gepubliceerd op 08 juli 2021
Besluit van de Waalse Regering tot wijziging van artikel R.402 van het reglementair deel van Boek II van het Milieuwetboek, dat het Waterwetboek inhoudt, om de premies voor de installatie van individuele waterzuiveringssystemen aan te passen
24 JUNI 2021. - Besluit van de Waalse Regering tot wijziging van artikel R.402 van het reglementair deel van Boek II van het Milieuwetboek, dat het Waterwetboek inhoudt, om de premies voor de installatie van individuele waterzuiveringssystemen aan te passen
De Waalse Regering, Gelet op Boek II van het Milieuwetboek, dat het Waterwetboek inhoudt, artikel D. D.222/1, ingevoegd bij het
decreet van 23 juni 2016Relevante gevonden documenten
type
decreet
prom.
23/06/2016
pub.
08/07/2016
numac
2016203537
bron
waalse overheidsdienst
Decreet houdende wijziging van het Milieuwetboek, van het Waterwetboek en van verscheidene decreten inzake afvalstoffen en milieuvergunning
sluiten en artikel D.284;
Gelet op het reglementair Deel van Boek II van het Waals Milieuwetboek, dat het Waterwetboek inhoudt;
Gelet op het advies van de Inspecteur van Financiën, gegeven op 6 december 2020;
Gelet op de instemming van de Minister van Begroting, gegeven op 10 december 2020;
Gelet op het rapport van 30 november 2020 opgemaakt overeenkomstig artikel 11, 2°, van het decreet van 2014 april 2014 houdende uitvoering van de resoluties van de Vrouwenconferentie van de Verenigde Naties die in september 1995 in Peking heeft plaatsgehad en tot integratie van de genderdimensie in het geheel van de gewestelijke beleidslijnen;
Gelet op advies van de Raad van State nr. 65.317/4, gegeven op 1 juni 2021, overeenkomstig artikel 84, § 1, eerste lid, 2°, van de wetten op de Raad van State, gecoördineerd op 12 januari 1973;
Overwegende dat, gelet op de aan S.P.G.E. toevertrouwde openbare dienstverleningstaak met betrekking tot het openbaar beheer van de autonome sanering, haar advies moet worden gevraagd over het voorontwerp van besluit tot wijziging van diverse bepalingen van het Waterwetboek betreffende de premies voor de installatie van individuele zuiveringssystemen;
Gelet op het advies van de Beleidsgroep "Leefmilieu", gegeven op 10 maart 2021;
Gelet op het advies van S.P.G.E., gegeven op 15 februari 2021;
Op de voordracht van de Minister van Leefmilieu;
Na beraadslaging, Besluit :
Artikel 1.In artikel R.280 § 2, eerste lid, van Boek II van het Milieuwetboek, worden de woorden "een premie van hetzelfde niveau als de prioritaire zones II overeenkomstig artikel R.402, § 1, 2°" vervangen door de woorden "een premie ter hoogte van het bedrag dat van toepassing is, wanneer de woning een erkend plaatselijk zwart punt vormt".
Art. 2.Artikel R.402 van het reglementair deel van Boek II van het Milieuwetboek, dat het Waterwetboek inhoudt, gewijzigd bij de besluiten van de Waalse Regering van 6 december 2006, 6 november 2008, 1 december 2016 en 30 november 2018, wordt vervangen door wat volgt : "Art. R. 402. § 1. Voor een eerste installatie van een overeenkomstig afdeling 2 erkend individueel zuiveringssysteem bedraagt de premie voor de eerste schijf van vijf inwoners-equivalenten : 1° 6000 euro wanneer de Minister het individueel zuiveringssysteem oplegt ten gevolge van een zone-onderzoek in prioritaire zone I bedoeld in artikel R.279, § 3.; 2° 3.500 euro wanneer de woning een overeenkomstig artikel R.280 erkend plaatselijk zwart punt vormt; 3° 1.500 euro in de andere gevallen. § 2. De in paragraaf 1 bedoelde bedragen worden verhoogd met: 1° 450 euro per bijkomende inwonerequivalent;2° 150 euro voor de uitvoering van een permeabiliteitstest van de bodem met het oog op een bodeminfiltratie;2° 500 euro indien, na afloop van de permeabiliteitstest, de afvoer van het gezuiverde water gebeurt via één van de bodeminfiltratiewijzen die gemachtigd zijn bij de besluiten genomen ter uitvoering van het decreet van 11 maart 1999Relevante gevonden documenten type decreet prom. 11/03/1999 pub. 08/06/1999 numac 1999027439 bron ministerie van het waalse gewest Decreet betreffende de milieuvergunning sluiten betreffende de milieuvergunning, zinkput uitgezonderd;4° 1000 euro voor de installatie van een extensief systeem. § 3. De in paragrafen 1 en 2 bedoelde premies worden beperkt tot een maximum van tachtig percent van het totaalbedrag van de facturen, belasting over de toegevoegde waarde meegerekend, met betrekking tot de individuele zuiveringswerken. Ze omvatten de studie, de aankoop, het vervoer, de aanleg en de aansluiting van het individueel zuiveringssysteem en het afwateringsnetwerk voor het huishoudelijk afvalwater en het afvoersysteem voor het gezuiverde water. Ze omvatten niet het herstel van de plaats in diens oorspronkelijke staat.
