1 MEI 2006. - Koninklijk besluit tot wijziging van het koninklijk besluit van 8 november 1998 tot vaststelling van de tegemoetkoming van de verplichte verzekering voor geneeskundige verzorging voor bepaalde verzorgingsproducten voor de verzorging ten huize van rechthebbenden die lijden aan een zware aandoening, bedoeld in artikel 34, 14°, van de wet betreffende de verplichte verzekering voor geneeskundige verzorging en uitkeringen, gecoördineerd op 14 juli 1994, namelijk voor bepaalde producten voor bijzondere voeding

ALBERT II, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.

Gelet op de wet betreffende de verplichte verzekering voor geneeskundige verzorging en uitkeringen, gecoördineerd op 14 juli 1994, inzonderheid op artikel 35, § 1, zevende lid, ingevoegd bij de wet van 22 februari 1998 en gewijzigd bij de wet van 27 april 2005, en § 2, eerste lid, 1°, gewijzigd bij het koninklijk besluit van 25 april 1997, en artikel 37, § 20, ingevoegd bij de wet van 22 februari 1998 en gewijzigd bij de wetten van 27 april 2005 en 27 december 2005;

Gelet op het koninklijk besluit van 8 november 1998 tot vaststelling van de tegemoetkoming van de verplichte verzekering voor geneeskundige verzorging voor bepaalde verzorgingsproducten voor de verzorging ten huize van rechthebbenden die lijden aan een zware aandoening, bedoeld in artikel 34, 14°, van de wet betreffende de verplichte verzekering voor geneeskundige verzorging en uitkeringen, gecoördineerd op 14 juli 1994, namelijk voor bepaalde producten voor bijzondere voeding, gewijzigd bij het koninklijk besluit van 11 december 2001;

Gelet op het voorstel van de overeenkomstencommissie apothekers - verzekeringsinstellingen, geformuleerd op 1 december 2005;

Overwegende dat door de Dienst voor geneeskundige evaluatie en controle geen advies is geformuleerd binnen de termijn van vijf dagen, vermeld in artikel 27, vierde lid, van de wet betreffende de verplichte verzekering voor geneeskundige verzorging en uitkeringen, gecoördineerd op 14 juli 1994, en dat het betrokken advies dienvolgens met de toepassing van die wetsbepaling wordt geacht te zijn gegeven;

Gelet op het advies van de Commissie voor begrotingscontrole, gegeven op 14 december 2005;

Gelet op het advies van het Comité van de Verzekering voor Geneeskundige Verzorging, gegeven op 19 december 2005;

Gelet op het advies van de Inspecteur van Financiën, gegeven op 31 januari 2006;

Gelet op de akkoordbevinding van Onze Minister van Begroting van 22 februari 2006;

Gelet op advies 40.034/1 van de Raad van State, gegeven op 23 maart 2006, met toepassing van artikel 84, § 1, eerste lid, 1°, van de gecoördineerde wetten op de Raad van State;

Op de voordracht van Onze Minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid, Hebben Wij besloten en besluiten Wij :

Artikel 1.In het koninklijk besluit van 8 november 1998 tot vaststelling van de tegemoetkoming van de verplichte verzekering voor geneeskundige verzorging voor bepaalde verzorgingsproducten voor de verzorging ten huize van rechthebbenden die lijden aan een zware aandoening, bedoeld in artikel 34, 14°, van de wet betreffende de verplichte verzekering voor geneeskundige verzorging en uitkeringen, gecoördineerd op 14 juli 1994, namelijk voor bepaalde producten voor bijzondere voeding, worden de volgende wijzigingen aangebracht : 1° er wordt een hoofdstuk I ingevoegd bestaande uit de huidige artikelen 1 tot 4, luidende als volgt : « Hoofdstuk I.- Producten voor bijzondere voeding gebruikt bij zeldzame monogenische erfelijke metabole ziekte »; 2° er wordt een hoofdstuk II ingevoegd, bestaande uit een nieuw artikel 5, luidende : « HOOFDSTUK II.- Producten voor bijzondere voeding gebruikt bij coeliakie

Art. 5.§ 1. De adviserend geneesheer kan onder bepaalde voorwaarden een tegemoetkoming machtigen voor specifieke voeding noodzakelijk om coeliakie te behandelen.

