gepubliceerd op 26 maart 2018
Decreet houdende instemming met het samenwerkingsakkoord gesloten op 28 april 2017 tussen de Franse Gemeenschap, het Waals Gewest en de Franse Gemeenschapscommissie betreffende het "Agence francophone pour l'éducation et la formation tout au long de la vie" (afgekort "AEF-Europe") (1)
15 MAART 2018. - Decreet houdende instemming met het samenwerkingsakkoord gesloten op 28 april 2017 tussen de Franse Gemeenschap, het Waals Gewest en de Franse Gemeenschapscommissie betreffende het "Agence francophone pour l'éducation et la formation tout au long de la vie"(Franstalig agentschap voor levenslange opvoeding en vorming) (afgekort "AEF-Europe") (1)
Het Waalse Parlement heeft aangenomen en Wij, Waalse Regering, bekrachtigen hetgeen volgt:
Artikel 1.Het samenwerkingsakkoord gesloten op 28 april 2017 tussen de Franse Gemeenschap, het Waals Gewest en de Franse Gemeenschapscommissie betreffende het "Agence francophone pour l'éducation et la formation tout au long de la vie" (afgekort "AEF-Europe") wordt goedgekeurd.
Art. 2.Het Samenwerkingsakkoord betreffende de tenuitvoerlegging en het beheer van een geïntegreerd communautair actieprogramma voor leven lang leren en de oprichting van het "Agence francophone pour l'éducation et la formation tout au long de la vie", gesloten op 19 oktober 2006 tussen de Franse Gemeenschap, het Waalse Gewest en de Franse Gemeenschapscommissie van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest, en zijn instemmings decreet van 2 juli 2007Relevante gevonden documenten type decreet prom. 02/07/2007 pub. 04/09/2007 numac 2007029186 bron ministerie van de franse gemeenschap Decreet tot wijziging van het decreet van 2 juni 2006 tot vaststelling van de academische graden uitgereikt door de Hogescholen die door de Franse Gemeenschap worden georganiseerd of gesubsidieerd en tot vaststelling van de minimale uurregelingen sluiten worden opgeheven.
Art. 3.Het samenwerkingsakkoord gesloten op 28 april 2017 tussen de Franse Gemeenschap, het Waals Gewest en de Franse Gemeenschapscommissie betreffende het "Agence francophone pour l'éducation et la formation tout au long de la vie" (afgekort "AEF-Europe") wordt bij dit decreet gevoegd.
Kondigen dit decreet af, bevelen dat het in het Belgisch Staatsblad zal worden bekendgemaakt.
Namen, 15 maart 2018.
De Minister-President, W. BORSUS De Minister van Sociale Actie, Gezondheid, Gelijke Kansen, Ambtenarenzaken en Administratieve vereenvoudiging, A. GREOLI De Minister van Economie, Industrie, Onderzoek, Innovatie, Digitale Technologieën, Tewerkstelling en Vorming, P.-Y. JEHOLET De Minister van Leefmilieu, Ecologische Overgang, Ruimtelijke Ordening, Openbare Werken, Mobiliteit, Vervoer, Dierenwelzijn en Industriezones, C. DI ANTONIO De Minister van Begroting, Financiën, Energie, Klimaat en Luchthavens, J.-L. CRUCKE De Minister van Landbouw, Natuur, Bossen, Landelijke Aangelegenheden, Toerisme, Erfgoed en afgevaardigd bij de Grote Regio, R. COLLIN De Minister van de Plaatselijke Besturen, Huisvesting en Sportinfrastucturen, V. DE BUE ___________________ (1) Zitting 2017-2018. Stukken van het Waalse Parlement 1007 (2017-2018) Nrs. 1 tot 3.
Volledig verslag, plenaire vergadering van 14 maart 2018.
Bespreking.
Stemming.
