Etaamb.openjustice.be
Koninklijk Besluit van 05 februari 1998
gepubliceerd op 19 maart 1998

Koninklijk besluit tot wijziging van het koninklijk besluit van 31 mei 1966 houdende regeling van de controle op de vastlegging van de uitgaven in de diensten van algemeen bestuur van de Staat

bron
ministerie van financien
numac
1998003085
pub.
19/03/1998
prom.
05/02/1998
ELI
eli/besluit/1998/02/05/1998003085/staatsblad
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
links
Raad van State (chrono)
Document Qrcode

5 FEBRUARI 1998. Koninklijk besluit tot wijziging van het koninklijk besluit van 31 mei 1966 houdende regeling van de controle op de vastlegging van de uitgaven in de diensten van algemeen bestuur van de Staat


ALBERT II, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.

Gelet op de wetten op de Rijkscomptabiliteit, gecoördineerd op 17 juli 1991, inzonderheid op het artikel 49, tweede lid;

Gelet op het koninklijk besluit van 31 mei 1966 houdende regeling van de controle op de vastlegging van de uitgaven in de diensten van algemeen bestuur van de Staat, inzonderheid op artikel 1, gewijzigd bij het koninklijk besluit van 15 april 1980;

Gelet op het advies van de Inspectie van Financiën, gegeven op 16 oktober 1997;

Gelet op het advies van de Raad van State;

Op de voordracht van Onze Vice-Eerste Minister en Minister van Begroting, Hebben Wij besloten en besluiten Wij :

Artikel 1.In artikel 1 van het koninklijk besluit van 31 mei 1966 houdende regeling van de controle op de vastlegging van de uitgaven in de diensten van algemeen bestuur van de Staat, gewijzigd bij het koninklijk besluit van 15 april 1980, worden de volgende wijzigingen aangebracht : 1° de bepaling onder 1° wordt vervangen als volgt : « 1° voor een visum tot vastlegging, vóór de kennisgeving ervan, de contracten en overeenkomsten voor werken en leveringen van goederen of diensten waarvan het bedrag hoger is dan 200 000 frank, de belasting over de toegevoegde waarde niet inbegrepen, en de besluiten tot toekenning van toelagen waarvan het bedrag hoger is dan 50 000 frank; »; 2° de bepaling onder 3°, a) wordt vervangen als volgt : « a) de ordonnanties van betaling betreffende de contracten en overeenkomsten voor werken en leveringen van goederen of diensten waarvan het bedrag niet hoger is dan 200 000 frank, de belasting over de toegevoegde waarde niet inbegrepen, alsook de ordonnanties betreffende de toelagen waarvan het bedrag niet hoger is dan 50 000 frank ».

Art. 2.Onze Vice-Eerste Minister en Minister van Begroting is belast met de uitvoering van dit besluit.

Gegeven te Brussel, 5 februari 1998.

ALBERT Van Koningswege : De Vice-Eerste Minister en Minister van Begroting, H. VAN ROMPUY

^