19 FEBRUARI 2004. - Besluit van de Waalse Regering betreffende de erkenningsvoorwaarden voor de representatieve beroepsorganisaties van cichoreiproducenten

De Waalse Regering, Gelet op de wet van 28 maart 1975 betreffende de handel in landbouw-, tuinbouw- en zeevisserijproducten, laatst gewijzigd bij het koninklijk besluit van 22 februari 2001, inzonderheid op artikel 4, ingevoegd bij de wet van 5 februari 1999;

Gelet op het overleg tussen de gewestelijke Regeringen en de federale Overheid d.d. 24 januari 2003;

Gelet op Verordening (EG) nr. 1260/2001 van de Raad van 19 juni 2001 houdende een gemeenschappelijke ordening der markten in de sector suiker;

Gelet op het advies 36.005/4 van de Raad van State, gegeven op 5 november 2003, overeenkomstig artikel 84, § 1, eerste lid, 1°, van de gecoördineerde wetten op de Raad van State;

Op de voordracht van de Minister van Landbouw en Landelijke Aangelegenheden;

Na beraadslaging, Besluit :

Artikel 1.Voor de toepassing van dit besluit verstaat men onder : 1° « de Minister » : de Minister bevoegd voor Landbouw;2° « het bevoegde Bestuur » : de Afdeling Landbouwbeleid van het Directoraat-generaal Landbouw van het Ministerie van het Waalse Gewest.

Art. 2.De Minister kan representatieve beroepsorganisaties van cichoreiproducenten erkennen.

Art. 3.De erkenningsaanvraag wordt ingediend bij het bevoegde bestuur.

Art. 4.§ 1. Om erkend te worden en te blijven, moeten de in artikel 2 bedoelde representatieve beroepsorganisaties voldoen aan de hiernavermelde voorwaarden en verplichtingen : 1° opgericht zijn als vereniging zonder winstoogmerk;2° de vastgestelde gemeenschappelijke regels en de gesloten interprofessionele akkoorden meedelen aan de Minister;3° zich onderwerpen aan de controle van de Minister of van zijn afgevaardigden, met name wat betreft hun boekhouding en alle noodzakelijke informatie voor de uitoefening van die controle bezorgen;4° voldoen aan de bepalingen van de verordeningen van de Europese Gemeenschap en aan de bepalingen van intern recht die de richtlijnen van de Europese Gemeenschap omzetten, met name inzake interprofessionele akkoorden en contracten;5° de noodzakelijke informatie bezorgen aan de betrokken personen wat betreft de vastgestelde regels. § 2. Indien de beroepsorganisaties niet meer voldoen aan de in § 1 vastgestelde voorwaarden, wordt hun erkenning ingetrokken door de Minister.

In dit geval, deelt de Minister de aangevoerde redenen en de geplande maatregel bij aangetekende brief mee aan de betrokken beroepsorganisatie. Die beschikt over een termijn van tien werkdagen om haar bezwaren bij aangetekende brief te doen gelden. De Minister beschikt dan over dertig werkdagen om een beslissing te treffen.

De beslissing van de Minister wordt bij aangetekende brief meegedeeld aan de beroepsorganisatie.

Art. 5.Dit besluit treedt in werking de dag waarop het in het Belgisch Staatsblad wordt bekendgemaakt.

Art. 6.De Minister van Landbouw is belast met de uitvoering van dit besluit.

Namen, 19 februari 2004.

De Minister-President, J.-Cl. VAN CAUWENBERGHE De Minister van Landbouw en Landelijke Aangelegenheden, J. HAPPART