Etaamb.openjustice.be
Koninklijk Besluit van 04 oktober 2011
gepubliceerd op 24 november 2011

Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 31 mei 2011, gesloten in het Paritair Comité voor de scheikundige nijverheid, betreffende de voortzetting van het "Fonds voor vorming in de scheikundige nijverheid"

bron
federale overheidsdienst werkgelegenheid, arbeid en sociaal overleg
numac
2011204310
pub.
24/11/2011
prom.
04/10/2011
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
Document Qrcode

4 OKTOBER 2011. - Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 31 mei 2011, gesloten in het Paritair Comité voor de scheikundige nijverheid, betreffende de voortzetting van het "Fonds voor vorming in de scheikundige nijverheid" (1)


ALBERT II, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.

Gelet op de wet van 7 januari 1958Relevante gevonden documenten type wet prom. 07/01/1958 pub. 31/03/2011 numac 2011000170 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Wet betreffende de Fondsen voor bestaanszekerheid Officieuze coördinatie in het Duits sluiten betreffende de fondsen voor bestaanszekerheid, inzonderheid op artikel 2;

Gelet op de wet van 5 december 1968Relevante gevonden documenten type wet prom. 05/12/1968 pub. 22/05/2009 numac 2009000346 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Wet betreffende de collectieve arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités. - Officieuze coördinatie in het Duits sluiten betreffende de collectieve arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités, inzonderheid op artikel 28;

Gelet op het verzoek van het Paritair Comité voor de scheikundige nijverheid;

Op de voordracht van de Minister van Werk, Hebben Wij besloten en besluiten Wij :

Artikel 1.Algemeen verbindend wordt verklaard de als bijlage overgenomen collectieve arbeidsovereenkomst van 31 mei 2011, gesloten in het Paritair Comité voor de scheikundige nijverheid, betreffende de voortzetting van het "Fonds voor vorming in de scheikundige nijverheid".

Art. 2.De Minister bevoegd voor Werk is belast met de uitvoering van dit besluit.

Gegeven te Brussel, 4 oktober 2011.

ALBERT Van Koningswege : De Vice-Eerste Minister en Minister van Werk en Gelijke Kansen, belast met het Migratie- en asielbeleid, Mevr. J. MILQUET _______ Nota (1) Verwijzingen naar het Belgisch Staatsblad : Wet van 7 januari 1958Relevante gevonden documenten type wet prom. 07/01/1958 pub. 31/03/2011 numac 2011000170 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Wet betreffende de Fondsen voor bestaanszekerheid Officieuze coördinatie in het Duits sluiten, Belgisch Staatsblad van 7 februari 1958. Wet van 5 december 1968Relevante gevonden documenten type wet prom. 05/12/1968 pub. 22/05/2009 numac 2009000346 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Wet betreffende de collectieve arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités. - Officieuze coördinatie in het Duits sluiten, Belgisch Staatsblad van 15 januari 1969.

Bijlage Paritair Comité voor de scheikundige nijverheid Collectieve arbeidsovereenkomst van 31 mei 2011 Voortzetting van het "Fonds voor vorming in de scheikundige nijverheid" (Overeenkomst geregistreerd op 10 juni 2011 onder het nummer 104418/CO/116)

Artikel 1.De collectieve arbeidsovereenkomst van 22 maart 1989, gesloten in het Paritair Comité voor de scheikundige nijverheid (koninklijk besluit van 10 januari 1990; Belgisch Staatsblad van 2 februari 1990), houdende de oprichting van het "Fonds voor vorming in de scheikundige nijverheid", en verlengd voor de periode van 1 januari 1991 tot 31 december 1992 door de collectieve arbeidsovereenkomst van 27 februari 1991 (koninklijk besluit van 31 maart 1992; Belgisch Staatsblad van 23 april 1992), en verlengd voor de periode van 1 januari 1993 tot 31 december 1994 door de collectieve arbeidsovereenkomst van 30 juni 1993 (koninklijk besluit van 30 maart 1994; Belgisch Staatsblad van 8 juni 1994), en verlengd voor de periode van 1 januari 1995 tot 31 december 1996 door de collectieve arbeidsovereenkomst van 15 mei 1995 (koninklijk besluit van 8 december 1995; Belgisch Staatsblad van 9 februari 1996), en verlengd voor de periode van 1 januari 1997 tot 31 december 1998 door de collectieve arbeidsovereenkomst van 21 mei 1997 (koninklijk besluit van 17 juni 1998; Belgisch Staatsblad van 1 augustus 1998), en verlengd voor de periode van 1 januari 1999 tot 31 december 2000 door de collectieve arbeidsovereenkomst van 20 april 1999 (koninklijk besluit van 26 april 2000; Belgisch Staatsblad van 9 november 2000), en verlengd voor de periode van 1 januari 2001 tot en met 31 december 2002, door de collectieve arbeidsovereenkomst van 13 juni 2001 (koninklijk besluit van 12 juni 2002; Belgisch Staatsblad van 27 juli 2002), en verlengd voor de periode van 1 januari 2003 tot en met 31 december 2004, door de collectieve arbeidsovereenkomst van 7 mei 2003 (koninklijk besluit van 1 oktober 2003; Belgisch Staatsblad van 19 november 2003), en verlengd voor de periode van 1 januari 2005 tot en met 31 december 2006, door de collectieve arbeidsovereenkomst van 27 juli 2005 (koninklijk besluit van 1 april 2006; Belgisch Staatsblad van 20 september 2006), en verlengd voor de periode van 1 januari 2007 tot 31 december 2008 door de collectieve arbeidsovereenkomst van 27 juni 2007 (koninklijk besluit van 19 februari 2008; Belgisch Staatsblad van 8 april 2008), en verlengd voor de periode van 1 januari 2009 tot 31 december 2010 door de collectieve arbeidsovereenkomst van 30 september 2009 (koninklijk besluit van 13 juni 2010; Belgisch Staatsblad van 12 augustus 2010) wordt door deze collectieve arbeidsovereenkomst verlengd voor de periode van 1 januari 2011 tot en met 31 december 2012.

