gepubliceerd op 24 februari 2022
Besluit van de Waalse Regering betreffende de controles in het kader van het beheer en de betaling van de gezinsbijslagen
10 FEBRUARI 2022. - Besluit van de Waalse Regering betreffende de controles in het kader van het beheer en de betaling van de gezinsbijslagen
De Waalse Regering, Gelet op het
decreet van 8 februari 2018Relevante gevonden documenten
type
decreet
prom.
08/02/2018
pub.
01/03/2018
numac
2018201006
bron
waalse overheidsdienst
Decreet betreffende het beheer en de betaling van de gezinsbijslagen
sluiten betreffende het beheer en de betaling van de gezinsbijslagen, de artikelen 109, vijfde lid, en 111, § 1, vijfde lid, en § 3, eerste lid;
Gelet op het rapport van 4 november 2020, opgesteld overeenkomstig artikel 3, 2°, van het decreet van 2016 maart 2016 houdende uitvoering van de resoluties van de Vrouwenconferentie van de Verenigde Naties die in september 1995 in Peking heeft plaatsgehad en tot integratie van de genderdimensie in het geheel van de gewestelijke beleidslijnen voor de aangelegenheden geregeld krachtens artikel 138 van de Grondwet;
Gelet op het advies van de Inspecteur van Financiën, gegeven op 26 april 2021;
Gelet op de instemming van de Minister van Begroting, gegeven op 6 mei 2021;
Gelet op het advies van het Comité "Gezinnen", gegeven op 15 juni 2021;
Gelet op advies nr. 70.722/2 van de Raad van State, gegeven op 24 januari,2022, overeenkomstig artikel 84, § 1, eerste lid, 2°, van de wetten op de Raad van State, gecoördineerd op 12 januari 1973;
Gelet op de noodzaak om de continuïteit van de procedures de controle, zoals die door FAMIFED werden toegepast en waarvan de regels al jaren bekend zijn bij de gezinnen en de kinderbijslagfondsen;
Gelet op de rechtsonzekerheid sinds 1 januari 2020;
Op de voordracht van de Minister belast met Kinderbijslag;
Na beraadslaging, Besluit : HOOFDSTUK I. - Algemene bepalingen.
Artikel 1.Dit besluit regelt, overeenkomstig artikel 138 van de Grondwet, een materie bedoeld in artikel 128 ervan.
Art. 2.In dit besluit wordt verstaan onder: - Agentschap: het "Agence wallonne de la santé, de la protection sociale, du handicap et des familles" (Waals Agentschap voor gezondheid, sociale bescherming, handicap en gezinnen), bedoeld in artikel 2 van het Waalse Wetboek van Sociale Actie en Gezondheid; - kinderbijslagfondsen: een privé-kinderbijslagfonds dat erkend is krachtens artikel 56 van het decreet van 8 februari 2018Relevante gevonden documenten type decreet prom. 08/02/2018 pub. 01/03/2018 numac 2018201006 bron waalse overheidsdienst Decreet betreffende het beheer en de betaling van de gezinsbijslagen sluiten of het "Caisse publique wallonne d'allocations familiales" (Waals Openbaar Kinderbijslagfonds) ingesteld krachtens artikel 23 van het decreet van 8 februari 2018Relevante gevonden documenten type decreet prom. 08/02/2018 pub. 01/03/2018 numac 2018201006 bron waalse overheidsdienst Decreet betreffende het beheer en de betaling van de gezinsbijslagen sluiten; - decreet van 8 februari 2018Relevante gevonden documenten type decreet prom. 08/02/2018 pub. 01/03/2018 numac 2018201006 bron waalse overheidsdienst Decreet betreffende het beheer en de betaling van de gezinsbijslagen sluiten: het decreet van 8 februari 2018Relevante gevonden documenten type decreet prom. 08/02/2018 pub. 01/03/2018 numac 2018201006 bron waalse overheidsdienst Decreet betreffende het beheer en de betaling van de gezinsbijslagen sluiten betreffende het beheer en de betaling van de gezinsbijslagen; - AKBW: de algemene kinderbijslag wet van 19 december 1939Relevante gevonden documenten type wet prom. 19/12/1939 pub. 15/01/2015 numac 2014000940 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Algemene kinderbijslagwet sluiten. - Comité "Gezinnen" : Comité "Gezinnen" van het "Agence wallonne de la santé, de la protection sociale, du handicap et des familles" (Waals Agentschap voor gezondheid, sociale bescherming, handicap en gezinnen), bedoeld in artikel 20 van het Waalse Wetboek van Sociale Actie en Gezondheid; - populatie: de verzameling van dossiers met elementen van gemeenschappelijk risico per controlethema; - sanctienormen: de elementen die vooraf zijn meegedeeld aan het Comité "Gezinnen" van het Agentschap en aan de kinderbijslagfondsen en op basis waarvan de financiële controle beoordeelt of de praktijk van het kinderbijslagfonds overeenstemt met de gegeven instructies. HOOFDSTUK II. -Controle van de kinderbijslagfondsen Afdeling 1. - Administratieve controle
Art. 3.Het doel van de administratieve controle is ervoor te zorgen dat alle gezinnen hun kinderbijslag ontvangen in overeenstemming met de geldende reglementering.
