gepubliceerd op 15 maart 2012
Koninklijk besluit tot goedkeuring van het reglement betreffende de toekenning van eervolle onderscheidingen in de Nationale Orden aan de leden van het Bureau van de Hoge Raad voor de Justitie en van de gelijkstelling betreffende de toekenning van eervolle onderscheidingen in de Nationale Orden aan de personeelsleden van de Hoge Raad voor de Justitie
4 MAART 2012. - Koninklijk besluit tot goedkeuring van het reglement betreffende de toekenning van eervolle onderscheidingen in de Nationale Orden aan de leden van het Bureau van de Hoge Raad voor de Justitie en van de gelijkstelling betreffende de toekenning van eervolle onderscheidingen in de Nationale Orden aan de personeelsleden van de Hoge Raad voor de Justitie
ALBERT II, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.
Gelet op de wet van 1 mei 2006Relevante gevonden documenten type wet prom. 01/05/2006 pub. 24/10/2006 numac 2006015083 bron federale overheidsdienst buitenlandse zaken, buitenlandse handel en ontwikkelingssamenwerking Wet betreffende de toekenning van eervolle onderscheidingen in de Nationale Orden sluiten betreffende de toekenning van eervolle onderscheidingen in de Nationale Orden, artikel 3;
Gelet op het koninklijk besluit van 13 oktober 2006Relevante gevonden documenten type koninklijk besluit prom. 13/10/2006 pub. 24/10/2006 numac 2006015154 bron federale overheidsdienst buitenlandse zaken, buitenlandse handel en ontwikkelingssamenwerking Koninklijk besluit tot vaststelling van de regels en de procedure tot toekenning van eervolle onderscheidingen in de Nationale Orden sluiten tot vaststelling van de regels en de procedure tot toekenning van eervolle onderscheidingen in de Nationale Orden, artikel 2;
Gelet op de aanvraag van de Minister van Justitie;
Gelet op het advies van de Eerste Minister, gegeven op 18 augustus 2009;
Gelet op het advies van de Inspecteur van Financiën, gegeven op 28 september 2009;
Gelet op het advies 47.377/4 van de Raad van State, gegeven op 16 november 2009, met toepassing van artikel 84, § 1, eerste lid, 1°, van de wetten op de Raad van State, gecoördineerd op 12 januari 1973;
Op de voordracht van de Minister van Buitenlandse Zaken, Hebben Wij besloten en besluiten Wij :
Artikel 1.Het reglement betreffende de toekenning van eervolle onderscheidingen in de Nationale Orden aan de leden van het Bureau van de Hoge Raad voor de Justitie, dat bijlage A van dit besluit vormt, wordt goedgekeurd.
Art. 2.De gelijkstelling betreffende de toekenning van eervolle onderscheidingen in de Nationale Orden aan de personeelsleden van de Hoge Raad voor de Justitie, die bijlage B van dit besluit vormt, met het Reglement betreffende de toekenning van eervolle onderscheidingen in de Nationale Orden aan ambtenaren en bedienden van de federale openbare besturen, goedgekeurd bij het koninklijk besluit van 27 januari 2008Relevante gevonden documenten type koninklijk besluit prom. 27/01/2008 pub. 14/04/2008 numac 2008012016 bron federale overheidsdienst werkgelegenheid, arbeid en sociaal overleg Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de bijzondere collectieve arbeidsovereenkomst van 9 december 2003, gesloten in het Paritair Subcomité voor de opvoedings- en huisvestingsinrichtingen en -diensten van de Vlaamse Gemeenschap, betreffende de arbeidsvoorwaarden in de niet-gesubsidieerde sociaal verhuurkantoren type koninklijk besluit prom. 27/01/2008 pub. 13/02/2008 numac 2008012789 bron federale overheidsdienst werkgelegenheid, arbeid en sociaal overleg Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 21 augustus 2007, gesloten in het Paritair Subcomité voor de beschutte werkplaatsen van het Waalse Gewest en van de Duitstalige Gemeenschap, tot opheffing van de collectieve arbeidsovereenkomst van 10 oktober 2006 tot oprichting van een fonds voor bestaanszekerheid, genaamd "Sociaal Fonds voor de bevordering van de tewerkstelling in de beschutte werkplaatsen" en tot