Etaamb.openjustice.be
Koninklijk Besluit van 04 mei 2016
gepubliceerd op 17 mei 2016

Koninklijk besluit tot wijziging van het koninklijk besluit van 8 januari 1962 tot vaststelling van de voorwaarden tot erkenning van de nationale groeperingen van coöperatieve vennootschappen en van de coöperatieve vennootschappen

bron
federale overheidsdienst economie, k.m.o., middenstand en energie
numac
2016011130
pub.
17/05/2016
prom.
04/05/2016
ELI
eli/besluit/2016/05/04/2016011130/staatsblad
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
links
Raad van State (chrono)
Document Qrcode

4 MEI 2016. - Koninklijk besluit tot wijziging van het koninklijk besluit van 8 januari 1962 tot vaststelling van de voorwaarden tot erkenning van de nationale groeperingen van coöperatieve vennootschappen en van de coöperatieve vennootschappen


FILIP, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.

Gelet op de wet van 20 juli 1955 houdende instelling van een Nationale Raad voor Coöperatie, artikel 5, tweede lid, vervangen bij de wet van 12 juli 2013Relevante gevonden documenten type wet prom. 12/07/2013 pub. 24/07/2013 numac 2013011366 bron federale overheidsdienst economie, k.m.o., middenstand en energie Wet tot wijziging van de wet van 20 juli 1955 houdende instelling van een Nationale Raad voor de Coöperatie sluiten;

Gelet op het koninklijk besluit van 8 januari 1962 tot vaststelling van de voorwaarden tot erkenning van de nationale groeperingen van coöperatieve vennootschappen en van de coöperatieve vennootschappen;

Gelet op het advies van de Nationale Raad voor de Coöperatie, gegeven in juni 2015;

Gelet op het advies nr. 58.939/1 van de Raad van State, gegeven op 9 maart 2016 met toepassing van artikel 84, § 1, eerste lid, 2°, van de wetten op de Raad van State, gecoördineerd op 12 januari 1973;

Overwegende dat al de huidige erkenningen van bepaalde duur zijn en op 31 mei 2016 aflopen;

Overwegende dat de memorie van toelichting bij de wet van 12 juli 2013Relevante gevonden documenten type wet prom. 12/07/2013 pub. 24/07/2013 numac 2013011366 bron federale overheidsdienst economie, k.m.o., middenstand en energie Wet tot wijziging van de wet van 20 juli 1955 houdende instelling van een Nationale Raad voor de Coöperatie sluiten tot wijziging van de wet van 20 juli 1955 houdende instelling van een Nationale Raad voor Coöperatie een erkenning van onbepaalde duur voorstelt, middels de toetsing op regelmatige basis ervan aan de erkenningsvoorwaarden door de Federale Overheidsdienst Economie, K.M.O., Middenstand en Energie;

Overwegende dat een bepaald aantal erkenningsvoorwaarden vatbaar zijn voor interpretatie op verschillende wijzen en dus dienen te worden herschreven op een meer begrijpbare manier;

Op de voordracht van de Minister van Economie, Hebben Wij besloten en besluiten Wij :

Artikel 1.In de Franse tekst van het opschrift van het koninklijk besluit van 8 januari 1962 tot vaststelling van de voorwaarden tot erkenning van de nationale groeperingen van coöperatieve vennootschappen en van de coöperatieve vennootschappen, gewijzigd bij het koninklijk besluit van 24 maart 2015Relevante gevonden documenten type koninklijk besluit prom. 24/03/2015 pub. 01/04/2015 numac 2015011092 bron federale overheidsdienst economie, k.m.o., middenstand en energie Koninklijk besluit tot wijziging van het koninklijk besluit van 8 januari 1962 tot vaststelling van de voorwaarden tot erkenning van de nationale groeperingen van coöperatieve vennootschappen en van de coöperatieve vennootschappen sluiten, wordt het woord `nationaux' opgeheven.

Art. 2.In de Nederlandse tekst van het opschrift van hetzelfde besluit, wordt het woord "nationale" opgeheven.

