17 NOVEMBER 2006. - Decreet tot wijziging van het decreet van 22 december 2000 betreffende de amateurkunsten (1)

Het Vlaams Parlement heeft aangenomen en Wij, Regering, bekrachtigen hetgeen volgt : Decreet tot wijziging van het decreet van 22 december 2000 betreffende de amateurkunsten.

Artikel 1.Dit decreet regelt een gemeenschapsaangelegenheid.

Art. 2.In artikel 2 van het decreet van 22 december 2000 betreffende de amateurkunsten worden de volgende wijzigingen aangebracht : 1° in punt 2° worden de woorden « en voornamelijk beoefend wordt in groepsverband » geschrapt;2° in punt 2°, c), wordt het woord « beeldcultuur » telkens vervangen door het woord « beeld »;3° in punt 2° worden bij het derde streepje van punt d) de woorden « jazz, blues, chanson, kleinkunst » geschrapt;4° in punt 2° wordt bij het vierde streepje van d) het woord « volksmuziek » vervangen door de woorden « volksmuziek en jazz »;5° punt 3° wordt opgeheven;6° 6° wordt vervangen door wat volgt : « 6° centrum : het centrum voor amateurkunsten;».

Art. 3.Artikel 4 van hetzelfde decreet wordt vervangen door wat volgt : «

Artikel 4.Een organisatie voor amateurkunsten, hierna organisatie te noemen, is een vereniging met een landelijk karakter werkzaam binnen één van de disciplines, vermeld in artikel 2, 2°. »

Art. 4.Artikel 5 van hetzelfde decreet wordt vervangen door wat volgt : «

Artikel 5.Voor elke kunstdiscipline, vermeld in artikel 2, 2°, of voor een deeldiscipline ervan, kan slechts één organisatie voor amateurkunsten erkend worden, die representatief is voor de desbetreffende kunstdiscipline of deeldiscipline. Ze stelt zich dienstverlenend op tegenover haar aangesloten groepen en tegenover alle andere belangstellenden. Ze heeft aandacht voor de verschillende artistieke expressievormen binnen de kunstdiscipline of deeldiscipline ervan. »

Art. 5.Artikel 6 van hetzelfde decreet wordt vervangen door wat volgt : «

Artikel 6.Om door de Vlaamse Regering als organisatie voor amateurkunsten erkend te worden moet de organisatie aan de volgende erkenningsvoorwaarden voldoen : 1° een werking hebben met een landelijk karakter;2° een vereniging zonder winstoogmerk zijn met een werkterrein dat duidelijk ligt in één van de kunstdisciplines of deeldisciplines van artikel 2, 2°, van dit decreet en voornamelijk gericht is op groepen;3° over één centraal secretariaat beschikken;4° over slechts één personeelskader beschikken, waarbij de organisatie de juridische werkgever is;5° bij de aanvraag tot erkenning aantonen hoe zij : a) een open documentatie- en/of informatiecentrum zal realiseren;b) een communicatieplan zal realiseren ten behoeve van de beoefenaars van de kunstdiscipline of deeldiscipline ervan met het oog op de uitstraling en de kwaliteitsverbetering van de kunstdiscipline;c) ondersteuning zal bieden door het ontwikkelen en/of aanbieden van documentatie- en werkmaterialen, het organiseren van opleidingscursussen en van publieksgerichte evenementen;d) zal samenwerken met de andere organisaties en overleg zal plegen en afspraken zal maken met belendende sectoren;e) artistieke, organisatorische en technische begeleidingen zal geven;f) een kwaliteitsbeleid zal uitbouwen dat erop gericht is op een systematische wijze de kwaliteit van de aangeboden dienstverlening en ook van haar werking te bepalen, te plannen, te verbeteren en op te volgen;g) een product- of procesgerichte vernieuwing en/of verbreding zal realiseren;h) een doelgroepenbeleid zal ontwikkelen;i) een internationale werking zal ontplooien.».