vaststelling van zijn statuten type koninklijk besluit prom. 27/01/2008 pub. 14/04/2008 numac 2008012015 bron federale overheidsdienst werkgelegenheid, arbeid en sociaal overleg Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de bijzondere collectieve arbeidsovereenkomst van 9 december 2003, gesloten in het Paritair Subcomité voor de opvoedings- en huisvestingsinrichtingen en -diensten van de Vlaamse Gemeenschap, betreffende de arbeidsvoorwaarden in de gesubsidieerde huurdersbonden en sociaal verhuurkantoren type koninklijk besluit prom. 27/01/2008 pub. 08/02/2008 numac 2007012788 bron federale overheidsdienst werkgelegenheid, arbeid en sociaal overleg Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 7 juni 2007, gesloten in het Paritair Subcomité voor het vervaardigen van en de handel in zakken in jute of in vervangingsmaterialen betreffende de arbeidsvoorwaarden type koninklijk besluit prom. 27/01/2008 pub. 13/02/2008 numac 2007012805 bron federale overheidsdienst werkgelegenheid, arbeid en sociaal overleg Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de beslissing van het Paritair Comité voor het bouwbedrijf betreffende de vervanging van de feestdagen van 1 november 2009, 25 december 2010 en 1 januari 2011 (1) type koninklijk besluit prom. 27/01/2008 pub. 18/02/2008 numac 2008012017 bron federale overheidsdienst werkgelegenheid, arbeid en sociaal overleg Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 28 mei 2002, gesloten in het Paritair Subcomité voor de opvoedings- en huisvestingsinrichtingen en -diensten van de Vlaamse Gemeenschap, betreffende het recht op zorgkrediet, het recht op loopbaankrediet, het recht op vrijwillige vermindering van arbeidsprestaties vanaf de leeftijd van 50 jaar , en andere eindeloopbaanregelingen (1) sluiten, wordt goedgekeurd.
Art. 3.Dit besluit heeft uitwerking met ingang van de beweging van 8 april 2003.
Art. 4.De Minister bevoegd voor Buitenlandse Zaken is belast met de uitvoering van dit besluit.
Gegeven te Brussel, 4 maart 2012.
ALBERT Van Koningswege : De Minister van Buitenlandse Zaken, REYNDERS
BIJLAGE A bij het koninklijk besluit tot goedkeuring van het reglement betreffende de toekenning van eervolle onderscheidingen in de Nationale Orden aan de leden van het Bureau van de Hoge Raad voor de Justitie en van de gelijkstelling betreffende de toekenning van eervolle onderscheidingen in de Nationale Orden aan de personeelsleden van de Hoge Raad voor de Justitie.
Reglement betreffende de toekenning van eervolle onderscheidingen in de Nationale Orden aan de leden van het Bureau van de Hoge Raad voor de Justitie. 1. Het onderhavig reglement is van toepassing op de leden van het Bureau van de Hoge Raad voor de Justitie.2. Elke verlening vindt plaats bij gelegenheid van de promotie die het ogenblik voorafgaat waarop de betrokken persoon werkelijk aan de voorwaarden zou voldoen om gedecoreerd te worden.3. Aan de leden van het Bureau van de Hoge Raad voor de Justitie mogen in geen andere hoedanigheid eretekens in de Nationale Orden verleend worden. Er wordt enkel een uitzondering gemaakt voor : - onderscheidingen voor oorlogsfeiten; - reserveofficieren, die kunnen kiezen tussen het administratief reglement en het militair reglement; deze keuze is bindend voor de hele duur van de inschrijving van de betrokkenen in het reservekader van het Leger; - leden die vallen onder punt 5, C), van dit reglement. 4. Niemand mag gedecoreerd worden wanneer aan zijn mandaat een einde wordt gesteld in toepassing van artikel 259bis-3 van het Gerechtelijk Wetboek.5. De 4 jaar bedoelen ononderbroken mandaatjaren. A) Indien het bureaulid is uitgetreden vóór zijn eerste mandaat afliep, of geen volledig mandaat heeft uitgeoefend, kan het een onderscheiding ontvangen die onmiddellijk daarvoor komt in de gecombineerde hiërarchie van de Nationale Orden, op voorwaarde evenwel dat het bureaulid het mandaat gedurende ten minste drie jaar heeft uitgeoefend.