BIJLAGE Samenwerkingsakkoord tussen de Franse Gemeenschap, het Waals Gewest en de Franse Gemeenschapscommissie betreffende het "Agence francophone pour l'éducation et la formation tout au long de la vie" (afgekort "AEF-Europe") Gelet op de artikelen 1, 39, 127, 128, 134 en 138 van de Grondwet;
Gelet op Verordening (EU, Euratom) nr. 966/2012 van het Europees Parlement en de Raad van 25 oktober 2012 tot vaststelling van de financiële regels van toepassing op de algemene begroting van de Unie en tot intrekking van Verordening (EG, Euratom) nr. 1605/2002 van de Raad;
Gelet op Verordening (EU) nr. 1288/2013 van het Europees Parlement en de Raad van 11 december 2013 tot vaststelling van "Erasmus+": het programma van de Unie voor onderwijs, opleiding, jeugd en sport;
Gelet op de bijzondere wet van 8 augustus 1980Relevante gevonden documenten type wet prom. 08/08/1980 pub. 11/12/2007 numac 2007000980 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Bijzondere wet tot hervorming der instellingen. - Officieuze coördinatie in het Duits sluiten tot hervorming der instellingen, inzonderheid op artikel 92bis, § 1, ingevoegd bij de bijzondere wet van 8 augustus 1988 en gewijzigd bij de bijzondere wet van 16 juli 1993;
Gelet op decreet II van de Raad van de Franse Gemeenschap van 19 juli 1993 tot toekenning van de uitoefening van sommige bevoegdheden van de Franse Gemeenschap aan het Waalse Gewest en de Franse Gemeenschapscommissie;
Gelet op decreet II van de Waalse Gewestraad van 22 juli 1993 tot toekenning van de uitoefening van sommige bevoegdheden van de Franse Gemeenschap aan het Waalse Gewest en de Franse Gemeenschapscommissie;
Gelet op decreet III van de Vergadering van de Franse Gemeenschapscommissie van 22 juli 1993 tot toekenning van de uitoefening van sommige bevoegdheden van de Franse Gemeenschap aan het Waalse Gewest en de Franse Gemeenschapscommissie;
Gelet op het samenwerkingsakkoord gesloten op 19 oktober 2006 tussen de Franse Gemeenschap, het Waalse Gewest en de Franse Gemeenschapscommissie van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest betreffende de tenuitvoerlegging en het beheer van een geïntegreerd communautair actieprogramma voor leven lang leren en de oprichting van het "Agence francophone pour l'éducation et la formation tout au long de la vie";
Gelet op het samenwerkingsakkoord gesloten op 26 februari 2015 tussen de Franse Gemeenschap, het Waalse Gewest en de Franse Gemeenschapcommissie betreffende de oprichting en het beheer van een " Cadre francophone des certifications " (Franstalig kwalificatiekader, Franse afkorting C.F.C.);
Overwegende dat de Verordening van het Europees Parlement en de Raad van 11 december 2013 tot vaststelling van "Erasmus+" de Lidstaten belast met het nemen van de nodige maatregelen om op hun niveau de efficiënte werking van het programma te waarborgen, waarbij alle partijen die deelnemen in de vraagstukken i.v.m. levenslange opvoeding en vorming, overeenkomstig de nationale praktijken, betrokken worden;
Overwegende dat deze Verordening de Lidstaten belast met de oprichting of de aanwijzing, alsook met de opvolging van een geschikte structuur om op hun niveau te zorgen voor het gecoördineerde beheer van de tenuitvoerlegging van het actieprogramma van de Unie inzake opvoeding, vorming, jeugd en sport (Nationale agentschappen), m.i.v. het begrotingsbeheer, overeenkomstig de Europese reglementaire bepalingen;
Overwegende dat de materies waarop dit programma betrekking heeft, namelijk levenslange opvoeding en vorming, op het vlak van mobiliteit, financiering van projecten, partnerschappen of netwerken tussen acteurs van verschillende Staten van de Unie, eventueel uitgebreid tot derde landen, in België onder de bevoegdheid van de Gemeenschappen en Gewesten vallen;
Overwegende dat de Commissie van de Europese Unie in het kader van de programma's die onder het "Direction générale de l'éducation et de la Culture" (Directoraat-generaal Opvoeding en Cultuur) vallen, het bestaan erkent van drie Agentschappen in België die respectievelijk onder de Franse, de Vlaamse en de Duitstalige Gemeenschap ressorteren;
