gepubliceerd op 10 december 1997
Besluit van de Waalse Regering tot wijziging van het besluit van de Waalse Regering van 18 januari 1996 tot vaststelling van het statuut van de ambtenaren van de psychiatrische ziekenhuizen die onder het Waalse Gewest ressorteren
20 NOVEMBER 1997. Besluit van de Waalse Regering tot wijziging van het besluit van de Waalse Regering van 18 januari 1996 tot vaststelling van het statuut van de ambtenaren van de psychiatrische ziekenhuizen die onder het Waalse Gewest ressorteren
De Waalse Regering, Gelet op de bijzondere wet van 8 augustus 1980 tot hervorming der instellingen, inzonderheid op artikel 87, § 3, gewijzigd bij de bijzondere wetten van 8 augustus 1988 en 16 juli 1993;
Gelet op het decreet van 6 april 1995 betreffende het beheer van psychiatrische ziekenhuizen in het Waalse Gewest inzonderheid op artikel 20;
Gelet op het koninklijk besluit van 26 september 1994 tot bepaling van de algemene principes van het administratief en geldelijk statuut van de rijksambtenaren, die van toepassing zijn op het personeel van de diensten van de Gemeenschaps- en Gewestregeringen en van de Colleges van de Gemeenschappelijke Gemeenschapscommissie en van de Franse Gemeenschapscommissie, alsook op de publiekrechtelijke rechtspersonen die ervan afhangen, inzonderheid op artikel 16, § 1;
Gelet op het besluit van de Waalse Regering van 18 januari 1996 tot vaststelling van het statuut van de ambtenaren van de psychiatrische ziekenhuizen die onder het Waalse Gewest ressorteren;
Gelet op het advies van de Inspectie van Financiën, gegeven op 14 juli 1997;
Gelet op het akkoord van de Minister van Ambtenarenzaken, gegeven op 10 juli 1997;
Gelet op het protocol nr. 250 van het sectorcomité nr. XVI, opgesteld op 11 juli 1997;
Gelet op de wetten op de Raad van State, gecoördineerd op 12 januari 1973, inzonderheid op artikel 84, gewijzigd bij de wetten van 15 oktober 1991, 6 april 1995 en 4 augustus 1996;
Gelet op de dringende noodzakelijkheid, gemotiveerd door de opheffing van het statuut van de rijksambtenaren, inzonderheid van de bepalingen inzake de stagecommissies, alsook van de gewestelijke besluiten betreffende de stagecommissies, waardoor de tijdens de stage ondervonden moeilijkheden niet meer door een paritaire instantie onderzocht kunnen worden, en gemotiveerd door het feit dat artikel 16, § 1, van de algemene principes en artikel 32, § 1, van het gewestelijke statuut onmiddellijk toegepast moeten worden;
Gelet op het advies van de Raad van State, gegeven op 11 september 1997, overeenkomstig artikel 84, eerste lid, 2°, van de gecoördineerde wetten op de Raad van State;
Op de voordracht van de Minister van Binnenlandse Aangelegenheden en Ambtenarenzaken, Besluit :
Artikel 1.In het besluit van de Waalse Regering van 18 januari 1996 tot vaststelling van het statuut van de ambtenaren van de psychiatrische ziekenhuizen die onder het Waalse Gewest ressorteren, wordt een als volgt luidend artikel 17bis ingevoegd : «
Art. 17bis.Artikel 32 van hetzelfde besluit dient als volgt te worden gelezen : § 1. De commissie van beroep voor stagiairs bestaat uit : 1° drie gewone leden, door de Waalse Regering aangewezen onder de ambtenaren die minstens rang A6 bekleden en van wie minstens één onder hetzelfde centrum als de stagiair ressorteert;2° de vormingsdirecteur van wie de stagiair afhangt;3° vier gewone leden, aangewezen door de representatieve vakorganisaties van het personeel;4° een gewone griffier-verslaggever en een plaatsvervangende griffier-verslaggever die niet stemgerechtigd zijn en door de Waalse Regering aangewezen zijn. Als de in 1° en 3° hierboven bedoelde gewone leden verhinderd zijn, worden ze vervangen door plaatsvervangende leden die volgens dezelfde regeling aangewezen worden. § 2. Het voorzitterschap van de commissie wordt waargenomen door de ambtenaar die onder de in § 1, 1°, bedoelde leden de meeste anciënniteit in de hoogste graad heeft.