De administratieve controle wordt jaarlijks verricht door de inspecteurs van het Agentschap. Het is gebaseerd op het administratieve beheer van 1 januari tot en met 31 december van het betrokken jaar. Afhankelijk van de instructies van het Agentschap worden de controles uitgevoerd in de gebouwen van het kinderbijslagfonds of op afstand. Elk kinderbijslagfonds stelt de inspecteur een bureau ter beschikking met toegang tot een internetverbinding en toegang tot de volgens de in deze afdeling vastgestelde procedures bepaalde dossiers. In het geval van controle op afstand stelt elk kinderbijslagfonds de computerapparatuur ter beschikking om gelijke toegang tot controle ter plaatse te waarborgen.
Verschillende thema's over dossierbeheer die van invloed zijn op de kwaliteit van de dienstverlening aan gezinnen worden geëvalueerd. Deze zijn : 1) algemene variabelen betreffende de grondslag van het recht op kinderbijslag en de correcte betaling van kinderbijslag aan de juiste bijslagtrekkende;2) voorwaarden voor lidmaatschap ;3) variabelen die verband houden met het begunstigde kind met specifieke voorwaarden voor het recht;4) variabelen in verband met de toekenning van toeslagen op kinderbijslag;5) kaamgeld en adoptiepremie;6) controles door bezoeken aan gezinnen;7) de onderzochte dossiers;8) het beheer van onverschuldigde betalingen;9) de plicht tot informeren en motiveren ;10) overdracht van dossiers in geval van verandering van entiteit;11) integraties van actoren. Naast de in lid 2 bedoelde jaarlijkse controle worden gerichte controles verricht op verzoek van de minister die verantwoordelijk is voor kinderbijslag of op verzoek van het Comité "Gezinnen". Naast de in lid 2 bedoelde jaarlijkse controle worden gerichte controles verricht op verzoek van de minister die verantwoordelijk is voor kinderbijslag of op verzoek van het Comité "Gezinnen".
Art. 4.Om de uniformiteit van de controle en de gelijke behandeling van de kinderbijslagfondsen te waarborgen, stelt het Agentschap elk jaar een controlelijst op. Deze controlelijst bestaat uit een uitgebreide lijst van controles voor elk onderwerp, waarin alle aspecten van de controle in detail worden beschreven. Elk onderwerp gaat vergezeld van duidelijk omschreven uitvoeringsnormen, d.w.z. de lijst van toepasselijke regelgevingen en omzendbrieven, de middelen die worden gebruikt om de relevante gegevens te verzamelen en de termijnen voor de verwerking van de gegevens.
Voor elk thema stelt het Agentschap de populatie vast. Het Agentschap trekt een toereikende steekproef om representatieve resultaten te verkrijgen die kunnen worden geëxtrapoleerd naar de gehele populatie van het onderwerp en maakt een volledig willekeurige selectie van de te controleren gevallen in homogene populaties. De lijst van gevallen wordt deels verstrekt door de kinderbijslagfondsen en deels door de gezinscontroledienst van het Agentschap.
Art. 5.De administratieve controle vindt plaats in drie fasen, die bestaan uit : 1) de basisenquête: de bestanden worden volledig willekeurig geselecteerd uit de lijsten waarop de personen van elke populatie per kinderbijslagfonds voorkomen.De selectie voldoet aan de volgende voorwaarden: a) elk element van de populatie heeft een gelijke kans om in de enquête te worden opgenomen;b) de enquête-elementen worden op volledig onafhankelijke wijze geselecteerd;c) er wordt een minimumaantal bestanden geselecteerd om op basis van de toegepaste statistische formule tot een betrouwbaar resultaat te komen;d) uitbreiding van de enquête : afhankelijk van het aantal fouten dat bij de controle wordt aangetroffen, wordt een maximumaantal bestanden per variabele bepaald, zodat de statistische formule kan worden toegepast en een betrouwbaar resultaat wordt verkregen. De algemene methodologie, alsmede het minimum- en maximumaantal aanvragen, moeten door het comité "gezinnen" worden goedgekeurd; 2) Weging van de resultaten: de geconstateerde fouten worden als volgt gewogen naar gelang van de financiële gevolgen van de fout voor het gezin: a) gewicht van de opmerking = 1 negatief of positief saldo voor de familie op 31 december van het controlejaar ;b) gewicht van de opmerking = 0,5: vertraging bij de verwerking of betaling, niet-naleving van een procedure, of integratiefout in het kadaster;c) gewicht van de opmerking = 0,25: fout in strijd met de verplichting om gezinnen te informeren en te motiveren;3) het kwaliteitspercentage van elke variabele wordt vervolgens berekend aan de hand van het betrouwbaarheidsinterval van de gewogen successen die voor die variabele zijn verkregen.Het kwaliteitspercentage is de waarde in het midden van het betrouwbaarheidsinterval.