Op voorwaarde dat de aanvrager bewijst dat hij houder is van een zakelijk recht op de betrokken woning, waarvoor de premie wordt aangevraagd, en dat het totale belastbare inkomen van het huishouden in het voorlaatste volledige jaar voorafgaand aan de datum van de aanvraag niet meer bedraagt dan 97.700 euro, wordt enkel het plafond van tachtig procent van het totale bedrag van de facturen volgens de hierboven vermelde voorwaarden opgenomen in het bedrag van de premie voor de installatie van een individueel zuiveringssysteem dat door de Minister is opgelegd na een zone-onderzoek in prioritaire zone bedoeld in artikel R.279, § 3. Het bedrag van 97.700 euro wordt elk jaar op 1 januari geïndexeerd en naar boven afgerond op basis van de ontwikkeling van de gezondheidsindex, waarbij wordt uitgegaan van de index die op 1 januari 2021 van kracht is.
In alle gevallen wordt het plafond van tachtig procent berekend exclusief de verhoging, bedoeld in het tweede lid, 4°. § 4. Overeenkomstig artikel R.401, § 3, kan een premie voor het herstel of de vernieuwing van een individueel zuiveringssysteem worden toegekend.
Het bedrag van deze premie wordt bepaald op maximum 1.000 euro op basis van een kostenraming opgesteld ten gevolge van een controle of onderhoud waarbij gewezen werd op de noodzaak om het individueel zuiveringssysteem te herstellen.
Het bedrag van deze premie wordt beperkt tot maximum tachtig percent van het totaalbedrag van de facturen, belasting over de toegevoegde waarde meegerekend, met betrekking tot de werken voor het in overeenstemming brengen en het herstel van het bestaande individueel zuiveringssysteem, het herstel van de plaats in diens oorspronkelijke staat niet inbegrepen. § 5. Om in aanmerking te komen, moeten de in de paragrafen 3 en 4 bedoelde facturen de geleverde hoeveelheden en de aangerekende eenheidsprijzen vermelden en voldoende gedetailleerd zijn om S.P.G.E. in staat te stellen na te gaan of de gefactureerde prestaties overeenstemmen met de elementen die in aanmerking kunnen worden genomen en of het gefactureerde zuiveringssysteem overeenstemt met het model waarvoor de premie wordt aangevraagd.
S.P.G.E. kan weigeren facturen in aanmerking te nemen die onvoldoende gedetailleerd zijn, die elementen bevatten met betrekking tot werkzaamheden die niet onder de paragrafen 3 en 4 vallen of die niet essentieel zijn voor de goede werking van het individuele zuiveringssysteem. § 6. De verontreinigende belasting die in aanmerking wordt genomen voor de berekening van de premie wordt bepaald overeenkomstig de bepalingen van bijlage XLVI. Indien het wegens bijzondere omstandigheden niet zinvol of mogelijk is de capaciteit van het te installeren individuele zuiveringssysteem te ramen op basis van de bepalingen van bijlage XLVI, wordt de capaciteit van het zuiveringssysteem door S.P.G.E. voorgesteld op basis van het advies van het erkende saneringsorgaan. ".
Art. 3.In bijlage XLVI van Boek II van het Milieuwetboek wordt het tweede lid vervangen als volgt : "Voor de woningen die enkel huishoudelijk afvalwater produceren, wordt de vuilkracht uitgedrukt door een aantal equivalenten-inwoners die gelijk is aan het aantal bewoners met een minimum van vijf equivalenten-inwoners als het zuiveringssysteem één enkele woning en een minimum van vier equivalenten-inwoners per woning in geval van gegroepeerde sanering bedient zonder evenwel de maximumcapaciteit van het geïnstalleerde systeem te mogen overschrijden.".
Art. 4.De Minister van Leefmilieu is belast met de uitvoering van dit besluit.
Namen, 24 juni 2021.
Voor de Regering : De Minister-President, E. DI RUPO De Minister van Leefmilieu, Natuur, Bossen, Landelijke Aangelegenheden en Dierenwelzijn, C. TELLIER