Etaamb.openjustice.be
Koninklijk Besluit van 03 april 2013
gepubliceerd op 07 mei 2013

Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 10 mei 2012, gesloten in het Paritair Comité voor het vervoer en de logistiek, tot wijziging van de collectieve arbeidsovereenkomst van 10 november 2010 betreffende de invoering van een pensioenfonds voor de arbeiders/arbeidsters van de subsector voor de verhuisondernemingen, meubelbewaring en hun aanverwante activiteiten

bron
federale overheidsdienst werkgelegenheid, arbeid en sociaal overleg
numac
2013201573
pub.
07/05/2013
prom.
03/04/2013
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
Document Qrcode

3 APRIL 2013. - Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 10 mei 2012, gesloten in het Paritair Comité voor het vervoer en de logistiek, tot wijziging van de collectieve arbeidsovereenkomst van 10 november 2010 betreffende de invoering van een pensioenfonds voor de arbeiders/arbeidsters van de subsector voor de verhuisondernemingen, meubelbewaring en hun aanverwante activiteiten (1)


ALBERT II, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.

Gelet op de wet van 5 december 1968Relevante gevonden documenten type wet prom. 05/12/1968 pub. 22/05/2009 numac 2009000346 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Wet betreffende de collectieve arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités. - Officieuze coördinatie in het Duits sluiten betreffende de collectieve arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités, inzonderheid op artikel 28;

Gelet op het verzoek van het Paritair Comité voor het vervoer en de logistiek;

Op de voordracht van de Minister van Werk, Hebben Wij besloten en besluiten Wij :

Artikel 1.Algemeen verbindend wordt verklaard de als bijlage overgenomen collectieve arbeidsovereenkomst van 10 mei 2012, gesloten in het Paritair Comité voor het vervoer en de logistiek, tot wijziging van de collectieve arbeidsovereenkomst van 10 november 2010 betreffende de invoering van een pensioenfonds voor de arbeiders/arbeidsters van de subsector voor de verhuisondernemingen, meubelbewaring en hun aanverwante activiteiten.

Art. 2.De minister bevoegd voor Werk is belast met de uitvoering van dit besluit.

Gegeven te Châteauneuf-de-Grasse, 3 april 2013.

ALBERT Van Koningswege : De Minister van Werk, Mevr. M. DE CONINCK _______ Nota (1) Verwijzing naar het Belgisch Staatsblad : Wet van 5 december 1968Relevante gevonden documenten type wet prom. 05/12/1968 pub. 22/05/2009 numac 2009000346 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Wet betreffende de collectieve arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités. - Officieuze coördinatie in het Duits sluiten, Belgisch Staatsblad van 15 januari 1969. Bijlage Paritair Comité voor het vervoer en de logistiek Collectieve arbeidsovereenkomst van 10 mei 2012 Wijziging van de collectieve arbeidsovereenkomst van 10 november 2010 betreffende de invoering van een pensioenfonds voor de arbeiders/ arbeidsters van de subsector voor de verhuisondernemingen, meubelbewaring en hun aanverwante activiteiten (Overeenkomst geregistreerd op 19 juli 2012 onder het nummer 110236/CO/140) HOOFDSTUK I. - Voorwerp

Artikel 1.Huidige collectieve arbeidsovereenkomst wijzigt de collectieve arbeidsovereenkomst van 10 november 2010 (registratienummer 102472), de welke werd gesloten in toepassing van artikel 10 van de wet van 28 april 2003 betreffende de aanvullende pensioenen en het belastingstelsel van die pensioenen en van sommige aanvullende voordelen inzake sociale zekerheid (hierna WAP genoemd), evenals in uitvoering van de beslissing van de representatieve organisaties in het Paritair Comité vervoer en logistiek om voor de arbeiders/arbeidsters van de subsector voor de verhuisondernemingen, de meubelbewaring en hun aanverwante activiteiten een sociaal sectoraal pensioenstel in te voeren, zoals voorzien in het protocolakkoord van 6 mei 2009 voor de jaren 2010 en 2011. HOOFDSTUK II. - Toepassingsgebied

