1 APRIL 2007. - Koninklijk besluit houdende de bezoldigingsregeling en de loopbanen bij de Nationale Arbeidsraad

ALBERT II, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.

Gelet op de wet van 29 mei 1952 tot inrichting van de Nationale Arbeidsraad, gewijzigd door de wet van 27 juli 1979, inzonderheid artikelen 2 en 7;

Gelet op het koninklijk besluit van 17 december 1979 tot vaststelling van het statuut van de voorzitter van de Nationale Arbeidsraad, gewijzigd door het koninklijk besluit van 29 november 1993;

Gelet op het koninklijk besluit van 19 december 1979 tot vaststelling van de weddeschalen van het personeel van het Secretariaat van de Nationale Arbeidsraad, gewijzigd door de koninklijke besluiten van 28 oktober 1993, 29 november 1993 en 10 januari 1999;

Gelet op het met redenen omkleed advies van de Nationale Arbeidsraad van 18 juli 2006;

Gelet op het protocol van 13 november 2006 van het sectorcomité XI "Werkgelegenheid en Arbeid";

Gelet op de akkoordbevinding van Onze Minister van Begroting van 6 februari 2007;

Gelet op advies 42.311/1 van de Raad van State, gegeven op 8 maart 2007, met toepassing van artikel 84, § 1, eerste lid, 1°, van de gecoördineerde wetten op de Raad van State;

Op de voordracht van Onze Minister van Werk, Hebben Wij besloten en besluiten Wij : HOOFDSTUK I. - Aanpassing van de weddeschalen en loopbanen van de niveaus 3, 2 en 2+ bij het Secretariaat van de Nationale Arbeidsraad Afdeling 1. - Bepalingen die van toepassing zijn op niveau D

Artikel 1.Bij het Secretariaat van de Nationale Arbeidsraad wordt de volgende graad opgericht in niveau D : medewerker.

Art. 2.Bij het Secretariaat van de Nationale Arbeidsraad worden de volgende graden geschrapt in niveau 3 : klerk klerk-typist klerk-stenotypist eerste klerk eerstaanwezend klerk-typist eerste klerk-stenotypist hoofdklerk hoofdklerk-stenotypist.

Art. 3.Aan de graad van medewerker opgenomen in een familie van administratieve functies wordt de weddeschaal DA1 verbonden.

Aan de graad van medewerker opgenomen in een familie van technische functies wordt de weddeschaal DT2 verbonden.

Art. 4.De personeelsleden van het Secretariaat van de Nationale Arbeidsraad die titularis zijn van een van de geschrapte graden van niveau 3 worden ambtshalve benoemd in de graad van medewerker.

Zij worden ingeschaald in de weddeschaal verbonden aan hun nieuwe graad overeenkomstig de bijlage 1 bij dit besluit.

Hun geldelijke anciënniteit wordt geacht verkregen te zijn in de nieuwe weddeschaal.

De anciënniteit verkregen in niveau 3 wordt geacht verkregen te zijn in niveau D.

Art. 5.In niveau D krijgen de personeelsleden die titularis zijn van een graad van medewerker de weddeschaal die onmiddellijk hoger is dan de weddeschaal die ze in hun graad genoten, mits zij slagen voor een gecertificeerde opleiding.

Art. 6.§ 1. De personeelsleden bekleed met de graad van medewerker die worden bezoldigd in de weddeschaal DA1, DA2, DA3, DT2, DT3 of DT4 en die geslaagd zijn voor een gecertificeerde opleiding, ontvangen een jaarlijkse competentietoelage van 1.000 EUR gedurende de geldigheidsduur van de gecertificeerde opleiding.

De geldigheidsduur van een gecertificeerde opleiding is acht jaar. § 2. De personeelsleden bekleed met de graad van medewerker die worden bezoldigd in de weddeschaal opgenomen in kolom 1 van de onderstaande tabel en die geslaagd zijn voor een gecertificeerde opleiding, krijgen na afloop van de geldigheidsduur van de gecertificeerde opleiding de weddeschaal die in kolom 2 van dezelfde tabel is vermeld. 2 DA2 DA3 DA4 DT3 DT4 DT5 Afdeling 2. - Bepalingen die van toepassing zijn op niveau C

Art. 7.Bij het Secretariaat van de Nationale Arbeidsraad worden de volgende graden geschrapt in niveau 2 : Opsteller Rekenkundig opsteller Onderbureauchef Bestuurschef Hoofd van een secretariaat Eerstaanwezend hoofd van een secretariaat.

