26 JANUARI 2007. - Besluit van de Vlaamse Regering tot wijziging van het besluit van de Vlaamse Regering van 17 juni 1997 betreffende de personeelsformatie in het gewoon basisonderwijs en het besluit van de Vlaamse Regering van 24 mei 2002 betreffende de organisatie van onthaalonderwijs voor anderstalige nieuwkomers in het gewoon voltijds secundair onderwijs

De Vlaamse Regering, Gelet op de bijzondere wet van 8 augustus 1980 tot hervorming van de instellingen, inzonderheid op artikel 20;

Gelet op het decreet van 31 juli 1990 betreffende het onderwijs-II, inzonderheid op artikel 50, § 5, 7°, ingevoegd bij het decreet van 21 december 1994, en vervangen bij het decreet van 14 februari 2003, op artikel 59, gewijzigd bij de decreten van 21 december 1994 en 8 juli 1996, en op artikel 84quater, ingevoegd bij het decreet van 12 juni 1991 en gewijzigd bij het decreet van 7 juli 2006 betreffende het onderwijs XVI;

Gelet op het decreet van 27 maart 1991 betreffende de rechtspositie van bepaalde personeelsleden van het Gemeenschapsonderwijs, inzonderheid op artikel 29, gewijzigd bij het decreet van 7 mei 2004;

Gelet op het decreet van 27 maart 1991 betreffende de rechtspositie van sommige personeelsleden van het gesubsidieerd onderwijs en de gesubsidieerde centra voor leerlingenbegeleiding, inzonderheid op artikel 34, gewijzigd bij het decreet van 7 mei 2004;

Gelet op het decreet van 25 februari 1997 betreffende het basisonderwijs inzonderheid op artikel 139, vervangen bij het decreet van 7 juli 2006 Gelet op het decreet van 13 juli 2001 betreffende het onderwijs XIII-Mozaïek, inzonderheid op artikel IX.2, § 2;

Gelet op het besluit van de Vlaamse Regering van 17 juni 1997 betreffende de personeelsformatie in het gewoon basisonderwijs gewijzigd bij de besluiten van de Vlaamse Regering van 22 september 1998, 23 februari 1999, 11 januari 2002, 5 december 2003, 30 september 2005 en 20 januari 2006;

Gelet op het besluit van de Vlaamse Regering van 24 mei 2002 inzake de organisatie van onthaalonderwijs voor anderstalige nieuwkomers in het gewoon voltijds secundair onderwijs;

Gelet op het akkoord van de Vlaamse minister, bevoegd voor de Begroting, gegeven op 12 juli 2006;

Gelet op protocol nr. 612 van 20 oktober 2006 houdende de conclusies van de onderhandelingen die gevoerd werden in de gemeenschappelijke vergadering van het sectorcomité X en van onderafdeling "Vlaamse Gemeenschap" van afdeling 2 van het comité voor de provinciale en plaatselijke overheidsdiensten;

Gelet op protocol nr. 377 van 20 oktober 2006 houdende de conclusies van de onderhandelingen die gevoerd werden in het overkoepelend onderhandelingscomité, vermeld in het decreet van 5 april 1995 tot oprichting van onderhandelingscomités in het vrij gesubsidieerd onderwijs;

Gelet op het advies 41.650/1 van de Raad van State, gegeven op 11 december 2006, met toepassing van artikel 84, § 1, eerste lid, 1°, van de gecoördineerde wetten op de Raad van State;

Op voorstel van de Vlaamse minister van Werk, Onderwijs en Vorming;

Na beraadslaging, Besluit :

