gepubliceerd op 08 maart 2007
Besluit van de Vlaamse Regering inzake de erkenning en de subsidiëring van de inrichters van VLAO-aanspreekpunten en van de VLAO-aanspreekpunten
26 JANUARI 2007. - Besluit van de Vlaamse Regering inzake de erkenning en de subsidiëring van de inrichters van VLAO-aanspreekpunten en van de VLAO-aanspreekpunten
De Vlaamse Regering, Gelet op het kaderdecreet bestuurlijk beleid van 18 juli 2003;
Gelet op het decreet van 7 mei 2004 tot oprichting van het intern verzelfstandigd agentschap met rechtspersoonlijkheid "Vlaams Agentschap Ondernemen";
Gelet op het advies van de Inspectie van Financiën, gegeven op 14 juli 2006 en op 19 juli 2006;
Gelet op het advies van de Vlaamse minister bevoegd voor de begroting, gegeven op 20 juli 2006;
Gelet op het advies van de Raad van State gegeven op 28 september 2006, met toepassing van artikel 84, § 1, eerste lid, 1° van de Gecoördineerde Wetten op de Raad van State van 12 januari 1973;
Op voorstel van de Vlaamse minister van Economie, Ondernemen, Wetenschap, Innovatie en Buitenlandse Handel;
Na beraadslaging, Besluit : TITEL I. - Definities
Artikel 1.In dit besluit wordt verder verstaan onder : 1° Departement EWI : het Departement Economie, Wetenschap en Innovatie bedoeld in artikel 21, § 1 van het Besluit van de Vlaamse Regering van 3 juni 2005 met betrekking tot de organisatie van de Vlaamse administratie;2° VLAO-decreet : het decreet van 7 mei 2004 tot oprichting van het intern verzelfstandigd agentschap met rechtspersoonlijkheid "Vlaams Agentschap Ondernemen";3° VLAO : het intern verzelfstandigd agentschap met rechtspersoonlijkheid "Vlaams Agentschap Ondernemen", opgericht krachtens het VLAO-decreet;4° kaderdecreet : het kaderdecreet bestuurlijk beleid van 18 juli 2003;5° Minister : de Vlaamse minister bevoegd voor het Economisch Beleid;6° private partner : een private organisatie, vereniging of vennootschap met een aangetoonde aanwezigheid op het middenveld en die actief is op het vlak van de dienst- of adviesverlening aan ondernemingen, zelfstandigen of startende ondernemingen of zelfstandigen. TITEL II. - Erkenningsbevoegdheid van het departement EWI HOOFDSTUK I. - Algemeen
Art. 2.Onder de in dit besluit bepaalde voorwaarden en modaliteiten verleent het departement EWI de erkenning als erkende inrichter van VLAO-aanspreekpunten en als erkend VLAO-aanspreekpunt.
De voormelde erkenningbevoegdheden zijn doelgebonden en beogen het tot stand brengen van een fijnmazig netwerk van VLAO-aanspreekpunten op het grondgebied van het Vlaamse Gewest en, daarbinnen, van elke Vlaamse provincie.
Art. 3.Per Vlaamse provincie dient de erkenning als VLAO-aanspreekpunt te worden verleend aan ten minste drie en ten hoogste tien fysieke vestigingen bedoeld in artikel 6 van dit besluit.
Voor het eerst ter gelegenheid van de besluitvorming omtrent de erkenningsaanvragen bedoeld in artikel 10, § 1, beslist het departement EWI, binnen de voormelde grenzen, voor elke provincie, omtrent het precieze aantal VLAO-aanspreekpunten waaraan de erkenning zal worden verleend. Dit aantal kan op een later tijdstip, bij gemotiveerde beslissing van het departement EWI, worden aangepast in geval zulks nodig is voor het bereiken van de doelstelling bedoeld in artikel 2, tweede lid.
Indien er in een gegeven provincie meer kandidaat-VLAO-aanspreekpunten voor een erkenning in aanmerking komen dan het in het tweede lid bedoelde aantal, dan worden, beperkt tot dat aantal, de erkenningen verleend op grond van een rangschikking die steunt op twee criteria, te weten de grootste geschiktheid en het best kunnen bereiken van de beleidsdoelstelling bepaald in het tweede lid van artikel 2. HOOFDSTUK II. - Erkenning als erkende inrichter van VLAO-aanspreekpunten.