Art. 6.De controle bepaalt de kwaliteitsindicator, die de algemene kwaliteit van het dossierbeheer voor elk kinderbijslagfonds uitdrukt als een cijfer op een schaal van 0 tot 100. Om de kwaliteitsindicator te berekenen, weegt het Agentschap de verschillende variabelen volgens twee factoren: 1) de omvang van het thema voor het gehele programma: grotere thema's hebben een groter gewicht in de kwaliteitsindicator;2) de complexiteit van het onderwerp: ingewikkeldere onderwerpen hebben een groter gewicht in de kwaliteitsindicator.De complexiteit van een onderwerp wordt afgeleid uit het gemiddelde foutenpercentage voor alle kinderbijslagfondsen die bij de uitvoering van dit onderwerp zijn geregistreerd.
Het gewicht van de verschillende variabelen moet door het Comité "Gezinnen" worden goedgekeurd.
Tijdens de jaarlijkse controle worden de tijdens de controle gemaakte individuele opmerkingen per dossier aan het beheer van het kinderbijslagfonds voorgelegd.
Na afloop van de jaarlijkse controle wordt een gedetailleerd algemeen verslag met deze opmerkingen en de bijzonderheden van de verrichte controle toegezonden aan de Raad van Bestuur van het betrokken particuliere kinderbijslagfonds of aan het Comité van Beheer van het openbare kinderbijslagfonds Het kinderbijslagfonds reageert binnen vier maanden op de opmerkingen van het Agentschap. Indien het kinderbijslagfonds niet binnen deze termijn antwoordt of meer dan vier maanden later antwoordt, zal het worden bestraft met een nieuwe opmerking, waarvan de gevolgen zullen worden meegenomen in de resultaten van de volgende jaarlijkse controle.
De samenvatting van de resultaten van de administratieve controle wordt aan het Comité "Gezinnen" voorgelegd. Afdeling 2. - Financiële controle
Art. 7.De financiële controle beoogt een correcte en eenvormige toepassing van het decreet van 8 februari 2018Relevante gevonden documenten type decreet prom. 08/02/2018 pub. 01/03/2018 numac 2018201006 bron waalse overheidsdienst Decreet betreffende het beheer en de betaling van de gezinsbijslagen sluiten en stelt het Agentschap in staat zijn financiële opdracht te vervullen en de volledige verantwoordelijkheid op zich te nemen, zoals voorzien door het decreet van 8 februari 2018Relevante gevonden documenten type decreet prom. 08/02/2018 pub. 01/03/2018 numac 2018201006 bron waalse overheidsdienst Decreet betreffende het beheer en de betaling van de gezinsbijslagen sluiten en het Waalse Wetboek van Sociale Actie en Gezondheid.
De financiële controle vooraf geschiedt maandelijks aan de hand van door het kinderbijslagfonds verstrekte documenten met behulp van systemen voor automatische gegevensverwerking, waarvan de modellen door het Agentschap worden vastgesteld en op de hiertoe bestemde website van het Agentschap worden bekendgemaakt.
De financiële controle achteraf wordt jaarlijks door de inspecteurs van het Agentschap verricht in de gebouwen van het kinderbijslagfonds of op afstand. Het kinderbijslagfonds stelt de inspecteur een bureau ter beschikking met toegang tot een internetverbinding en toegang tot alle financiële en boekhoudkundige documenten van het kinderbijslagfonds.
De financiële controle analyseert de wijze waarop de kinderbijslagfondsen aan hun wettelijke, reglementaire en decretale verplichtingen hebben voldaan en heeft betrekking op alle boekhoudkundige en financiële verrichtingen van het gecontroleerde jaar en het lopende jaar.
De financiële controle is gebaseerd op het rekeningstelsel bedoeld in bijlage 1 van het besluit van de Waalse Regering van 28 maart 2019Relevante gevonden documenten type besluit van de waalse regering prom. 28/03/2019 pub. 19/06/2019 numac 2019013284 bron waalse overheidsdienst Besluit van de Waalse Regering betreffende de boekhoudkundige verplichtingen en de openbaarmaking van de jaarrekening van de kinderbijslagfondsen sluiten betreffende de boekhoudkundige verplichtingen en de openbaarmaking van de jaarrekening van de kinderbijslagfondsen en op de handleiding voor de boekhoudkundige controle bedoeld in bijlage 2 van hetzelfde besluit en gepubliceerd op de daartoe bestemde website van het Agentschap.
