gepubliceerd op 25 januari 2021
Decreet houdende de wetgevende aanpassingen met het oog op de overname van de dienst van de onroerende voorheffing door het Waalse Gewest
17 DECEMBER 2020. - Decreet houdende de wetgevende aanpassingen met het oog op de overname van de dienst van de onroerende voorheffing door het Waalse Gewest (1)
Het Waalse Parlement heeft aangenomen en Wij, Waalse Regering, bekrachtigen hetgeen volgt: HOOFDSTUK I. - Uitbreiding van het toepassingsgebied van het
decreet van 6 mei 1999Relevante gevonden documenten
type
decreet
prom.
06/05/1999
pub.
01/07/1999
numac
1999027513
bron
ministerie van het waalse gewest
6 MEI 1999 - Decreet betreffende de vestiging, de invordering en de geschillen inzake de directe gewestelijke belastingen
sluiten betreffende de vestiging, de invordering en de geschillen inzake de Waalse gewestelijke belastingen op de aangelegenheid van de onroerende voorheffing
Artikel 1.Het decreet van 6 mei 1999Relevante gevonden documenten type decreet prom. 06/05/1999 pub. 01/07/1999 numac 1999027513 bron ministerie van het waalse gewest 6 MEI 1999 - Decreet betreffende de vestiging, de invordering en de geschillen inzake de directe gewestelijke belastingen sluiten betreffende de vestiging, de invordering en de geschillen inzake de Waalse gewestelijke belastingen is van toepassing op de onroerende voorheffing. HOOFDSTUK II. - Wijziging in het Wetboek van de inkomstenbelastingen 1992
Art. 2.In artikel 251 van het Wetboek van de inkomstenbelastingen 1992 wordt het woord "Koning" vervangen door de woorden "Waalse Regering". HOOFDSTUK III. - Wijziging in het decreet van 6 mei 1999Relevante gevonden documenten type decreet prom. 06/05/1999 pub. 01/07/1999 numac 1999027513 bron ministerie van het waalse gewest 6 MEI 1999 - Decreet betreffende de vestiging, de invordering en de geschillen inzake de directe gewestelijke belastingen sluiten betreffende de vestiging, de invordering en de geschillen inzake de Waalse gewestelijke belastingen
Art. 3.In artikel 5, § 1, van het decreet van 6 mei 1999Relevante gevonden documenten type decreet prom. 06/05/1999 pub. 01/07/1999 numac 1999027513 bron ministerie van het waalse gewest 6 MEI 1999 - Decreet betreffende de vestiging, de invordering en de geschillen inzake de directe gewestelijke belastingen sluiten betreffende de vestiging, de invordering en de geschillen inzake de Waalse gewestelijke belastingen, gewijzigd bij het decreet van 30 april 2009, wordt, in de Franse versie, het woord "extraits" vervangen door de woorden "avertissements-extraits".
Art. 4.Artikel 17bis van hetzelfde decreet, ingevoegd bij het decreet van 22 maart 2007Relevante gevonden documenten type decreet prom. 22/03/2007 pub. 24/04/2007 numac 2007201247 bron ministerie van het waalse gewest Fiscaal decreet tot bevordering van afvalpreventie en -valorisatie in het Waalse Gewest en tot wijziging van het decreet van 6 mei 1999 betreffende de vestiging, de invordering en de geschillen inzake de directe gewestelijke belastingen sluiten en laatst gewijzigd bij het decreet van 12 december 2014, wordt aangevuld met een paragraaf 4, luidend als volgt : " § 4. Inzake de onroerende voorheffing worden de onroerende goederen die onder dezelfde belastingeenheid vallen met een gezamenlijk kadastraal inkomen lager dan vijftien euro niet ingekohierd. Een belastingeenheid wordt gevormd door de gezamenlijke percelen van een kadastrale afdeling gebonden aan dezelfde belastingplichtige of gezamenlijke belastingplichtigen die dezelfde zakelijke rechten op de betrokken goederen hebben.".