Art. 8.Bij het Secretariaat van de Nationale Arbeidsraad worden de volgende graden opgericht in niveau C : assistent en hoofd van een secretariaat.

Art. 9.Aan de graad van assistent wordt de weddeschaal C1 verbonden.

Aan de graad van hoofd van een secretariaat wordt de weddeschaal C4 verbonden.

Art. 10.§ 1. De personeelsleden die titularis zijn van de geschrapte graad van opsteller, rekenkundig opsteller, onderbureauchef of bestuurschef van niveau 2 worden ambtshalve benoemd in de graad van assistent en ingeschaald in een weddeschaal overeenkomstig de bijlage 2 bij dit besluit. § 2. De personeelsleden die titularis zijn van de geschrapte graad van hoofd van een secretariaat of eerstaanwezend hoofd van een secretariaat worden ambtshalve benoemd in de graad van hoofd van een secretariaat en ingeschaald in een weddeschaal overeenkomstig de bijlage 2 bij dit besluit. § 3. De geldelijke anciënniteit van die personeelsleden wordt geacht verkregen te zijn in de nieuwe weddeschaal.

De anciënniteit verkregen in niveau 2 wordt geacht verkregen te zijn in niveau C.

Art. 11.In niveau C krijgen de personeelsleden die titularis zijn van de graad van assistent de weddeschaal die onmiddellijk hoger is dan de weddeschaal die ze in hun graad genoten, mits zij slagen voor twee competentiemetingen of gecertificeerde opleidingen.

Met uitzondering van de vierde competentiemeting of gecertificeerde opleiding is de geldigheidsduur van een competentiemeting of gecertificeerde opleiding acht jaar.

Art. 12.§ 1. De personeelsleden bekleed met de graad van assistent die worden bezoldigd in de weddeschaal C1 en die slagen voor de eerste competentiemeting of gecertificeerde opleiding verbonden aan die graad, ontvangen een jaarlijkse competentietoelage van 1.700 EUR gedurende de geldigheidsduur van de competentiemeting of gecertificeerde opleiding. Zij kunnen deelnemen aan de tweede competentiemeting of gecertificeerde opleiding verbonden aan die graad. § 2. De personeelsleden die slagen voor de tweede competentiemeting of gecertificeerde opleiding krijgen de weddeschaal C2 vanaf de eerste dag van de maand die volgt op de datum van inschrijving voor deze competentiemeting of gecertificeerde opleiding, en op zijn vroegst bij het verstrijken van de geldigheidsduur van de voorgaande competentiemeting of gecertificeerde opleiding; zij ontvangen bovendien een jaarlijkse competentietoelage van 1.700 EUR gedurende de geldigheidsduur van deze competentiemeting of gecertificeerde opleiding. Zij kunnen deelnemen aan de derde competentiemeting of gecertificeerde opleiding verbonden aan die graad. § 3. De personeelsleden die niet slagen voor de tweede competentiemeting of gecertificeerde opleiding verliezen het recht op de competentietoelage.

In afwijking van het vorige lid ontvangen zij gedurende twaalf maanden na de datum van inschrijving voor deze competentiemeting of gecertificeerde opleiding, en op zijn vroegst bij het verstrijken van de geldigheidsduur van de voorgaande competentiemeting of gecertificeerde opleiding, de helft van de competentietoelage. § 4. De personeelsleden die slagen voor de derde competentiemeting of gecertificeerde opleiding ontvangen een jaarlijkse competentietoelage van 1.700 EUR gedurende de geldigheidsduur van de competentiemeting of gecertificeerde opleiding. Zij kunnen deelnemen aan de vierde competentiemeting of gecertificeerde opleiding verbonden aan die graad. § 5. De personeelsleden die niet slagen voor de derde competentiemeting of gecertificeerde opleiding verliezen het recht op de competentietoelage.