De financiële controle wordt uitgevoerd volgens de onderstaande methodologie: 1) keuze van plenaire of steekproefsgewijze controle ;2) vaststelling van de noodzaak van specifieke controles op basis van de voorafgaande schatting van het inherente risico en de kenmerken van de onderzochte populatie;3) in het geval van steekproeven, definitie van de populatie, minimale steekproefgrootte, maximaal aanvaardbare foutenmarge en gewenste betrouwbaarheid. Het agentschap stelt vooraf een checklist op met de te controleren elementen en de sanctienormen, zodat een eerlijke behandeling van de marktdeelnemers is gewaarborgd.
Art. 8.De controle vooraf betreft : 1) de nauwkeurigheid van de raming van de voorschotten ;2) het bedrag van de beschikbare middelen op de financiële rekening;3) de naleving van het tijdschema voor financiële aanvragen en betalingen van gezinsbijslagen;4) de vaststelling en de correcte terugvordering van ten onrechte betaalde gezinstoelagen en de al dan niet tijdige boeking van ten onrechte betaalde bedragen;5) de dagelijkse saldi uitgesplitst per rekening;6) de punctualiteit van de indiening van de financiële en statistische aangiften en de snelheid waarmee eventuele tekortkomingen worden verholpen;7) de juistheid van de in de financiële en statistische aangiften opgenomen gegevens;8) de juistheid van de in de begrotingen opgenomen bedragen voor de opdrachten van de kinderbijslagfondsen en voor de verrichtingen van de particuliere kinderbijslagfondsen.
Art. 9.De controle achteraf heeft betrekking op de naleving van de boekhoudkundige gegevens in de bijlage bij dit besluit.
Art. 10.Na afloop van de jaarlijkse inspectie wordt voor elke gemaakte opmerking een individuele kennisgeving aan het kinderbijslagfonds gezonden.
Het kinderbijslagfonds reageert binnen een maand op de opmerkingen van het Bureau.
Binnen twee maanden na ontvangst van het antwoord op de door het Agentschap gemaakte opmerkingen, en in elk geval binnen twee maanden na het einde van de financiële controle, worden de bevindingen die in het kader van de financiële controle zijn gedaan en die aanleiding hebben gegeven tot de in lid 1 bedoelde opmerkingen, opgenomen in een brief aan de raad van bestuur van de particuliere kinderbijslagfondsen en aan het beheerscomité van het openbare kinderbijslagfonds.
Een kopie van de brief wordt ter informatie toegezonden aan het beheer van het betrokken kinderbijslagfonds.
De raad van bestuur of het Beheerscomité antwoordt het Agentschap binnen twee maanden.
Na ontvangst van het antwoord van het kinderbijslagfonds aan het Agentschap, dient de Administrateur-generaal een verslag in bij het Comité "Gezinnen" op basis van de bevindingen en het gegeven antwoord.
Het Comité "Gezinnen" zendt het verslag door naar de regering.
De Regering beslist over het gevolg dat aan het verslag met betrekking tot het kinderbijslagfonds moet worden gegeven na ontvangst van het advies van het Comité "Gezinnen", met inachtneming van de voorwaarden die zijn bepaald in de artikelen 58 en 59 van het decreet van 8 februari 2018Relevante gevonden documenten type decreet prom. 08/02/2018 pub. 01/03/2018 numac 2018201006 bron waalse overheidsdienst Decreet betreffende het beheer en de betaling van de gezinsbijslagen sluiten. HOOFDSTUK III. - Controle van de gezinnen
Art. 11.In het kader van de specifieke gezinscontroles als bedoeld in artikel 111, § 1, leden 3 en 4, gaan de inspecteurs na of de feitelijke situatie van de gezinnen overeenkomt met de gegevens in hun aangiften en met de officiële elektronische gegevens. Afhankelijk van het resultaat van de controle kan de gezinsbijslag overeenkomstig artikel 17 van dit besluit worden geregulariseerd of teruggevorderd.
De personen bedoeld in artikel 85, derde lid, van het decreet van 8 februari 2018Relevante gevonden documenten type decreet prom. 08/02/2018 pub. 01/03/2018 numac 2018201006 bron waalse overheidsdienst Decreet betreffende het beheer en de betaling van de gezinsbijslagen sluiten zijn onderworpen aan gezinscontrole voor het doel bepaald in paragraaf 1.