Art. 5.Artikel 18bis van hetzelfde decreet, ingevoegd bij het decreet van 10 december 2009Relevante gevonden documenten type decreet prom. 10/12/2009 pub. 24/12/2009 numac 2009205883 bron waalse overheidsdienst Decreet houdende wijziging van het Wetboek van de met de inkomstenbelastingen gelijkgestelde belastingen, het koninklijk besluit van 3 april 1953 tot samenordening van de wetsbepalingen inzake de slijterijen van gegiste dranken, de wet van 13 juli 1987 betreffende het kijk- en luistergeld en het decreet van 6 mei 1999 betreffende de vestiging, de invordering en de geschillen inzake de directe gewestelijke belastingen type decreet prom. 10/12/2009 pub. 22/12/2009 numac 2009027223 bron waalse overheidsdienst Decreet houdende de ontvangstenbegroting van het Waalse Gewest voor het begrotingsjaar 2010 sluiten, wordt aangevuld met een paragraaf 4, luidend als volgt : " § 4. Belastingen in de onroerende voorheffing voor een onroerend goed dat eigendom is van meerdere eigenaren in onverdeeldheid worden op de naam van één of meerdere eigenaren in het kohier ingeschreven, gevolgd door de woorden "in onverdeeldheid".
Art. 6.In artikel 19, lid 2, van hetzelfde decreet, gewijzigd bij de decreten van 22 maart 2007 en 10 december 2009, wordt er, tussen het eerste en het tweede streepje, een nieuw streepje ingevoegd, luidend als volgt: " - voor de onroerende voorheffing, het jaartal van het jaar waarvan de inkomsten als grondslag voor bedoelde voorheffing dienen;".
Art. 7.In artikel 20 van hetzelfde decreet, gewijzigd bij de decreten van 10 december 2009 en 28 november 2018, worden het tweede en het derde lid vervangen door drie leden, luidend als volgt : "De belasting of belastingtoeslag kan vanaf 1 januari van het aanslagjaar evenwel gedurende drie jaar gevestigd worden in het geval van : - belastingen die het voorwerp zijn van een procedure tot rechtzetting van de aangifte; - belastingen die het voorwerp zijn van een procedure tot aanslag van ambtswege; - belastingen bedoeld in artikel 17bis, § 1, b., voorzover ze niet betaald worden binnen de termijn bepaald bij de wetgeving die van toepassing is; - de Waalse belasting op het achterlaten van afval; - belastingen bedoeld in artikel 17bis, § 1, c) en d); - onroerende voorheffing.
Deze termijn wordt met twee jaar verlengd bij een overtreding van de wetgeving tot vestiging van de belasting, gepleegd met bedrieglijk opzet of met het oogmerk om te schaden.
In afwijking van het derde lid wordt deze termijn met vier jaar verlengd bij een overtreding van de wettelijke en reglementaire bepalingen tot vestiging van de onroerende voorheffing, gepleegd met bedrieglijk opzet of het oogmerk om te schaden.".
Art. 8.Artikel 21 van hetzelfde decreet wordt vervangen door wat volgt : "
Art. 21.§ 1. Zodra de kohieren uitvoerbaar zijn verklaard, wordt er, door het verzenden van aanslagbiljetten, van de kohieruittreksels kennis gegeven aan de betrokken belastingplichtigen. § 2. Wanneer de onroerende voorheffing in het kohier wordt ingeschreven ter uitvoering van artikel 18bis, § 4, wordt van het aanslagbiljet waarvan overeenkomstig het eerste lid kennis wordt gegeven aan de deelgenoot die bij naam in het kohier wordt vernoemd, in afschrift, kennis gegeven aan elke deelgenoot die niet bij naam in het kohier wordt vernoemd wanneer dat door minstens één van de deelgenoten aangevraagd wordt.".
Art. 9.In artikel 25 van hetzelfde decreet, vervangen door het decreet van 10 december 2009Relevante gevonden documenten type decreet prom. 10/12/2009 pub. 24/12/2009 numac 2009205883 bron waalse overheidsdienst Decreet houdende wijziging van het Wetboek van de met de inkomstenbelastingen gelijkgestelde belastingen, het koninklijk besluit van 3 april 1953 tot samenordening van de wetsbepalingen inzake de slijterijen van gegiste dranken, de wet van 13 juli 1987 betreffende het kijk- en luistergeld en het decreet van 6 mei 1999 betreffende de vestiging, de invordering en de geschillen inzake de directe gewestelijke belastingen type decreet prom. 10/12/2009 pub. 22/12/2009 numac 2009027223 bron waalse overheidsdienst Decreet houdende de ontvangstenbegroting van het Waalse Gewest voor het begrotingsjaar 2010 sluiten en gewijzigd bij het decreet van 28 november 2013, wordt, tussen het tweede en het derde lid, een nieuw lid ingevoegd, luidend als volgt : "Bij een belasting in de onroerende voorheffing als bedoeld in artikel 18bis, § 4, wordt het gemotiveerd bezwaarschrift, ingediend door een in het kohier niet bij naam vernoemde deelgenoot die overeenkomstig artikel 21, § 2, of artikel 35, § 2, een afschrift gekregen heeft van het aanslagbiljet, uiterlijk ingediend binnen de zes maanden van de ingangsdatum zoals deze berekend wordt overeenkomstig artikel 5, § 3, van de kennisgeving van genoemd afschrift.".