In afwijking van het vorige lid ontvangen zij gedurende twaalf maanden na de datum van inschrijving voor deze competentiemeting of gecertificeerde opleiding, en op zijn vroegst bij het verstrijken van de geldigheidsduur van de voorgaande competentiemeting of gecertificeerde opleiding, de helft van de competentietoelage. § 6. De personeelsleden die slagen voor de vierde competentiemeting of gecertificeerde opleiding krijgen de weddeschaal C3 vanaf de eerste dag van de maand die volgt op de datum van inschrijving voor deze competentiemeting of gecertificeerde opleiding, en op zijn vroegst bij het verstrijken van de geldigheidsduur van de voorgaande competentiemeting of gecertificeerde opleiding. § 7. De personeelsleden die niet slagen voor de vierde competentiemeting of gecertificeerde opleiding verliezen het recht op de competentietoelage.

In afwijking van het vorige lid ontvangen zij gedurende twaalf maanden na de datum van inschrijving voor deze competentiemeting of gecertificeerde opleiding, en op zijn vroegst bij het verstrijken van de geldigheidsduur van de voorgaande competentiemeting of gecertificeerde opleiding, de helft van de competentietoelage.

Art. 13.De weddeschalen C1, C2 en C3 als bedoeld in de artikelen 9, eerste lid, en 10 van dit besluit zijn gelijkwaardig met de weddeschalen CA/CT1, CA/CT2 en CA/CT3 van de bezoldigingsregeling van het personeel van de federale overheidsdiensten.

Art. 14.In afwijking van artikel 11 kunnen de personeelsleden bekleed met de graad van assistent die worden bezoldigd in de weddeschaal C3 en die ten minste drie jaar geldelijke anciënniteit hebben in de weddeschaal C3, voor zover er vacante betrekkingen zijn, bevorderd worden tot de graad van hoofd van een secretariaat bezoldigd in de weddeschaal C4 als bedoeld in artikel 9, tweede lid, van dit besluit.

Deze weddeschaal is gelijkwaardig met de weddeschaal BT2 van de bezoldigingsregeling van het personeel van de federale overheidsdiensten. Afdeling 3. - Bepalingen die van toepassing zijn op niveau B

Art. 15.Aan de graad van directiesecretaris wordt de weddeschaal BA2 verbonden.

Art. 16.§ 1. De personeelsleden die titularis zijn van de graad van directiesecretaris in niveau 2+ worden ingeschaald in de weddeschaal BA2 overeenkomstig de bijlage 3 bij dit besluit. § 2. De personeelsleden die titularis zijn van de graad van eerstaanwezend directiesecretaris in niveau 2+ worden ingeschaald in de weddeschaal BA3 overeenkomstig de bijlage 3 bij dit besluit. § 3. De geldelijke anciënniteit van die personeelsleden wordt geacht verkregen te zijn in de nieuwe weddeschaal.

De anciënniteit verkregen in niveau 2+ wordt geacht verkregen te zijn in niveau B.

Art. 17.In niveau B krijgen de personeelsleden die titularis zijn van de graad van directiesecretaris de weddeschaal die onmiddellijk hoger is dan de weddeschaal die ze in hun graad genoten, mits zij slagen voor drie competentiemetingen of gecertificeerde opleidingen.

Met uitzondering van de derde competentiemeting of gecertificeerde opleiding is de geldigheidsduur van een competentiemeting of gecertificeerde opleiding vijf jaar.

Art. 18.§ 1. De personeelsleden bekleed met de graad van directiesecretaris die worden bezoldigd in de weddeschaal BA2 en die een geldelijke anciënniteit van vijf jaar in deze weddeschaal hebben, kunnen deelnemen aan de eerste competentiemeting of gecertificeerde opleiding verbonden aan die graad.

De personeelsleden die slagen voor de eerste competentiemeting of gecertificeerde opleiding ontvangen een jaarlijkse competentietoelage van 2.000 EUR gedurende de geldigheidsduur van de competentiemeting of gecertificeerde opleiding. Zij kunnen deelnemen aan de tweede competentiemeting of gecertificeerde opleiding verbonden aan die graad. § 2. De personeelsleden die slagen voor de tweede competentiemeting of gecertificeerde opleiding ontvangen een jaarlijkse competentietoelage van 2.000 EUR gedurende de geldigheidsduur van de competentiemeting of gecertificeerde opleiding. Zij kunnen deelnemen aan de derde competentiemeting of gecertificeerde opleiding verbonden aan die graad. § 3. De personeelsleden die niet slagen voor de tweede competentiemeting of gecertificeerde opleiding verliezen het recht op de competentietoelage.

