30 MAART 2007. - Decreet tot organisatie van de erkenning en de subsidiëring van een vereniging van Franstalige sportfederaties, recreatieve sportfederaties en sportverenigingen

Het Parlement van de Franse Gemeenschap heeft aangenomen en Wij, Regering, bekrachtigen hetgeen volgt : HOOFDSTUK I. - Algemeen

Artikel 1.Voor de toepassing van dit decreet wordt verstaan onder : 1° "Hoge raad" : de Hoge raad voor lichamelijke opvoeding, sport et openluchtleven ingericht bij het decreet van 23 december 1988 tot instelling van de Hoge Raad voor de lichamelijke opvoeding, de sport en het openluchtleven bij de Franse Gemeenschapsexecutieve;2° "Vereniging" : de vereniging van de Franstalige sportfederaties, recreatieve sportfederaties en sportverenigingen;3° "Sportfederaties" : federaties zoals bepaald in artikel 1, 8°, van het decreet van 8 december 2006 houdende organisatie en subsidiëring van de sport in de Franse Gemeenschap;4° "Recreatieve sportfederaties" : federaties zoals bepaald in artikel 1, 9°, van het decreet van 8 december 2006 houdende organisatie en subsidiëring van de sport in de Franse Gemeenschap;5° "Sportverenigingen" : verenigingen zoals bepaald in artikel 1, 10°, van het decreet van 8 december 2006 houdende organisatie en subsidiëring van de sport in de Franse Gemeenschap. HOOFDSTUK II. - Erkenning

Art. 2.De Regering kan een vereniging van Franstalige sportfederaties, recreatieve sportfederaties en sportverenigingen erkennen.

Art. 3.Om erkend te worden moet de vereniging aan de volgende voorwaarden voldoen : 1° opgericht zijn in de vorm van een vereniging zonder winstoogmerk overeenkomstig de wet van 27 juni 1921 betreffende de verenigingen zonder winstoogmerk, de internationale verenigingen zonder winstoogmerk en de stichtingen;2° Minstens twee derde van de sportfederaties, recreatieve sportfederaties en sportverenigingen opnemen die erkend zijn krachtens het decreet van 8 december 2006 houdende organisatie en subsidiëring van de sport in de Franse Gemeenschap waarvan minstens twee derde van de sportfederaties in de zin van artikel 1, 3°;3° Een regelmatige activiteit uitoefenen in overeenstemming met haar maatschappelijke doel en inzonderheid met tot doel : a) mee te werken aan de voortdurende verbetering en aan de professionalisering van het administratief beheer en de werking van haar lidfederaties en lidverenigingen, inzonderheid door de mutualisering van diensten;b) Zoveel mogelijk de toegang bieden tot een aangepaste sportinformatie;c) De groepering van de sportfederaties en -verenigingen bevorderen die eenzelfde sporttak of gelijkaardige sporttakken beheren.4° Haar zetel in het Frans taalgebied of in het tweetalig gebied Brussel-Hoofdstad vestigen.5° Geleid worden door een beheersorgaan bestaande uit minimum twaalf leden : a) Minstens drie vierde van de leden van het beheersorgaan moet een leidend ambt uitoefenen van voorzitter, ondervoorzitter, secretaris(-generaal) of penningmeester binnen de raad van bestuur van een federatie of van een erkende sportvereniging;b) ten hoogste een vierde van de leden van het beheersorgaan kan deel uitmaken van het administratief bestuurspersoneel binnen een erkende sportfederatie of -vereniging;c) minstens drie vierde van de leden van het beheersorgaan moet zijn leidend ambt uitvoeren of deel uitmaken van het administratief bestuurspersoneel binnen een erkende sportfederatie die een sporttak beheert die behoort tot het programma van de Olympische zomer of -winterspelen;d) binnen het beheersorgaan kan er niet meer dan 80 procent bestuurders van hetzelfde geslacht zijn.6° Een regelmatige boekhouding voeren voor de controle bedoeld in 8° van dit artikel volgens het model bepaald door de Regering.7° In haar statuten de bepalingen inschrijven overeenkomstig 1°, 2°, 3°, 4° en 5°, en haar statuten en reglementen meedelen aan de Regering alsmede alle wijzigingen die achteraf worden aangebracht.8° De inspectie van haar activiteiten en de controle op het geheel van haar boekhoudkundige en administratieve documenten aanvaarden door de ambtenaren die daartoe door de Regering gemachtigd worden.9° Aan de federaties en verenigingen die lid zijn de betaling van lidgeld opleggen waarvan het minimaal bedrag door de algemene vergadering van de vereniging wordt vastgesteld.10° Jaarlijks aan de Regering de volgende documenten meedelen : a) De lijst van haar lidfederaties en -verenigingen die hun lidgeld betaald hebben;b) De modaliteiten voor de werving van haar personeel;11° De nodige maatregelen treffen voor de verzekering voor burgerlijke aansprakelijkheid en herstelling van lichamelijke schade van de deelnemers aan de activiteiten die zij organiseert.