Art. 12.Er zijn drie soorten controles: 1) op verzoek van het kinderbijslagfonds;2) automatisch;3) willekeurig.
Art. 13.§ 1. De controle op verzoek wordt door de beheerder van het kinderbijslagfonds bij het Agentschap aangevraagd wanneer: 1) gezinnen die kinderbijslag ontvangen niet ingeschreven zijn in het nationale register van natuurlijke personen en hun werkelijke verblijfplaats in het Franstalig Waals Gewest is bekend, hoewel er geen officieel document beschikbaar is;2) personen over een verblijfsvergunning beschikken, maar nog geen wettig verblijf hebben;3) er twijfel bestaat over de juistheid van de aangiften van de sociaal verzekerde of wanneer de feitelijke situatie van het huishouden niet lijkt overeen te komen met de officiële elektronische gegevens uit een authentieke bron;4) de gezinnen ingeschreven zijn op een referentieadres of op een adres dat verschilt van het correspondentieadres van het dossier;5) het de enige manier is om informatie te verkrijgen om een recht vast te stellen;6) het noodzakelijk is de kredietwaardigheid van een gezin te beoordelen of het verzoek om kwijtschelding van onverschuldigde betalingen te onderzoeken;7) er een vermoeden van fraude bestaat. § 2 Het verzoek om controle bevat, voorzover de kinderbijslagkas over de nodige gegevens beschikt, het INSZ, de burgerlijke staat, het telefoonnummer, het rekeningnummer waarop de kinderbijslag wordt gestort, alsmede het functionele adres of het woonadres van de te controleren personen.
Voor de toepassing van lid 1 wordt onder functioneel adres verstaan het contactadres van de betrokkene, dat niet het adres is waar de betrokkene woont.
Bovendien bevat het verzoek om inspectie de informatie die nodig is voor de uitoefening van de gezinsinspectieopdrachten ten aanzien van alle te inspecteren personen in de zin van artikel 85, overeenkomstig de artikelen 106 tot 110 van het decreet van 8 februari 2018Relevante gevonden documenten type decreet prom. 08/02/2018 pub. 01/03/2018 numac 2018201006 bron waalse overheidsdienst Decreet betreffende het beheer en de betaling van de gezinsbijslagen sluiten.
In geval van een vermoeden van fraude deelt het kinderbijslagfonds alle elementen mee die aanleiding geven tot een vermoeden van fraude en alle elementen die dit vermoeden weerleggen.
Het Agentschap vermeldt het model van het controleverzoek in een door het Comité "Gezinnen" goedgekeurde omzendbrief. De omzendbrief wordt bekendgemaakt op de website van het Agentschap die voor dit doel is opgezet.
De aanvraag bevat de contactgegevens van de dossierbeheerder bij het kinderbijslagfonds. § 3. Het Agentschap onderzoekt het verzoek om toezicht en voert het toezicht uit, behalve in gevallen waarin de administratieve behandeling van het dossier volstaat op basis van de elementen waarover het Agentschap beschikt.
Zij beschikt over 180 kalenderdagen om het resultaat van de door het kinderbijslagfonds gevraagde controle mee te delen. Na deze periode wordt het kinderbijslagfonds op zijn verzoek in kennis gesteld van het verloop van de controle en van de reden waarom deze nog niet is afgerond.
Indien het resultaat van de controle maatregelen van het kinderbijslagfonds impliceert, heeft dit 90 kalenderdagen de tijd om de maatregelen uit te voeren en het Agentschap in kennis te stellen van het bewijs van voltooiing.
Art. 14.De situaties waarin sprake is van automatische controle door het Agentschap zijn de volgende: 1) Overeenkomstig de artikelen 5 en 121 van het decreet van 8 februari 2018Relevante gevonden documenten type decreet prom. 08/02/2018 pub. 01/03/2018 numac 2018201006 bron waalse overheidsdienst Decreet betreffende het beheer en de betaling van de gezinsbijslagen sluiten genereert het kinderbijslagfonds bij het einde van het semiautomatische recht van kinderen die de leeftijd van 21 jaar bereiken en voor zover er geen informatie is over hun status op de leeftijd van 21 jaar, uiterlijk 4 maanden na de 21e verjaardag een verzoek om verificatie;2) voor kinderen die door hun ziekte niet als werkzoekende of student kunnen worden ingeschreven, genereert het kinderbijslagfonds een verzoek om verificatie wanneer de verklaring op erewoord en het medisch attest worden toegezonden;3) voor de gevallen van gezinnen die door FAMIWAL in het kader van haar aanvullende opdracht bedoeld in artikel 25, eerste lid, 2°, van het decreet van 8 februari 2018Relevante gevonden documenten type decreet prom. 08/02/2018 pub. 01/03/2018 numac 2018201006 bron waalse overheidsdienst Decreet betreffende het beheer en de betaling van de gezinsbijslagen sluiten zijn geïdentificeerd als waarschijnlijk onderworpen aan het niet-opeisen van het recht. De automatische controles maken deel uit van het proces om het recht op kinderbijslag te behouden en de gezinnen te informeren over de stappen die moeten worden ondernomen om het recht te behouden.