Overwegende dat het fundamenteel is dat een samenwerkingsakkoord tussen de Franse Gemeenschap, het Waalse Gewest en de Franse Gemeenschapscommissie gesloten wordt om een wettelijk kader in te stellen voor de tenuitvoerlegging en het beheer van de Europese programma's inzake opvoeding en vorming;
Overwegende dat de structuur van het "Agence francophone pour l'éducation et la formation tout au long de la vie" opgericht bij het samenwerkingsakkoord betreffende de tenuitvoerlegging en het beheer van een geïntegreerd communautair actieprogramma voor leven lang leren, en de oprichting van het "Agence francophone pour l'éducation et la formation tout au long de la vie", gesloten op 19 oktober 2006 tussen de Franse Gemeenschap, het Waalse Gewest en de Franse Gemeenschapscommissie dient aangepast te worden, om hem toe te laten, enerzijds, om het gedeelte opvoeding en vorming van het Europees programma "Erasmus+" 2014-2020 en de latere programma's met dezelfde doelstellingen te beheren en, anderzijds, om in zijn midden de CFC-stuur- en positioneringsinstantie te integreren, opgericht bij het samenwerkingsakkoord van 26 februari 2015Relevante gevonden documenten type samenwerkingsakkoord prom. 26/02/2015 pub. 15/05/2015 numac 2015202342 bron waalse overheidsdienst Samenwerkingsakkoord tussen de Franse Gemeenschap, het Waalse Gewest en de Franse Gemeenschapcommissie betreffende de oprichting en het beheer van een « Cadre francophone des certifications » sluiten, overeenkomstig artikel 6, § 4, van het samenwerkingsakkoord, De Franse Gemeenschap, vertegenwoordigd door haar Regering in de persoon van haar Minister-President, de heer Rudy Demotte, in de persoon van haar Vice-President en Minister van Hoger Onderwijs, Onderzoek en Media, de heer Jean-Claude Marcourt, in de persoon van haar Minister van Onderwijs en Schoolgebouwen, mevr. Marie-Martine Schyns, en in de persoon van haar Minister van Onderwijs voor sociale promotie, Jeugd, Vrouwenrechten en Gelijke kansen, mevr. Isabelle Simonis, Het Waalse Gewest, vertegenwoordigd door zijn Regering in de persoon van haar Minister-President, de heer Paul Magnette, en in de persoon van haar Minister van Tewerkstelling en Vorming, mevr. Eliane Tillieux, De Franse Gemeenschapscommissie, vertegenwoordigd door haar College in de persoon van haar Minister-President, mevr. Fadila Laanan en in de persoon van haar Minister belast met Beroepsopleiding, de heer Didier Gosuin, Hierna "de Regeringen en het College" genoemd, Zijn overeengekomen het Samenwerkingsakkoord betreffende de tenuitvoerlegging en het beheer van een geïntegreerd communautair actieprogramma voor leven lang leren en de oprichting van het "Agence francophone pour l'éducation et la formation tout au long de la vie", gesloten op 19 oktober 2006 tussen de Franse Gemeenschap, het Waalse Gewest en de Franse Gemeenschapscommissie van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest, op te heffen en te vervangen door een nieuw samenwerkingsakkoord, luidend als volgt: HOOFDSTUK I. - Doel, toepassingsgebied
Artikel 1.Voor de toepassing van dit samenwerkingsakkoord dient te worden verstaan onder: 1°Europese programma's: het geheel van de Europese programma's en processen inzake opvoeding en vorming die als doel hebben om mobiliteitsacties, partnerschappen en instrumenten te ontwikkelen die als algemeen doel hebben om bij te dragen, door levenslange opvoeding en vorming, tot de ontwikkeling van de Europese Unie. Deze programma's beogen namelijk de bevordering van uitwisselingen, samenwerking en mobiliteit van de leerlingen tussen de opvoedings- en vormingssystemen binnen de Europese Unie en met de rest van de wereld, opdat ze een referentie van wereldkwaliteit kunnen worden; 2° "Agence" (Agentschap): "Agence francophone pour l'éducation et la formation tout au long de la vie" (Franstalig agentschap voor levenslange opvoeding en vorming) ingesteld door de ondertekenende partijen, afgekort: "AEF-Europe".
