Etaamb.openjustice.be
Erratum van 13 maart 2020
gepubliceerd op 14 maart 2020

Ministerieel besluit houdende dringende maatregelen om de verspreiding van het coronavirus COVID - 19 te beperken. - Erratum

bron
federale overheidsdienst binnenlandse zaken
numac
2020030330
pub.
14/03/2020
prom.
13/03/2020
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
Document Qrcode

13 MAART 2020. - Ministerieel besluit houdende dringende maatregelen om de verspreiding van het coronavirus COVID - 19 te beperken. - Erratum


Deze bekendmaking vervangt die van vrijdag 13 maart 2020 tweede editie, bladzijde 15580-15581, C-2020/30303: FEDERALE OVERHEIDSDIENST BINNENLANDSE ZAKEN 13 MAART 2020. - Ministerieel besluit houdende dringende maatregelen om de verspreiding van het coronavirus COVID-19 te beperken De Minister van Veiligheid en Binnenlandse Zaken, Gelet op de wet van 31 december 1963 betreffende de civiele bescherming, artikel 4;

Gelet op de wet van 5 augustus 1992Relevante gevonden documenten type wet prom. 05/08/1992 pub. 21/10/1999 numac 1999015203 bron ministerie van buitenlandse zaken, buitenlandse handel en internationale samenwerking Wet houdende instemming met het Protocol houdende wijziging van artikel 81 van het Verdrag tot instelling van de Benelux Economische Unie van 3 februari 1958, opgemaakt te Brussel op 16 februari 1990 sluiten op het politieambt, artikel 11;

Gelet op de wet van 15 mei 2007Relevante gevonden documenten type wet prom. 15/05/2007 pub. 31/07/2007 numac 2007000663 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Wet betreffende de civiele veiligheid type wet prom. 15/05/2007 pub. 25/06/2008 numac 2008000526 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Wet betreffende de civiele veiligheid sluiten betreffende de civiele veiligheid, artikelen 182 en 187;

Gelet op artikel 8, § 2, 1° en 2°, van de wet van 15 december 2013Relevante gevonden documenten type wet prom. 15/12/2013 pub. 31/12/2013 numac 2013021138 bron federale overheidsdienst kanselarij van de eerste minister Wet houdende diverse bepalingen inzake administratieve vereenvoudiging sluiten houdende diverse bepalingen inzake administratieve vereenvoudiging is dit besluit uitgezonderd van de regelgevingsimpactanalyse;

Gelet op het advies van de Inspecteur van Financiën, gegeven op 13 maart 2020;

Gelet op het akkoord van de Minister van Begroting, gegeven op 13 maart 2020;

Gelet op het advies van de in Raad vergaderde Ministers, gegeven op 13 maart 2020;

Gelet op de wetten op de Raad van State, gecoördineerd op 12 januari 1973, artikel 3, § 1, eerste lid;

Gelet op de dringende noodzakelijkheid, die niet toelaat te wachten op het advies van de afdeling wetgeving van de Raad van State binnen een verkorte termijn van vijf dagen, onder meer omwille van de zeer snelle evolutie van de situatie in België en in de naburige landen, omwille van het bereiken van de pandemische grens, beslist door de Wereldgezondheidsorganisatie (WHO), omwille van de incubatietijd van het coronavirus COVID-19 en van de stijging van de omvang en het aantal secundaire overdrachtsketens; bijgevolg is het onontbeerlijk om de nodige maatregelen zonder verwijl te treffen;

Overwegende het overleg tussen de regeringen van de deelstaten en de bevoegde federale overheden binnen de Nationale Veiligheidsraad, die is bijeengekomen op 10 en 12 maart 2020;

Overwegende artikel 191 van het Verdrag betreffende de Werking van de Europese Unie, dat het voorzorgsbeginsel in het kader van het beheer van internationale gezondheidscrisissen en van de actieve voorbereiding van zulke potentiële crisissen verankert; dat dit beginsel inhoudt dat, wanneer een ernstig risico hoogstwaarschijnlijk werkelijkheid zal worden, het aan de overheid is om dringende en voorlopige maatregelen te nemen;

Overwegende de afkondiging door de WHO van de internationale noodsituatie voor de volksgezondheid (PHEIC) op 30 januari 2020;