Art. 10.Artikel 27 van hetzelfde decreet, vervangen door het decreet van 17 januari 2008Relevante gevonden documenten type decreet prom. 17/01/2008 pub. 19/02/2008 numac 2008200480 bron ministerie van het waalse gewest Decreet houdende invoering van een ecobonus op de CO2-emissies van de autovoertuigen van natuurlijke personen sluiten en gewijzigd bij het decreet van 10 december 2009Relevante gevonden documenten type decreet prom. 10/12/2009 pub. 24/12/2009 numac 2009205883 bron waalse overheidsdienst Decreet houdende wijziging van het Wetboek van de met de inkomstenbelastingen gelijkgestelde belastingen, het koninklijk besluit van 3 april 1953 tot samenordening van de wetsbepalingen inzake de slijterijen van gegiste dranken, de wet van 13 juli 1987 betreffende het kijk- en luistergeld en het decreet van 6 mei 1999 betreffende de vestiging, de invordering en de geschillen inzake de directe gewestelijke belastingen type decreet prom. 10/12/2009 pub. 22/12/2009 numac 2009027223 bron waalse overheidsdienst Decreet houdende de ontvangstenbegroting van het Waalse Gewest voor het begrotingsjaar 2010 sluiten, wordt vervangen door wat volgt: "
Art. 27.Tenzij vooraf een ontvankelijk bezwaar is ingediend en de aanvraag tot ontheffing op dezelfde elementen en gronden als het bezwaar berust, staat de door de Regering aangewezen ambtenaar de ontheffing toe van de belastingen die een hoger bedrag inhouden dan het wettelijk verschuldigde bedrag, geïnd overeenkomstig artikel 17bis, § 1, die toe te schrijven zijn aan een onjuiste toepassing van de wettelijke bepalingen betreffende de berekening van het bedrag van de verschuldigde belasting, zoals o.a. materiële vergissingen, dubbele heffingen, het niet in aanmerking nemen van een vrijstelling of een eventuele toepasselijke belastingsvermindering, het opduiken van bewijskrachtige nieuwe stukken of feiten welke de belastingplichtige, alsmede door de persoon op wiens goederen de belasting wordt ingevorderd overeenkomstig artikel 35ter, om wettige redenen pas laattijdig heeft kunnen voorleggen of aanvoeren, op voorwaarde dat bedoelde overbelastingen door de administratie vastgesteld zijn of door de belastingplichtige, alsmede door de persoon op wiens goederen de belasting wordt ingevorderd overeenkomstig artikel 35ter, aan de administratie gemeld zijn : 1° binnen drie jaar, te rekenen van 1 januari van het jaar waarin de belasting is gevestigd, in het geval van de ten kohiere gebrachte belastingen, uitgezonderd de onroerende voorheffing, waarvoor die termijn op vijf jaar wordt gebracht;2° binnen drie jaar, te rekenen van 1 januari van het aanslagjaar van de belasting waarvan de ontheffing wordt aangevraagd, in het geval van geïnde belastingen die niet in een kohier zijn opgenomen. In afwijking van het eerste lid, kent de ambtenaar, aangewezen door de Regering, voor wat betreft de vrijstellingen van de onroerende voorheffing en onverminderd de daarvoor bepaalde voorwaarden inzake vormvereisten en procedures de ontheffing van de belastingen toe voor een som die hoger is dan de wettelijk verschuldigde som, geïnd overeenkomstig artikel 17bis, § 1, voortvloeiend uit het niet in aanmerking nemen van deze vrijstellingen van de onroerende voorheffing, enkel als ze het gevolg zijn van materiële fouten, dubbele heffingen of als ze opduiken in het licht van bewijskrachtige nieuwe stukken of feiten welke de belastingplichtige om wettige redenen pas laattijdig heeft kunnen voorleggen of aanvoeren. ».