Art. 2.De eerste zin van artikel 2 van voormelde collectieve arbeidsovereenkomst van 22 maart 1989 wordt door de volgende tekst vervangen : "

Art. 2.Deze collectieve arbeidsovereenkomst is gesloten voor de duur van twee jaar, te weten van 1 januari 2011 tot en met 31 december 2012."

Art. 3.Artikel 3 van dezelfde collectieve arbeidsovereenkomst van 22 maart 1989 wordt door de volgende tekst vervangen : "

Art. 3.Overeenkomstig titel XIII, hoofdstuk VIII, afdelingen 1 en 2 van de wet van 27 december 2006Relevante gevonden documenten type wet prom. 27/12/2006 pub. 28/12/2006 numac 2006021363 bron federale overheidsdienst kanselarij van de eerste minister Wet houdende diverse bepalingen (1) type wet prom. 27/12/2006 pub. 28/12/2006 numac 2006021365 bron federale overheidsdienst kanselarij van de eerste minister Wet houdende diverse bepalingen (1) sluiten houdende diverse bepalingen (Belgisch Staatsblad van 28 december 2006).

Dit fonds wordt paritair beheerd en gefinancierd door een werkgeversbijdrage berekend op de brutolonen van de arbeiders. De bedrijven die zelf een gelijkaardige inspanning concretiseren in een collectieve arbeidsovereenkomst die tegen uiterlijk 1 oktober 2011 voor het jaar 2011 en tegen uiterlijk 1 oktober 2012 voor het jaar 2012 neergelegd wordt op de Griffie van de Algemene Directie Collectieve Arbeidsbetrekkingen van de Federale Overheidsdienst Werkgelegenheid, Arbeid en Sociaal Overleg, zijn van deze bijdrage vrijgesteld; de voormelde collectieve arbeidsovereenkomsten moeten uitdrukkelijk vermelden dat ze gesloten werden in toepassing van de bovenvermelde wet van 27 december 2006Relevante gevonden documenten type wet prom. 27/12/2006 pub. 28/12/2006 numac 2006021363 bron federale overheidsdienst kanselarij van de eerste minister Wet houdende diverse bepalingen (1) type wet prom. 27/12/2006 pub. 28/12/2006 numac 2006021365 bron federale overheidsdienst kanselarij van de eerste minister Wet houdende diverse bepalingen (1) sluiten houdende diverse bepalingen, titel XIII, hoofdstuk VIII, afdelingen 1 en 2 (Belgisch Staatsblad van 28 december 2006).

Het bedrag van bovenvermelde bijdrage wordt, overeenkomstig de in artikel 3 van deze collectieve arbeidsovereenkomst bedoelde wet, vastgesteld op : 0,20 pct. voor de periode die zich van 1 januari 2011 tot en met 31 december 2012 strekt.

Van de hierboven vermelde totaal gestorte middelen zal een bedrag gelijk aan de bijdrage van 0,05 pct. op de brutolonen van de arbeiders integraal gebruikt worden voor collectieve opleidingsprojecten.

Een deel van de middelen zal gedurende de periode van deze collectieve arbeidsovereenkomst in het bijzonder worden aangewend om volgende 3 projecten vorm te geven en verder uit te werken : 1. een betere integratie in de sector van personen met een handicap;2. de internationale solidariteit;3. een verbetering van de instroom van jongeren en promotie van de sector bij de jongeren. De concrete modaliteiten en middelen voor deze 3 projecten zullen worden bepaald door het beheerscomité van het fonds voor vorming.