In afwijking van het vorige lid ontvangen zij gedurende twaalf maanden na de datum van inschrijving voor deze competentiemeting of gecertificeerde opleiding, en op zijn vroegst bij het verstrijken van de geldigheidsduur van de voorgaande competentiemeting of gecertificeerde opleiding, de helft van de competentietoelage. § 4. De personeelsleden die slagen voor de derde competentiemeting of gecertificeerde opleiding krijgen de weddeschaal BA3 vanaf de eerste dag van de maand die volgt op de datum van inschrijving voor deze competentiemeting of gecertificeerde opleiding, en op zijn vroegst bij het verstrijken van de geldigheidsduur van de voorgaande competentiemeting of gecertificeerde opleiding. § 5. De personeelsleden die niet slagen voor de derde competentiemeting of gecertificeerde opleiding verliezen het recht op de competentietoelage.

In afwijking van het vorige lid ontvangen zij gedurende twaalf maanden na de datum van inschrijving voor deze competentiemeting of gecertificeerde opleiding, en op zijn vroegst bij het verstrijken van de geldigheidsduur van de voorgaande competentiemeting of gecertificeerde opleiding, de helft van de competentietoelage.

Art. 19.In niveau B wordt aan de graad van vertaler de weddeschaal BT1 verbonden.

Art. 20.De personeelsleden die titularis zijn van de graad van vertaler, eerste vertaler of hoofdvertaler in niveau 2+ worden ambtshalve ingeschaald in een weddeschaal overeenkomstig de bijlage 3 bij dit besluit.

De geldelijke anciënniteit van die personeelsleden wordt geacht verkregen te zijn in de nieuwe weddeschaal.

De anciënniteit verkregen in niveau 2+ wordt geacht verkregen te zijn in niveau B.

Art. 21.De personeelsleden die titularis zijn van de graad van vertaler krijgen de graad van eerste vertaler bezoldigd in de weddeschaal BT2 zodra ze negen jaar graadanciënniteit hebben.

De personeelsleden die titularis zijn van de graad van eerste vertaler krijgen de graad van hoofdvertaler bezoldigd in de weddeschaal BT3 zodra ze negen jaar graadanciënniteit hebben. Afdeling 4. - Gemeenschappelijke bepalingen

Art. 22.De personeelsleden moeten een jaar niveau-anciënniteit hebben om te kunnen deelnemen aan de eerste competentiemeting of gecertificeerde opleiding verbonden aan de graad.

Art. 23.§ 1. De geldigheidsduur van een competentiemeting of gecertificeerde opleiding begint op de eerste dag van de maand die volgt op de datum van inschrijving voor de competentiemeting of gecertificeerde opleiding en op zijn vroegst bij het verstrijken van de geldigheidsduur van de voorgaande competentiemeting of gecertificeerde opleiding.

De duur die in aanmerking wordt genomen voor de bevordering door verhoging in weddeschaal is dezelfde als de duur die in aanmerking wordt genomen voor de geldigheidsduur van de competentiemetingen of gecertificeerde opleidingen. § 2. De personeelsleden die een competentietoelage ontvangen en dezelfde graad behouden, kunnen zich op zijn vroegst twaalf maanden voor het einde van de geldigheidsduur van de voorgaande competentiemeting of gecertificeerde opleiding inschrijven om deel te nemen aan een nieuwe competentiemeting of gecertificeerde opleiding.

Indien ze niet slagen, kunnen ze zich pas opnieuw inschrijven wanneer de geldigheidsduur van de voorgaande competentiemeting of gecertificeerde opleiding verstreken is. § 3. De personeelsleden die een competentietoelage ontvangen of die bezoldigd worden in een weddeschaal die niet verbonden is aan een competentiemeting of gecertificeerde opleiding en die bevorderd worden in een andere graad, kunnen zich onmiddellijk inschrijven om deel te nemen aan een competentiemeting of gecertificeerde opleiding verbonden aan de nieuwe graad. § 4. De personeelsleden die niet slagen voor een competentiemeting of gecertificeerde opleiding kunnen zich 365 dagen na hun vorige inschrijving herinschrijven.