B) Indien het bureaulid is uitgetreden vóór zijn tweede mandaat afliep, of geen volledig mandaat heeft uitgeoefend, kan het een onderscheiding ontvangen die onmiddellijk daarvoor komt in de gecombineerde hiërarchie van de Nationale Orden, op voorwaarde evenwel dat het bureaulid het mandaat gedurende ten minste 6 jaar heeft uitgeoefend.
C) Voorliggend reglement is van toepassing op eenieder die een mandaat van bureaulid van de Hoge Raad voor de Justitie uitoefent. Indien het betrokken bureaulid evenwel een eervolle onderscheiding ontvangt die lager is dan de onderscheiding waarop het (volgens zijn graad en leeftijdscategorie) overeenkomstig zijn reglement van herkomst aanspraak kan maken, kan het bureaulid vragen om die hogere onderscheiding te ontvangen. Bovendien wordt na afloop van het mandaat, wanneer het uitgetreden bureaulid zijn vroegere functie opnieuw opneemt, het reglement van herkomst opnieuw van toepassing. In dat geval is artikel 7, § 1, van de wet van 1 mei 2006Relevante gevonden documenten type wet prom. 01/05/2006 pub. 24/10/2006 numac 2006015083 bron federale overheidsdienst buitenlandse zaken, buitenlandse handel en ontwikkelingssamenwerking Wet betreffende de toekenning van eervolle onderscheidingen in de Nationale Orden sluiten betreffende de toekenning van eervolle onderscheidingen in de Nationale Orden van toepassing.
Tabel van de toekenning van eervolle onderscheidingen in de Nationale Orden aan de leden van het Bureau van de Hoge Raad voor de Justitie
Na een mandaat van 4 jaren
Na een tweede mandaat van 4 jaren
Lid van het Bureau van de HRJ
Commandeur in de Leopoldsorde
Grootofficier in de Kroonorde
Gezien om gevoegd te worden bij ons besluit van 4 maart 2012 tot goedkeuring van het reglement betreffende de toekenning van eervolle onderscheidingen in de Nationale Orden aan de leden van het Bureau van de Hoge Raad voor de Justitie en van de gelijkstelling betreffende de toekenning van eervolle onderscheidingen in de Nationale Orden aan de personeelsleden van de Hoge Raad voor Justitie.
ALBERT Van Koningswege : De Minister van Buitenlandse Zaken, D. REYNDERS
BIJLAGE B bij het koninklijk besluit tot goedkeuring van het reglement betreffende de toekenning van eervolle onderscheidingen in de Nationale Orden aan de leden van het Bureau van de Hoge Raad voor de Justitie en van de gelijkstelling betreffende de toekenning van eervolle onderscheidingen in de Nationale Orden aan de personeelsleden van de Hoge Raad voor de Justitie.