De sociale partners van de scheikundige nijverheid zullen gedurende de periode van de collectieve arbeidsovereenkomst binnen het fonds voor vorming eveneens de nodige initiatieven nemen ten einde de participatiegraad jaarlijks te verhogen met 5 pct.

Deze bijdrage zal als volgt door de Rijksdienst voor Sociale Zekerheid worden geïnd : - voor het eerste tot en met het vierde kwartaal 2011 : nihil; - voor het eerste tot en met het vierde kwartaal 2012 : 0,40 pct. per kwartaal.

Het doel van het "Fonds voor vorming in de scheikundige nijverheid" bestaat erin om opleidings- en tewerkstellingsinitiatieven te bevorderen ten voordele van de risicogroepen.

Onder "risicogroepen" dient men te verstaan : de werklieden van de bedrijfstak waarvan de kwalificatie niet aangepast is of dreigt te zijn aan de vereisten van nieuwe technologieën, de jongeren en de werkzoekenden."

Art. 4.Artikel 5 van dezelfde collectieve arbeidsovereenkomst van 22 maart 1989 wordt vervangen door de volgende tekst : "

Art. 5.De heffing en de inning van de bijdragen vastgesteld in artikel 3 van deze collectieve arbeidsovereenkomst worden verzekerd door de Rijksdienst voor Sociale Zekerheid in toepassing van artikel 7 van de wet van 7 januari 1958Relevante gevonden documenten type wet prom. 07/01/1958 pub. 31/03/2011 numac 2011000170 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Wet betreffende de Fondsen voor bestaanszekerheid Officieuze coördinatie in het Duits sluiten betreffende de fondsen voor bestaanszekerheid."

Art. 5.Artikel 12 van deze collectieve arbeidsovereenkomst van 22 maart 1989 wordt vervangen door volgende tekst : "

Art. 12.Gedurende een beperkte periode kan het fonds financiële steun verlenen aan bedrijven die overgaan tot de aanwerving van werkzoekenden."

Art. 6.Artikel 13 van deze collectieve arbeidsovereenkomst wordt als volgt aangevuld : "Tijdens het eerste jaar tewerkstelling van een arbeider in de scheikundige nijverheid wordt een recht op één dag opleiding met betrekking tot algemene introductie/veiligheid/preventie/ergonomie ingevoerd. Die dag kan, in onderling overleg en voor zover dit de arbeidsorganisatie niet verstoort, eventueel opgesplitst worden in uren. Er wordt, in het kader van de werkzaamheden van het fonds voor vorming, bijzondere aandacht geschonken aan opleiding inzake algemene introductie, preventie, veiligheid en ergonomie, inzonderheid voor de nieuw aangeworven arbeiders.

De sociale partners van de scheikundige nijverheid bevestigen dat ze met het invoeren van deze maatregelen gunstig gevolg geven aan de oproep uit het interprofessioneel akkoord 2007-2008 om de vormingsinspanningen te verhogen."

Art. 7.Artikel 15 van dezelfde collectieve arbeidsovereenkomst van 22 maart 1989 wordt vervangen door volgende tekst : "

Art. 15.Een onderneming kan van het fonds nooit een bedrag verkrijgen dat hoger is dan het bedrag dat zij voor haar werklieden gestort heeft sedert 1 januari 2008 uit hoofde van een bijdrage van 0,15 pct.

Indien het gaat om een groep van ondernemingen die gezamenlijk handelen, mag het van het fonds te verkrijgen maximum bedrag, nooit hoger zijn dan de som van de bijdragen die gestort werden sedert 1 januari 2008 uit hoofde van een bijdrage van 0,15 pct., behoudens uitzonderingen goedgekeurd door het beheerscomité.

Als uitzondering op hetgeen bepaald is in de vorige alinea's, kan het beheerscomité van het fonds voor de duur van deze collectieve arbeidsovereenkomst beslissen of het een terugbetaling voorziet die het bedrag zoals bepaald in vorige alinea overschrijdt, maar die in ieder geval geplafonneerd is tot 750 EUR jaarlijks per onderneming."

Art. 8.Deze collectieve arbeidsovereenkomst wordt gesloten voor een bepaalde duur. Zij heeft uitwerking met ingang van 1 januari 2011 en houdt op van kracht te zijn op 31 december 2012.

Gezien om te worden gevoegd bij het koninklijk besluit van 4 oktober 2011.

De Vice-Eerste Minister en Minister van Werk en Gelijke Kansen, belast met het Migratie- en asielbeleid, Mevr. J. MILQUET

^