bepalingen van artikel 1 toe.

Art. 31.Ingeval de voorzitter verhinderd is of de functie vacant is, zit de ondervoorzitter de vergadering voor. Ingeval ook de ondervoorzitter verhinderd is of de functie vacant is, zit de plaatsvervangend voorzitter de vergadering voor. Ingeval ook de plaatsvervangend voorzitter verhinderd is of de functie vacant is, zit de plaatsvervangend ondervoorvoorzitter de vergadering voor.

Bij ontstentenis van de voorzitter, de ondervoorzitter en hun respectieve plaatsvervangers wordt de sectorcommissie voorgezeten door het oudste aanwezige lid.

Tijdens de eerste vergadering op het ogenblik van de hernieuwing van de mandaten van de Hoge Raad voor de Zelfstandigen en de Kleine en Middelgrote Ondernemingen neemt de secretaris-generaal van de Raad of, bij zijn ontstentenis, de adjunct-secretaris-generaal, van rechtswege het voorzitterschap waar.

Hij die voorzit, heeft alle rechten en plichten van de voorzitter Uitnodigingen

Art. 32.Behoudens de eerste vergadering, komen de sectorcommissies samen op uitnodiging van hun voorzitter.

Zij moeten binnen de 15 dagen samenkomen op verzoek : a) van de minister die bevoegd is voor de middenstand;b) van de Raad of zijn Bureau;c) van een vaste commissie van de Raad;d) van tenminste een vijfde van hun leden. De aanvragen vermeld onder d worden schriftelijk gericht aan de voorzitter van de sectorcommissie.

Voor ieder agendapunt dat men wenst te bespreken wordt een verklarende nota toegevoegd.

Art. 33.Ieder lid kan vragen een onderwerp op de eerstvolgende agenda te plaatsen.

Art. 34.De uitnodiging beantwoordt eveneens aan de bepalingen van artikel 20, al. 2 en 3.

Vergaderingen

Art. 35.De artikels 6, 7, 9 tot en met 12 in verband met de vergaderingen van de Raad zijn eveneens toepasselijk op de sectorcommissies.

Stemmingen

Art. 36.De artikels 13 tot en met 16 in verband met de stemmingen in de Raad zijn eveneens toepasselijk op de sectorcommissies.

Notulen

Art. 37.De notulen worden opgesteld overeenkomstig artikel 18 van onderhavig huishoudelijk reglement. HOOFDSTUK VI. - Het secretariaat

Art. 38.Het secretariaat is gelast met de administratieve diensten van de Raad en zijn organen. Het bereidt de nodige studies en documenten voor.

Art. 39.De secretaris-generaal, en in zijn afwezigheid de adjunct-secretaris-generaal, verzekert het dagelijks beheer van de Raad en de leiding van het secretariaat.

Hij handhaaft de tucht onder het personeel en waakt over de toepassing van het personeelsstatuut.

Art. 40.De secretaris-generaal staat in voor de boekhouding en is gelast met de ontvangsten en uitgaven voor het dagelijks beheer overeenkomstig de goedgekeurde begroting.

Hij brengt driemaandelijks verslag uit bij het Bureau.

Art. 41.De secretaris-generaal is persoonlijk verantwoordelijk tegenover de voorzitter en het Bureau voor de uitvoering der beslissingen van de Raad en zijn organen.

Gezien om te worden gevoegd bij het koninklijk besluit van 5 november 2012.

De minister van Middenstand, K.M.O.'s en Zelfstandigen, Mevr. S. LARUELLE