Met het oog daarop richt de geneesheer-specialist in de gastro-enterologie, in de inwendige geneeskunde of in de kindergeneeskunde aan de adviserend geneesheer een aanvraag, opgesteld aan de hand van het formulier dat als deel C4) van de bijlage bij dit besluit gaat, en waarbij een volledig medisch verslag is gevoegd dat aantoont dat de rechthebbende lijdt aan coeliakie en dat zijn toestand een aangepaste voeding vereist.

Het verslag dat bij deze aanvraag wordt gevoegd, bevat de bevestiging van de diagnose door de geneesheer specialist en is gebaseerd op histologische en serologische tests.

Voor de rechthebbenden waar de diagnose van coeliakie al verschillende jaren geleden gesteld werd, volstaat een omstandig verslag van de gezondheidstoestand om de tegemoetkoming van de verplichte verzekering voor geneeskundige verzorging te krijgen. § 2. De adviserend geneesheer reikt een machtiging uit waarvan het model is opgenomen in deel B3) van de bijlage bij dit besluit. De machtiging van de adviserend geneesheer is beperkt tot een periode van maximum 24 maanden.

De machtiging voor vergoeding mag worden verlengd voor nieuwe perioden van maximum 24 maanden op gemotiveerd verzoek van de behandelende geneesheer of de voornoemde geneesheer-specialist. Hiertoe verklaart de behandelende geneesheer of de voornoemde geneesheer-specialist in het document opgesteld aan de hand van het formulier dat als deel B4) van bijlage bij dit besluit gaat, dat hij over alle bewijzen beschikt waaruit blijkt dat de rechthebbende zijn dieet strikt volgt en dat dit dieet noodzakelijk is. Bovendien verklaart de rechthebbende op erewoord dat het voorgeschreven dieet strikt gevolgd wordt. § 3. De maximale tegemoetkoming voor de voeding bedraagt 19 euro per maand.

De pseudocode die gebruikt wordt bij de facturering is 754692.

De tegemoetkoming wordt aan de rechthebbende door de verzekeringsinstelling betaald per kalendermaand op voorlegging van aankoopbewijzen.

Ze kan in geen geval hoger liggen dan de bedragen door de rechthebbende voor betreffende voedingsproducten betaald. »; 3° Er wordt een hoofdstuk III ingevoegd, bestaande uit oud artikel 5 dat artikel 6 wordt en oud artikel 6 dat artikel 7 wordt, luidende als volgt : « HOOFDSTUK III.- Slotbepalingen ».

Art. 2.Dit besluit treedt in werking op de eerste dag van de maand die volgt op het verstrijken van een termijn van tien dagen die ingaat de dag na de bekendmaking ervan in het Belgisch Staatsblad.

Art. 3.Onze Minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid is belast met de uitvoering ervan.

Gegeven te Brussel, 1 mei 2006.

ALBERT Van Koningswege : De Minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid, R. DEMOTTE Voor de raadpleging van de tabel, zie beeld Gezien om gevoegd te worden bij Ons besluit van 1 mei 2006 tot wijziging van het koninklijk besluit van 8 november 1998 tot vaststelling van de tegemoetkoming van de verplichte verzekering voor geneeskundige verzorging voor bepaalde verzorgingsproducten voor de verzorging ten huize van rechthebbenden die lijden aan een zware aandoening, bedoeld in artikel 34, 14°, van de wet betreffende de verplichte verzekering voor geneeskundige verzorging en uitkeringen, gecoördineerd op 14 juli 1994, namelijk voor bepaalde producten voor bijzondere voeding.

ALBERT Van Koningswege : De Minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid, R. DEMOTTE