gepubliceerd op 18 september 2006
Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 29 september 2005, gesloten in het Paritair Comité voor het bouwbedrijf, tot uitvoering van artikel 26bis van de arbeidswet van 16 maart 1971
5 AUGUSTUS 2006. - Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 29 september 2005, gesloten in het Paritair Comité voor het bouwbedrijf, tot uitvoering van artikel 26bis van de arbeidswet van 16 maart 1971 (1)
ALBERT II, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.
Gelet op de wet van 5 december 1968 betreffende de collectieve arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités, inzonderheid op artikel 28;
Gelet op de arbeidswet van 16 maart 1971;
Gelet op het verzoek van het Paritair Comité voor het bouwbedrijf;
Op de voordracht van Onze Minister van Werk, Hebben Wij besloten en besluiten Wij :
Artikel 1.Algemeen verbindend wordt verklaard de als bijlage overgenomen collectieve arbeidsovereenkomst van 29 september 2005, gesloten in het Paritair Comité voor het bouwbedrijf, tot uitvoering van artikel 26bis van de arbeidswet van 16 maart 1971.
Art. 2.Onze Minister van Werk is belast met de uitvoering van dit besluit.
Gegeven te Brussel, 5 augustus 2006.
ALBERT Van Koningswege : De Minister van Werk, P. VANVELTHOVEN _______ Nota (1) Verwijzingen naar het Belgisch Staatsblad : Wet van 5 december 1968, Belgisch Staatsblad van 15 januari 1969. Wet van 16 maart 1971, Belgisch Staatsblad van 30 maart 1971.
Bijlage Paritair Comité voor het bouwbedrijf Collectieve arbeidsovereenkomst van 29 september 2005 Uitvoering van artikel 26bis van de arbeidswet van 16 maart 1971 (Overeenkomst geregistreerd op 18 november 2005 onder het nummer 77062/CO/124)
Artikel 1.Deze collectieve arbeidsovereenkomst is van toepassing op de werkgevers en de arbeiders van de ondernemingen die onder de bevoegdheid van het Paritair Comité voor het bouwbedrijf ressorteren.
Onder "arbeiders" wordt verstaan de arbeiders en arbeidsters.
Art. 2.Deze collectieve arbeidsovereenkomst heeft tot doel artikel 26bis, § 1, 8e lid en artikel 26bis, § 2bis, van de arbeidswet van 16 maart 1971 uit te voeren.
Zij wordt afgesloten in uitvoering van het koninklijk besluit van 19 september 2005 tot vaststelling van de onderhandelingsprocedure tot verhoging van het quotum overuren waarvoor de werknemer kan afzien van de inhaalrust in toepassing van artikel 26bis, § 2bis, van de arbeidswet van 16 maart 1971.
Art. 3.In uitvoering van artikel 26bis, § 1, 8e lid, wordt de interne grens van 65 verhoogd tot 130 uren voor zover de overuren gebaseerd zijn op artikel 25 (buitengewone vermeerdering van werk) of op artikel 26, § 1, 3° (werken vereist door een onvoorziene noodzakelijkheid) van de arbeidswet van 16 maart 1971.
Art. 4.Het aantal overuren gebaseerd op artikel 25 (buitengewone vermeerdering van werk) of op artikel 26, § 1, 3° (werken vereist door een onvoorziene noodzakelijkheid), van de arbeidswet van 16 maart 1971, waarvoor de arbeider kan kiezen om af te zien van inhaalrust in toepassing van artikel 26bis, § 2bis, van dezelfde wet wordt gebracht op maximum 130 uren per jaar.
Zijn eveneens begrepen in dit maximum van 130 uren per jaar waarvoor de werknemer kan kiezen om af te zien van inhaalrust, de uren gebaseerd op artikel 7 van het koninklijk besluit nr. 213 van 26 september 1983.
De syndicale delegatie heeft de bevoegdheid om, wanneer de vrije keuze van de arbeider niet wordt gerespecteerd, bij de werkgever tussen te komen.
Art. 5.§ 1. In uitvoering van artikel 26bis van de arbeidswet van 16 maart 1971, wordt de inhaalperiode voor de overschrijdingen van de arbeidsduur op één jaar gebracht.
De inhaalperiode van één jaar wordt vastgesteld van 1 april tot 31 maart. § 2. In afwijking van paragraaf 1, wordt de inhaalperiode van één jaar vastgesteld van 1 juli tot 30 juni voor de ondernemingen waarvan de activiteit bestaat uit het uitvoeren van : - het aanleggen van installaties voor verwarming, luchtverversing en klimaatregeling; - het aanleggen van sanitaire installaties.
Art. 6.Deze collectieve arbeidsovereenkomst is gesloten voor een onbepaalde duur. Ze treedt in werking op 1 oktober 2005. Zij kan door één van de partijen worden opgezegd met inachtneming van een opzeggingstermijn van zes maanden. De opzegging wordt betekend bij aangetekend schrijven, gericht aan de voorzitter van het Paritair Comité voor het bouwbedrijf.
Gezien om te worden gevoegd bij het koninklijk besluit van 5 augustus 2006.
De Minister van Werk, P. VANVELTHOVEN