Indien de voorzitter afwezig of verhinderd is, worden zijn functies door zijn plaatsvervanger uitgeoefend. § 3. De representativiteitscriteria voor de commissie van beroep zijn die bedoeld in artikel 8, § 1, van de wet van 19 december 1974 tot regeling van de betrekkingen tussen de overheid en de vakbonden van haar personeel. § 4. In geval van afdanking wordt de zaak uiterlijk de laatste dag van de maand na de kennisgeving ervan aanhangig gemaakt bij de commissie van beroep voor stagiairs, bedoeld in artikel 16, § 1, van het bovenvermelde koninklijk besluit van 26 september 1994.
De commissie brengt advies uit binnen de maand waarin de zaak bij haar aanhangig werd gemaakt, en de Regering bevestigt of verklaart de afdanking nietig op grond van dat advies. § 5. Behalve in het in artikel 31, § 2, bedoelde geval, gaat de Regering over tot de vaste benoeming van de stagiair. »
Art. 2.In bovenvermeld besluit van 18 januari 1996 wordt een als volgt luidend artikel 61bis ingevoegd : «
Art. 61bis.Artikel 32 van hetzelfde besluit dient als volgt gelezen te worden : § 1. De commissie van beroep voor stagiairs bestaat uit : 1° drie gewone leden, aangewezen door de Waalse Regering onder de ambtenaren die minstens rang A6 bekleden in de zin van artikel 8 van dit besluit en van wie minstens één onder hetzelfde centrum als de stagiair ressorteert;2° de vormingsdirecteur van wie de stagiair afhangt;3° vier gewone leden, aangewezen door de representatieve vakorganisaties van het personeel;4° een gewone griffier-verslaggever en een plaatsvervangende griffier-verslaggever die niet stemgerechtigd zijn en door de Waalse Regering aangewezen zijn. Als de in 1° en 3° hierboven bedoelde gewone leden verhinderd zijn, worden ze door de plaatsvervangende leden vervangen die volgens dezelfde regeling aangewezen worden. § 2. Het voorzitterschap van de commissie wordt waargenomen door de ambtenaar die onder de in § 1, 1°, bedoelde leden de meeste anciënniteit in de hoogste graad heeft.
Indien de voorzitter afwezig of verhinderd is, worden zijn functies door zijn plaatsvervanger uitgeoefend. § 3. De representativiteitscriteria voor de commissie van beroep zijn die bedoeld in artikel 8, § 1, van de wet van 19 december 1974 tot regeling van de betrekkingen tussen de overheid en de vakbonden van haar personeel. § 4. In geval van afdanking wordt de zaak uiterlijk de laatste dag van de maand na de kennisgeving ervan aanhangig gemaakt bij de commissie van beroep voor stagiairs, bedoeld in artikel 16, § 1, van het bovenvermelde koninklijk besluit van 26 september 1994.
De commissie brengt advies uit binnen de maand waarin de zaak bij haar aanhangig werd gemaakt, en de Regering bevestigt of verklaart de afdanking nietig op grond van dat advies. § 5. Behalve in het in artikel 31, § 2, bedoelde geval, gaat de Regering over tot de vaste benoeming van de stagiair ».
Art. 3.De Minister van Ambtenarenzaken is belast met de uitvoering van dit besluit.
Namen, 20 november 1997.
De Minister-President van de Waalse Regering, belast met Economie, Buitenlandse Handel, KMO's, Toerisme en Patrimonium, R. COLLIGNON De Minister van Binnenlandse Aangelegenheden en Ambtenarenzaken, B. ANSELME