gepubliceerd op 01 juni 2017
Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 27 september 2016, gesloten in het Paritair Subcomité voor de Vlaamse sector van de beschutte werkplaatsen, de sociale werkplaatsen en de maatwerkbedrijven, houdende de praktische modaliteiten met betrekking tot de collectieve arbeidsovereenkomst van 27 september 2016 inzake de aanvullende financiële bijdrage door de werkgever bij onregelmatige prestaties van de werknemer in de sociale werkplaatsen
2 MEI 2017. - Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 27 september 2016, gesloten in het Paritair Subcomité voor de Vlaamse sector van de beschutte werkplaatsen, de sociale werkplaatsen en de maatwerkbedrijven, houdende de praktische modaliteiten met betrekking tot de collectieve arbeidsovereenkomst van 27 september 2016 inzake de aanvullende financiële bijdrage door de werkgever bij onregelmatige prestaties van de werknemer in de sociale werkplaatsen (1)
FILIP, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.
Gelet op de wet van 5 december 1968Relevante gevonden documenten type wet prom. 05/12/1968 pub. 22/05/2009 numac 2009000346 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Wet betreffende de collectieve arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités. - Officieuze coördinatie in het Duits sluiten betreffende de collectieve arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités, inzonderheid op artikel 28;
Gelet op het verzoek van het Paritair Subcomité voor de Vlaamse sector van de beschutte werkplaatsen, de sociale werkplaatsen en de maatwerkbedrijven;
Op de voordracht van de Minister van Werk, Hebben Wij besloten en besluiten Wij :
Artikel 1.Algemeen verbindend wordt verklaard de als bijlage overgenomen collectieve arbeidsovereenkomst van 27 september 2016, gesloten in het Paritair Subcomité voor de Vlaamse sector van de beschutte werkplaatsen, de sociale werkplaatsen en de maatwerkbedrijven, houdende de praktische modaliteiten met betrekking tot de collectieve arbeidsovereenkomst van 27 september 2016 inzake de aanvullende financiële bijdrage door de werkgever bij onregelmatige prestaties van de werknemer in de sociale werkplaatsen.
Art. 2.De minister bevoegd voor Werk is belast met de uitvoering van dit besluit.
Gegeven te Brussel, 2 mei 2017.
FILIP Van Koningswege : De Minister van Werk, K. PEETERS _______ Nota (1) Verwijzing naar het Belgisch Staatsblad : Wet van 5 december 1968Relevante gevonden documenten type wet prom. 05/12/1968 pub. 22/05/2009 numac 2009000346 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Wet betreffende de collectieve arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités. - Officieuze coördinatie in het Duits sluiten, Belgisch Staatsblad van 15 januari 1969. Bijlage Paritair Subcomité voor de Vlaamse sector van de beschutte werkplaatsen, de sociale werkplaatsen en de maatwerkbedrijven Collectieve arbeidsovereenkomst van 27 september 2016 Praktische modaliteiten met betrekking tot de collectieve arbeidsovereenkomst van 27 september 2016 inzake de aanvullende financiële bijdrage door de werkgever bij onregelmatige prestaties van de werknemer in de sociale werkplaatsen (Overeenkomst geregistreerd op 3 november 2016 onder het nummer 135633/CO/327.01)
Artikel 1.Doel van de collectieve arbeidsovereenkomst Deze collectieve arbeidsovereenkomst geeft invulling aan de praktische modaliteiten met betrekking tot de collectieve arbeidsovereenkomst van 27 september 2016 inzake de aanvullende financiële bijdrage door de werkgever bij onregelmatige prestaties van de werknemer in de sociale werkplaatsen en meer in het bijzonder aan hoofdstuk IV, artikel 5, § 1 en § 2.
Art. 2.Aangifte bij het « Fonds voor bestaanszekerheid van de sociale werkplaatsen » Om de uitbetaling door het « Fonds voor bestaanszekerheid van de sociale werkplaatsen » (verder het fonds genoemd) mogelijk te maken, moet het fonds over voldoende accurate informatie beschikken.