Art. 3.Artikel 1 van hetzelfde besluit, gewijzigd bij de koninklijk besluiten van 24 september 1986 en 10 november 1996, wordt vervangen als volgt : "

Artikel 1.§ 1. De groeperingen die de coöperatieve vennootschappen vertegenwoordigen, hierna "groeperingen" genoemd, en de coöperatieve vennootschappen, kunnen slechts worden erkend als organisatie die bevoegd is om deel te nemen aan de samenstelling van de algemene vergadering van de Nationale Raad voor de Coöperatie, wanneer hun werking en hun statuten in overeenstemming zijn met de coöperatieve beginselen, bedoeld in artikel 5 van de wet van 20 juli 1955 houdende instelling van een Nationale Raad voor Coöperatie, dit wil zeggen wanneer zij onder meer het volgende inhouden : 1° de toetreding van vennoten gebeurt vrijwillig en de vennootschap mag de toetreding van vennoten niet weigeren of de uitsluiting niet uitspreken, tenzij de betrokkenen niet of niet langer aan de algemene toelatingsvoorwaarden zoals bepaald in de statuten, voldoen, of tenzij zij daden verrichten die met de belangen van de vennootschap strijdig zijn;2° de aandelen van het maatschappelijk kapitaal, zelfs al zijn ze van ongelijke waarde, binnen iedere waardecategorie, scheppen gelijke rechten en verplichtingen, behoudens hetgeen hierna in de bepaling onder 3° is bepaald wat betreft het stemrecht op de algemene vergadering;3° alle vennoten hebben op de algemene vergadering, in alle zaken, een gelijk stemrecht, ongeacht het aantal aandelen die zij bezitten;4° de bestuurders en de commissarissen worden door de algemene vergadering benoemd;5° het dividend op het maatschappelijk kapitaal, uitgekeerd aan de vennoten, mag niet hoger zijn dan 6 procent van de nominale waarde van de aandelen, na aftrek van de roerende voorheffing;6° het voornaamste doel van de vennootschap is het verschaffen van een economisch of sociaal voordeel aan de vennoten ter bevrediging van hun beroeps- of persoonlijke behoeften;7° het mandaat van de bestuurders en de controlerende vennoten is onbezoldigd;8° een gedeelte van de jaarlijkse inkomsten wordt voorbehouden voor informatieverstrekking aan en opleiding van haar huidige of potentiële leden of het grote publiek. § 2. In geval van weigering tot toetreding of uitsluiting bedoeld in paragraaf 1, 1°, deelt de vennootschap de objectieve redenen van de weigering tot toetreding of de uitsluiting mee aan de betrokkene die daarom verzoekt. § 3. De statuten kunnen afwijken van de bepaling van paragraaf 1, 3°, voor zover het aantal stemmen dat een vennoot kan uitbrengen, persoonlijk of als gevolmachtigde, niet hoger ligt dan tien procent van de stemrechten verbonden aan de aanwezige en de vertegenwoordigde aandelen. Telt de vennootschap evenwel meer dan duizend vennoten, dan mag er in de tweede graad worden gestemd. § 4. De bepaling van paragraaf 1, 4°, belet niet dat statutaire bestuurders kunnen worden benoemd in de mate dat de statuten in de mogelijkheid en de nadere regels voor de algemene vergadering voorzien om de benoeming te herroepen.

Zijn één of meer bestuurders of commissarissen evenwel niet door de algemene vergadering benoemd, maar door de raad van bestuur of door een onderscheiden categorie van vennoten, dan heeft de algemene vergadering het recht om zich tegen deze benoeming te verzetten. § 5. Indien het voordeel bedoeld in paragraaf 1, 6°, bestaat in een coöperatieve teruggave, dan kan deze enkel worden toegekend naar rata van de verrichtingen die de vennoten met de vennootschap hebben gedaan. § 6. De statuten kunnen afwijken van de bepaling van paragraaf 1, 7°, voor zover dat de eventuele vergoeding van de bestuurders niet bestaat uit een deelname in de winst van de vennootschap en wordt vastgesteld door de algemene vergadering. § 7. De bestuurders stellen jaarlijks een bijzonder verslag op over de wijze waarop de vennootschap toezicht houdt op de erkenningsvoorwaarden, in het bijzonder deze bedoeld in paragraaf 1, 6° en 8°, dat in voorkomend geval, wordt ingevoegd in het jaarverslag dat overeenkomstig de artikelen 95 en 96 van het Wetboek van vennootschappen wordt opgesteld.De bestuurders van de vennootschappen die niet gehouden zijn een jaarverslag op te stellen, bewaren het bijzonder verslag op de zetel van de vennootschap. § 8. De bepaling van paragraaf 1, 6°, is niet van toepassing op coöperatieve vennootschappen met een sociaal oogmerk, die aan de voorwaarden voldoen bepaald in de artikelen 661 tot 664 van het Wetboek van vennootschappen en aan de andere erkenningsvoorwaarden bedoeld in dit besluit.".