Art. 24.De personeelsleden van niveau D, C en B die een competentietoelage ontvangen en die na bevordering tot een graad van een hoger niveau geen recht hebben op een competentietoelage verbonden aan deze nieuwe graad, hebben recht op een competentietoelage verbonden aan hun vorige graad, onder twee voorwaarden : 1° dat de geldigheidsduur van de competentiemeting of gecertificeerde opleiding niet verstreken is;2° dat ze sedert minder dan twaalf maanden hun nieuwe graad hebben. Wanneer ze recht hebben op de competentietoelage verbonden aan hun nieuwe graad, verliezen ze, eventueel met terugwerkende kracht, het recht op de competentietoelage verbonden aan hun vroegere graad.

Art. 25.De personeelsleden van niveau D en C en de personeelsleden bekleed met de graad van directiesecretaris in niveau B worden opgenomen in een functiefamilie. Het dagelijks bestuur dient op voorstel van de secretaris de functiefamilies vast te leggen.

Op basis van een beschrijving van de inhoud van hun functies en een gesprek met het diensthoofd en na overleg met de representatieve organisaties van het personeel van het Secretariaat van de Nationale Arbeidsraad in het officiële overlegorgaan, worden de in het eerste lid bedoelde personeelsleden op beslissing van het dagelijks bestuur toegewezen aan een functiefamilie.

De secretaris betekent aan de personeelsleden hun rangschikking in een functiefamilie.

De personeelsleden die niet akkoord gaan met hun rangschikking kunnen binnen tien werkdagen na de betekening van de rangschikking in een functiefamilie beroep aantekenen bij het dagelijks bestuur, vooraleer een beslissing wordt genomen.

Zij kunnen op hun verzoek door het dagelijks bestuur worden gehoord en mogen worden bijgestaan door een persoon naar hun keuze.

De gemotiveerde beslissing van het dagelijks bestuur wordt aan de personeelsleden en het diensthoofd ter kennis gebracht via een ter post aangetekend schrijven of door persoonlijke afgifte tegen ontvangstbewijs.

Art. 26.De secretaris informeert de in artikel 25, eerste lid, bedoelde personeelsleden over de lijst van de gecertificeerde opleidingen in hun functiefamilie en over de mogelijkheden inzake competentiemetingen.

De personeelsleden die een gecertificeerde opleiding willen volgen en willen deelnemen aan de validering van de verworven kennis die erop volgt, kiezen een opleiding in de lijst die overeenstemt met hun functiefamilie. Zij stellen deze keuze voor aan de secretaris, die zich aansluit bij die keuze of een andere opleiding voorstelt.

Wanneer overeenkomstig kan worden bereikt, wordt de keuze door de secrataris meegedeeld aan het dagelijks bestuur.

Wanneer er onenigheid blijft bestaan, neemt de secretaris de beslissing. In dat geval kunnen de personeelsleden beroep aantekenen bij het dagelijks bestuur, dat de definitieve beslissing neemt. De personeelsleden kunnen op hun verzoek door het dagelijks bestuur worden gehoord.

De personeelsleden mogen geen tweede maal deelnemen aan dezelfde competentiemeting of dezelfde gecertificeerde opleiding volgen indien ze daarvoor reeds geslaagd zijn.

Art. 27.De in dit besluit bedoelde competentiemeting en gecertificeerde opleiding worden op voorstel van de secretaris georganiseerd door het dagelijks bestuur, dat de stof en de nadere regels ervan vaststelt.

Het dagelijks bestuur kan daartoe een beroep doen op externe organisaties, onder andere het Selectiebureau van de federale overheid (SELOR) en het Opleidingsinstituut van de federale overheid (OFO).

Art. 28.De bevordering tot een hogere graad in eenzelfde niveau, tot een graad van een hoger niveau, tot een klasse van niveau A wanneer het personeelslid deel uitmaakt van een lager niveau of tot een hogere klasse is alleen mogelijk voor zover er een vacante betrekking is.