Daartoe bezorgen de werkgevers éénmaal per jaar een document van hun sociaal secretariaat waarin vermeld wordt hoeveel uren (uitgedrukt in decimalen) deze werkgever een toeslag betaald heeft voor de uren vóór zeven uur 's morgens na zeven uur 's avonds en hoeveel uren deze werkgever een toeslag betaald heeft voor de uren in het weekend.
Telkens wordt weergegeven of deze uren arbeiders dan wel bedienden betreffen en of er sprake is van gesco werknemers dan wel andere statuten.
Dit overzicht moet ingevuld worden op een sjabloon dat aan de werkplaatsen bezorgd wordt door het fonds :
Nombre d'heures (en décimales) indemnisées selon la convention collective de travail du 27 septembre 2016
Aantal uren (in decimalen) vergoed volgens de collectieve arbeidsovereenkomst van 27 september 2016
semaine 19h-7h
ouvrier
ACS
week 19u-7u
arbeider
gesco
ouvrier
non-ACS
arbeider
niet-gesco
employé
ACS
bediende
gesco
employé
non-ACS
bediende
niet-gesco
week-end
ouvrier
ACS
weekend
arbeider
gesco
ouvrier
non-ACS
arbeider
niet-gesco
employé
ACS
bediende
gesco
employé
non-ACS
bediende
niet-gesco
Enkel de categorieën in deze tabel vermeld, zijn toegelaten.
De opdeling in de verschillende categorieën (arbeider/bediende, gesco/niet-gesco) is verplicht. Ze is noodzakelijk om op een juiste manier de RSZ-werkgeversbijdrage in de vergoeding te verrekenen.
Onder « gesco » verstaan we : gesco doelgroepmedewerker, gesco omkadering sociale werkplaats, gesco omkadering arbeidszorg.
Onder niet-gesco vallen alle andere werknemers ongeacht statuut : regulier, Sociale Maribel, SINE, activa.
Het sjabloon bevat een verklaring op eer die moet ondertekend worden door een persoon die gemachtigd is om de vereniging te verbinden (bijvoorbeeld directeur, bestuurder,...).
Samen hiermee bezorgt de werkplaats een attest of onderliggend document van het sociaal secretariaat, dat als basis gediend heeft voor het invullen van de tabel.
Dit document bevat geen individuele gegevens, enkel de getotaliseerde uren per categorie. Indien een werkplaats niet samenwerkt met een sociaal secretariaat, is een attest van een actuaris vereist.
De werknemers die niet gevat zijn (leidinggevenden sociale verkiezingen volgens artikel 1 van de collectieve arbeidsovereenkomst van 27 september 2016), mogen niet meegeteld worden.
Als zij toch opgenomen zijn in de totalen van het sociaal secretariaat, moeten hun uren afgetrokken worden vóór het invullen van de tabel hierboven, en moeten hun uren apart vermeld worden om het verschil met het overzicht van het sociaal secretariaat te duiden.
Tot slot vermeldt het document van het sociaal secretariaat het aantal werknemers, uitgedrukt in koppen, dat deze toeslagen genoten heeft.
Art. 3.Berekening door het fonds Het fonds zal op basis van deze aangiftes berekenen hoeveel de vergoeding voor de premies bedraagt per werkplaats.
Deze berekening gebeurt volgens de regels die de (paritair samengestelde) raad van bestuur van het fonds bepaalt.
Deze berekening houdt rekening met : - de (geïndexeerde) bruto loonpremie zoals bepaald in artikel 3, § 2 van de collectieve arbeidsovereenkomst van 27 september 2016 inzake de aanvullende financiële bijdrage door de werkgever bij onregelmatige prestaties van de werknemer in de sociale werkplaatsen; - de RSZ-werkgeversbijdrage; - de werkgeversbijdrage (op sectorniveau vastgesteld op 37 500 EUR) die in exacte evenredigheid in mindering gebracht wordt van de kost per werkgever.
De tabel in bijlage bij deze collectieve arbeidsovereenkomst geeft weer op welke wijze de verschillende elementen op elkaar inspelen.
Bedragen en percentages zijn indicatief. De bedragen dienen geïndexeerd te worden en de exacte RSZ-percentages worden jaarlijks door het fonds bepaald.