Art. 4.§ 1. Na het verrichten van een publieke oproep die de gelijke behandeling verzekert en van een selectie van die private partners die hieropvolgend hun blijk van belangstelling om deze erkenning te bekomen, hebben laten blijken, kan de erkenning als erkende inrichter van VLAO-aanspreekpunten worden verleend aan private partners waarvan het departement EWI heeft vastgesteld dat zij aan de volgende voorwaarden voldoen : 1° het betreft een organisatie, vereniging of vennootschap met als doel of als activiteiten het verlenen van diensten of adviezen aan ondernemingen, zelfstandigen of startende ondernemingen of zelfstandigen;2° de organisatie, vereniging of vennootschap is actief over het gehele grondgebied van het Vlaamse Gewest en heeft één of meerdere vestigingen per Vlaamse provincie;3° de organisatie, vereniging of vennootschap geeft blijk van een voldoende professionele deskundigheid op het vlak van de dienst- en adviesverlening aan haar doelgroep als bepaald onder het punt 1°;4° de organisatie, vereniging of vennootschap geeft blijk van een voor haar werkzaamheden passende beleidsstructuur, administratieve en boekhoudkundige organisatie en interne controle;5° het hoofdbestuur van de organisatie, vereniging of vennootschap is in België gevestigd;6° de dagelijkse leiding van de organisatie, vereniging of vennootschap is toevertrouwd aan personen die voor de uitoefening van de leidinggevende functies over de vereiste professionele betrouwbaarheid beschikken en de passende ervaring bezitten;7° de organisatie, vereniging of vennootschap geeft blijk van een voldoende aanwezigheid in het ruime ondernemersveld, zodat er sprake is van een structurele band tussen haarzelf en haar doelgroep;8° de organisatie, vereniging of vennootschap beschikt over een diepgaande kennis op het vlak van ondernemen, innovatie en internationaal ondernemen, zodat zij met kennis van zaken een eerstelijnsadvies met concrete basisinformatie inzake materies van ondernemerschap kan verstrekken;9° de organisatie, vereniging of vennootschap moet zich bereid verklaren om met VLAO een samenwerkingsovereenkomst aan te gaan die de praktische werking van haar VLAO-aanspreekpunten nader zal regelen;10° de organisatie, vereniging of vennootschap dient zich te verbinden tot de in de artikelen 17 tot en met 19 bedoelde rapporteringplicht en in dat kader aan het departement EWI en aan VLAO de in deze artikelen bedoelde informatie ter beschikking te zullen stellen, alsmede tot de naleving van de andere verplichtingen bepaald in of krachtens dit besluit. § 2. De erkenning als erkende inrichter van VLAO-aanspreekpunten kan worden geweigerd in geval het departement EWI, gelet op de noodzaak van een gezond en voorzichtig beleid, niet overtuigd is van de geschiktheid van de natuurlijke of rechtspersonen die de leden of vennoten van de organisatie, vereniging of vennootschap vormen. § 3. De erkenning als erkend inrichter van VLAO-aanspreekpunten kan worden verleend aan meerdere organisaties, verenigingen of vennootschappen die aan de in de paragrafen 1-2 bedoelde voorwaarden voldoen.
Art. 5.Het departement EWI maakt elk jaar een lijst op van de erkende inrichters van VLAO-aanspreekpunten waaraan krachtens dit hoofdstuk een erkenning is verleend. Deze lijst en alle tijdens het jaar daarin aangebrachte wijzigingen worden in het Belgisch Staatsblad bekendgemaakt. HOOFDSTUK 3. - Erkenning als erkend VLAO-aanspreekpunt.