Art. 6.In artikel 7 van hetzelfde decreet worden de volgende wijzigingen aangebracht : 1° § 1 wordt opgeheven;2° aan § 2 worden na de woorden « in de loop van januari » de woorden « van het jaar dat vooraf gaat aan elke nieuwe beleidsperiode » toegevoegd;3° in § 4 wordt het jaartal « 2005 » vervangen door het jaartal « 2006 ».

Art. 7.In artikel 9 van hetzelfde decreet worden de volgende wijzigingen aangebracht : 1° aan § 2 wordt de volgende zin toegevoegd : « Het beleidsplan houdt tevens rekening met de accenten die de Vlaamse Regering legt in het kader van haar beleidsintenties met betrekking tot de amateurkunsten.»; 2° § 4 wordt opgeheven;3° § 7 wordt opgeheven;4° § 8 wordt vervangen door wat volgt : « § 8.De Vlaamse Regering kan de verdere regels met betrekking tot het beleidsplan en de uitkering van de subsidies bepalen. ».

Art. 8.Artikel 11 van hetzelfde decreet wordt vervangen door wat volgt : «

Artikel 11.§ 1. Per nieuwe beleidsperiode kan de Vlaamse Regering de subsidie-enveloppe van de erkende organisatie aanpassen. De aanpassing gebeurt op basis van de eigen beleidsintenties van de Vlaamse Regering, van een evaluatie van de werking van de organisatie gedurende de voorbije beleidsperiode en van een door de erkende organisatie opgemaakt financieel behoefteplan met als doel een meerwaarde te realiseren ten aanzien van de werking tijdens de vorige beleidsperiode. § 2. De overeenkomstig het eerste lid vastgestelde subsidie-enveloppe van een organisatie kan maximaal 20 procent verschillen van de subsidie-enveloppe van de voorafgaande beleidsperiode. § 3. Een nieuw erkende organisatie voor amateurkunsten ontvangt voor de eerste beleidsperiode een subsidie-enveloppe van minimum 200.000 euro. ».

Art. 9.Aan artikel 12 van hetzelfde decreet wordt een § 4 toegevoegd, die luidt als volgt : « § 4. Bij afwijking kan de jaarlijkse verantwoording van de subsidie-enveloppe leiden tot de vorming van een subsidiereserve op voorwaarde dat : 1° de organisatie deze werkwijze expliciet vaststelt in het ingediende en goedgekeurde beleidsplan;2° de organisatie deze werkwijze telkens expliciet in de jaarplanning en in het werkingsverslag duidt en verantwoordt;3° de gereserveerde subsidie in één van de volgende jaren van de beleidsperiode in kwestie besteed wordt conform de jaarplanning en beleidsplan;4° de subsidie-enveloppe, toegekend voor het totaal van de beleidsperiode, niet overschreden wordt.».

Art. 10.In hetzelfde decreet wordt het opschrift van hoofdstuk III vervangen door wat volgt : « Het centrum voor amateurkunsten ».

Art. 11.Artikel 13 van hetzelfde decreet wordt vervangen door wat volgt : «

Artikel 13.De Vlaamse Regering erkent en subsidieert een centrum voor amateurkunsten, in de vorm van een vereniging zonder winstoogmerk en opgericht door de erkende organisaties voor amateurkunsten. Deze organisatie heeft tot doel voor het werkveld van de amateurkunsten de opdrachten van coördinatie, overleg en samenwerking te vervullen. ».

Art. 12.In artikel 14 van hetzelfde decreet, gewijzigd bij decreet van 6 juli 2001, worden de volgende wijzigingen aangebracht : 1° § 1 wordt vervangen door wat volgt : « § 1.De concrete invulling van de in artikel 13 vermelde opdrachten wordt gespecificeerd in een beheersovereenkomst tussen de Vlaamse Gemeenschap en het centrum. »; 2° § 2 wordt vervangen door wat volgt : « § 2.Voor de uitvoering van de in de beheersovereenkomst vermelde activiteiten en verplichtingen ontvangt het centrum een jaarlijkse subsidie-enveloppe, die per beleidsperiode door de Vlaamse Regering wordt vastgesteld. »; 3° § 3 wordt vervangen door wat volgt : « § 3.Het centrum legt per beleidsperiode een beleidsplan voor aan de Vlaamse Regering. Dit beleidsplan bevat een financieel plan en een personeelsplan. De bepalingen van artikel 12, § 3 en § 4, zijn ook van toepassing. »; 4° § 4 wordt opgeheven;5° in § 5 wordt het woord « steunpunt » vervangen door het woord « centrum »;6° § 7 wordt vervangen door wat volgt : « § 7.Het Vlaams Centrum voor Amateurkunsten VZW, afgekort VCA, oorspronkelijk opgericht krachtens artikel 75 van het decreet van 29 december 1993 houdende bepalingen tot begeleiding van de begroting 1994 onder de benaming Centrum voor Amateurkunsten, ontvangt voor het werkjaar 2006 dezelfde subsidie-enveloppe als voor het werkjaar 2005. ».

