gepubliceerd op 08 augustus 2013
Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 2 juli 2012, gesloten in het Paritair Comité voor de socio-culturele sector, tot vaststelling van het bedrag van de door de werkgevers te betalen bijdrage tot financiering van outplacement van bepaalde oudere werknemers in 2012 en 2013
3 APRIL 2013. - Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 2 juli 2012, gesloten in het Paritair Comité voor de socio-culturele sector, tot vaststelling van het bedrag van de door de werkgevers te betalen bijdrage tot financiering van outplacement van bepaalde oudere werknemers in 2012 en 2013 (1)
ALBERT II, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.
Gelet op de wet van 5 december 1968Relevante gevonden documenten type wet prom. 05/12/1968 pub. 22/05/2009 numac 2009000346 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Wet betreffende de collectieve arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités. - Officieuze coördinatie in het Duits sluiten betreffende de collectieve arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités, inzonderheid op artikel 28;
Gelet op het verzoek van het Paritair Comité voor de socio-culturele sector;
Op de voordracht van de Minister van Werk, Hebben Wij besloten en besluiten Wij :
Artikel 1.Algemeen verbindend wordt verklaard de als bijlage overgenomen collectieve arbeidsovereenkomst van 2 juli 2012, gesloten in het Paritair Comité voor de socio-culturele sector, tot vaststelling van het bedrag van de door de werkgever te betalen bijdrage tot financiering van outplacement van bepaalde oudere werknemers in 2012 en 2013.
Art. 2.De minister bevoegd voor Werk is belast met de uitvoering van dit besluit.
Gegeven te Châteauneuf-de-Grasse, 3 april 2013.
ALBERT Van Koningswege : De Minister van Werk, Mevr. M. DE CONINCK _______ Nota (1) Verwijzing naar het Belgisch Staatsblad : Wet van 5 december 1968Relevante gevonden documenten type wet prom. 05/12/1968 pub. 22/05/2009 numac 2009000346 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Wet betreffende de collectieve arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités. - Officieuze coördinatie in het Duits sluiten, Belgisch Staatsblad van 15 januari 1969. Bijlage Paritair Comité voor de socio-culturele sector Collectieve arbeidsovereenkomst van 2 juli 2012 Vaststelling van het bedrag van de door de werkgevers te betalen bijdrage tot financiering van outplacement van bepaalde oudere werknemers in 2012 en 2013 (Overeenkomst geregistreerd op 6 augustus 2012 onder het nummer 110531/CO/329) HOOFDSTUK I. - Toepassingsgebied
Artikel 1.Deze collectieve arbeidsovereenkomst is van toepassing op de werkgevers en werknemers van de organisaties uit de socio-culturele sector die ressorteren onder het bevoegdheidsgebied van het Paritair Comité voor de socio-culturele sector en die : 1. hetzij hun maatschappelijke zetel hebben in het Waalse Gewest;2. hetzij hun maatschappelijke zetel hebben in het Brusselse Hoofdstedelijk Gewest, en die erkend zijn en/of gesubsidieerd worden door de Franstalige Gemeenschap en/of de Franse Gemeenschapscommissie of die, al naar gelang het geval, wegens hun activiteiten of hun organisatie moeten worden beschouwd uitsluitend te behoren tot de Franstalige Gemeenschap, met inbegrip van de uitoefening van de bevoegdheden overgeheveld naar het Waalse Gewest of naar de Franse Gemeenschapscommissie;3. hetzij opgericht zijn als een organisatie (vereniging zonder winstoogmerk, stichting of internationale vereniging) van buitenlands recht, en die hun centrum van werkzaamheden hebben in het Waals Gewest.
Art. 2.Onder "werknemers" wordt verstaan : de mannelijke en vrouwelijke arbeiders en bedienden. HOOFDSTUK II. - Bijdrage
Art. 3.De werkgever dient vanaf 1 januari 2012 voor elk kwartaal een bijdrage van 0,03 pct. te betalen, berekend op basis van de brutolonen betaald aan zijn werknemers aan het fonds voor bestaanszekerheid bedoeld hieronder. Deze bijdrage is bestemd voor de financiering van outplacement van sommige werknemers zoals bepaald in de collectieve arbeidsovereenkomst van 7 oktober 2009 houdende organisatie van het recht op outplacement voor sommige oudere werknemers (registratienummer : 96083/CO/329), gesloten in Paritair Comité voor de socio-culturele sector.
Bij wijze van uitzondering dienen de werkgevers de bijdrage voor de vier kwartalen 2012 niet te betalen en wordt de bijdrage voor de vier kwartalen van 2013 op 0,06 pct. vastgesteld.
Deze bijdragen moeten op hetzelfde tijdstip als de sociale zekerheidsbijdragen worden gestort aan de Rijksdienst voor Sociale Zekerheid.
Art. 4.De RSZ wordt belast met de inning van de in artikel 3 bepaalde bijdragen bij de werkgevers van de organisaties of instellingen die onder de bevoegdheid van het Paritair Subcomité voor de socio-culturele sector van de Franstalige en Duitstalige Gemeenschap en het Waals Gewest vallen en de doorstorting ervan naar het fonds voor bestaanszekerheid, genaamd "Fonds social du secteur socio-culturel des Communautés française et germanophone", met maatschappelijke zetel Handelskaai 48, te 1000 Brussel. HOOFDSTUK III. - Duur
Art. 5.De partijen komen overeen dat deze bijdrage bestemd is om de kosten te dekken van de voorziening in de zin van artikel 7, § 3 van de collectieve arbeidsovereenkomst van 20 maart 1997 (registratienummer : 44408/CO/329) tot oprichting van een fonds voor bestaanszekerheid voor de sociaal-culturele sector van de Franstalige en de Duitstalige Gemeenschap en tot vaststelling van zijn statuten, zoals gewijzigd door de collectieve arbeidsovereenkomst van 19 maart 2009 (registratienummer : 91908/CO/329); de bijdrage zal waar nodig worden aangepast zodat deze kosten worden gedekt indien het bedrag dat daartoe is vrijgemaakt bij het "Sociaal Fonds van de socio-culturele sector van de Franstalige en de Duitstalige Gemeenschap" onvoldoende of te groot blijkt om de uitgaven voor de betreffende jaren te dekken.
Art. 6.Deze collectieve arbeidsovereenkomst wordt gesloten voor een bepaalde duur. Zij treedt in werking op de dag dat zij wordt gesloten en houdt op van kracht te zijn op 31 december 2013.
Gezien om te worden gevoegd bij het koninklijk besluit van 3 april 2013.
De Minister van Werk, Mevr. M. DE CONINCK