Overwegende de kwalificatie van het coronavirus COVID-19 als een pandemie door de WHO op 11 maart 2020;

Overwegende de verklaring van de WHO omtrent de karakteristieken van het coronavirus COVID-19, in het bijzonder met betrekking tot de besmettelijkheid, het sterfterisico en het aantal gevallen die werden gedetecteerd;

Overwegende de verspreiding van het coronavirus COVID-19 op Europees grondgebied, en in België, en de exponentiële evolutie van het aantal besmettingen;

Overwegende de urgentie en het risico voor de volksgezondheid die het coronavirus COVID-19 met zich meebrengt voor de Belgische bevolking;

Overwegende het gevaar in verband met dat virus, in het bijzonder voor kwetsbare personen, en de lange incubatietijd ervan;

Overwegende dat het coronavirus COVID-19 een infectieziekte is die meestal de longen en luchtwegen treft;

Overwegende dat het coronavirus COVID-19 zich via de lucht lijkt over te dragen van mens op mens; dat de overdracht van de ziekte lijkt plaats te vinden via alle mogelijke emissies via de mond en de neus;

Overwegende de adviezen van 10 en 12 maart 2020 van de Risk Assessment Group en van de Risk Management Group, die de maatregelen, die zijn geformuleerd in dit besluit, aanbevelen;

Overwegende dat, gezien wat voorafgaat, de bijeenkomsten in besloten of overdekte plaatsen, maar ook in open lucht, een specifieke bedreiging vormen voor de volksgezondheid en dus moeten worden beperkt;

Overwegende dat het bijgevolg noodzakelijk is om de toegang tot handelszaken te beperken, met uitzondering van voedingswinkels en apotheken;

Overwegende dat het noodzakelijk is om, teneinde de verspreiding van het virus te vertragen en te beperken, onmiddellijk over te gaan tot het opleggen van de voorgestelde maatregelen die onontbeerlijk zijn voor de volksgezondheid;

Overwegende dat de maatregelen er eveneens voor kunnen zorgen dat de gezondheidszorg de nodige tijd heeft om zich voor te bereiden, en dat de onderzoekers meer tijd hebben om een efficiënte behandeling en vaccins te ontwikkelen;

Overwegende dat het gevaar zich uitstrekt over het gehele nationale grondgebied; dat het van algemeen belang is dat er een coherentie bestaat bij het nemen van maatregelen voor de handhaving van de openbare orde, teneinde de efficiëntie ervan te maximaliseren, Besluit :

Artikel 1.§ 1. Worden verboden tot en met 3 april 2020: a) de privé- en publieke activiteiten van culturele, maatschappelijke, feestelijke, folkloristische, sportieve en recreatieve aard;b) de schooluitstappen en de activiteiten in het kader van jeugdbewegingen, op en vanaf het nationaal grondgebied;c) de activiteiten van de erediensten. § 2. In afwijking van paragraaf 1, worden activiteiten in intieme of familiale kring en begrafenisceremonies toegestaan.

Art. 2.§ 1. Worden gesloten tot en met 3 april 2020 de inrichtingen die behoren tot de culturele, feestelijke, recreatieve, sportieve en horecasector. § 2. In afwijking van paragraaf 1 mogen de hotels open blijven, met uitzondering van hun eventuele restaurant. § 3. Levering aan huis en om mee te nemen zijn toegestaan.

Art. 3.§ 1. Worden gesloten op zaterdag en zondag, tot en met 3 april 2020, alle winkelcentra, winkels die niet voor de voeding bestemde producten verkopen en handelszaken. § 2. In afwijking van paragraaf 1, mogen apotheken open blijven, volgens de gebruikelijke dagen en uren. § 3. Voedingswinkels mogen open blijven volgens de gebruikelijke dagen en uren.

Art. 4.De lessen en activiteiten in het kleuter-, lager en secundair onderwijs worden geschorst tot en met 3 april 2020.

Art. 5.De gemeentelijke overheden en de politiediensten zijn belast met de controle op de uitvoering van dit besluit.

Art. 6.Dit besluit treedt in werking de dag van publicatie in het Belgisch Staatsblad.

Brussel, 13 maart 2020.

P. DE CREM

^