Art. 15.De steekproefsgewijze controles worden uit alle actieve dossiers van het kinderbijslagfonds gehaald.
Steekproefsgewijze controles kunnen betrekking hebben op alle gezinnen die een sociale toeslag, een eenoudertoeslag of een toeslag voor grote gezinnen ontvangen. De jaarlijkse selectie wordt gemaakt op basis van 3 procent van de dossiers van de gezinnen die deze toeslagen ontvangen.
Alle dossiers die aan steekproefcontroles worden onderworpen, worden door de kinderbijslagfondsen geselecteerd en doorgegeven volgens de procedures die door het Agentschap zijn vastgesteld door middel van een omzendbrief die door het Comité "Gezinnen" is goedgekeurd en op de daartoe bestemde website van het Agentschap is gepubliceerd.
Dossiers die steekproefsgewijs zijn gecontroleerd, worden gedurende vijf jaar niet meer aan dit soort controles onderworpen.
Art. 16.Het kinderbijslagfonds kan niet om een controle vragen wanneer het reeds over alle gegevens beschikt die nodig zijn om het dossier administratief op te lossen.
Er kan geen nieuw verzoek om een controle ter plaatse voor hetzelfde dossier worden ingediend indien een controle voor dat dossier nog aan de gang is.
Art. 17.De gevolgen of sancties van de controle kunnen zijn : 1° een bevestiging van de geldigheid van de betalingen ;2° een positieve regularisatie van de betalingen ;3° een negatieve aanpassing van de betalingen of onverschuldigde betalingen;4° een opschorting van betalingen in geval van vermoeden van fraude.
Art. 18.Het resultaat van elke door het Agentschap verrichte controle is bindend voor het kinderbijslagfonds.
Indien het kinderbijslagfonds niet kan voldoen aan de argumenten en conclusies van het inspectieverslag, hetzij omdat het in het bezit is van nieuwe informatie in zijn dossier die de conclusie van de inspecteur kan wijzigen, hetzij omdat het het inspectieverslag niet overtuigend acht, zal het het standpunt van de inspectie aan de hand van een met redenen omkleed advies aanvechten bij het Agentschap.
Het Agentschap onderzoekt de argumenten van het kinderbijslagfonds.
Het Agentschap kan de conclusies van het inspectieverslag bevestigen of wijzigen, of om een nieuwe inspectie verzoeken.
Art. 19.Behalve in uitzonderlijke omstandigheden, als bepaald door het Agentschap, kondigt het Agentschap zijn bezoek aan.
De dossierbeheerders van het kinderbijslagfonds zijn nog steeds de contactpersonen voor de sociaal verzekerden.
Het kinderbijslagfonds beantwoordt alle vragen van de verzekerden, hun advocaat of andere partijen over de inhoud van het inspectierapport.
De kinderbijslagkas zendt hun op hun verzoek het controleverslag toe, met uitzondering van de bijlagen bij het verslag die onderworpen zijn aan een beperking van het beginsel van openbaarheid van bestuur, zoals bepaald bij de wet van 11 april 1994 betreffende de openbaarheid van bestuur of het decreet van 30 maart 1995 betreffende de openbaarheid van bestuur Het Agentschap is verantwoordelijk voor het doorgeven van de relevante informatie aan alle kinderbijslagfondsen waarvoor de bevindingen van een inspectieverslag gevolgen hebben, op het tijdstip waarop het inspectieverslag wordt toegezonden en voor de betrokken periode(n).
Art. 20.§ 1. Binnen de het Departement "Gezinnen" van het Agentschap bestaat een fraudecel die belast is met : 1) gegevens over sociale fraude die gevolgen kan hebben voor de gezinsbijslagen van de kinderbijslagregeling, andere socialezekerheidsinstellingen en diverse partners te verzamelen, te centraliseren en door te geven 2) het meten en analyseren van fraude door middel van statistieken;3) deze informatie door te geven aan interne en externe partners;4) in samenwerking met de verschillende partners procedures op te zetten om het doeltreffender te bestrijden. § 2 De partners van de Fraudecel zijn : 1) De kinderbijslagfondsen;2) de politiezones 3) de Arbeidsauditoraten;4) de openbare socialezekerheidsinstellingen;5) openbare diensten op gemeentelijk, provinciaal, gewestelijk, gemeenschaps- of federaal niveau of in staten die tot de Europese Economische Ruimte behoren. § 3. In het kader van haar controleopdrachten verstrekt de fraudecel gegevens aan of verzoekt zij om gegevens van partners overeenkomstig de bepalingen van 106 tot en met 110.