Art. 6.De erkenning als erkend VLAO-aanspreekpunt kan worden verleend aan één of meerdere plaatselijke vestigingen van een erkende inrichter van VLAO-aanspreekpunten waarvan het departement EWI heeft vastgesteld dat zij aan de volgende voorwaarden voldoen : 1° er is sprake van een fysieke vestiging, hetzij onder de vorm van een bijkantoor, hetzij onder een andere vorm waaruit een voldoende fysieke aanwezigheid blijkt;2° het moet mogelijk zijn om deze fysieke vestiging op eenvoudige, duidelijke en in het oog springende wijze als VLAO-aanspreekpunt herkenbaar te maken, minstens door het aanbrengen van een uithangbord;3° de fysieke vestiging moet zijn bemand met personeel dat voldoende deskundig is om de eerstlijnscontacten met ondernemingen, zelfstandigen of startende ondernemingen of zelfstandigen te verzekeren;4° de fysieke vestiging moet over de nodige uitrusting beschikken om de taken die eraan worden toevertrouwd efficiënt uit te voeren. Minstens moet de fysieke vestiging beschikken over : - een aangepaste ontvangstinfrastructuur, - een op VLAO afgestemde informaticastructuur, en - een administratief secretariaat. 5° De fysieke vestiging moet elke werkdag gedurende tenminste 6 uren, tussen 9 u.en 17 u., vrij toegankelijk zijn voor ondernemingen, zelfstandigen of startende ondernemingen of zelfstandigen. Deze openingsuren dienen duidelijk leesbaar kenbaar te kunnen worden gemaakt op het in het punt 1° bedoelde uithangbord.
Art. 7.Het departement EWI maakt elk jaar een lijst op van de erkende VLAO-aanspreekpunten waaraan krachtens dit hoofdstuk een erkenning is verleend. Deze lijst en alle tijdens het jaar daarin aangebrachte wijzigingen worden in het Belgisch Staatsblad bekendgemaakt.
TITEL III. - Procedure en beroep
Art. 8.§ 1. Binnen de maand na datum van inwerkingtreding van dit besluit lanceert het departement EWI een openbare oproep tot het indienen van dossiers met het oog op het bekomen van de erkenningen als erkende inrichter van VLAO-aanspreekpunten, respectievelijk als erkende VLAO-aanspreekpunten.
De openbare oproep wordt bekend gemaakt in het Belgisch Staatsblad.
Daarnaast kan het departement EWI er de verdere passende ruchtbaarheid aan verlenen. § 2. De openbare oproep bedoeld in paragraaf 1 verwijst naar het onderhavige besluit en herneemt de voorwaarden bepaald in de artikelen 4 en 6 ervan.
De openbare oproep vermeldt de vervaltermijn binnen de welke de erkenningdossiers dienen te zijn neergelegd bij het departement EWI en die niet minder dan veertien werkdagen en niet meer dan twee maanden te rekenen vanaf de bekendmaking van de oproep in het Belgisch Staatsblad mag bedragen.
Daarnaast vermeldt de openbare oproep de verdere praktische gegevens die nodig zijn ter verzekering van het vlotte verloop van de erkenningprocedures. In de openbare oproep kunnen de voorwaarden bepaald in het eerste lid, tevens nader worden geconcretiseerd. § 3. Het departement EWI kan voor de indiening van de erkenningdossiers de gebruikmaking van één of meerdere formulieren die door het departement worden vastgesteld en die, in voorkomend geval, samen met de aankondiging van de openbare oproep in het Belgisch Staatsblad worden bekend gemaakt, opleggen.
Art. 9.De erkenningdossiers worden ingediend bij het departement EWI. De erkenningdossiers dienen duidelijk gewag te maken van de onderscheiden aanvraag van de erkenning als erkende inrichter van VLAO-aanspreekpunten en als erkende VLAO-aanspreekpunten.
Art. 10.§ 1. Het departement EWI beslist binnen de maand na de uiterste datum voor de indiening van de erkenningdossiers bedoeld in artikel 8, § 2, tweede lid.
In haar beslissingen onderscheidt het departement duidelijk : - aan welke organisatie, vereniging of vennootschap de erkenning als erkende inrichter van VLAO-aanspreekpunten wordt verleend; - aan welke van diens fysieke vestigingen de erkenning als VLAO-aanspreekpunt wordt verleend.
