Etaamb.openjustice.be
Koninklijk Besluit van 01 april 2007
gepubliceerd op 18 april 2007

Koninklijk besluit betreffende het zakgeld zoals bedoeld in artikel 62, § 2bis, van de programmawet van 19 juli 2001

bron
programmatorische federale overheidsdienst maatschappelijke integratie, armoedebestrijding en sociale economie
numac
2007002062
pub.
18/04/2007
prom.
01/04/2007
ELI
eli/besluit/2007/04/01/2007002062/staatsblad
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
Document Qrcode

1 APRIL 2007. - Koninklijk besluit betreffende het zakgeld zoals bedoeld in artikel 62, § 2bis, van de programmawet van 19 juli 2001


ALBERT II, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.

Gelet op de programmawet van 19 juli 2001, inzonderheid op artikel 62, § 2bis, zevende lid, ingevoegd bij de programmawet van 22 december 2003;

Gelet op de adviezen van de Inspectie van Financiën, gegeven op 25 juli 2005 en op 12 oktober 2006;

Gelet op de akkoordbevinding van Onze Minister van Begroting gegeven op 30 november 2006;

Gelet op het advies 42.098/1 van de Raad van State, gegeven op 25 januari 2007, met toepassing van artikel 84, § 1, eerste lid, 1°, van de gecoördineerde wetten op de Raad van State;

Op de voordracht van Onze Minister van Maatschappelijke Integratie, Hebben Wij besloten en besluiten Wij :

Artikel 1.Voor de toepassing van dit besluit wordt verstaan onder : 1° het Agentschap : het Federaal Agentschap voor de opvang van asielzoekers;2° het centrum : het opvangcentrum voor asielzoekers, beheerd door het Agentschap;3° een andere opvangstructuur : elke andere plaats dan het centrum, bedoeld in artikel 57ter, lid 2, van de organieke wet van 8 juli 1976 betreffende de openbare centra voor maatschappelijk welzijn.

Art. 2.Elke begunstigde van de opvang die in een centrum of een andere opvangstructuur wordt gehuisvest heeft recht op een wekelijks bedrag zakgeld ten belope van : -3,8 euro voor elke minderjarige onder de 12 jaar of van 12 jaar en ouder, die geen school loopt; - 5,0 euro voor elke niet-begeleide minderjarige opgevangen gedurende de observatie- en oriëntatiefase; - 6,5 euro voor elke schoolgaande minderjarige van 12 jaar of ouder; - 6,5 euro voor elke volwassene.

Art. 3.De bedragen in artikel 2 van dit besluit zijn gekoppeld aan de spilindex 106,22 (basis 2004 = 100) van de consumptieprijzen, overeenkomstig de bepalingen van de wet van 2 augustus 1971 houdende inrichting van een stelsel waarbij de wedden, lonen, pensioenen, toelagen en tegemoetkomingen ten laste van de openbare schatkist, sommige sociale uitkeringen, de bezoldigingsgrenzen waarmee rekening dient gehouden bij de berekening van sommige bijdragen van de sociale zekerheid der arbeiders, alsmede de verplichtingen op sociaal gebied opgelegd aan de zelfstandigen, aan het indexcijfer van de consumptieprijzen worden gekoppeld.

Ze worden opnieuw berekend op de eerste januari van elk jaar.

Voor de berekening van de geïndexeerde bedragen worden de delen van tienden van een euro afgerond op het naasthogere tiende of verwaarloosd, naargelang zij al dan niet 50 procent van een tiende bereiken.

Art. 4.Dit besluit treedt in werking op de dag van de bekendmaking ervan in het Belgisch Staatsblad.

Gegeven te Brussel, 1 april 2007.

ALBERT Van Koningswege : De Minister van Maatschappelijke Integratie Ch. DUPONT

^