gepubliceerd op 10 augustus 2011
Decreet houdende machtiging tot oprichting van het privaatrechtelijk vormgegeven extern verzelfstandigd agentschap NV Vlaams Energiebedrijf
15 JULI 2011. - Decreet houdende machtiging tot oprichting van het privaatrechtelijk vormgegeven extern verzelfstandigd agentschap NV Vlaams Energiebedrijf
Het VLAAMS PARLEMENT heeft aangenomen en Wij, REGERING, bekrachtigen hetgeen volgt : decreet houdende machtiging tot oprichting van het privaatrechtelijk vormgegeven extern verzelfstandigd agentschap NV Vlaams Energiebedrijf. HOOFDSTUK I. - Algemene bepalingen en definities
Artikel 1.Dit decreet regelt een gewestaangelegenheid.
Art. 2.In dit decreet wordt verstaan onder : 1° het Kaderdecreet : het kaderdecreet Bestuurlijk Beleid van 18 juli 2003;2° het Energiedecreet : het decreet houdende algemene bepalingen betreffende het energiebeleid van 8 mei 2009;3° het Vlaams Energiebedrijf : het privaatrechtelijk vormgegeven extern verzelfstandigd agentschap "NV Vlaams Energiebedrijf", dat overeenkomstig artikel 3 van dit decreet zal worden opgericht;4° dochteronderneming : onderneming, ongeacht de rechtsvorm, die door het Vlaams Energiebedrijf betrokken wordt bij de uitoefening van haar beleidsuitvoerende taken overeenkomstig artikel 12 van het Kaderdecreet. HOOFDSTUK II. - Machtiging tot oprichting van het Vlaams Energiebedrijf Afdeling 1. - Machtiging tot oprichting
Art. 3.De Vlaamse Regering wordt gemachtigd om namens het Vlaamse Gewest onder de voorwaarden bepaald in dit decreet, de naamloze vennootschap Vlaams Energiebedrijf op te richten, dan wel mee te werken aan de oprichting ervan. Het Vlaams Energiebedrijf is een privaatrechtelijk vormgegeven extern verzelfstandigd agentschap, als bedoeld in artikel 29 van het Kaderdecreet. Behoudens andersluidende bepalingen in dit decreet, zijn de bepalingen van het Kaderdecreet van toepassing op het Vlaams Energiebedrijf.
De statuten van het Vlaams Energiebedrijf en elke wijziging daaraan, worden ter kennisgeving voorgelegd aan de Vlaamse Regering en meegedeeld aan het Vlaams Parlement.
De Vlaamse Regering bepaalt tot welk homogeen beleidsdomein het Vlaams Energiebedrijf behoort. Afdeling 2. - Missie, taken en bevoegdheden
Art. 4.§ 1. De in artikel 3, eerste lid, bedoelde machtiging betreft het oprichten van het Vlaams Energiebedrijf dat als missie heeft, voor wat de bevoegdheden van het Vlaamse Gewest betreft, het streven naar energiebesparing en rationeel energiegebruik alsook het bevorderen van milieuvriendelijke en/of decentrale energieproductie en energielevering. § 2. Het Vlaams Energiebedrijf wordt vooreerst belast met het faciliteren, het aanbieden en het coördineren van energiediensten om energiebesparende maatregelen en milieuvriendelijke energieproductie in gebouwen te verwezenlijken. Hiertoe zal het Vlaams Energiebedrijf projecten bestuderen, uitvoeren of laten uitvoeren, die een verbeterde eco-efficiëntie van gebouwen nastreven, zowel op economisch als op ecologisch vlak, meer bepaald door middel van het behoud, de terugwinning en het rationeel gebruik van energie, zonder beperkingen wat betreft de ingezette technologieën en de locatie van de projecten.
Daarbij kunnen onder meer mechanismen die op de inbreng van derde investeerders beroep doen, worden gebruikt.