Art. 4.Artikel 2 van hetzelfde besluit, gewijzigd bij het koninkijk besluit van 24 september 1986, wordt opgeheven.

Art. 5.Artikel 4 van hetzelfde besluit, vervangen bij het koninklijk besluit van 24 maart 2015Relevante gevonden documenten type koninklijk besluit prom. 24/03/2015 pub. 01/04/2015 numac 2015011092 bron federale overheidsdienst economie, k.m.o., middenstand en energie Koninklijk besluit tot wijziging van het koninklijk besluit van 8 januari 1962 tot vaststelling van de voorwaarden tot erkenning van de nationale groeperingen van coöperatieve vennootschappen en van de coöperatieve vennootschappen sluiten, wordt vervangen als volgt : "

Art. 4.De groepering en de al dan niet bij een groepering aangesloten coöperatieve vennootschap, dienen bij de Federale Overheidsdienst Economie, K.M.O., Middenstand en Energie, hierna "de FOD Economie" genoemd, een aanvraag tot erkenning in, volgens de als bijlage bij dit besluit gevoegde modellen.

De aanvraag tot erkenning wordt ingediend met de post of met de elektronische post.

Bij de aanvraag tot erkenning die door de coöperatieve vennootschappen wordt ingevuld, worden gevoegd : een bewijs van de oprichting van de vennootschap in het land waar de vennootschap werd opgericht, een exemplaar van de gecoördineerde statuten van de vennootschap, een exemplaar van het huishoudelijk reglement van de vennootschap voor zover er een is, de notulen van de laatste algemene vergadering van de vennootschap, de jaarrekening van de laatste drie boekjaren van de vennootschap, behalve wanneer deze beschikbaar zijn op de internetsite van de Balanscentrale of een andere officiële site, alsook elk ander document waaruit blijkt dat de erkenningsvoorwaarden bepaald in artikel 1, vervuld zijn.

Bij de aanvraag tot erkenning die door de groeperingen van coöperatieve vennootschappen wordt ingevuld, wordt een exemplaar van de gecoördineerde statuten van de groepering gevoegd.

Wanneer hij dat nodig acht, kan de FOD Economie bij de aanvrager om bijkomende inlichtingen met betrekking tot de aanvraag tot erkenning vragen.

De coöperatieve vennootschappen, aangesloten bij meerdere groeperingen, mogen slechts door bemiddeling van één van deze groeperingen om hun erkenning verzoeken.".

Art. 6.Artikel 5 van hetzelfde besluit, vervangen bij het koninklijk besluit van 24 maart 2015Relevante gevonden documenten type koninklijk besluit prom. 24/03/2015 pub. 01/04/2015 numac 2015011092 bron federale overheidsdienst economie, k.m.o., middenstand en energie Koninklijk besluit tot wijziging van het koninklijk besluit van 8 januari 1962 tot vaststelling van de voorwaarden tot erkenning van de nationale groeperingen van coöperatieve vennootschappen en van de coöperatieve vennootschappen sluiten, wordt vervangen als volgt : "

Art. 5.De groeperingen en de coöperatieve vennootschappen die voldoen aan de voorwaarden bepaald in artikel 1 worden door de minister bevoegd voor Economie voor onbepaalde duur erkend.

De groeperingen en de coöperatieve vennootschappen die een erkenning hebben verkregen vóór de inwerkingtreding van dit besluit, blijven erkend tot de vervaldag van de toegekende erkenning.

Na deze vervaldag worden de betrokken groeperingen en de betrokken coöperatieve vennootschappen beschouwd als erkend voor onbepaalde duur, voor zover zij blijven voldoen aan de erkenningsvoorwaarden bepaald in artikel 1.

Alvorens een beslissing over de erkenning van een groepering of van een coöperatieve vennootschap te nemen, kan de minister bevoegd voor Economie om het advies van het bureau van de Nationale Raad voor de Coöperatie verzoeken.

In voorkomend geval, mag hij zich eveneens richten tot een bevoegde autoriteit, bedoeld in artikel 1, 4°, van de wet van 20 juli 1955 houdende instelling van een Nationale Raad voor Coöperatie, om na te gaan of de coöperatieve vennootschap de bepalingen van het vennootschapsrecht die voor haar van toepassing zijn, eerbiedigt. ".