Art. 2.De Europese programma's hebben als doel de inbreng van gemeenschappelijke instrumenten en hulp voor de volgende acties: 1° de mobiliteit van de personen die deelnemen aan een proces van levenslange opvoeding en vorming in Europa;2° de samenwerkingsprojecten ter bevordering namelijk van de samenwerking inzake innovatie en uitwisselingen van goede praktijken en steun aan de hervorming van het beleid inzake opvoeding en vorming;3° de gecentraliseerde Europese projecten en de multilaterale netwerken;4° de waarneming en de analyse van de beleidsvormen en systemen inzake levenslange opvoeding en vorming, het uitwerken van referentiemateriaal, met inbegrip van de onderzoeken, statistieken, analyses en indicators, de acties tot ondersteuning van de doorzichtigheid en de erkenning van de kwalificaties en de vroegere scholing, met inbegrip van de acties tot bevordering van samenwerking om kwaliteit te waarborgen;5° de toekenning van werkingsmiddelen om bij te dragen in bepaalde operationele en administratieve kosten van de organisaties die actief zijn in het domein waarop het beleid uitgevoerd op Europees vlak voor levenslange opvoeding en vorming betrekking heeft. HOOFDSTUK II. - Oprichting en beheer van het Agentschap Afdeling 1 - Oprichting
Art. 3.§ 1. Er wordt door de Regeringen en het College een "Agence francophone pour l'éducation et la formation tout au long de la vie", afgekort "AEF-Europe", opgericht. § 2. Het Agentschap organiseert en beheert: 1° de programma's, instrumenten en Europese processen inzake opvoeding en vorming, bedoeld in artikel 1, 1°; 2° de stuur- en positioneringsinstantie CFC, bedoeld in artikel 4 van het samenwerkingsakkoord van 26 februari 2015Relevante gevonden documenten type samenwerkingsakkoord prom. 26/02/2015 pub. 15/05/2015 numac 2015202342 bron waalse overheidsdienst Samenwerkingsakkoord tussen de Franse Gemeenschap, het Waalse Gewest en de Franse Gemeenschapcommissie betreffende de oprichting en het beheer van een « Cadre francophone des certifications » sluiten tussen de Franse Gemeenschap, het Waalse Gewest en de Franse Gemeenschapcommissie betreffende de oprichting en het beheer van een "Cadre francophone des certifications" (Franstalig kwalificatiekader, Franse afkorting C.F.C.), hierna "het samenwerkingsakkoord "CFC" van 26 februari 2015" genoemd; 3° elk ander nationaal of internationaal mobiliteits-, uitwisselings- dialoog- en kwalificatieprogramma dat de akkoordsluitende partijen hem zouden toevertrouwen. § 3. Het Agentschap zal de vorm aannemen van een administratieve dienst met afzonderlijk boekhoudkundig beheer zoals bedoeld bij titel X van het decreet van 20 december 2011Relevante gevonden documenten type decreet prom. 20/12/2011 pub. 10/02/2012 numac 2012029018 bron ministerie van de franse gemeenschap Decreet houdende instemming met het samenwerkingsakkoord tussen de Franse Gemeenschap en het Waalse Gewest tot oprichting van een « Ecole d'Administration publique » die gemeenschappelijk is voor de Franse Gemeenschap en het Waalse Gewest (1) type decreet prom. 20/12/2011 pub. 17/01/2012 numac 2012029001 bron ministerie van de franse gemeenschap Decreet houdende regeling van de begroting en de boekhouding van de Diensten van de Regering van de Franse Gemeenschap sluiten houdende organisatie van de begroting en de boekhouding van de Diensten van de Regering van de Franse Gemeenschap, met een mogelijkheid van ontvangsten afkomstig van een ander machtsniveau.
De Regeringen en het College bepalen de zetel van het Agentschap.