Indien de toekenning van een dergelijke erkenning mede is geschied op basis van een rangschikking als bedoeld in het derde lid van artikel 3, dan worden ook de resultaten van deze rangschikking meegedeeld. § 2. Het departement EWI maakt haar beslissingen bekend aan de kandidaten middels een per post verstuurd aangetekend schrijven.
Art. 11.Tegen de beslissingen van het departement EWI omtrent de erkenningsaanvragen bedoeld in artikel 9 is een administratief beroep bij de Minister mogelijk.
Het beroep moet binnen de vijftien kalenderdagen na de postdatum van mededeling van de beslissing worden ingesteld middels een per post verstuurd aangetekend schrijven.
De Minister beslist over het beroep binnen de drie maanden na de postdatum van verzending van het schrijven middels hetwelk het beroep werd ingesteld. De beslissing van de Minister wordt aan de betrokkene ter kennis gebracht middels een per post verstuurd aangetekend schrijven.
TITEL IV. - Subsidiëring van de erkende VLAO-aanspreekpunten
Art. 12.Er wordt voor de gedeeltelijke financiering van de werking van elk erkend VLAO-aanspreekpunt een subsidie verleend waarvan het bedrag wordt bepaald door het departement EWI.
Art. 13.De in artikel 12 bedoelde subsidies worden door het departement EWI toegekend binnen de perken van de beschikbare begrotingskredieten.
Art. 14.§ 1. Het bedrag aan steun dat jaarlijks voor de werking van elk VLAO-aanspreekpunt zal worden toegekend, bedraagt ten hoogste dertig duizend euro per VLAO-aanspreekpunt.
Voor elk VLAO-aanspreekpunt wordt eenzelfde bedrag aan steun toegekend. § 2. De steun wordt uitgekeerd aan de erkende inrichter van de VLAO-aanspreekpunten die het steungenietend erkend VLAO-aanspreekpunt organiseert.
De erkende inrichter van de VLAO-aanspreekpunten is ertoe gehouden om de steun ontvangen ter financiering van een bepaald VLAO-aanspreekpunt louter voor de financiering van de werking ervan te besteden.
Het niet voor de werking van het betreffende VLAO-aanspreekpunt bestede saldo van de steun dient aan het departement EWI te worden terugbetaald. § 3. Het departement EWI kan ertoe beslissen om aan elk VLAO-aanspreekpunt een lager bedrag dan vermeld in het eerste lid van de eerste paragraaf toe te kennen.
Art. 15.In de erkenningsbeslissing bedoeld in artikel 10, § 1 wordt bepaald welk bedrag aan steun elk van de erkende inrichters van VLAO-aanspreekpunten per werkjaar zal ontvangen.
Het departement EWI bepaalt in deze beslissing tevens de modaliteiten van de betaalbaarstelling van de steun binnen de navermelde parameters : 1° 70 % van het totale steunbedrag wordt ter beschikking gesteld aan het begin van het werkjaar;2° het saldo van het totale steunbedrag wordt ter beschikking gesteld na het hebben plaatsgevonden van de evaluatie bedoeld in artikel 20.
Art. 16.De erkende inrichter van VLAO-aanspreekpunten organiseert zijn boekhouding op een dermate wijze dat, voor elk erkend VLAO-aanspreekpunt, op een eenvoudige wijze kan worden geverifieerd dat de besteding van de steun bedoeld in artikel 14, heeft plaats gevonden voor de financiering van de werking van het VLAO-aanspreekpunt waaraan de steun werd verbonden.
TITEL V. - Rapporteringplicht
Art. 17.Het departement kan de erkende inrichters te allen tijde vragen om inlichtingen te verschaffen aangaande de werking van de VLAO- aanspreekpunten.
Het departement beschikt tevens over een recht tot inzage van de relevante onderdelen van de boekhouding van de erkende VLAO-aanspreekpunten alsmede inzage in andere relevante documenten en stukken met betrekking tot de VLAO-aanspreekpunten.