Het Vlaams Energiebedrijf wordt daarnaast ook belast met de volgende taken ter bevordering van milieuvriendelijke en/of decentrale energieproductie en energielevering : 1° het zelf of samen met anderen oprichten en deelnemen aan, alsmede het houden en verwerven van een participatie in vennootschappen, verenigingen, samenwerkingsverbanden en andere juridische entiteiten, al dan niet bekleed met rechtspersoonlijkheid, met het oog op de uitbouw van posities in milieuvriendelijke energieprojecten en infrastructuur gerelateerd aan milieuvriendelijke energieprojecten of met het oog op het ondersteunen van milieuvriendelijke energieprojecten en infrastructuur gerelateerd aan milieuvriendelijke energieprojecten;2° het zelf of samen met anderen optreden als speler of facilitator in de groothandelsmarkten van elektriciteit (voor wat betreft groene en/of decentraal geproduceerde stroom) en/of gas (voor producenten op basis van warmte-krachtkoppeling);3° het zelf of samen met anderen optreden als speler of facilitator in de markten van groenestroomcertificaten en warmte-krachtcertificaten;4° het zelf of samen met anderen optreden als speler of facilitator in de leveranciersmarkten van elektriciteit en/of gas. Het Vlaams Energiebedrijf wordt ten slotte ook belast met de volgende taken : 1° het zelf of samen met anderen oprichten en deelnemen aan, alsmede het houden en verwerven van een participatie in vennootschappen, verenigingen, samenwerkingsverbanden en andere juridische entiteiten, al dan niet bekleed met rechtspersoonlijkheid, met het oog op het naar de markt brengen van innovaties op het vlak van milieuvriendelijke energietechnologieën, -systemen en -diensten;2° het ontwikkelen, verwerven en opbouwen van een grondige kennis met betrekking tot energiebeheer en de realisatie van energiebesparende en milieuvriendelijke energieprojecten. § 3. Het Vlaams Energiebedrijf houdt geen rechtstreekse of onrechtstreekse deelneming aan, in welke vorm ook, in een netbeheerder, zoals bedoeld in artikel 1.1.3, 90°, van het Energiedecreet, of werkmaatschappij, zoals bedoeld in artikel 1.1.3, 138°, van het Energiedecreet. § 4. Het Vlaams Energiebedrijf en haar dochterondernemingen kunnen alle handelingen en activiteiten verrichten die rechtstreeks of onrechtstreeks bijdragen tot de verwezenlijking van de opdrachten, vermeld in § 2. Afdeling 3. - Werking en middelen
Art. 5.De Vlaamse Regering is gemachtigd om statutair personeel, gebouwen en infrastructuur ter beschikking te stellen van het Vlaams Energiebedrijf. De Vlaamse Regering is tevens gemachtigd om gebouwen en infrastructuur ter beschikking te stellen van de dochterondernemingen van het Vlaams Energiebedrijf. De voorwaarden en modaliteiten van deze terbeschikkingstelling worden bepaald in de samenwerkingsovereenkomst, zoals bedoeld in artikel 6 van dit decreet.
In de gevallen waarin personeel, gebouwen of infrastructuur ter beschikking worden gesteld van het Vlaams Energiebedrijf of haar dochterondernemingen voorziet de samenwerkingsovereenkomst in een marktconforme vergoeding voor deze terbeschikkingstelling. De terbeschikkingstelling geldt slechts tot wederopzegging zonder dat hieruit schadeloosstelling jegens het Vlaamse Gewest kan worden geëist door het Vlaams Energiebedrijf of haar dochterondernemingen.
De Vlaamse Regering, voor het Vlaamse Gewest, en het Vlaams Energiebedrijf en haar dochterondernemingen kunnen, in het kader van de missie en doelstellingen van het Vlaams Energiebedrijf, zoals bepaald in artikel 4 van dit decreet, mits een bijzondere en omstandige motivering, zakelijke rechten vestigen op de onroerende goederen die behoren tot het openbaar domein dat het Vlaamse Gewest of de Vlaamse Gemeenschap toebehoort, voor zover de te vestigen zakelijke rechten niet kennelijk onverenigbaar zijn met de bestemming van deze goederen en deze vestiging geschiedt aan marktconforme voorwaarden.