Art. 11.Artikel 35 van hetzelfde decreet wordt vervangen door hetgeen volgt : " Art. 35. § 1. Indien de belasting, de boete en de eisbare interest niet betaald worden, kan de ambtenaar die belast is met de invordering van belastingvorderingen ten gunste van het Waalse Gewest, hierna de ontvanger genoemd, een dwangschrift afleveren.
In het dwangschrift worden de gegevens van het aanslagbiljet weergegeven. § 2. Wanneer de onroerende voorheffing ingekohierd wordt ter uitvoering van artikel 18bis, § 4, en bij ontstentenis van de toepassing van artikel 21, § 2, wordt, per gewoon schrijven, aan elke deelgenoot die niet bij naam in het kohier wordt vernoemd, kennis gegeven van een bevel tot betalen, samen met een afschrift van het aanslagbiljet vooraleer hen een dwangschrift wordt uitgereikt. § 3. Enkel de ontvanger is bevoegd om vervaldata en termijnen toe te kennen. Indien de vervaldata en termijnen waarom is verzocht, worden geweigerd, dient de ontvanger zijn beslissing met redenen te omkleden.".
Art. 12.In hetzelfde decreet wordt een artikel 35sexies ingevoegd, luidend als volgt : «
Art. 35sexies.Inzake de onroerende voorheffing is elke deelgenoot in de onverdeeldheid enkel gehouden tot de betaling van de belastingschuld in verhouding tot zijn aandeel in de onverdeeldheid in het belaste goed, onverminderd de andere invorderingsmogelijkheden waarin het gemeen recht of de bepalingen van het huidig decreet voorzien. ».
Art. 13.In hetzelfde decreet wordt een artikel 35septies ingevoegd, luidend als volgt : «
Art. 35septies.Tot aan de overgang van een eigendom in de kadastrale stukken zijn de voormalige houder van het recht op de belastbare goederen of diens erfgenamen, tenzij zij het bewijs leveren van verandering van houder van dat recht en zij de identiteit en het volledig adres van de nieuwe houder mededelen, aansprakelijk voor de betaling van de onroerende voorheffing, behoudens hun beroep tegen de nieuwe houder van het recht.
Bij voorlegging van het bewijs, bedoeld in lid één, of bij vaststelling van de overgang van eigendom door iedere ambtenaar, belast met de invordering, kan de invordering van de onroerende voorheffing, in het kohier vastgelegd op naam van de voormalige houder van het recht, krachtens hetzelfde kohier worden voortgezet ten laste van de daadwerkelijke verschuldigde van de voorheffing. Deze verschuldigde krijgt een nieuw exemplaar van het aanslagbiljet waarin gemeld wordt dat dit krachtens huidige bepaling verstrekt wordt en krijgt de hoedanigheid van retributieplichtige in de zin van dit decreet.
Onder overgang van een eigendom wordt verstaan, iedere verandering van welke aard ook die een eigendom ondergaat, ongeacht of de eigendom van eigenaar verandert of belast wordt met een recht van erfpacht, vruchtgebruik of bewoning, dan wel of één van deze rechten uitdooft.
Onder houder van het recht wordt de persoon verstaan, die het zakelijk recht houdt krachtens welk de onroerende voorheffing verschuldigd is.".
Art. 14.In hetzelfde decreet wordt een artikel 35octies ingevoegd, luidend als volgt : «
Art. 35octies.De administratie of het orgaan dat een goed beheert van de Staat, van een Gemeenschap of van een Gewest is aansprakelijk voor de betaling van de onroerende voorheffing betreffende dat goed. ».
Art. 15.In hetzelfde decreet wordt, in artikel 36, lid 2, vervangen door hetgeen volgt : « In het dwangbevel worden, in de hoofding, een uittreksel uit het kohier betreffende de belastingplichtige of de deelgenoot in de onverdeeldheid die niet bij naam in het kohier vernoemd wordt overeenkomstig artikel 18bis, en een afschrift van de uitvoerbaarverklaring. Vermeld. ».