Art. 18.§ 1. Elk kalenderjaar deelt elke erkende inrichter van VLAO-aanspreekpunten een globaal verslag van zijn werkzaamheden mee aan VLAO en aan het departement EWI. Dit verslag vermeldt de volgende gegevens : - een algemene schets van de werkzaamheden van de erkende inrichter; - een globaal overzicht van het aantal contacten met ondernemers, zelfstandigen of startende ondernemingen of zelfstandigen; - een financieel verslag waarin de besteding van de toegekende middelen nader wordt verantwoord in het licht van de werking van het VLAO-aanspreekpunt. § 2. In de mededeling van de beslissing waarbij de erkenning als erkende inrichter van VLAO-aanspreekpunten wordt verleend, deelt het departement EWI de precieze datum waarop het jaarverslag wordt ingewacht, mee.
Art. 19.In geval er zich na datum van een erkenning als erkende inrichter van VLAO-aanspreekpunten, een wijziging aan één of meerdere van de gegevens bedoeld in artikel 4 voordoet, dan dient de erkende inrichter het departement EWI hiervan onverwijld in kennis te stellen.
In geval er zich na datum van een erkenning als VLAO-aanspreekpunt van een fysieke vestiging als bedoeld in artikel 6, een wijziging aan één of meerdere van de gegevens bedoeld in artikel 6 voordoet, dan dient de erkende inrichter van het betreffende VLAO-aanspreekpunt het departement EWI hiervan onverwijld in kennis te stellen.
TITEL VI. - Evaluatie en inspectie
Art. 20.Na ontvangst van de in artikel 18, § 1 bedoelde verslagen, stelt het departement EWI, na advies van het VLAO, een jaarverslag op omtrent de werking van de erkende VLAO-aanspreekpunten van elke erkende inrichter van VLAO-aanspreekpunten.
In dit verslag wordt nader geëvalueerd in welke mate deze werking bijdraagt tot het verwezenlijken van de doelstelling bepaald in het tweede lid van artikel 2 en worden, indien nodig, verdere aanbevelingen geformuleerd.
Een kopie van het verslag wordt meegedeeld aan de Minister.
Art. 21.Te allen tijde kan het departement EWI een inspectie organiseren.
TITEL VII. - Intrekking van de erkenning
Art. 22.§ 1. Indien het departement EWI tot de vaststelling komt dat een erkende bemiddelaar van VLAO-aanspreekpunten niet langer aan de voorwaarden bepaald in artikel 4 voldoet, of dat een door een dergelijke erkende inrichter ingericht erkend VLAO-aanspreekpunt niet langer aan de voorwaarden bepaald in artikel 6 voldoet, dan wel dat de werking van de erkende inrichter een andere onregelmatigheid vertoont, zo onder meer wegens het feit dat een verplichting bepaald in of krachtens dit besluit niet wordt nageleefd, dan wordt de erkende inrichter hiervan middels een per post aangetekend en met redenen omkleed schrijven op de hoogte gesteld.
De erkende inrichter beschikt te rekenen vanaf de postdatum van het schrijven bedoeld in het eerste lid, over een termijn van zeven werkdagen om het departement EWI middels, een per post aangetekend en met redenen omkleed schrijven, op de hoogte te brengen van de maatregelen die zullen worden genomen ter remediëring. § 2. In geval de erkende inrichter van VLAO-aanspreekpunten niet tijdig reageert op het in het eerste lid van paragraaf 1 bedoelde schrijven, of in geval het departement EWI niet overtuigd is dat aan de tekortkoming verholpen wordt, kan het departement EWI, middels een met redenen omklede beslissing, de erkenning als erkende inrichter van VLAO-aanspreekpunten intrekken.
De beslissing van intrekking wordt middels een per post verstuurd aangetekend schrijven aan de erkende inrichter van VLAO-aanspreekpunten meegedeeld. § 3. In geval van bedrog of van een andere ernstige redenen kan het departement EWI een verleende erkenning als erkende inrichter van VLAO-aanspreekpunten te allen tijde intrekken zonder dat de procedure voorzien in de paragrafen 1 en 2 dient te worden nageleefd.
Art. 23.De beslissing van intrekking van de erkenning als erkende inrichter van VLAO-aanspreekpunten stelt, met onmiddellijke ingang, een einde aan de erkenning als erkende inrichter van VLAO-aanspreekpunten, alsmede aan de erkenning van de erkende VLAO-aanspreekpunten die door de betreffende inrichter van erkende VLAO-aanspreekpunten worden ingericht, alsmede van alle hieraan verbonden of hierop steunende activiteiten.