Art. 4.§ 1. De Regeringen en het College 1° stellen het kader vast dat nodig is voor de werking van het Agentschap en het aantal personen dat elke akkoordsluitende partij ter beschikking stelt;2° wijzen de directeur van het Agentschap aan, overeenkomstig artikel 9. Om het kader aan te vullen, kan een beroep worden gedaan op aanvullende financieringen, met inbegrip van Europese fondsen. § 2. De leden van het Agentschap kunnen personeelsleden zijn: 1° van de Diensten van de Regeringen of het College of van instellingen van openbaar nut die onder het toezicht van laatstgenoemden ressorteren;2° aan wie om redenen van een opdracht een verlof wordt toegekend, overeenkomstig het decreet van 24 juni 1996 houdende regeling van de opdrachten, verloven wegens opdracht en terbeschikkingstelling wegens opdracht in het door de Franse Gemeenschap georganiseerd of gesubsidieerd onderwijs;3° die contractueel zijn, aangeworven door de Franse Gemeenschap, die vallen onder het administratief en geldelijk statuut van de personeelsleden van de diensten van de Regering van de Franse Gemeenschap en toegewezen aan het Agentschap. § 3. Onverminderd artikel 9, § 2, worden de personeelsleden, met inbegrip van diegenen die zijn toegewezen aan de uitvoerende cel bedoeld in artikel 7 van het samenwerkingsakkoord "CFC" van 26 februari 2015, aangewezen of aangeworven op voordracht van een selectiecomité, voorgezeten door de directie van het Agentschap na een oproep tot de kandidaten en op grond van een functieprofiel dat overeenstemt met de in te vullen betrekking, goedgekeurd door het beheerscomité op voordracht van de directie. Afdeling 2 - Beheer
Art. 5.Het Agentschap beschikt over de volgende organen : een beheerscomité, een uitvoerende cel en de directeur van het Agentschap.
Art. 6.Het Agentschap staat onder het gezag van het beheercomité bedoeld in artikel 5 en onder de leiding van de directeur bedoeld in artikel 4, § 1, 2°.
Art. 7.§ 1. Het beheerscomité is samengesteld uit twee vertegenwoordigers van de Regering van de Franse Gemeenschap, twee vertegenwoordigers van de Regering van het Waalse Gewest en één vertegenwoordiger van het College van de Franse Gemeenschapscommissie, die elk stemgerechtigd zijn. Voor elk gewoon lid wordt één plaatsvervanger aangewezen, die enkel zetelt in afwezigheid van het gewoon lid.
Het beheerscomité bestaat ook nog uit de volgende personen die raadgevende stem hebben: 1° de directeur van het agentschap;2° de voorzitter en de ondervoorzitter van het directiecomité van de stuur- en positioneringsinstantie bedoeld in artikel 6 van het samenwerkingsakkoord "CFC" van 26 februari 2015;3° de voorzitter van de Hoge raad voor de studentenmobiliteit opgericht bij het besluit van de Regering van de Franse Gemeenschap van 13 juli 2007Relevante gevonden documenten type besluit van de regering van de franse gemeenschap prom. 13/07/2007 pub. 30/08/2007 numac 2007029208 bron ministerie van de franse gemeenschap Besluit van de Regering van de Franse Gemeenschap tot oprichting van de Hoge Raad voor de studentenmobiliteit sluiten tot oprichting van de Hoge Raad voor de studentenmobiliteit;4° een vertegenwoordiger van "Wallonie-Bruxelles International" (Wallonië-Brussel Internationaal) (WBI);5° een vertegenwoordiger van het Ministerie van de Franse Gemeenschap;6° een vertegenwoordiger van de Waalse Overheidsdienst;7° een vertegenwoordiger van de diensten van de Franse Gemeenschapscommissie;8° elke deskundige of waarnemer die het beheerscomité nuttig acht uit te nodigen;9° een vertegenwoordiger van de Inspectie van Financiën. De vertegenwoordiger van de Franse Gemeenschap binnen het programmacomité van de E.U. neemt, bovendien, als waarnemer deel aan het beheerscomité. § 2. Binnen de maand van zijn installatie wijst het beheerscomité in zijn midden zijn voorzitter en twee ondervoorzitters aan en legt die aanwijzingen ter goedkeuring voor aan de ondertekenende partijen. De voorzitter wordt onder de vertegenwoordigers van de Regering van de Franse Gemeenschap gekozen. § 3. Het beheerscomité stelt zijn huishoudelijk reglement op en onderwerpt het uiterlijk binnen drie maanden na de inwerkingtreding van dit samenwerkingsakkoord aan de gezamenlijke goedkeuring van de ondertekenende partijen. Het huishoudelijk reglement moet met name voorzien in: 1° de regels betreffende de oproeping van het beheerscomité; 2°de regels betreffende de inschrijving van de agendapunten; 3° de regels betreffende de prerogatieven van de voorzitter en de ondervoorzitters;4° de regels betreffende het voorzitterschap van het beheerscomité in geval van afwezigheid of verhindering van de voorzitter of de ondervoorzitters;5° de regels betreffende het quorum opdat het beheerscomité rechtsgeldig kan beraadslagen, alsook de stemmingsmodaliteiten;6° de periodiciteit van de vergaderingen van het beheerscomité;7° de regels op grond waarvan het beheerscomité bepaalde taken aan de uitvoerende cel kan delegeren;8° de modaliteiten betreffende de behandeling van de beroepen. § 4. Het beheerscomité richt de werkgroepen op die nodig zijn voor de steun aan de uitvoering van de Europese programma's, namelijk in verband met de betrokken partijen van de vier sectoren: het verplicht onderwijs, het onderwijs van sociale promotie, de beroepsopleiding en het hoger onderwijs.
