Etaamb.openjustice.be
Decreet van 26 maart 2004
gepubliceerd op 24 mei 2004

Decreet houdende regeling van herstelmaatregelen voor de Vlaamse paardenwedrennen, houdende machtiging aan de Vlaamse regering om mee te werken aan de oprichting van de vereniging zonder winstgevend doel "Vlaamse Federatie voor Paardenwedrennen" en houdende wijziging en opheffing van sommige bepalingen van het Wetboek van de met de inkomstenbelastingen gelijkgestelde belastingen

bron
ministerie van de vlaamse gemeenschap
numac
2004035747
pub.
24/05/2004
prom.
26/03/2004
ELI
eli/decreet/2004/03/26/2004035747/staatsblad
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
links
Raad van State (chrono)
Document Qrcode

26 MAART 2004. - Decreet houdende regeling van herstelmaatregelen voor de Vlaamse paardenwedrennen, houdende machtiging aan de Vlaamse regering om mee te werken aan de oprichting van de vereniging zonder winstgevend doel "Vlaamse Federatie voor Paardenwedrennen" en houdende wijziging en opheffing van sommige bepalingen van het Wetboek van de met de inkomstenbelastingen gelijkgestelde belastingen (1)


Het Vlaams Parlement heeft aangenomen en Wij, Regering, bekrachtigen hetgeen volgt : decreet houdende regeling van herstelmaatregelen voor de Vlaamse paardenwedrennen, houdende machtiging aan de Vlaamse regering om mee te werken aan de oprichting van de vereniging zonder winstgevend doel "Vlaamse Federatie voor Paardenwedrennen" en houdende wijziging en opheffing van sommige bepalingen van het Wetboek van de met de inkomstenbelastingen gelijkgestelde belastingen. HOOFDSTUK 1. - Algemene bepalingen

Artikel 1.Dit decreet regelt een gemeenschaps- en gewestaangelegenheid.

Art. 2.Dit decreet wordt aangehaald als : "Paardenwedrennendecreet".

Art. 3.In dit decreet wordt verstaan onder : 1° renvereniging : een vereniging zonder winstgevend doel die beschikt over een vergunning voor het organiseren van paardenwedrennen en voor het organiseren van de "onderlinge" weddenschappen op en buiten de renbaan met betrekking tot paardenwedrennen in het Vlaamse Gewest;2° totalisator : een natuurlijke persoon of rechtspersoon die beschikt over de vergunning voor de exploitatie van de "onderlinge" weddenschappen op alle paardenwedrennen in het Vlaamse Gewest en dit voor rekening van de renverenigingen;3° bookmaker : een houder van een vergunning voor het aannemen van weddenschappen "bij notering" binnen de omheining van de renbaan;4° de kansspelcommissie : de commissie, opgericht bij artikel 9 van de wet van 7 mei 1999 op de kansspelen, de kansspelinrichtingen en de bescherming van de spelers;5° brutomarge : de omzet van de totalisator, de bookmakers en de turfkantoren min het bedrag dat uitbetaald wordt aan de winnaars;6° disciplines : er zijn galoprennen en drafrennen, die elk op zich een aparte discipline vormen;7° wedkantoor : houder van een vergunning voor het aannemen van weddenschappen op wedstrijden die in het buitenland plaatsvinden. HOOFDSTUK 2. - Vlaamse Federatie voor Paardenwedrennen

Art. 4.Er wordt een sportfederatie als een vereniging zonder winstgevend doel "Vlaamse Federatie voor Paardenwedrennen" opgericht, in het kort "VFP", hierna de "federatie" te noemen.