Art. 13.In artikel 15 van hetzelfde decreet, gewijzigd bij de decreten van 21 december 2001 en 20 december 2002, worden de volgende wijzigingen aangebracht : 1° § 2 wordt vervangen door wat volgt : « § 2.Voor projectsubsidiëring komen de volgende projecten in aanmerking : 1° projecten die betrekking hebben op een kunstdiscipline of deeldisciplines ervan die niet gesubsidieerd worden binnen dit decreet;2° projecten met betrekking tot internationale activiteiten;3° projecten die kaderen in de beleidsintenties van de Vlaamse Regering op het vlak van doelgroepen en/of thema's.»; 2° § 3 wordt vervangen door wat volgt : « § 3.Voor de projecten bedoeld onder § 2, 1°, worden de aanvragen ingediend door nieuwe initiatieven met een landelijke werking die vandaag niet als kunstdiscipline of deeldiscipline erkend worden. Voor de projecten bedoeld onder § 2, 1° en 2°, worden de aanvragen ingediend door amateurkunstenorganisaties, amateurkunstengroepen en amateurkunstenaars. »; 3° § 4 wordt vervangen door wat volgt : « § 4.De Vlaamse Regering bepaalt wie projectsubsidies kan aanvragen evenals de procedure voor het indienen en afhandelen van de aanvragen. »; 4° § 6 wordt opgeheven;5° § 7 wordt vervangen door wat volgt : « § 7.De projectsubsidie kan beschikbaar gesteld worden in de vorm van een voorschot ten belope van maximum 90 procent. Het saldo wordt uitbetaald nadat door de administratie vastgesteld werd dat de voorwaarden waaronder de projectsubsidie toegekend werd, nageleefd werden en dat de subsidie feitelijk aangewend werd om het gesubsidieerde project te realiseren. ».

Art. 14.Artikel 16 van hetzelfde decreet wordt vervangen door wat volgt : «

Artikel 16.De Vlaamse Regering kan voor wat betreft de beleidsperiode 2007-2011 een uitzondering toestaan op de toepassing van artikel 11, § 2, van het decreet voor organisaties die in de vorige beleidsperiode ten opzichte van hun basissubsidie een hele grote groei hebben gekend. ».

Art. 15.Artikelen 17 tot en met 20 van hetzelfde decreet worden opgeheven.

Art. 16.Dit decreet treedt in werking op 1 januari 2006, met uitzondering van artikel 5 dat ingaat op 1 januari 2007. De eerste beleidsperiode, lopende van 2001 tot en met 2005, wordt verlengd tot 31 december 2006.

Kondigen dit decreet af, bevelen dat het in het Belgisch Staatsblad zal worden bekendgemaakt.

Brussel, 17 november 2006.

De minister-president van de Vlaamse Regering, Y. LETERME De Vlaamse minister van Cultuur, Jeugd, Sport en Brusselse Zaken, B. ANCIAUX _______ Nota (1) Zitting 2005-2006. Stuk. - Ontwerp van decreet, 918 - Nr. 1.

Ziting 2006-2007.

Stukken. - Amendement, 918 - Nr. 2. - Verslag over hoorzitting, 918 - Nr. 3. - Verslag, 918 - Nr. 4. - Tekst aangenomen door de plenaire vergadering, 918 - Nr. 5.

Handelingen. - Bespreking en aanneming : vergadering van 8 november 2006.