Art. 8.§ 1. De uitvoerende cel is samengesteld uit de leden van het Agentschap. § 2. De uitvoerende cel voert de beslissingen uit van het beheerscomité onder het gezag van de directeur van het Agentschap en neemt het secretariaat van het beheerscomité en van de werkgroepen bedoeld in artikel 7, § 4 waar.
Art. 9.§ 1. De directeur van het Agentschap wordt door de Regeringen en het College gekozen op basis van een oproep tot kandidaten en van een door de contracterende partijen goedgekeurd functieprofiel. § 2. De directeur staat onder het gezag van het beheerscomité. Hij verstrekt het beheerscomité alle informatie en legt alle voorstellen over die nuttig zijn voor de vlotte werking van het Agentschap.
Hij organiseert het werk van de leden van het Agentschap en zorgt voor zijn goede werking.
Hij neemt, onder het toezicht van het beheerscomité, het dagelijkse beheer van het Agentschap waar.
Het beheerscomité kan één van de leden van het Agentschap aanwijzen om de directeur in het dagelijks beheer te vervangen in het geval dat laatstgenoemde onbeschikbaar zou zijn. § 3. Minstens om de vijf jaar gaat het Ministerie van de Franse Gemeenschap over tot een evaluatie van de manier waarop de directeur zijn dienst vervult en brengt er verslag over uit aan de ondertekenende partijen. HOOFDSTUK III. - Beroepscommissie
Art. 10.Elke aanvrager die een beslissing tot weigering, schorsing of intrekking van een steun toegekend door het Agentschap in het kader van zijn opdrachten betwist, kan een administratief beroep indienen bij een beroepscommissie, die daarvan binnen tien dagen ontvangst bericht.
De Beroepscommissie is samengesteld uit twee vertegenwoordigers van de Franse Gemeenschap, twee vertegenwoordigers van het Waalse Gewest en één vertegenwoordiger van de Franse Gemeenschapscommissie.
Het beroep wordt door de eiser ingediend binnen de maand van de kennisgeving van de beslissing waarmee hij niet kan instemmen of, bij gebrek aan kennisgeving, binnen zes maanden vanaf de indiening van het verzoek. Als het beroep niet binnen deze termijnen ingesteld wordt, is de beslissing definitief.
Binnen drie maanden na de aanhangigmaking van de zaak, brengt de beroepscommissie haar gemotiveerde beslissing uit aan het beheerscomité dat er aan de eiser kennis van geeft. HOOFDSTUK IV. - Bestemde goederen, financiering, rekeningen en begroting van het Agentschap
Art. 11.De Regeringen en het College zorgen ervoor dat de nodige middelen voor de werking van het Agentschap verstrekt worden volgens modaliteiten die in onderlinge overeenstemming vastgelegd worden.
Ze bepalen de middelen bestemd voor elke opdracht bedoeld in artikel 3, § 2 op een aparte manier.
Art. 12.Een inventaris met de lijst van de goederen die voor de uitoefening van de opdrachten van het Agentschap bestemd zijn, wordt binnen de maand na de inwerkingtreding van dit akkoord door de ondertekenende partijen opgemaakt.