Art. 5.De federatie heeft als doeleinden : 1° namens de Vlaamse regering de vergunningen voor de opening van een paardenwedrenbaan en voor het organiseren van paardenwedrennen uit te reiken en de naleving van de voorwaarden in de vergunningen te controleren;2° namens de Vlaamse regering de aanvragen tot het verkrijgen van de vergunningen voor het aannemen van weddenschappen op paardenwedrennen aan te nemen, te onderzoeken en hierover een advies uit te brengen bij de federale Minister van Financiën en de naleving van de door de federatie opgelegde voorwaarden in de vergunning te controleren;3° de coördinatie, centralisatie en herverdeling van de verplichte financiële bijdragen voor de sector van het paardenwedrennen, bedoeld in artikel 19, te regelen;4° de paardenwedrennen te promoten, de fokkerij van renpaarden te stimuleren en jockeys op te leiden;5° de controles op het koersverloop, hieronder begrepen de aanstelling van een college van koerscommissarissen, te organiseren;6° een strategie van promotie en communicatie te voeren, onder meer via de media;7° de acties van de bevoegde instanties inzake de bescherming van spelers op weddenschappen, dierenwelzijn en dopingpreventie te ondersteunen;8° haar activiteiten met die van de andere federaties voor paardenwedrennen te coördineren.

Art. 6.De statuten van de federatie en de latere wijzigingen ervan worden door de Vlaamse regering bezorgd aan het Vlaams Parlement.

Art. 7.Er wordt tussen het Vlaamse Gewest en de federatie, binnen zes maanden na haar oprichting, een beheerscontract gesloten, waarin onder meer het volgende wordt bepaald : 1° de taken die de federatie op zich neemt ter vervulling van haar doel;2° het toezicht van het Vlaamse Gewest op de realisatie door de federatie van haar doel;3° de bijzondere regels voor de samenwerking met de kansspelcommissie;4° de maatregelen bij niet-naleving door een partij van haar verbintenissen die voortvloeien uit het beheerscontract. Het beheerscontract is geen akte of reglement, bedoeld in artikel 14 van de wetten op de Raad van State, gecoördineerd op 12 januari 1973.

Alle clausules in het beheerscontract worden geacht contractueel te zijn.

Art. 8.§ 1. Het beheerscontract wordt gesloten voor een periode van vijf jaar. § 2. De federatie legt uiterlijk zes maanden voor het verstrijken van het beheerscontract aan de Vlaamse regering een nieuw ontwerp van beheerscontract voor. Indien bij het verstrijken van het beheerscontract geen nieuw beheerscontract in werking is getreden, wordt het beheerscontract van rechtswege verlengd tot het ogenblik dat een nieuw beheerscontract in werking is getreden. § 3. Elk beheerscontract en elke wijziging en verlenging van het beheerscontract wordt door de Vlaamse regering bezorgd aan het Vlaams Parlement.

Art. 9.De federatie brengt aan de Vlaamse regering jaarlijks vóór 1 juni een rapport uit betreffende de evaluatie van de uitvoering van het beheerscontract gedurende het afgelopen kalenderjaar.

Het jaarlijkse rapport, bedoeld in het eerste lid, wordt door de Vlaamse regering voorgelegd aan het Vlaams Parlement vóór 30 september.

De federatie kan aan de Vlaamse regering gemotiveerde adviezen voorleggen met betrekking tot het percentage van de belasting op de weddenschappen bij paardenwedrennen.

Art. 10.De federatie stelt een beëdigde bedrijfsrevisor aan, die haar financiële toestand, haar jaarrekening en de regelmatigheid in het licht van de wet en van de statuten van de verrichtingen die in de jaarrekening moeten worden vastgesteld, controleert.

Art. 11.De bijzondere voorwaarden, regels en te volgen procedures voor de uitoefening van het toezicht worden nader omschreven in een overeenkomst die gesloten wordt tussen de federatie en de Vlaamse regering.

Art. 12.De federatie voert een volledige boekhouding, in overeenstemming met de bepalingen van de wet van 17 juli 1975 met betrekking tot de boekhouding van de ondernemingen en de besluiten tot uitvoering van deze wet. HOOFDSTUK 3. - Vergunningen

Art. 13.De opening van een paardenwedrenbaan en het organiseren van paardenwedrennen worden onderworpen aan de voorafgaande machtiging door de Vlaamse regering.

De Vlaamse regering bepaalt de vorm van de vergunningen en de voorwaarden waaraan het verlenen, de weigering, de schorsing en de intrekking van de vergunningen onderworpen zijn.