Art. 4.Voorschot 2016 en 2017 Op grond van de uitbetaling door het fonds met betrekking tot boekjaar 2015, wordt aansluitend een voorschot ter waarde van 75 pct. van dit bedrag gestort aan de werkgevers als voorschot voor het boekjaar 2016.
De totale som (voorschot + saldo) van elk boekjaar geldt als basis voor het voorschot van 75 pct. voor het volgende boekjaar.
Art. 5.Saldo 2016 en 2017 Overeenkomstig artikel 2 wordt jaarlijks aan de werkgevers gevraagd de documenten van het sociaal secretariaat, die bewijzen voor hoeveel uren er toeslag betaald werd, in de loop van het eerste kwartaal van het volgend boekjaar te bezorgen.
Het fonds zal dan zo snel als mogelijk het saldo vereffenen en een nieuw voorschot betalen.
Art. 6.Geen aangifte, geen geld Werkgevers worden geacht de terugbetalingsmogelijkheden door het fonds te kennen en worden geacht hun aangifte tijdig in te vullen. Zonder aangifte en zonder correcte attestering door het sociaal secretariaat zal het fonds geen voorschot en geen saldo betalen aan de werkgevers.
De raad van bestuur van het fonds is bevoegd om over alle betwistingen te oordelen.
Art. 7.Communicatie door het secretariaat Het secretariaat van het fonds bezorgt de volledige informatie met betrekking tot de berekening en de betaling van het saldo per onderneming aan de leden van de raad van bestuur van het fonds.
Art. 8.Communicatie in de onderneming De onderneming informeert de ondernemingsraad, bij afwezigheid het CBPW, bij afwezigheid de syndicale delegatie en bij afwezigheid het personeel over de aangifte van het saldo zoals deze aan het fonds wordt overgemaakt.
Art. 9.Duur Deze collectieve arbeidsovereenkomst wordt afgesloten voor bepaalde duur en heeft uitwerking vanaf 1 januari 2016 tot en met 31 december 2017.
Gezien om te worden gevoegd bij het koninklijk besluit van 2 mei 2017.
De Minister van Werk, K. PEETERS
Bijlage aan de collectieve arbeidsovereenkomst van 27 september 2016, gesloten in het Paritair Subcomité voor de Vlaamse sector van de beschutte werkplaatsen, de sociale werkplaatsen en de maatwerkbedrijven, houdende de praktische modaliteiten met betrekking tot de collectieve arbeidsovereenkomst van 27 september 2016 inzake de aanvullende financiële bijdrage door de werkgever bij onregelmatige prestaties van de werknemer in de sociale werkplaatsen Verwerking gegevens voor vergoeding premies onregelmatige prestaties
omschrijving
input aantal uren
brutoloon
RSZ pct.
kost per uur = bruto- loon x (1 + RSZ pct.)
totale kost = uren x kost per uur
toelage per uur
controle
a
a* (1 - b pct.)
totaal toelage
week
arbeider
gesco
20000
0,56
19,09 pct.
0,66692864
13338,5728
0,5422268
10845
arbeider
nt-gesco
20000
0,56
55,76 pct.
0,87225824
17445,1648
0,709164
14183
bediende
gesco
20000
0,56
1,41 pct.
0,567896
11357,92
0,4617112
9234
bediende
nt-gesco
20000
0,56
35,36 pct.
0,758016
15160,32
0,6162827
12326
weekend
arbeider
gesco
20000
1,4
19,09 pct.
1,6673216
33346,432
1,3555669
27111
arbeider
nt-gesco
20000
1,4
55,76 pct.
2,1806456
43612,912
1,7729099
35458
bediende
gesco
20000
1,4
1,41 pct.
1,41974
28394,8
1,154278
23086
bediende
nt-gesco
20000
1,4
35,36 pct.
1,89504
37900,8
1,5407067
30814
totaal
200556,922
toelagen
163056,9216
totaal alle werkplaatsen = sectortotaal loonkost pct. eigen aandeel werkplaatsen = 37 500/sectortotaal loonkost
18,70 pct.
eigen bijdrage
37500
b
totaal
200556,992
Gezien om te worden gevoegd bij het koninklijk besluit van 2 mei 2017.
De Minister van Werk, K. PEETERS