Art. 6.Tussen het Vlaams Energiebedrijf en de Vlaamse Regering wordt een samenwerkingsovereenkomst zoals bedoeld in artikel 31 van het Kaderdecreet gesloten.
De samenwerkingovereenkomst bepaalt ten minste de krachtlijnen, omschrijving en aanpak van de uit te voeren taken, een coherent en gedetailleerd businessplan in verband met de uit te voeren taken, de informatie- en rapportageverplichtingen inzake de taken en de financiële situatie, de opmaak van een gedragscode inzake corporate governance, evenals, met inachtneming van hetgeen is bepaald in artikel 5, eerste lid, de voorwaarden en modaliteiten tot eventuele terbeschikkingstelling aan het Vlaams Energiebedrijf of haar dochterondernemingen van personeelsleden, infrastructuur of andere middelen, de nadere bepalingen betreffende het beheer en de werking van het Vlaams Energiebedrijf, evenals de duur, opzeggings- en verlengingsmogelijkheden van de samenwerkingsovereenkomst. Afdeling 4. - Aandeelhouderschap
Art. 7.Het Vlaamse Gewest moet steeds rechtstreeks of onrechtstreeks beschikken over ten minste de helft plus één van de aandelen in het maatschappelijk kapitaal van het Vlaams Energiebedrijf. Afdeling 5. - Toezicht door een regeringsafgevaardigde
Art. 8.§ 1. De Vlaamse Regering kan bij het Vlaams Energiebedrijf een regeringsafgevaardigde aanstellen.
De regeringsafgevaardigde houdt toezicht op de overeenstemming van de verrichtingen en de werking van het Vlaams Energiebedrijf met het recht, de statuten, de samenwerkingsovereenkomst en de gedragscode inzake corporate governance. § 2. De regeringsafgevaardigde heeft met raadgevende stem zitting in alle bestuursorganen van het Vlaams Energiebedrijf.
Ten minste vijf werkdagen vóór de datum van de vergaderingen ontvangt hij de volledige dagorde van de vergaderingen van de bestuursorganen van het Vlaams Energiebedrijf, evenals alle documenten terzake. In gemotiveerde gevallen van hoogdringendheid kan van deze bepaling worden afgeweken.
Hij kan te allen tijde ter plaatse alle documenten en geschriften van het Vlaams Energiebedrijf inzien.
Hij kan van de bestuurders en de leden van het management alle inlichtingen en ophelderingen vorderen, en alle verificaties verrichten, die hij nodig acht voor de uitvoering van zijn mandaat. § 3. De kosten die verbonden zijn aan de uitoefening van het ambt van regeringsafgevaar-digde, zijn ten laste van het Vlaams Energiebedrijf.
De Vlaamse Regering bepaalt de rechtspositionele voorwaarden waaronder de regerings-afgevaardigde wordt aangesteld. HOOFDSTUK III. - Slotbepaling
Art. 9.Dit decreet treedt in werking op de datum van bekendmaking ervan in het Belgisch Staatsblad.
Kondigen dit decreet af, bevelen dat het in het Belgisch Staatsblad zal worden bekendgemaakt.
Brussel, 15 juli 2011.
De minister-president van de Vlaamse Regering, K. PEETERS De Vlaamse minister van innovatie, Overheidsinvesteringen, Media en Armoedebestrijding, I. LIETEN _______ Nota Zitting 2010-2011 Stukken. - Ontwerp van decreet : 1113 - Nr. 1 - Reflectienota : 1113 - Nr. 2 - Verslag : 1113 - Nr. 3 - Tekst aangenomen door de plenaire vergadering : 1113 - Nr. 4 Handelingen. - Bespreking en aanneming : Vergaderingen van 6 juli 2011.