Gelijkstelling betreffende de toekenning van eervolle onderscheidingen in de Nationale Orden aan de personeelsleden van de Hoge Raad voor de Justitie. 1. Deze gelijkstelling is van toepassing op de personeelsleden van de Hoge Raad voor de Justitie.2. In onderhavige gelijkstelling wordt de minimumleeftijd voor de opname in de Nationale Orden vastgesteld op 40 jaar.3. Een tijdsspanne van 10 jaar geldt tussen twee onderscheidingen in de Nationale Orden ten gunste van eenzelfde persoon, behalve wanneer het gaat om eretekens die verleend worden voor oorlogsfeiten. Die termijn kan, zo nodig, ingekort worden, zonder evenwel te kunnen teruggebracht worden tot minder dan 5 jaar, wanneer de vorige onderscheiding later verleend werd dan op de minimumleeftijd die in die leeftijdsklasse voorzien is. 4. In elke leeftijdsklasse, van 40 tot 50, van 50 tot 60 en van 60 tot 65 jaar, mag niemand meer dan eenmaal onderscheiden worden, onverminderd de uitzondering die in het eerste lid van voorgaand artikel voorzien is.5. De personeelsleden van de rangen 16 tot en met 22, moeten beschikken over 10 jaar dienstanciënniteit en gedurende minstens 2 jaar hun functie uitgeoefend hebben om aanspraak te kunnen maken op de voorziene onderscheiding.Bovendien is voor het toekennen van de laatste in de tabel voorkomende onderscheiding aan de personeelsleden van niveau A (voormalig niveau 1), een niveauanciënniteit vereist van 25 jaar. Wanneer die anciënniteit niet zou bereikt zijn, kan een lagere onderscheiding van een graad in de gezamenlijke rangorde van de drie Orden toegekend worden. 6. De personeelsleden van de rangen 20 tot 30 moeten een administratieve loopbaan van minstens 20 jaar doorlopen hebben om aanspraak te kunnen maken op de eerste onderscheiding.7. Er wordt voor de toepassing van deze gelijkstelling geen rekening gehouden met de tijdelijke waarneming van functies die tot een hogere hiërarchische rang behoren dan de rang van het werkelijk beklede ambt.8. Aan de personeelsleden van de Hoge Raad voor de Justitie mogen in geen andere hoedanigheid eretekens in de Nationale Orden verleend worden. Er wordt enkel uitzondering gemaakt wat betreft : - eretekens wegens oorlogsfeiten; - reserveofficieren, die mogen kiezen tussen het administratief reglement en het militair reglement; deze keuze is bindend voor de hele duur van de inschrijving van de betrokkenen in het reservekader van het Leger. 9. De toekenning van een onderscheiding door een andere minister dan de minister tot wiens administratie het personeelslid behoort, is onderworpen aan de voorafgaande instemming van deze laatste. Van deze regel wordt slechts afgeweken ingeval een belanghebbende zich in oorlogstijd eventueel bij het Leger bevindt. 10. Niet-statutaire personeelsleden worden niet onderscheiden.Nadat zij benoemd zijn, wordt echter de tijd die zij aldus hebben doorgebracht, aangerekend als tijd doorgebracht in een definitieve betrekking. 11. De tijd die gedurende de administratieve loopbaan onder de wapenen doorgebracht wordt, wordt er niet van afgetrokken.12. Indien iemand in toepassing van artikel 7, § 1, van de wet van 1 mei 2006Relevante gevonden documenten type wet prom. 01/05/2006 pub. 24/10/2006 numac 2006015083 bron federale overheidsdienst buitenlandse zaken, buitenlandse handel en ontwikkelingssamenwerking Wet betreffende de toekenning van eervolle onderscheidingen in de Nationale Orden sluiten betreffende de toekenning van eervolle onderscheidingen in de Nationale Orden tenminste het ereteken bezit dat voor zijn toestand is voorzien, wordt hem geen ereteken verleend.Van deze regel wordt slechts afgeweken indien het gaat om eretekens verworven voor oorlogsfeiten; in dit geval mag de betrokken persoon de onderscheiding ontvangen die, in de algemene hiërarchie der Orden, onmiddellijk hoger is dan die welke hem (haar) werd toegekend. Iedere eventualiteit buiten dit geval geeft aanleiding tot toepassing van artikel 18. 13. Niemand mag gedecoreerd worden indien hij een evaluatie « onvoldoende » heeft gekregen. In dat geval gebeurt de toekenning van een onderscheiding tijdens de eerstvolgende beweging na een evaluatie waarvan de eindvermelding « goed » is. 14. Elke verlening vindt plaats bij gelegenheid van de promotie die het ogenblik voorafgaat waarop de betrokken persoon werkelijk aan de voorwaarden zou voldoen om gedecoreerd te worden.Dienst- en niveauanciënniteit worden berekend volgens de principes van het personeelsstatuut van de Hoge Raad voor de Justitie. 15. Geen enkele termijn is vereist tussen de toekenning van een onderscheiding in de Nationale Orden en de verlening van een ereteken van een andere aard.16. Afwezigheidsperioden die gelijkgesteld worden met non-activiteit komen niet in aanmerking voor de toekenning van een onderscheiding.17. Tuchtstraffen. Vertragingen van de hieronder aangeduide duur, volgen uit de navolgende tuchtstraffen : - terechtwijzing : 6 maanden - blaam : 9 maanden - inhouding van wedde : 12 maanden - tuchtschorsing: 24 maanden - terugzetting in graad : 36 maanden.