Art. 14.Artikel 66 van het Wetboek op de met de inkomstenbelastingen gelijkgestelde belastingen wordt vervangen door wat volgt : § 1. Het aannemen van weddenschappen op paardenwedrennen is onderworpen aan de voorafgaande machtiging van de federale Minister van Financiën of van zijn gedelegeerde. § 2. Het Vlaamse Gewest bepaalt de soorten weddenschappen op paardenwedrennen die op haar grondgebied plaatsvinden, enkel de volgende weddenschappen op paardenwedrennen zijn toegestaan : 1° de "onderlinge" weddenschappen op paardenwedrennen die in het Vlaams Gewest plaatsvinden.De aanneming van die weddenschappen is voorbehouden voor de totalisator voor rekening van de organiserende renvereniging; 2° de weddenschappen bij "vaste notering" op paardenwedrennen die in het Vlaamse Gewest plaatsvinden.De aanneming van die weddenschappen is voorbehouden voor de bookmakers; 3° de "onderlinge" weddenschappen op paardenwedrennen die in het buitenland plaatsvinden.De aanneming van die weddenschappen is voorbehouden voor de wedkantoren; 4° de weddenschappen bij "eindnotering binnen de omheining" op paardenwedrennen die in het buitenland plaatsvinden.De aanneming van die weddenschappen is voorbehouden voor de wedkantoren. § 3. De aanvragen tot voorafgaande machtiging voor het aannemen van weddenschappen op paardenwedrennen moeten worden ingediend bij de Vlaamse regering. De Vlaamse regering brengt over deze aanvragen een advies uit dat zij overmaakt aan de federale Minister van Financiën.

De aanvrager wordt tegelijk met deze overmaking in kennis gesteld van het advies van de Vlaamse regering.

De federale Minister van Financiën beoordeelt de aanvragen en de adviezen die door de Vlaamse regering werden overgemaakt op basis van de volgende criteria : 1° het gevaar dat weddenschappen in verband met paardenwedrennen ten aanzien van de gehele of een deel van de bevolking kunnen betekenen;2° de zorg voor een effectieve en efficiënte invordering van de belasting op de weddenschappen. Binnen de drie maanden na de overmaking van de aanvraag en het advies neemt de federale Minister van Financiën een beslissing over het al dan niet toekennen van de voorafgaande machtiging. Deze beslissing wordt ter kennis gebracht aan de verzoeker en aan de Vlaamse regering.

In geval van een negatief advies vanwege de Vlaamse regering zal de machtiging niet worden uitgereikt. Een positief advies vanwege de Vlaamse regering vermeldt de geldigheidsduur en de eventuele voorwaarden van de door de federale Minister van Financiën uit te reiken vergunning.

Bij gebreke aan beslissing van de federale Minister van Financiën binnen de drie maanden na overmaking van de aanvraag en het positief advies van de Vlaamse regering, wordt de vergunning geacht te zijn toegekend.

De Vlaamse regering bepaalt, na overleg met de federale Minister van Financiën, de vorm van de vergunningen en de modaliteiten met betrekking tot de procedure tot het bekomen van de vergunning.

Art. 15.De federatie is ertoe gemachtigd om, binnen de voorwaarden zoals omschreven in het beheerscontract, namens de Vlaamse regering : 1° de vergunningen uit te reiken voor de opening van een paardenwedrenbaan en voor het organiseren van paardenwedrennen;2° kennis te nemen van de aanvragen tot voorafgaande vergunning voor het aannemen van weddenschappen, hierover een advies uit te brengen en dit advies voor te leggen aan de federale Minister van Financiën. De federatie controleert de naleving van de voorwaarden, die door haar aan de vergunningen worden verbonden.

Bij weigering, schorsing of intrekking van een vergunning voor de opening van een paardenwedrenbaan en voor het organiseren van paardenwedrennen, kan de aanvrager of houder van de vergunning beroep aantekenen bij de Vlaamse regering volgens de procedure die door de Vlaamse regering wordt bepaald.