Art. 16.Artikel 53, lid 1, van hetzelfde decreet, vervangen door het decreet van 10 december 2009Relevante gevonden documenten type decreet prom. 10/12/2009 pub. 24/12/2009 numac 2009205883 bron waalse overheidsdienst Decreet houdende wijziging van het Wetboek van de met de inkomstenbelastingen gelijkgestelde belastingen, het koninklijk besluit van 3 april 1953 tot samenordening van de wetsbepalingen inzake de slijterijen van gegiste dranken, de wet van 13 juli 1987 betreffende het kijk- en luistergeld en het decreet van 6 mei 1999 betreffende de vestiging, de invordering en de geschillen inzake de directe gewestelijke belastingen type decreet prom. 10/12/2009 pub. 22/12/2009 numac 2009027223 bron waalse overheidsdienst Decreet houdende de ontvangstenbegroting van het Waalse Gewest voor het begrotingsjaar 2010 sluiten en gewijzigd bij het decreet van 19 december 2019, wordt aangevuld met een derde streepje luidend als volgt : « - of, in geval van onroerende voorheffing, aan een bedrag bepaald in functie van de gegevens vermeld in het bezwaarschrift of het beroep. ». HOOFDSTUK IV. - Opheffingsbepaling
Art. 17.De artikelen 254, 304, § 1, lid 1, 354 en 376 van WIB 92, artikel 133, § 3, van het koninklijk besluit van 27 augustus 1993Relevante gevonden documenten type koninklijk besluit prom. 27/08/1993 pub. 27/07/2015 numac 2015000371 bron federale overheidsdienst financien Koninklijk besluit tot uitvoering van het Wetboek van de inkomstenbelastingen 1992. - Officieuze coördinatie in het Duits - Deel I type koninklijk besluit prom. 27/08/1993 pub. 19/11/2015 numac 2015000628 bron federale overheidsdienst financien Koninklijk besluit tot uitvoering van het Wetboek van de inkomstenbelastingen 1992. - Officieuze coördinatie in het Duits - Deel II type koninklijk besluit prom. 27/08/1993 pub. 04/03/2016 numac 2016000121 bron federale overheidsdienst financien Koninklijk besluit tot uitvoering van het Wetboek van de inkomstenbelastingen 1992. - Officieuze coördinatie in het Duits - Deel III sluiten tot uitvoering van het WIB 92 en de artikelen 11 en 12 van het Wetboek van de minnelijke en gedwongen invordering van fiscale en niet-fiscale schuldvorderingen zoals zij van toepassing waren op de onroerende voorheffing in het Waalse Gewest worden opgeheven. HOOFDSTUK V. - Inwerkingtreding
Art. 18.Dit decreet treedt in werking op 1 januari 2021.
Kondigen dit decreet af, bevelen dat het in het Belgisch Staatsblad zal worden bekendgemaakt.
Opgemaakt te Namen op 17 december 2020.
De Minister-President, E. DI RUPO De Vice-Minister-President en Minister van Economie, Buitenlandse Handel, Onderzoek, Innovatie, Digitale Technologieën, Ruimtelijke Ordening, Landbouw, het "IFAPME", en de Vaardigheidscentra, W. BORSUS De Vice-Minister-President en Minister van Klimaat, Energie en Mobiliteit, Ph. HENRY De Vice-Minister-President en Minister van Werk, Vorming, Gezondheid, Sociale Actie, Gelijke Kansen en Vrouwenrechten, Ch. MORREALE De Minister van Begroting en Financiën, Luchthavens en Sportinfrastructuren, J.-L. CRUCKE De Minister van Huisvesting, de Plaatselijke Besturen en het Stedenbeleid, Ch. COLLIGNON De Minister van Ambtenarenzaken, Informatica, Administratieve Vereenvoudiging, belast met Kinderbijslag, Toerisme, Erfgoed en Verkeersveiligheid, V. DE BUE De Minister van Leefmilieu, Natuur, Bossen, Landelijke Aangelegenheden en Dierenwelzijn, C. TELLIER _______ Nota (1) Zitting 2020-2021. Stukken van het Waals Parlement, 337 (2020-2021) Nrs 1 tot 3.
Volledig verslag, plenaire zitting van 16 december 2020.
Bespreking.
Stemming.