Art. 7.Artikel 6 van hetzelfde besluit, opgeheven bij het koninklijk besluit van 24 maart 2015Relevante gevonden documenten type koninklijk besluit prom. 24/03/2015 pub. 01/04/2015 numac 2015011092 bron federale overheidsdienst economie, k.m.o., middenstand en energie Koninklijk besluit tot wijziging van het koninklijk besluit van 8 januari 1962 tot vaststelling van de voorwaarden tot erkenning van de nationale groeperingen van coöperatieve vennootschappen en van de coöperatieve vennootschappen sluiten, wordt hersteld als volgt : "

Art. 6.De ambtenaren van de FOD Economie gaan op regelmatige basis na of de groeperingen of coöperatieve vennootschappen aan de voorwaarden van de erkenning die hun is toegekend blijven voldoen.

Wanneer hij dat nodig acht, kan de FOD Economie het bijzonder verslag bedoeld in artikel 1, § 2, of bijkomende inlichtingen bij de groepering of de coöperatieve vennootschap vragen in het kader van de controle van de erkenningsvoorwaarden.".

Art. 8.In artikel 7 van hetzelfde besluit, vervangen bij het koninklijk besluit van 24 maart 2015Relevante gevonden documenten type koninklijk besluit prom. 24/03/2015 pub. 01/04/2015 numac 2015011092 bron federale overheidsdienst economie, k.m.o., middenstand en energie Koninklijk besluit tot wijziging van het koninklijk besluit van 8 januari 1962 tot vaststelling van de voorwaarden tot erkenning van de nationale groeperingen van coöperatieve vennootschappen en van de coöperatieve vennootschappen sluiten, worden de volgende wijzigingen aangebracht : 1° in het eerste lid worden de woorden "bij artikelen 1 en 2" vervangen door de woorden "bij artikel 1";2° in het derde lid wordt het woord "coöperatieve" ingevoegd tussen de woorden "Nationale Raad voor de Coöperatie, verneemt dat de" en de woorden "vennootschap de bepalingen".

Art. 9.In hetzelfde besluit worden de bijlagen 1 en 2, vervangen bij het koninklijk besluit van 24 maart 2015Relevante gevonden documenten type koninklijk besluit prom. 24/03/2015 pub. 01/04/2015 numac 2015011092 bron federale overheidsdienst economie, k.m.o., middenstand en energie Koninklijk besluit tot wijziging van het koninklijk besluit van 8 januari 1962 tot vaststelling van de voorwaarden tot erkenning van de nationale groeperingen van coöperatieve vennootschappen en van de coöperatieve vennootschappen sluiten, vervangen door de bijlagen 1 en 2 gevoegd bij dit besluit.

Art. 10.Dit besluit treedt in werking op 1 juni 2016.

Art. 11.De minister bevoegd voor Economie is belast met de uitvoering van dit besluit.

Gegeven te Brussel, 4 mei 2016.

FILIP Van Koningswege : De Minister van Economie, K. PEETERS Bijlage 1 bij het koninklijk besluit van 4 mei 2016 tot wijziging van het koninklijk besluit van 8 januari 1962 tot vaststelling van de voorwaarden tot erkenning van de nationale groeperingen van coöperatieve vennootschappen en van de coöperatieve vennootschappen

Voor de raadpleging van de tabel, zie beeld Gezien om te worden gevoegd bij ons besluit van 4 mei 2016 tot wijziging van het koninklijk besluit van 8 januari 1962 tot vaststelling van de voorwaarden tot erkenning van de nationale groeperingen van coöperatieve vennootschappen en van de coöperatieve vennootschappen.

FILIP Van Koningswege : De Minister van Economie, K. PEETERS

Bijlage 2 bij het koninklijk besluit van 4 mei 2016 tot wijziging van het koninklijk besluit van 8 januari 1962 tot vaststelling van de voorwaarden tot erkenning van de nationale groeperingen van coöperatieve vennootschappen en van de coöperatieve vennootschappen

Voor de raadpleging van de tabel, zie beeld Gezien om te worden gevoegd bij ons besluit van 4 mei 2016 tot wijziging van het koninklijk besluit van 8 januari 1962 tot vaststelling van de voorwaarden tot erkenning van de nationale groeperingen van coöperatieve vennootschappen en van de coöperatieve vennootschappen.

FILIP Van Koningswege : De Minister van Economie, K. PEETERS

^