gepubliceerd op 08 juni 2006
Besluit van de Waalse Regering tot wijziging van het besluit van de Waalse Gewestexecutieve van 9 april 1992 betreffende de afgewerkte olie
24 MEI 2006. - Besluit van de Waalse Regering tot wijziging van het besluit van de Waalse Gewestexecutieve van 9 april 1992 betreffende de afgewerkte olie
De Waalse Regering, Gelet op het decreet van 27 juni 1996 betreffende de afvalstoffen, inzonderheid op artikel 10;
Gelet op het besluit van de Waalse Gewestexecutieve van 9 april 1992 betreffende de afgewerkte olie, gewijzigd bij de besluiten van de Waalse Regering van 25 april 2002 en 4 juli 2002;
Gelet op het besluit van de Waalse Regering van 10 juli 1997 tot opstelling van een afvalcatalogus, gewijzigd bij het besluit van de Regering van 24 januari 2002;
Gelet op het besluit van de Waalse Regering van 13 november 2003 betreffende de registratie van de ophalers en vervoerders van andere afval dan gevaarlijke afval;
Gelet op het advies van de Commissie voor afval, gunstig bij ontstentenis;
Gelet op het advies 39.744/4 van de Raad van State, gegeven op 31 januari 2006;
Overwegende dat de erkenning voor het vervoer en de inzameling van afgewerkte oliën voor onbepaalde duur voorzien wordt terwijl de overige erkenningen voor afvalbeheer een beperkte duur hebben;
Overwegende dat de looptijd van de erkenningen voor afvalbeheer geharmoniseerd moet worden;
Overwegende dat het besluit moet overeenstemmen met artikel 10 van het decreet van 27 juni 1996 betreffende de afvalstoffen;
Op de voordracht van de Minister van Landbouw, Landelijke Aangelegenheden, Leefmilieu en Toerisme;
Na beraadslaging, Besluit :
Artikel 1.Artikel 2, 6°, van het besluit van de Waalse Gewestexecutieve van 9 april 1992 betreffende de afgewerkte olie wordt gewijzigd als volgt : "6° onder voorbehoud van de bepalingen van artikel 4, zich op een andere wijze van afgewerkte oliën te ontdoen dan door aangifte aan erkende of registreerde ophalers, al naargelang het geval, of aan vergunde centra voor de hergroepering, voorbehandeling, verwijdering of nuttige toepassing van afgewerkte olie".
Art. 2.Artikel 2, 6°, van hetzeldfe besluit wordt gewijzigd als volgt : "
Art. 4.Afgewerkte olie afkomstig van de normale activiteit van een particulier huishouden kan hetzij aan een garagehouder afgegeven worden, hetzij in afvaloliecontainers voor selectieve inzameling gedeponeerd worden. De aldus ingezamelde afvalolie wordt afgegeven aan erkende of geregistreerde afvalolieophalers, al naargelang het geval, of aan erkende exploitanten van installaties voor de hergroepering, voorbehandeling, verwijdering of nuttige toepassing van afgewerkte olie."
Art. 3.Het opschrift van hoofdstuk III van hetzelfde besluit wordt vervangen door het volgende opschrift : "Erkenning van beroepsophalers en -vervoerders van afgewerkte olie waaruit gevaarlijke afvalstoffen ontstaan."
Art. 4.Artikel 8 van hetzelfde besluit wordt vervangen als volgt : "Beroepsophalers en -vervoerders van afgewerkte olie waaruit gevaarlijke afvalstoffen ontstaan zijn onderworpen aan een voorafgaande erkenning. De erkenning wordt verleend voor een periode die zij bepaalt en die niet langer dan vijf jaar mag lopen."
Art. 5.§ 1. Elke erkenning als ophaler of vervoerder van afgewerkte olie die vóór de inwerkingtreding van dit besluit verleend wordt, houdt op uitwerking te hebben na afloop van de periode van vijf jaar die ingaat op de datum van toekenning van de erkenning. § 2. Elke houder van een erkenning voor de inzameling of het vervoer van afgewerkte olie verleend vóór de periode van vijf jaar die voorafgaat aan de inwerkingtreding van dit besluit moet binnen zes maanden na bedoelde inwerkingtreding een nieuwe aanvraag tot hernieuwing van zijn erkenning indienen.
In afwijking van § 1 blijft de erkenning uitwerking hebben totdat er beslist wordt over de overeenkomstig het eerste lid ingediende aanvraag tot hernieuwing van de erkenning.
Art. 6.Dit besluit treedt in werking op de eerste dag van de maand na de datum van inwerkingtreding ervan in het Belgisch Staatsblad.
Art. 7.De Minister van Leefmilieu is belast met de uitvoering van dit besluit.
Namen, 24 mei 2006.
De Minister-President, E. DI RUPO De Minister van Landbouw, Landelijke Aangelegenheden, Leefmilieu en Toerisme, B. LUTGEN