Art. 2.§ 1. Deze collectieve arbeidsovereenkomst is van toepassing op de werkgevers die ressorteren onder het Paritair Comité voor het vervoer en de logistiek en behoren tot de subsector voor de verhuisondernemingen, de meubelbewaring en hun aanverwante activiteiten alsook op hun arbeiders/arbeidsters. § 2. Voor de toepassing van deze overeenkomst wordt bedoeld onder : - "verhuizing" : elke overbrenging van installaties van de ene plaats naar de andere, onder meer privé, kantoren, magazijnen, werkplaatsen, beurzen, fabrieken, tentoonstellingen, enz., met inbegrip van alle begeleidende werkzaamheden, zoals inpak, uitpak, monteren, demonteren zonder dat deze opsomming limitatief is; - "meubelbewaring" : de opslagplaatsen voor meubelen en andere voorwerpen die dezelfde of gelijkaardige speciale bewaringsinstallaties vergen; - "aanverwante activiteiten" : elk goederenvervoer dat het gebruik vereist van voertuigen die speciaal uitgerust zijn zoals voor het vervoer van meubelen en om de beschadiging tijdens het vervoer te voorkomen van diverse goederen zoals nieuwe meubelen, kunstvoorwerpen, elektrische huishoudapparaten, archieven, enz.; - "voertuigen speciaal uitgerust voor het vervoer van meubelen" : elk voertuig met vast of beweegbaar koetswerk, niet buigzaam, waterdicht, binnen in voorzien van vastsnoeringsmateriaal, van een stuwinrichting, behoorlijk gebouwd voor het vervoer van verhuizingen en uitgerust met klein stuw- en beschermingsmaterieel, zoals dekens, kisten, elk ander soortgelijk materieel, enz. HOOFDSTUK III. - Doelstelling

Art. 3.Dit sociaal sectoraal pensioenstelsel, bestaande uit een pensioentoezegging en een solidariteitstoezegging werd ingevoerd ten bate van de aangesloten arbeiders en arbeidsters zoals bepaald in het pensioenreglement en het solidariteitsreglement, die tewerkgesteld zijn door de werkgevers bedoeld in artikel 2.

Het beheer van het pensioenstelsel heeft uitsluitend de rechtmatige belangen van de aangeslotenen als doel, met uitsluiting van enig ander doel en rekening houdend met de principes van deugdelijk bestuur. HOOFDSTUK IV. - De inrichter

Art. 4.De inrichter zoals bedoeld in artikel 3, § 1, 5°, a) van de WAP is het "Sociaal Fonds voor de ondernemingen van verhuizingen, meubelbewaring en hun aanverwante activiteiten" dat opgericht werd bij koninklijk besluit van 24 juni 1971, verschenen in het Belgisch Staatsblad van 25 augustus 1971. De inrichter is conform artikel 5, § 1 van de WAP als enige bevoegd voor de beslissing tot invoering, wijziging of opheffing van het pensioenstelsel. HOOFDSTUK V. - Aanduiding van de pensioeninstelling en van de solidariteitsinstelling

Art. 5.Als pensioeninstelling die de pensioentoezegging uitvoert duidt de inrichter een verzekeraar aan die de totale winst onder de aangeslotenen in verhouding tot hun reserves verdeelt en die de kosten beperkt volgens de regels vastgesteld door de Koning. Deze aanduiding gebeurt op objectieve wijze aan de hand van de uitgeschreven offerte met referentie PC140.05/off20091231. De specifieke taakomschrijving van deze verzekeraar wordt vastgelegd in een beheersovereenkomst tussen de inrichter en aangeduide verzekeraar.

De uitvoerder van de solidariteitstoezegging werd op dezelfde wijze aangeduid als de uitvoerder van de pensioentoezegging. HOOFDSTUK VI. - Pensioenreglement en solidariteitsreglement

Art. 6.Het pensioenreglement met betrekking tot de pensioentoezegging werd toegevoegd als bijlage 1 aan de in artikel 1 vermelde collectieve arbeidsovereenkomst van 10 november 2010 (registratienummer 102472).