De bevordering tot een graad van een hoger niveau en de bevordering tot een klasse van niveau A gebeuren onder de voorwaarden die zijn vastgesteld in artikel 5, derde lid, van het koninklijk besluit van 29 juni 1961 tot vaststelling van het statuut van het personeel bij het Secretariaat van de Nationale Arbeidsraad.

Art. 29.Het bedrag van de competentietoelage is gekoppeld aan het spilindexcijfer 138,01.

De competentietoelage wordt in aanmerking genomen voor de berekening van het vakantiegeld en de eindejaarstoelage.

De competentietoelage wordt jaarlijks in één keer uitbetaald in september, op basis van de tijdens de twaalf voorafgaande maanden verrichte prestaties.

Art. 30.In voorkomend geval behouden de personeelsleden het voordeel van de weddeschaal van de graad waarmee ze waren bekleed voor de inwerkingtreding van dit besluit, voor zover die weddeschaal voordeliger is. HOOFDSTUK II. - Aanpassing van de weddeschalen van de personeelsleden van niveau 1 bij het Secretariaat van de Nationale Arbeidsraad

Art. 31.De personeelsleden die titularis zijn van een van de graden van niveau 1 worden overgeheveld naar een klasse van niveau A en naar een weddeschaal overeenkomstig de bijlage 4 bij dit besluit.

Art. 32.De klasseanciënniteit van de in artikel 22 bedoelde personeelsleden is gelijk aan de graadanciënniteit die verkregen was in de graad waarvan ze titularis waren.

De anciënniteit in niveau 1 wordt geacht verkregen te zijn in niveau A. De geldelijke anciënniteit van die personeelsleden wordt geacht verkregen te zijn in de nieuwe weddeschaal.

Art. 33.In de klasse A1 worden de personeelsleden die titularis zijn van de graad van adjunct-secretaris-griffier ingeschaald in de weddeschaal A11.

Zij genieten automatisch de weddeschaal A12 in de klasse A1 zodra ze vier jaar klasseanciënniteit hebben.

De personeelsleden bekleed met de graad van adjunct-secretaris-griffier die negen jaar klasseanciënniteit hebben, krijgen de graad van secretaris-griffier bezoldigd in de weddeschaal A21 in de klasse A2.

Art. 34.In de klasse A1 worden de personeelsleden die titularis zijn van de graad van vertaler-revisor ingeschaald in de weddeschaal A11.

Zij genieten automatisch de weddeschaal A12 in de klasse A1 zodra ze vier jaar klasseanciënniteit hebben.

De personeelsleden bekleed met de graad van vertaler-revisor die negen jaar klasseanciënniteit hebben, krijgen de graad van eerstaanwezend vertaler-revisor bezoldigd in de weddeschaal A21 in de klasse A2.

De personeelsleden bekleed met de graad van eerstaanwezend vertaler-revisor die negen jaar klasseanciënniteit hebben in de klasse A2, krijgen de graad van vertaler-directeur bezoldigd in de weddeschaal A31 in de klasse A3.

Art. 35.In de klasse A2 worden de personeelsleden die titularis zijn van de graad van attaché ingeschaald in de weddeschaal A21.

De personeelsleden bekleed met de graad van attaché die negen jaar klasseanciënniteit hebben, krijgen de graad van eerstaanwezend attaché bezoldigd in de weddeschaal A32 in de klasse A3.

Art. 36.In de klasse A3 worden de personeelsleden die titularis zijn van de graad van eerste attaché of griffier ingeschaald in de weddeschaal A33.

Art. 37.In de klasse A4 worden de personeelsleden die titularis zijn van de graad van bestuursdirecteur ingeschaald in de weddeschaal A42.

Art. 38.De personeelsleden bekleed met een graad in de klasse A3 en bezoldigd in de weddeschaal A31 of A32 kunnen, voor zover er vacante betrekkingen zijn, worden bevorderd tot de graad van eerste attaché of griffier bezoldigd in de weddeschaal A33.

Art. 39.De personeelsleden bekleed met de graad van eerste attaché of griffier in de klasse A3 die worden bezoldigd in de weddeschaal A33 en die twaalf jaar anciënniteit in niveau A hebben en sedert een jaar de weddeschaal A33 genieten, kunnen voor zover er vacante betrekkingen zijn, worden bevorderd tot de graad van bestuursdirecteur bezoldigd in de weddeschaal A42.