Wat de mededeling van gegevens aan de partners betreft, deelt de fraudecel, in geval van fraude die gevolgen heeft voor de bedragen of voor de toepassing van de reglementering inzake gezinsbijslagen, de informatie mee aan het Arbeidsauditoraat. Als een fraude geen gevolgen heeft voor de bedragen van de gezinsbijslagen of voor de toepassing van de reglementering inzake gezinsbijslagen, maar wel voor een andere partnerorganisatie als bedoeld in § 2, deelt de fraudecel de bevindingen aan deze laatste mee.
Wat de verzoeken om informatie van de fraudecel betreft, zal de fraudecel, indien het erom gaat de gegevens te verzamelen die noodzakelijk zijn voor de controleopdracht, zich rechtstreeks tot de betrokken partnerorganisatie wenden. § 4. Ten behoeve van de in artikel 111, 1, 4de lid, van het decreet van 8 februari 2018Relevante gevonden documenten type decreet prom. 08/02/2018 pub. 01/03/2018 numac 2018201006 bron waalse overheidsdienst Decreet betreffende het beheer en de betaling van de gezinsbijslagen sluiten omschreven controleopdracht inzake kinderbijslagfraude en de toepassing van artikel 29 van het Wetboek van Strafvordering, hebben de uitwisselingen met de in de §§ 1 en 2 bedoelde partners betrekking op verzoeken om inlichtingen en mededelingen van gegevens overeenkomstig de voorschriften inzake vertrouwelijkheid van gegevens van het Sociaal Strafwetboek. De verzoeken om inlichtingen worden toegezonden aan het kinderbijslagfonds waarop de vermeende fraudeperiode betrekking heeft.
Het fonds beschikt over vijf werkdagen, te rekenen vanaf de datum van ontvangst van het verzoek om inlichtingen, om op de verzoeken om inlichtingen te antwoorden en daarbij de volgende gegevens voor de gespecificeerde periode te verstrekken: 1) de achternamen, de voornamen en het rijksregisternummer van de betrokken kinderen;2) gegevens over het basistarief dat per kind wordt toegekend;3) details van de verschillende toeslagen die per kind worden toegekend. De inlichtingen worden toegezonden aan het kinderbijslagfonds waarop de vermeende fraudeperiode betrekking heeft. De mededelingen kunnen als bewijs van fraude dienen. Het kinderbijslagfonds stelt het Bureau binnen 15 werkdagen na ontvangst van de mededeling in kennis van het resultaat van de mededeling.
Art. 21.§ 1. Naar gelang van het vermoeden van fraude wordt de betaling van de kinderbijslag geschorst voor het gehele bedrag van de kinderbijslag of voor een gedeelte ervan.
Wanneer de vermoede fraude ten doel heeft een toeslag op het basistarief te verkrijgen, zal de schorsing betrekking hebben op de betrokken toeslag. Wanneer het doel van de fraude het verkrijgen van gezinsbijslagen is, zal de schorsing, afhankelijk van het bestaan van een recht, betrekking hebben op hetzij het geheel van de gezinsbijslagen, hetzij alleen op het supplement Het kinderbijslagfonds beoordeelt op basis van de informatie waarover het beschikt of het al dan niet aangewezen is de betaling van de kinderbijslag op te schorten.
In afwijking van lid 4 wordt de opschorting automatisch en onverwijld uitgevoerd wanneer het Agentschap daartoe een met redenen omkleed verzoek indient.
Het kinderbijslagfonds schort de betaling op totdat het over de nodige informatie beschikt om ofwel de fraude vast te stellen en vervolgens tot kennisgeving over te gaan, ofwel het vermoeden van fraude te weerleggen en vervolgens tot regularisatie van het kinderbijslagdossier over te gaan. De beslissing wordt uiterlijk binnen 4 maanden na ontvangst van de informatie genomen Het kinderbijslagfonds dat beslist de betaling van de kinderbijslag te schorsen, stelt de sociaal verzekerde in kennis van de beslissing, en vermeldt daarbij of de schorsing betrekking heeft op het geheel of een deel van de kinderbijslag. § 2. In geval van fraude berekent het kinderbijslagfonds de onverschuldigde betaling voor de frauduleuze periode en stelt het de verzekerde daarvan in kennis.
