gepubliceerd op 10 september 2002
Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 26 juni 2001, gesloten in het Paritair Subcomité voor het bedrijf der grint- en zandgroeven welke in openlucht geëxploiteerd worden in de provincies Antwerpen, West-Vlaanderen, Oost-Vlaanderen, Limburg en Vlaams-Brabant, betreffende het conventioneel brugpensioen op 58 jaar in de witzandexploitaties
2 AUGUSTUS 2002. - Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 26 juni 2001, gesloten in het Paritair Subcomité voor het bedrijf der grint- en zandgroeven welke in openlucht geëxploiteerd worden in de provincies Antwerpen, West-Vlaanderen, Oost-Vlaanderen, Limburg en Vlaams-Brabant, betreffende het conventioneel brugpensioen op 58 jaar in de witzandexploitaties (1)
ALBERT II, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.
Gelet op de wet van 5 december 1968 betreffende de collectieve arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités, inzonderheid op artikel 28;
Gelet op het verzoek van het Paritair Subcomité voor het bedrijf der grint- en zandgroeven welke in openlucht geëxploiteerd worden in de provincies Antwerpen, West-Vlaanderen, Oost-Vlaanderen, Limburg en Vlaams-Brabant;
Op de voordracht van Onze Minister van Werkgelegenheid, Hebben Wij besloten en besluiten Wij :
Artikel 1.Algemeen verbindend wordt verklaard de als bijlage overgenomen collectieve arbeidsovereenkomst van 26 juni 2001, gesloten in het Paritair Subcomité voor het bedrijf der grint- en zandgroeven welke in openlucht geëxploiteerd worden in de provincies Antwerpen, West-Vlaanderen, Oost-Vlaanderen, Limburg en Vlaams-Brabant, betreffende het conventioneel brugpensioen op 58 jaar in de witzandexploitaties.
Art. 2.Onze Minister van Werkgelegenheid is belast met de uitvoering van dit besluit.
Gegeven te Punat, 2 augustus 2002.
ALBERT Van Koningswege : De Minister van Werkgelegenheid, Mevr. L. ONKELINX _______ Nota (1) Verwijzing naar het Belgisch Staatsblad : Wet van 5 december 1968, Belgisch Staatsblad van 15 januari 1969. Bijlage Paritair Subcomité voor het bedrijf der grint- en zandgroeven welke in openlucht geëxploiteerd worden in de provincies Antwerpen, West-Vlaanderen, Oost-Vlaanderen, Limburg en Vlaams-Brabant Collectieve arbeidsovereenkomst van 26 juni 2001 Conventioneel brugpensioen op 58 jaar in de witzandexploitaties (Overeenkomst geregistreerd op 28 september 2001 onder het nummer 58906/CO/102.06)
Artikel 1.Deze collectieve arbeidsovereenkomst is toepasselijk op de werkgevers en werklieden van de witzandexploitaties welke in openlucht geëxploiteerd worden in de provincies Antwerpen, West-Vlaanderen, Oost-Vlaanderen, Limburg en Vlaams-Brabant.
Met "werklieden" worden de arbeiders en de arbeidsters bedoeld.
Art. 2.De in de Nationale Arbeidsraad gesloten collectieve arbeidsovereenkomst nr. 17 van 19 december 1974, tot invoering van een regeling van aanvullende vergoeding ten gunste van sommige bejaarde werknemers indien zij worden ontslagen, algemeen verbindend verklaard bij koninklijk besluit van 16 januari 1975, vastgestelde leeftijd wordt voor deze sector, teruggebracht tot 58 jaar.
Art. 3.De bruggepensioneerde ontvangt van zijn laatste werkgever vanaf zijn uitdiensttreding tot en met de maand waarin hij/zij de leeftijd van 65 jaar bereikt maandelijks een aanvullende vergoeding. a) De aanvullende vergoeding die wordt toegekend aan de bruggepensioneerde werknemer van 58 jaar is, individueel, ten minste gelijk aan de vergoeding voorzien door de collectieve arbeidsovereenkomst nr.17 gesloten in de Nationale Arbeidsraad. Het is een brutobedrag, voor sociale en/of fiscale afhoudingen. b) De bruggepensioneerden ontvangen maandelijks een aanvullende vergoeding bestaande uit 2 luiken : - het eigenlijke brugpensioen berekend a rato van 50 pct.van het verschil tussen het netto referteloon (((basisuurloon + gemiddelde ploegenpremie) x 37 uur x 52)/12) verminderd met de sociale en fiscale afhoudingen en de maandelijkse werkloosheidsvergoeding; - een supplement gelijk aan 4,2541 EUR per gepresteerd dienstjaar in de sector met een minimum van 24,79 EUR per maand. Dit bedrag is gekoppeld aan de index.
De refertemaand voor de bepaling van het nettoreferteloon is de kalendermaand die de datum van de uitdiensttreding voorafgaat.
Art. 4.De syndicale premie wordt betaald tot de leeftijd van 65 jaar.
Art. 5.De in artikel 3 bedoelde bedragen worden samengevoegd tot een vast maandbedrag geldig voor de duur van het brugpensioen.
Art. 6.De betaling geschiedt op het einde van de maand door storting op de bankrekening van de begunstigde.
Art. 7.De werkgever verbindt er zich toe het brugpensioen ten gepaste tijde voor te stellen aan de werknemer die de vrije keuze heeft.
Art. 8.Het vertrek met brugpensioen houdt in dat de werknemer de wettelijke opzegtermijn moet uitdoen.
Art. 9.De bruggepensioneerde zal worden vervangen door twee halftijdse of door een voltijdse werknemer, in zoverre de wettelijke verplichting hiervoor van toepassing is.
Overgangsmaatregelen
Art. 10.De artikelen of onderdelen ervan die in de eerste rij(en) en de eerste en vierde kolom van de volgende rij(en) van de onderstaande tabel worden vermeld, hebben betrekking op deze arbeidsovereenkomst.
Voor de bedragen die in euro worden vermeld in de tweede kolom van de tabel gelden vanaf de dag van inwerkingtreding van deze collectieve arbeidsovereenkomst tot 31 december 2001 de bedragen die in Belgische frank worden vermeld in de derde kolom.
Voor de raadpleging van de tabel, zie beeld
Art. 11.Deze collectieve arbeidsovereenkomst heeft uitwerking met ingang van 1 januari 2001 en blijft van toepassing tot en met 31 december 2002.
Gezien om te worden gevoegd bij het koninklijk besluit van 2 augustus 2002.
De Minister van Werkgelegenheid, Mevr. L. ONKELINX