Art. 40.In de klasse A5 wordt de adjunct-secretaris ingeschaald in de weddeschaal A52. De secretaris wordt ingeschaald in de weddeschaal A53. De voorzitter wordt ingeschaald in de weddeschaal A53. HOOFDSTUK III. - Overgangsbepalingen

Art. 41.De personen die geslaagd zijn voor een vergelijkend examen voor overgang naar het hogere niveau, dat werd georganiseerd voor de inwerkingtreding van dit besluit, behouden het voordeel verbonden aan het geslaagd zijn voor dat examen.

Bovendien worden ze geacht te zijn geslaagd voor de competentiemeting(en) of gecertificeerde opleiding(en) vereist voor het verkrijgen van de onmiddellijk hogere weddeschaal en worden ze in die weddeschaal ingeschaald.

Art. 42.In niveau C worden de personeelsleden die worden geïntegreerd in de graad van assistent met de weddeschaal C1 en ten minste achttien jaar anciënniteit hebben bij het Secretariaat van de Nationale Arbeidsraad, vrijgesteld van de eerste competentiemeting of gecertificeerde opleiding verbonden aan die graad. Zij kunnen direct deelnemen aan de tweede competentiemeting of gecertificeerde opleiding verbonden aan die graad.

De in het eerste lid bedoelde personeelsleden die slagen voor de tweede competentiemeting of gecertificeerde opleiding krijgen de weddeschaal C2 en ontvangen bovendien een jaarlijkse competentietoelage van 1.700 EUR gedurende de geldigheidsduur van die competentiemeting of gecertificeerde opleiding. HOOFDSTUK IV. - Slotbepalingen

Art. 43.Artikel 4 van het koninklijk besluit van 17 december 1979 tot vaststelling van het statuut van de voorzitter van de Nationale Arbeidsraad, gewijzigd door het koninklijk besluit van 29 november 1993, wordt opgeheven.

Het koninklijk besluit van 19 december 1979 tot vaststelling van de weddeschalen van het personeel van het Secretariaat van de Nationale Arbeidsraad, gewijzigd door de koninklijke besluiten van 28 oktober 1993, 29 november 1993 en 10 januari 1999, wordt opgeheven.

Art. 44.Dit besluit heeft uitwerking met ingang van 1 januari 2007.

Art. 45.Onze Minister bevoegd voor Werk is belast met de uitvoering van dit besluit.

Gegeven te Brussel, 1 april 2007 ALBERT Van Koningswege : De Minister van Werk, P. VANVELTHOVEN

Bijlage 1 bij Ons besluit van 1 april 2007 houdende de bezoldigingsregeling en de loopbanen bij de Nationale Arbeidsraad Voor de raadpleging van de tabel, zie beeld Gezien om te worden gevoegd bij Ons besluit van 1 april 2007.

ALBERT Van Koningswege : De Minister van Werk, P. VAN VELTHOVEN

Bijlage 2 bij Ons besluit van 1 april 2007 houdende de bezoldigingsregeling en de loopbanen bij de Nationale Arbeidsraad Voor de raadpleging van de tabel, zie beeld Gezien om te worden gevoegd bij Ons besluit van 1 april 2007.

ALBERT Van Koningswege : De Minister van Werk, P. VAN VELTHOVEN

Bijlage 3 bij Ons besluit van 1 april 2007 houdende de bezoldigingsregeling en de loopbanen bij de Nationale Arbeidsraad Voor de raadpleging van de tabel, zie beeld Gezien om te worden gevoegd bij Ons besluit van 1 april 2007.

ALBERT Van Koningswege : De Minister van Werk, P. VAN VELTHOVEN

Bijlage 4 bij Ons besluit van 1 april 2007 houdende de bezoldigingsregeling en de loopbanen bij de Nationale Arbeidsraad Voor de raadpleging van de tabel, zie beeld Gezien om te worden gevoegd bij Ons besluit van 1 april 2007.

ALBERT Van Koningswege : De Minister van Werk, P. VAN VELTHOVEN