De ondertekenende partijen worden het eens over de eigendom van de geïnventariseerde goederen en van die welke het Agentschap verworven heeft tijdens de looptijd van het samenwerkingsakkoord.
Art. 13.Het Agentschap beschikt over de volgende middelen : 1° de subsidies toegekend voor de verschillende programma's bedoeld in artikel 2, o.a. de subsidies toegekend door de Europese Commissie in het kader van de Europese programma's voor opvoeding en vorming; 2° de middelen opgenomen in de begrotingen van de Franse Gemeenschap, het Waalse Gewest en de Franse Gemeenschapscommissie van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest;3° de fondsen van derden ter beschikking gesteld in het kader van de Europese programma's voor opvoeding en vorming;4° de hulpmiddelen in natura, met name de detachering van personeel en de toewijzing van middelen door de ondertekenende partijen.
Art. 14.Het beheerscomité bepaalt de begroting van het Agentschap op voorstel van de directeur. Deze begroting bevat de middelen die nodig zijn voor de uitoefening van de opdrachten bedoeld in artikel 3, § 2.
De begroting van het Agentschap wordt gevoegd bij de algemene uitgavenbegroting van de Franse Gemeenschap. Zij wordt bij de begrotingen van het Waalse Gewest en van de Franse Gemeenschapscommissie gevoegd.
Art. 15.De uitvoeringsrekening van de begroting en de schatkistrekening worden uiterlijk 15 maart van het volgende boekjaar vastgelegd door het beheerscomité. De rekeningen bedoeld in het eerste lid worden uiterlijk 15 april door de Minister van Begroting van de Franse Gemeenschap aan het Rekenhof overgemaakt. De rekeningen bedoeld in het eerste lid worden bij de algemene rekening van de Franse Gemeenschap gevoegd. HOOFDSTUK V. - Algemene en slotbepalingen Afdeling I - Uitvoering
Art. 16.De modaliteiten voor de uitvoering van dit samenwerkingsakkoord, o.a. wat betreft de samenstelling van het beheerscomité en van de beroepscommissie, de werking, het personeel, de financiering, de begroting en de rekeningen van het Agentschap, worden, door de gelijktijdige aanneming van besluiten met dezelfde inhoud, door de Regering van de Franse Gemeenschap, de Waalse Regering en het College van de Franse Gemeenschapscommissie vastgelegd uiterlijk binnen de twee maanden na de bekrachtiging van het decreet houdende goedkeuring van dit akkoord. Afdeling 2 - Overgangsbepalingen
Art. 17.Bij de inwerkingtreding van dit akkoord zorgt het Agentschap voor de overgang tussen de acties gevoerd in het kader van de vorige Europese programma's betreffende de opvoeding en de vorming en de acties die uitgevoerd moeten worden in het kader van de Europese programma's voor opvoeding en vorming.
Art. 18.In afwijking van de artikelen 4, § 3, en 9, § 1, worden de directeur en de andere leden van het Agentschap in dienst op de datum van inwerkingtreding van dit samenwerkingsakkoord bevestigd in hun functie. De artikelen 4, § 3, en 9, § 1, zullen van toepassing zijn voor elke nieuwe indienstneming van een lid van het Agentschap. Afdeling 3 - Duur
Art. 19.Dit akkoord wordt voor onbepaalde duur gesloten.
Het akkoord kan door één of meerdere partijen opgezegd worden met inachtneming van een opzegtermijn van één jaar.
Opgemaakt te Brussel op 28 april 2017, in drie originele exemplaren.
Voor de Franse Gemeenschap: De Minister-President, R. DEMOTTE De Vice-President en Minister van Hoger Onderwijs, Onderzoek en Media, J.-Cl. MARCOURT De Minister van Onderwijs, M.-M. SCHYNS De Minister van Onderwijs voor sociale promotie, Jeugd, Vrouwenrechten en Gelijke kansen, I. SIMONIS Voor de Waalse Regering, De Minister-President, P. MAGNETTE De Minister van Tewerkstelling en Vorming, E. TILLIEUX Voor het College van de Franse Gemeenschapscommissie, De Minister-President, F. LAANAN De Minister van Beroepsvorming, D. GOSUIN