Wanneer de federatie vaststelt dat een houder van een vergunning voor het aannemen van weddenschappen op paardenwedrennen zich niet houdt aan de aan de door de federatie aan de vergunning gekoppelde voorwaarden, dan geeft de federatie hiervan kennis aan de federale Minister van Financiën. De federale Minister van Financiën is er dan toe gehouden de vergunning in te trekken, binnen de maand na de kennisgeving door de federatie. Bij gebreke aan intrekking door de federale Minister van Financiën binnen deze termijn, dan wordt de vergunning geacht van rechtswege te zijn vervallen. De federatie stelt hiervan de houder van de vergunning in kennis.

Art. 16.§ 1. De vergunningen voor de opening van een paardenwedrenbaan en voor het organiseren van paardenwedrennen worden verleend hetzij voor een bepaald tijdperk, hetzij tot intrekking. Zij kunnen te allen tijde worden ingetrokken, zonder opzegging, noch vergoeding. § 2. De vergunningen voor het aannemen van weddenschappen worden, na advies van de Vlaamse regering, verleend door de federale Minister van Financiën, hetzij voor een bepaald tijdperk, hetzij tot intrekking. De Vlaamse regering bepaalt de geldigheidsduur van de vergunning.

De Vlaamse regering bepaalt, na overleg met de federale Minister van Financiën, de modaliteiten voor de procedure van intrekking. HOOFDSTUK 4. - Renverenigingen

Art. 17.De renvereniging zorgt voor de organisatie van paardenwedrennen. De toestemming tot organiseren is afhankelijk van het verkrijgen van een vergunning en het toepassen van de vergunningsvoorwaarden.

De renvereniging is tijdens de paardenwedrennen verplicht toegang en medewerking te verlenen aan de leden en mandatarissen van de federatie en van de kansspelcommissie.

Art. 18.De renvereniging is een vereniging zonder winstgevend doel en voert haar boekhouding in overeenstemming met de bepalingen van de wet van 17 juli 1975 met betrekking tot de boekhouding van de ondernemingen en de besluiten tot uitvoering van deze wet.

Elke renvereniging stelt een meerjaren-businessplan op en stelt een beëdigd bedrijfsrevisor aan, die haar financiële toestand, haar jaarrekening en de regelmatigheid in het licht van de wet en de statuten van de verrichtingen die in de jaarrekening moeten worden vastgesteld, controleert.

Art. 19.De bestuurders van de renvereniging mogen geen deel uitmaken van het bestuur van de federatie.

De renverenigingen mogen geen aandeelhouder zijn, noch mogen de bestuurders van de renverenigingen een bestuursmandaat bekleden in de totalisator of bij de wedkantoren, waarvan zij volledig onafhankelijk moeten zijn.

De renverenigingen zijn volledige openheid verschuldigd aan de federatie. HOOFDSTUK 5. - Verplichte financiële bijdrage voor de totalisator, de bookmakers en de wedkantoren

Art. 20.De vergunningen voor de totalisator, de bookmakers en de wedkantoren zijn gebonden aan de verplichting om een uniforme, niet-discriminerende, transparante en solidaire bijdrage aan de sector te leveren. De bijdrage aan de sector wordt geregeld in een protocol tussen de federatie en de disciplines. HOOFDSTUK 6. - Totalisator

Art. 21.De federale Minister van Financiën geeft, na advies van de Vlaamse regering en conform de procedure vervat in artikel 14, eerste lid, § 3, een vergunning aan een totalisator, die belast wordt met de exploitatie van de weddenschappen op alle paardenwedrennen in het Vlaamse Gewest, en dit voor rekening van de renverenigingen.

Het advies van de Vlaamse regering zal worden verleend op basis van een private aanbesteding na verzoek tot een aanbod.

Art. 22.In de concessievoorwaarden van de totalisator wordt vastgelegd dat de brutomarge van de "weddenschappen op de renbaan" terugvloeit naar de organiserende renvereniging.