De beslissing van intrekking van de erkenning als erkende inrichter van VLAO-aanspreekpunten heeft tot gevolg dat de inrichter zelf en diens VLAO-aanspreekpunten, zich niet meer als dusdanig kenbaar kunnen maken in het rechtsverkeer en niet meer als dusdanig in het rechtsverkeer kunnen optreden.
Art. 24.In de beslissing tot intrekking van de erkenning als erkende inrichter van VLAO-aanspreekpunten, kan het departement EWI er tevens toe beslissen dat de betreffende inrichter van VLAO-aanspreekpunten ertoe gehouden is om het geheel of een door het departement EWI te bepalen deel van de steun bedoeld in de artikelen 12 tot en met 14 aan het departement EWI terug te betalen.
Indien het departement EWI van deze mogelijkheid gebruikt maakt, vermeldt de beslissing de bijzondere redenen voor deze terugvordering.
Art. 25.Tegen een beslissing van intrekking van de erkenning als erkende inrichter van VLAO-aanspreekpunten, is hoger beroep bij de Minister mogelijk.
Het hoger beroep moet middels een per post verstuurd aangetekend schrijven zijn ingesteld binnen de vijftien kalenderdagen na de postdatum van de mededeling van de beslissing.
Het instellen van het hoger beroep heeft geen schorsende werking.
De Minister beslist over het hoger beroep binnen de drie maanden na de postdatum van het schrijven bedoeld in het tweede lid. De beslissing van de Minister wordt aan de betrokkene ter kennis gebracht middels een per post verstuurd aangetekend schrijven.
TITEL VIII. - Nieuwe erkenningen
Art. 26.§ 1. Indien wegens een beslissing tot intrekking van de erkenning als erkende inrichter van VLAO-aanspreekpunten, dan wel wegens een ander voorval dat tot gevolg heeft dat een erkende inrichter van VLAO-aanspreekpunten wegvalt, zo onder meer, zij het niet beperkt tot, het faillissement of de ontbinding van een erkende inrichter van VLAO-aanspreekpunten, het aantal VLAO-aanspreekpunten binnen één of meerdere provincies beneden het aantal bepaald met toepassing van artikel 3, tweede lid, is gedaald, dan wel het departement EWI beslist om, met toepassing van dezelfde bepaling, dit aantal te verhogen, lanceert het departement EWI een nieuwe oproep als bedoeld in artikel 8, § 1, eerste lid met het oog op de selectie van nieuwe erkende inrichters van VLAO-aanspreekpunten.
Mutatis mutandis gelden de regels van de artikelen 4 tot en met 16 en worden ook de aldus erkende inrichters van VLAO-aanspreekpunten onderworpen aan alle overige regels en verplichtingen van dit besluit. § 2. Indien wegens enig ander voorval het aantal VLAO-aanspreekpunten binnen één of meerdere provincies beneden het minimum aantal bepaald met toepassing van artikel 3, tweede lid, is gedaald, dan wel het departement EWI beslist om, met toepassing van dezelfde bepaling, dit aantal te verhogen, verricht het departement EWI een nieuwe oproep waarop de bestaande erkende inrichters van erkende VLAO-aanspreekpunten kunnen reageren zonder een nieuwe erkenning als bedoeld in artikel 4 te moeten aanvragen, maar waarop, daarnaast, tevens andere organisaties kunnen reageren die dan tevens de erkenning als erkende inrichter van VLAO-aanspreekpunten dienen aan te vragen.
Het bepaalde in het tweede lid van de eerste paragraaf is van toepassing.
TITEL IX. - Inwerkingtreding en slotbepalingen
Art. 27.Dit besluit treedt in werking op 1 februari 2007.
Art. 28.De Vlaamse minister bevoegd voor het economisch beleid is belast met de uitvoering van dit besluit.
Brussel, 26 januari 2007.
De minister-president van de Vlaamse Regering, Y. LETERME De Vlaamse minister van Economie, Ondernemen, Wetenschap, Innovatie en Buitenlandse Handel, F. MOERMAN