Art. 4.De aanvraag om erkenning wordt door de vereniging ingediend door middel van de formulieren bezorgd door de Regering.

Zij wordt bij ter post aangetekend schrijven aan de Regering meegedeeld, samen met de bijlagen die zij bepaalt.

Art. 5.De erkenning wordt na advies van de Hoge raad voor een duur van acht jaar door de Regering toegekend.

De eerste erkenningsperiode begint op 1 januari 2009.

Art. 6.De beslissing betreffende de erkenning wordt bij ter post aangetekend schrijven binnen de vier maanden vanaf de versturing van de aanvraag om erkenning aan de vereniging meegedeeld.

Art. 7.Onder voorbehoud van artikel 57 van de wetten op de Rijkscomptabiliteit, gecoördineerd op 17 juli 1991, kan de Regering, ingeval van niet-naleving van een van de voorwaarden bepaald bij artikel 3 of ingeval uit de controle bedoeld in artikel 3, 8° blijkt dat er overtredingen zijn begaan inzake de verplichtingen bedoeld in artikel 14, § 1, of inzake de boekhoudkundige wetgeving, de wet op de verenigingen zonder winstoogmerk of de sociale et fiscale wetten, na advies van de Hoge raad, de erkenning van de vereniging opschorten of intrekken nadat deze uitgenodigd werd haar argumenten te laten gelden.

Die beslissing wordt onverwijld bij ter post aangetekend schrijven aan de vereniging meegedeeld.

Art. 8.§ 1. De Regering bepaalt de procedure voor het indienen en het onderzoek van de beroepen ingediend tegen de beslissing om niet-erkenning, tegen het gebrek aan beslissing om erkenning alsmede tegen de beslissing om opschorting of intrekking van de erkenning. In beide laatste gevallen is het beroep opschortend.

Het beroep wordt bij ter post aangetekend schrijven ingediend en bevat inzonderheid de volgende elementen : 1° de motivatie van het beroep;2° de argumenten of eventuele nieuwe elementen die de vereniging wil laten gelden. § 2. Elk beroep moet binnen de dertig dagen ingediend worden volgend op de bekendmaking van de bestreden beslissing en, als er geen beslissing om erkenning is, binnen de dertig dagen vanaf het einde van de vierde maand volgend op de datum van indienen van de aanvraag. § 3. De Regering neemt haar beslissing : 1° In het geval van een beroep over een beslissing betreffende de erkenning : na advies van de Hoge raad, binnen de negentig dagen vanaf deze.In dat geval wordt de Hoge raad ertoe gehouden haar advies te geven binnen de zestig dagen vanaf het beroep. 2° In het geval van een beroep over een gebrek aan beslissing om erkenning : na advies van de Hoge raad binnen de dertig dagen vanaf deze.In dat geval wordt de Hoge raad ertoe gehouden haar advies te geven binnen de dertig dagen vanaf het beroep.

Als de Hoge raad binnen de termijnen bepaald in deze paragraaf zijn advies niet heeft gegeven, worden de nadere regels voor de aanvraag om advies beschouwd als vervuld. § 4. Elke beslissing betreffende de opvolging van een beroep wordt aan de vereniging bij ter post aangeschreven schrijven meegedeeld.

Art. 9.De vereniging wordt ertoe verplicht haar erkenning in haar documenten en officiële sites te vermelden. HOOFDSTUK III. - Subsidiëring

Art. 10.Om haar toe te laten de in artikel 3, 3°, bedoelde doelstellingen te bereiken, kent de Regering jaarlijks aan de erkende vereniging, binnen de perken van de begrotingskredieten die daartoe uitgetrokken zijn, een forfaitaire werkingssubsidie waarvan het bedrag nominatief ingeschreven is in de begroting van de Franse Gemeenschap.

Die subsidie is bestemd om een deel van de uitgaven van de vereniging te dekken die erkend is om de basiswerking, de verwezenlijking van de beoogde doelstellingen bedoeld in artikel 3, 3°, en de bezoldiging van haar administratief kader te verzekeren.

Art. 11.Om de in artikel 10 bedoelde forfaitaire werkingssubsidie te kunnen genieten, dient de erkende vereniging een aanvraag in bij het bestuur op de formulieren ingediend door deze laatste.