Art. 23.In de concessievoorwaarden van de totalisator wordt vastgelegd dat een gedeelte van de brutomarge van de "weddenschappen buiten renbaan" terugvloeit naar de organiserende renvereniging. HOOFDSTUK 7. - Bookmakers

Art. 24.De federale Minister van Financiën geeft, na advies van de Vlaamse regering conform de procedure vervat in artikel 14, eerste lid, § 3, vergunningen aan de bookmakers die, op voorstel van de organiserende renvereniging, de toestemming krijgen om weddenschappen te aanvaarden op de paardenwedrennen op de renbaan.

Weddenschappen door bookmakers worden geregistreerd in een controleerbaar geïnformatiseerd systeem.

Art. 25.In de vergunningsvoorwaarden wordt vastgelegd dat 7 % van de omzet terugvloeit naar de organiserende renvereniging. HOOFDSTUK 8. - Wedkantoren

Art. 26.De federale Minister van Financiën reikt, na advies van de Vlaamse regering, conform de procedure vervat in artikel 14, eerste lid, § 3, vergunningen uit aan de wedkantoren die in het Vlaamse Gewest weddenschappen aannemen op de buitenlandse paardenwedrennen.

Art. 27.In de vergunningsvoorwaarden wordt vastgelegd dat 5 % van de omzet terugvloeit naar de organiserende renverenigingen. HOOFDSTUK 9. - De belastingen op de weddenschappen

Art. 28.In artikel 63 van het decreet van 21 december 1990 houdende begrotingstechnische bepalingen alsmede de bepalingen tot begeleiding van de begroting 1991 worden 1 en 2 vervangen door wat volgt : « 1. De belasting, geheven op het brutobedrag van de sommen, ingezet bij spelen en weddenschappen, andere dan weddenschappen bij paardenwedrennen, wordt vastgesteld op 15 %. ». 2. De belasting op de brutomarge van de sommen, ingezet bij weddenschappen bij paardenwedrennen die in België plaatsvinden en op de weddenschappen bij paardenwedrennen die in het buitenland plaatsvinden, wordt vastgesteld op 22 %.

Art. 29.Het aandeel van de winnaars mag niet minder dan 50 % van de inzetten bedragen.

De federatie kan in de licenties die zij toekent het percentage bepalen dat maximaal aan de winnaars toekomt, overeenkomstig de regels die dienaangaande vastgelegd worden in het beheerscontract. HOOFDSTUK 1 0. - Slotbepalingen

Art. 30.De verschillende bepalingen van dit decreet treden in werking op de door de Vlaamse regering te bepalen datum. Aanvullend treedt artikel 28 ten vroegste in werking op 1 januari van het kalenderjaar volgend op de datum van het afsluiten van het beheerscontract zoals bedoeld in artikel 7.

Kondigen dit decreet af, bevelen dat het in het Belgisch Staatsblad zal worden bekendgemaakt.

Brussel, 26 maart 2004.

De minister-president van de Vlaamse regering, B. SOMERS De Vlaamse minister van Financiën en Begroting, Ruimtelijke Ordening, Wetenschappen en Technologische Innovatie, D. VAN MECHELEN De Vlaamse minister van Welzijn, Gezondheid en Gelijke Kansen, A. BYTTEBIER De Vlaamse minister van Wonen, Media en Sport, M. KEULEN _______ Nota (1) Zitting 2002-2003. Stukken. - Voorstel van decreet : 1462-Nr. 1. - Amendementen : 1462-Nr. 2. - Verslag : 1462-Nr. 3. - Amendement : 1462-Nr. 4. - Advies van de Raad van State : 1462-Nr. 5. - Amendementen : 1462-Nr. 6. - Aanvullend verslag : 1462-Nr.7. - Advies van de Raad van State : 1462-Nr. 8 Zitting 2002-2003.

Stukken. - Advies van het Overlegcomité federale regering - gemeenschaps-en gewestregeringen : 1462-Nr. 9. - Amendementen : 1462-Nr. 10. - Aanvullend verslag : 1462-Nr. 11. - Tekst aangenomen door de plenaire vergadering : 1462-Nr. 12.

Handelingen. - Bespreking en aanneming. Vergaderingen van 17 maart 2004.

^