Wanneer de verzekerde frauduleus verkregen bedragen moet terugbetalen door middel van inhoudingen op latere betalingen, vordert het kinderbijslagfonds de frauduleus verkregen bedragen en de rente op die bedragen ambtshalve terug overeenkomstig artikel 1410, lid 4, van het Gerechtelijk Wetboek, onverminderd de bepalingen van de artikelen 89 en 90 van het decreet van 8 februari 2018Relevante gevonden documenten type decreet prom. 08/02/2018 pub. 01/03/2018 numac 2018201006 bron waalse overheidsdienst Decreet betreffende het beheer en de betaling van de gezinsbijslagen sluiten.
Indien sociale fraude wordt vastgesteld, meldt het Agentschap dit aan de bevoegde arbeidsinspectie op basis van de door het kinderbijslagfonds verstrekte gegevens.
Bij aangifte van vastgestelde fraude verstrekt het kinderbijslagfonds het Agentschap een nauwkeurig overzicht van de op grond van artikel 17 van dit besluit genomen maatregelen.
In geval van door het kinderbijslagfonds geconstateerde fraude verstrekt het een uiteenzetting van de feiten en alle gegevens die nodig zijn om de fraude te bewijzen. Het kinderbijslagfonds specificeert, binnen vier maanden, in alle gevallen : 1) de exacte frauduleuze periode(n), 2) het (de) door de fraude getroffen begunstigde kind(eren), 3) het (de) door de fraude getroffen artikel(en), 4) de financiële gevolgen en indien deze nihil zijn, moet een nauwkeurige motivering worden gegeven. Indien fraude wordt vastgesteld, stelt het Bureau geen onderzoek in naar de solvabiliteit van de schuldenaar of naar de kwijtschelding van onverschuldigde betalingen.
In geval van fraude bedragen de inhoudingen bedoeld in artikel 91 van het decreet van 8 februari 2018Relevante gevonden documenten type decreet prom. 08/02/2018 pub. 01/03/2018 numac 2018201006 bron waalse overheidsdienst Decreet betreffende het beheer en de betaling van de gezinsbijslagen sluiten 100% van het maandelijks uitbetaalde bedrag.
In het geval van schuldbemiddeling, wanneer de schuldbemiddelaar een gehele of gedeeltelijke kwijtschelding van schulden voorstelt, weigert de kinderbijslagkas met de kwijtschelding in te stemmen indien de onverschuldigde betaling het gevolg van fraude is.
De kinderbijslagfonds bewaart de elementen van het dossier waarop een fraude betrekking heeft overeenkomstig artikel 2262bis, § 1, eerste lid, van het oud Burgerlijk Wetboek. Dit omvat ten minste de bewijzen van betaling van kinderbijslag, kennisgevingen van diverse beslissingen, mededelingen van een overheidsinstelling en alle andere documenten die relevant zijn voor de fraudezaak.
Art. 22.Elk jaar wordt verslag uitgebracht over het toezicht op de gezinnen.
De controlestatistieken hebben betrekking op het aantal en de soorten controles, inclusief die in verband met fraude, en op de gevolgen van deze controles.
De gegevens in dit verslag zijn geanonimiseerd. HOOFDSTUK IV. - Toezicht
Art. 23.De "kwantitatieve en kwalitatieve controle van authentieke brongegevens" omvat de volgende specifieke taken van het Agentschap: - met betrekking tot de kwantitatieve en kwalitatieve controle van de computerstromen, enerzijds de controle van de kwantiteit van de stromen, en anderzijds, op basis van kwantitatieve anomalieën die het vaststelt met betrekking tot het aantal ontvangen stromen of geraadpleegde gegevens contact opnemen met de authentieke bronnen om zich ervan te vergewissen dat alle nodige gegevens worden meegedeeld of bij de kinderbijslagfondsen nagaan op welke wettelijke gronden de gegevens worden geraadpleegd, en anderzijds de kwaliteit van de computerstromen controleren en op basis van de kwalitatieve anomalieën die zij vaststelt, contact opnemen met de authentieke bronnen om zich ervan te vergewissen dat de gegevens correct worden meegedeeld; - wat de administratieve controle betreft, de kwalitatieve controle van de administratieve verwerking van de computerstromen in de bestanden.
In dit verband worden de gegevens verwerkt overeenkomstig de artikelen 106 tot en met 110 van hetzelfde decreet. HOOFDSTUK V. - Slotbepalingen
Art. 24.Dit besluit heeft uitwerking met ingang van 1 januari 2019.
In afwijking van het eerste lid hebben de artikelen 3 tot en met 10 uitwerking op 1 januari 2020.
Art. 25.De Minister bevoegd voor gezinsbijslagen is belast met de uitvoering van dit besluit.
Namen, 10 februari 2022.
Voor de Regering: De Minister-President, E. DI RUPO De Minister van Ambtenarenzaken, Informatica, Administratieve Vereenvoudiging, belast met Kinderbijslag, Toerisme, Erfgoed en Verkeersveiligheid, V. DE BUE