Etaamb.openjustice.be
Decreet van 07 april 2003
gepubliceerd op 04 december 2003

Decreet betreffende het toezicht op de Mededelingen van de Regering van de Duitstalige Gemeenschap

bron
ministerie van de duitstalige gemeenschap
numac
2003033075
pub.
04/12/2003
prom.
07/04/2003
ELI
eli/decreet/2003/04/07/2003033075/staatsblad
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
links
Raad van State (chrono)
Document Qrcode

7 APRIL 2003. - Decreet betreffende het toezicht op de Mededelingen van de Regering van de Duitstalige Gemeenschap (1)


De Raad van de Duitstalige Gemeenschap heeft aangenomen en Wij, Regering, bekrachtigen hetgeen volgt :

Artikel 1.In dit decreet verstaat men onder : 1° regeringsmededelingen : de mededelingen en informatiecampagnes van de Regering van de Duitstalige Gemeenschap, van één of meerdere van haar leden, ongeacht het medium, ten behoeve van de bevolking, waaraan zij niet gebonden zijn krachtens een wettelijke of reglementaire bepaling en die rechtstreeks of onrechtstreeks gefinancierd worden met overheidsgeld;2° politieke partij : de vereniging van natuurlijke personen, al dan niet met rechtspersoonlijkheid, die deelneemt aan de verkiezingen waarin de Grondwet voorziet en die kandidaten voordraagt voor de verkiezingen van de Senaat, de Kamer van volksvertegenwoordigers, de Waalse Gewestraad, de Vlaamse Raad, de Brusselse Hoofdstedelijke Raad en de Raad van de Duitstalige Gemeenschap en die, binnen de perken van de Grondwet, van de wet, van het decreet en van de ordonnantie, de wil van het volk tracht te beïnvloeden overeenkomstig haar statuten of programma.

Art. 2.Er wordt een commissie opgericht om het toezicht op de regeringsmededelingen der leden van de Regering van de Duitstalige Gemeenschap uit te oefenen, hierna « toezichtscommissie » genoemd.

De toezichtscommissie is samengesteld uit leden van de Raad van de Duitstalige Gemeenschap. De Voorzitter van de Raad van de Duitstalige Gemeenschap neemt het voorzitterschap ervan waar.

De Raad van de Duitstalige Gemeenschap voorziet in zijn reglement in de maatregelen die hij nuttig acht om dit decreet te kunnen uitvoeren.

Art. 3.De toezichtscommissie is ermee belast, regeringsmededelingen bedoeld in artikel 1 te controleren.

Te dien einde kan ze richtlijnen aannemen m.b.t. de concrete modaliteiten van de uitoefening van het toezicht. § 2 - De Regering van de Duitstalige Gemeenschap of één of meerdere van haar leden die een mededeling zoals bedoeld in paragraaf 1 wensen te doen, kunnen vóór het verschijnen of de uitzending ervan het advies van de toezichtscommissie inwinnen.

Te dien einde moet aan de toezichtscommissie een overzichtsnota voorgelegd worden met precieze inlichtingen over de inhoud en de redenen van de regeringsmededeling of van de informatiecampagne, de aangewende middelen, de totale kostprijs en de geraadpleegde firma's.

Binnen de veertien dagen na de indiening van de overzichtsnota brengt de toezichtscommissie een niet-bindend advies uit bij volstrekte meerderheid der stemmen.

Het advies is ongunstig als de regeringsmededeling er geheel of ten dele toe strekt het persoonlijk imago van één of meerdere leden van de Regering van de Duitstalige Gemeenschap of het imago van een politieke partij te verbeteren.

Als de toezichtscommissie haar advies niet heeft uitgebracht binnen de veertien dagen, wordt ze geacht een gunstig advies te hebben uitgebracht. § 3 - Indien een regeringsmededeling verschijnt of uitgezonden wordt, waarvoor vooraf een ongunstig advies werd uitgebracht, heeft elk lid van de toezichtscommissie het recht om deze zaak binnen de veertien dagen bij de commissie aanhangig te maken.

Als de inhoud van de regeringsmededeling gewijzigd wordt ten opzichte van wat vermeld is in de overzichtsnota in het kader van de voorafgaande adviesprocedure, dan wordt de zaak op dezelfde wijze bij de toezichtscommissie aanhangig gemaakt.

Indien een regeringsmededeling verschijnt of uitgezonden wordt, waarvoor vooraf geen advies werd ingewonnen, heeft elk lid van de toezichtscommissie het recht om deze zaak binnen de zestig dagen bij de toezichtscommissie aanhangig te maken. § 4 - Als de mededeling of de informatiecampagne ertoe strekt het persoonlijk imago van één of meerdere regeringsleden of het imago van een politieke partij te verbeteren, treft de toezichtscommissie de volgende sancties : - voor een eerste overtreding : een blaam voor de overtreder met berichtgeving in de pers; - voor een tweede overtreding : een vierde van de totale kostprijs van de regeringsmededeling wordt ten laste van de overtreder gelegd; - voor een derde overtreding : drie vierde van de totale kostprijs van de regeringsmededeling worden ten laste van de overtreder gelegd; - voor een vierde overtreding en de volgende : de totale kostprijs van de regeringsmededeling wordt ten laste van de overtreder gelegd.

De in het vorig lid bedoelde tenlastelegging betreft de verkiezingsuitgaven van de betrokkenen voor de volgende verkiezingen waaraan zij deelnemen.

De met redenen omklede beslissing van de toezichtscommissie wordt uitgebracht binnen de maand nadat de zaak bij haar aanhangig is gemaakt, met inachtneming van de rechten van de verdediging.

De beslissing van de toezichtscommissie wordt genomen bij volstrekte meerderheid der stemmen.

Deze beslissing wordt binnen de zeven daaropvolgende dagen ter kennis van de betrokkenen gebracht.

Beslissingen die een gedeeltelijke of gehele tenlastelegging van de totale kostprijs van de regeringsmededeling tot gevolg hebben, worden in het Belgisch Staatsblad bekendgemaakt. § 5 - De in paragrafen 3 en 4 bedoelde termijnen worden opgeschort wanneer de Raad van de Duitstalige Gemeenschap uitgesteld wordt, wanneer de zitting wordt gesloten en tijdens het parlementair reces.

Tijdens de zomervakantie worden de termijnen opgeschort vanaf de laatste dag van de plenaire vergadering die de vakantie voorafgaat tot en met 31 augustus.

Art. 4.De toezichtscommissie stelt haar reglement op dat in het Belgisch Staatsblad wordt bekendgemaakt.

Art. 5.Dit decreet treedt in werking op de dag waarop het wordt aangenomen.

Wij kondigen dit decreet af en bevelen dat het door het Belgisch Staatsblad bekendgemaakt wordt.

Eupen op 7 april 2003.

K.-H. LAMBERTZ, Minister-President van de Regering van de Duitstalige Gemeenschap, Minister van Werkgelegenheid, Gehandicaptenbeleid, Media en Sport.

B. GENTGES, Minister van Onderwijs en Vorming, Cultuur en Toerisme.

H. NIESSEN, Minister van Jeugd en Gezin, Monumentenzorg, Gezondheid en Sociale Aangelegenheden. _______ Nota (1) Zitting 2002-2003 Bescheiden van de Raad : 129 (2002-2003).Nr. 1. Voorstel van decreet 129 (2002-2003). Nr. 2. Verslag Integraal verslag : Bespreking en aanneming - Zitting van 7 april 2003

^