Art. 7.Het solidariteitsreglement met betrekking tot de solidariteitstoezegging werd toegevoegd als bijlage 2 aan dezelfde in artikel 1 vermelde collectieve arbeidsovereenkomst van 10 november 2010. HOOFDSTUK VII. - Opting out en mogelijkheid van vrijstelling van de sectorale pensioentoezegging

Art. 8.§ 1. Opting out zoals bedoeld door artikel 9 van de WAP is niet toegestaan vanaf de invoering van het sociaal sectoraal pensioenstelsel. § 2. Werkgevers die vóór de datum van 6 mei 2009 reeds een aanvullend pensioenstelsel op het vlak van de onderneming zoals bedoeld in artikel 3, § 1, 6° van de WAP hebben ingevoerd voor hun arbeiders (m/v), kunnen vrijgesteld worden van deelname aan de sectorale pensioentoezegging indien zij vóór 5 juli 2010 hebben aangetoond dat de pensioentoezegging op ondernemingsvlak de aangesloten arbeiders (m/v) minstens dezelfde rechten verleent zoals bedoeld in artikel 9, alinea 2 van de WAP als de sectorale pensioentoezegging door middel van het betrokken pensioenreglement of door middel van een attest van de aangeduide actuaris van de betrokken verzekeringsonderneming.

Deze werkgevers kunnen vrijgesteld blijven, indien zij jaarlijks op datum van 1 april een attest opgemaakt door de aangeduide actuaris van de betrokken verzekeringsonderneming kunnen voorleggen als bewijs van het nog in stand houden van dit ondernemingsplan en als bewijs dat het plan in minimum gelijke rechten voorziet.

De betrokken werkgevers kunnen slechts vrijgesteld worden van de sectorale pensioentoezegging, maar niet van de solidariteitstoezegging. HOOFDSTUK VIII. - Financiering

Art. 9.§ 1. De jaarlijkse bijdrage voor de financiering van de sociale sectorale pensioenregeling bedraagt vanaf het jaar 2013 0,60 pct. van de aan de Rijksdienst voor Sociale Zekerheid aangegeven bruto jaarlonen aan 108 pct. van de arbeiders (m/v), te verhogen met een bijdrage voor de financiering van de solidariteitsregeling ten beloop van 0,03 pct. en met de toepasselijke RSZ-afhoudingen.

Elke werkgever die onder het toepassingsgebied van deze collectieve arbeidsovereenkomst valt en niet is vrijgesteld van deelname aan de sectorale pensioentoezegging, moet deze bijdrage voldoen via RSZ-inning en dit volgens de bepalingen van het pensioenreglement en van het solidariteitsreglement bedoeld in de artikelen 6 en 7 van deze collectieve arbeidsovereenkomst. § 2. Voor de werkgevers die conform artikel 8, § 2 vrijgesteld zijn van deelname aan de sectorale pensioentoezegging maar niet van deelname aan de solidariteitstoezegging bedraagt de bijdrage 0,03 pct. van de aan de Rijksdienst voor Sociale Zekerheid aangegeven bruto jaarlonen aan 108 pct. van de arbeiders (m/v). De betrokken werkgevers moeten deze bijdrage voldoen via RSZ-inning en dit volgens de bepalingen van het solidariteitsreglement bedoeld in artikel 7 van deze collectieve arbeidsovereenkomst. HOOFDSTUK IX. - Duur

Art. 10.Deze collectieve arbeidsovereenkomst wordt gesloten voor onbepaalde duur en treedt in werking vanaf 1 januari 2013. De Koning zal verzocht worden deze collectieve arbeidsovereenkomst algemeen verbindend te verklaren.

Zij kan slechts opgezegd worden mits aangetekende brief aan de voorzitter van het Paritair Comité voor het vervoer en de logistiek mits respect van een opzegtermijn van één jaar.

Voorafgaandelijk aan de opzegging van deze collectieve arbeidsovereenkomst moet het paritair comité conform artikel 10, § 1, 3° van de WAP de beslissing nemen om het sociaal sectoraal pensioenstelsel op te heffen.Deze beslissing tot opheffing is enkel geldig wanneer zij 80 pct. van de stemmen van de, in het paritair comité benoemde, gewone of plaatsvervangende leden die de werkgevers vertegenwoordigen en 80 pct. van de stemmen van de in het paritair comité benoemde, gewone of plaatsvervangende leden die de werknemers vertegenwoordigen, heeft bekomen.

Gezien om te worden gevoegd bij het koninklijk besluit van 3 april 2013.

De Minister van Werk, Mevr. M. DE CONINCK

^