gepubliceerd op 02 juli 2008
Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 2 juli 2007, gesloten in het Paritair Comité voor het tuinbouwbedrijf, tot vaststelling van de loon- en arbeidsvoorwaarden voor seizoen- en gelegenheidswerk
5 JUNI 2008. - Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 2 juli 2007, gesloten in het Paritair Comité voor het tuinbouwbedrijf, tot vaststelling van de loon- en arbeidsvoorwaarden voor seizoen- en gelegenheidswerk (1)
ALBERT II, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.
Gelet op de wet van 5 december 1968 betreffende de collectieve arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités, inzonderheid op artikel 28;
Gelet op het verzoek van het Paritair Comité voor het tuinbouwbedrijf;
Op de voordracht van de Minister van Werk, Hebben Wij besloten en besluiten Wij :
Artikel 1.Algemeen verbindend wordt verklaard de als bijlage overgenomen collectieve arbeidsovereenkomst van 2 juli 2007, gesloten in het Paritair Comité voor het tuinbouwbedrijf, tot vaststelling van de loon- en arbeidsvoorwaarden voor seizoen- en gelegenheidswerk.
Art. 2.De Minister bevoegd voor Werk is belast met de uitvoering van dit besluit.
Gegeven te Brussel, 5 juni 2008.
ALBERT Van Koningswege : De Vice-Eerste Minister en Minister van Werk en Gelijke Kansen, Mevr. J. MILQUET _______ Nota Verwijzing naar het Belgisch Staatsblad : Wet van 5 december 1968, Belgisch Staatsblad van 15 januari 1969.
Bijlage Paritair Comité voor het tuinbouwbedrijf Collectieve arbeidsovereenkomst van 2 juli 2007 Vaststelling van de loon- en arbeidsvoorwaarden voor seizoen- en gelegenheidswerk (Overeenkomst geregistreerd op 9 oktober 2007 onder het nummer 85129/CO/145) Toepassingsgebied
Artikel 1.Deze collectieve arbeidsovereenkomst is van toepassing op de werkgevers die ressorteren onder het toepassingsgebied van het Paritair Comité voor het tuinbouwbedrijf, met uitsluiting van de ondernemingen waarvan de hoofdactiviteit bestaat uit het aanleggen en onderhouden van parken en tuinen, en op hun als arbeider of arbeidster tewerkgesteld gelegenheidspersoneel zoals bepaald in artikel 8bis van het koninklijk besluit van 28 november 1969 tot uitvoering van de wet van 27 juni 1969 tot herziening van de besluitwet van 28 december 1944 betreffende de maatschappelijke zekerheid der arbeiders.
Lonen
Art. 2.§ 1. Op 1 januari 2007 zijn volgende minimumuurlonen van toepassing op het in artikel 1 bedoelde gelegenheidspersoneel : - bloemen- en sierplanten : 7,93 EUR; - groententeelt : 7,23 EUR; - boomkwekerijen : 8,88 EUR; - bosboomkwekerijen : 8,81 EUR; - fruitteelt : 7,23 EUR; - champignonteelt : 7,93 EUR. § 2. De in § 1 en artikel 3 vermelde minimumlonen en de werkelijk betaalde lonen zijn gekoppeld aan het indexcijfer van de consumptieprijzen zoals bepaald in de collectieve arbeidsovereenkomst van 29 juli 2005, betreffende de koppeling van de lonen aan het indexcijfer van de consumptieprijzen, gesloten in het Paritair Comité voor het tuinbouwbedrijf.
Minderjarigen
Art. 3.De minimumuurlonen van de minderjarige werklieden en werksters worden als volgt vastgesteld : 17 jaar = 85 pct.; 16 jaar = 70 pct.; 15 jaar = 55 pct. van het uurloon van de werklieden en werksters van 18 jaar en ouder van dezelfde categorie.
Hierbij mag het bekomen uurloon niet lager liggen dan hetgeen de jongere zou ontvangen indien hij als reguliere zou werken. Dit mag er dan weer niet tot leiden dat het loon van de minderjarige gelegenheidsarbeider hoger zou worden dan dit van een meerderjarige gelegenheidsarbeider (zie bijlage - lonen van toepassing op 1 januari 2007).
Deze lonen worden, na elke indexaanpassing opgenomen in het verslag van de eerstkomende vergadering van het Paritair Comité voor het tuinbouwbedrijf.
Eindejaarspremie
Art. 4.Het in artikel 1 bedoelde gelegenheidspersoneel, dat in de loop van het kalenderjaar, minstens 50 dagen aangegeven op de plukkaart heeft in één of meerdere in artikel 1 bedoelde ondernemingen, heeft vanaf 1 januari 2007, ten laste van het "Waarborg- en Sociaal Fonds voor het tuinbouwbedrijf", recht op een eindejaarspremie van 175,00 EUR. De praktische uitkeringsmodaliteiten van de eindejaarspremie worden bepaald door de raad van beheer van het « Waarborg- en Sociaal Fonds voor het tuinbouwbedrijf ».
Syndicale premie
Art. 5.Het in artikel 1 bedoelde gelegenheidspersoneel dat aangesloten is bij één van de representatieve interprofessionele werknemersorganisaties vertegenwoordigd in het Paritair Comité voor het tuinbouwbedrijf, heeft vanaf 1 januari 2005, ten laste van het « Waarborg- en Sociaal Fonds voor het tuinbouwbedrijf », recht op een syndicale premie van 2/12den van de syndicale premie van de reguliere werknemers in de tuinbouw indien het recht heeft op een eindejaarspremie zoals bedoeld in artikel 3 van deze collectieve arbeidsovereenkomst.
Vanaf het prestatiejaar 2005 (uitbetaling 2006) bedraagt de syndicale premie : 18 EUR. Vanaf het prestatiejaar 2006 (uitbetaling 2007) bedraagt de syndicale premie : 22 EUR. Geldigheid Art 6. Deze collectieve arbeidsovereenkomst vervangt de collectieve arbeidsovereenkomst van 18 april 2006 tot vaststelling van de loon- en arbeidsvoorwaarden voor seizoen- en gelegenheidswerk Zij heeft uitwerking met ingang van 1 januari 2007 en is gesloten voor onbepaalde duur, met uitzondering van artikel 3 dat gesloten werd voor een bepaalde duur tot 31 december 2008.
Zij kan door elk van de ondertekenende partijen worden opgezegd mits een opzegging van ten minste drie maanden, betekend bij een ter post aangetekende brief, gericht aan de voorzitter van het Paritair Comité voor het tuinbouwbedrijf Gezien om te worden gevoegd bij het koninklijk besluit van 5 juni 2008.
De Vice-Eerste Minister en Minister van Werk en Gelijke Kansen, Mevr. J. MILQUET
Bijlage bij de collectieve arbeidsovereenkomst van 2 juli 2007 tot vaststelling van de loon- en arbeidsvoorwaarden voor seizoen- en gelegenheidwerk lonen van toepassing vanaf 1 januari 2007 Voor de raadpleging van de tabel, zie beeld Gezien om te worden gevoegd bij het koninklijk besluit van 5 juni 2008.
De Vice-Eerste Minister en Minister van Werk en Gelijke Kansen, Mevr. J. MILQUET