Art. 12.De formulieren bedoeld in artikel 11 worden ingediend voor 31 maart van het begrotingsjaar ten laste waarvan de subsidie die op grond van het decreet toegekend wordt, werkelijk wordt uitbetaald.

Deze worden ingevuld en samen met elk vereist document ondertekend door minstens twee daartoe gemachtigde bestuurders.

Behoudens overmacht heeft elke te laat ingediende aanvraag het verlies van het recht op de werkingssubsidie tot gevolg.

Art. 13.De vereniging voegt bij haar aanvraag : 1° De notulen van haar laatste algemene vergadering, met inbegrip van het verslag van de commissarissen van de rekeningen, met goedkeuring : a) Van het begrotingsontwerp van het lopende jaar;b) Van de balans en de exploitatierekening, als uitgaven en opbrengsten, van het afgelopen jaar;c) van het zedelijk verslag voorgesteld door de leidende instanties;d) van de staat van de geprogrammeerde activiteiten alsmede hun prioritaire doelstellingen.2° De bijgewerkte lijst van haar lidfederaties en -verenigingen die hun bijdrage betaald hebben.3° De bijgewerkte lijst van de leden van haar personeel met bepaling voor elk van hen van : a) de elementen betreffende hun identiteit (naam, voornaam, geboortedatum, geslacht, adres);b) hun statuut;c) de aard van hun contract;d) hun ambt;e) hun kwalificaties;f) het aantal gepresteerde uren die worden uitgedrukt in voltijdse equivalent;g) de gegevens met betrekking tot hun loonkosten of hun vergoedingen.4° De bijgewerkte lijst van de leden van haar beheersorgaan met, voor elk van hen, de naam, het adres en het ambt uitgeoefend binnen de vereniging en binnen de federatie of de vereniging waar zij afkomstig van zijn.5° Een activiteitenverslag van het voorafgaande jaar met bepaling van de acties ontwikkeld in het kader van de doelstellingen bepaald in artikel 3, 3°, van het decreet.

Art. 14.§ 1. De vereniging moet als een goed huisvader haar forfaitaire werkingssubsidie beheren en die uitsluitend gebruiken om de in artikel 3, 3°, vastgestelde doelstellingen na te leven. § 2. De Regering bepaalt de procedure voor het indienen van de aanvraag en de voorwaarden voor de toekenning van de forfaitaire werkingssubsidie. § 3. Een voorschot op de forfaitaire werkingssubsidie wordt uitbetaald aan de rechthebbende in de loop van het eerste trimester van het lopende jaar. Deze bedraagt 80 procent van het uitbetaalde bedrag voor dezelfde doelstelling als het jaar voordien. Het saldo wordt uitbetaald op het einde van het eerste trimester van het lopende jaar.

Art. 15.De Regering kan met de vereniging bijzondere overeenkomsten afsluiten inzonderheid met het oog op het bijdragen tot de basis- en voortgezette opleiding van de sportleiders en op het promoten van de waarden van de sport in de Franse Gemeenschap. HOOFDSTUK IV. - Overgangs- en slotbepalingen

Art. 16.De beslissing om erkenning van de vereniging van de Franstalige sportfederaties, toegekend op basis van het decreet van 26 april 1999 tot organisatie van de sport in de Franse Gemeenschap, opgeheven bij het decreet van 8 december 2006 houdende organisatie en subsidiëring van de sport in de Franse Gemeenschap, wordt behouden tot 31 december 2008.

Art. 17.Het boekhoudingsmodel bedoeld in artikel 3, 6°, treedt in werking op 1 januari 2010.

Art. 18.Dit decreet treedt in werking op 1 januari 2008.

Kondigen dit decreet af, bevelen dat het in het Belgisch Staatsblad zal worden bekendgemaakt.

Brussel, op 30 maart 2007.

De Minister-Presidente, belast met het Leerplichtonderwijs en het Onderwijs voor Sociale Promotie, Mevr. M. ARENA De Vice-Presidente en Minister van Hoger Onderwijs, Wetenschappelijk Onderzoek en Internationale Betrekkingen, Mevr. M.-D. SIMONET De Vice-President en Minister van Begroting en Financiën, M. DAERDEN De Minister van Ambtenarenzaken en Sport, C. EERDEKENS De Minister van Cultuur, de Audiovisuele Sector en Jeugd, Mevr. F. LAANAN De Minister van Kinderwelzijn, Hulpverlening aan de Jeugd en Gezondheid, Mevr. C. FONCK _______ Nota's Zitting 2006-2007 : Stukken van de Raad. - Ontwerp van decreet, nr. 353-1. - Commissieamendement nr. 353-2. - Verslag, nr. 353-3.

Integraal verslag. - Bespreking en aanneming. Vergadering van dinsdag 27 maart 2007.