Deze termijnen nemen een aanvang op de dag dat de straf uitgesproken wordt. In die gevallen gebeurt de toekenning van een onderscheiding tijdens de eerstvolgende beweging na de bovenvermelde termijn. 18. Elke afwijking van deze gelijkstelling dient het voorwerp uit te maken van de procedure voorzien in artikelen 6 en 13 van de wet van 1 mei 2006Relevante gevonden documenten type wet prom. 01/05/2006 pub. 24/10/2006 numac 2006015083 bron federale overheidsdienst buitenlandse zaken, buitenlandse handel en ontwikkelingssamenwerking Wet betreffende de toekenning van eervolle onderscheidingen in de Nationale Orden sluiten betreffende de toekenning van eervolle onderscheidingen in de Nationale Orden. Tabel van de toekenning van eervolle onderscheidingen in de Nationale Orden aan de personeelsleden van de Hoge Raad voor de Justitie
GRAAD HRJ
FEDERALE RANG
Van 40 tot 50 jaar
Van 50 tot 60 jaar
Van 60 tot 65 jaar
Administrateur
16
Commandeur in de Orde van Leopold II
Commandeur in de Leopoldsorde
Grootofficier in de Kroonorde
Auditeur en Eerste Auditeur
13
Officier in de Kroonorde
Commandeur in de Orde van Leopold II
Commandeur in de Leopoldsorde
Adjunct-auditeur
10
Ridder in de Leopoldsorde
Officier in de Kroonorde
Commandeur in de Orde van Leopold II
Deskundige 3e weddeschaal
28
Ridder in de Kroonorde
Ridder in de Leopoldsorde
Officier in de Orde van Leopold II
Deskundige 1e en 2e weddeschalen
26
Ridder in de Orde van Leopold II
Ridder in de Kroonorde
Ridder in de Leopoldsorde
Administratief assistent 3e weddeschaal
22
Ridder in de Orde van Leopold II
Ridder in de Kroonorde
Ridder in de Leopoldsorde
Administratief assistent 1e en 2e weddeschalen
20
-
Ridder in de Orde van Leopold II
Ridder in de Kroonorde
Administratief medewerker 1e, 2e en 3e weddeschalen
32-30
-
Gouden Palmen in de Kroonorde
Ridder in de Orde van Leopold II
Gezien om gevoegd te worden bij ons besluit van 4 maart 2012 tot goedkeuring van het reglement betreffende de toekenning van eervolle onderscheidingen in de Nationale Orden aan de leden van het Bureau van de Hoge Raad voor de Justitie en van de gelijkstelling betreffende de toekenning van eervolle onderscheidingen in de Nationale Orden aan de personeelsleden van de Hoge Raad voor de Justitie.
ALBERT Van Koningswege : De Minister van Buitenlandse Zaken, D. REYNDERS