Artikel 1.In artikel 2 van het besluit van de Vlaamse Regering van 17 juni 1997 betreffende de personeelsformatie in het gewoon basisonderwijs, gewijzigd bij de besluiten van de Vlaamse Regering van 22 september 1998, 23 februari 1999 en 11 januari 2002 worden de volgende wijzigingen aangebracht : 1° punt 2° wordt vervangen door wat volgt : « 2° anderstalige nieuwkomer : leerling die ten laatste op 31 december van het lopende schooljaar vijf jaar of ouder is en die op de dag van inschrijving of op 1 september volgend op de inschrijving gelijktijdig aan volgende voorwaarden voldoet : a) een nieuwkomer zijn, dat wil zeggen maximaal één jaar ononderbroken in België verblijven;b) niet het Nederlands als thuistaal of moedertaal hebben;c) onvoldoende de onderwijstaal beheersen om met goed gevolg de lessen te kunnen volgen;d) maximaal negen maanden ingeschreven zijn (vakantiemaanden juli en augustus niet inbegrepen) in een school met het Nederlands als onderwijstaal. Het beantwoorden aan de voorwaarden, vermeld in punt a), en b), wordt bewezen aan de hand van een verklaring op eer van de ouders. Met deze verklaring op eer wordt voor het beantwoorden aan de voorwaarde, vermeld in punt a) echter geen rekening gehouden, wanneer in het inschrijvings- of het leerlingendossier documenten aanwezig zijn die deze verklaring tegenspreken.

De verklaringen die aantonen dat anderstalige nieuwkomers beantwoorden aan de voorwaarden worden ten minste vijf jaar bewaard in de school en dienen eventueel ter verificatie worden voorgelegd; »; 2° Er wordt een punt 5°bis ingevoegd dat luidt als volgt : « 5°bis : gewezen anderstalige nieuwkomer : leerling die op 1 oktober van het lopende schooljaar in het voorgaande schooljaar een anderstalige nieuwkomer was en onthaalonderwijs heeft genoten;»; 3° aan punt 8°bis worden de volgende woorden toegevoegd : « Onthaalonderwijs kan bestaan uit twee periodes : a) een onthaaljaar met aanbieding van een taalbad Nederlands aan de anderstalige nieuwkomer;b) een vervolgjaar in de vorm van ondersteuning, begeleiding en opvolging van de gewezen anderstalige nieuwkomer.»

Art. 2.In artikel 21, § 1 van hetzelfde besluit, gewijzigd bij de besluiten van de Vlaamse Regering van 22 september 1998 en 11 januari 2002, worden tussen de woorden « kunnen in » en de woorden « het lager onderwijs » de woorden « het kleuteronderwijs en » ingevoegd.

Art. 3.§ 1. In artikel 22 van hetzelfde besluit, vervangen bij het besluit van de Vlaamse Regering van 11 januari 2002, wordt § 3 vervangen door wat volgt : « § 3 In afwijking van § 1 en § 2 kunnen aan de scholen binnen een scholengemeenschap aanvullende lestijden voor anderstalige nieuwkomers worden toegekend.

Het aantal aanvullende lestijden voor de opvang van anderstalige nieuwkomers per scholengemeenschap basisonderwijs wordt per school met één of meer anderstalige nieuwkomers als volgt bepaald : 1° zodra in de loop van het schooljaar ten minste twaalf anderstalige nieuwkomers ingeschreven zijn in alle scholen van de scholengemeenschap samen, worden 1,5 aanvullende lestijden per anderstalige nieuwkomer gefinancierd of gesubsidieerd;2° bij reële stijging met vier anderstalige nieuwkomers worden bijkomend 1,5 aanvullende lestijden per anderstalige nieuwkomer gefinancierd of gesubsidieerd;3° zodra bij daling minder dan vier anderstalige nieuwkomers zijn ingeschreven, worden de aanvullende lestijden niet langer gefinancierd of gesubsidieerd.»

Art. 4.In hetzelfde besluit, gewijzigd bij de besluiten van de Vlaamse Regering van 22 september 1998, 23 februari 1999, 11 januari 2002, 5 december 2003, 30 september 2005 en 20 januari 2006, wordt een artikel 22bis ingevoegd, dat luidt als volgt : « Art. 22bis . § 1. Tijdens het vervolgjaar, vermeld in artikel 2, 8°bis, b), worden voor de gewezen anderstalige nieuwkomers aanvullende lestijden toegekend. § 2. Het aantal aanvullende lestijden dat wordt toegekend is gelijk aan één per gewezen anderstalige nieuwkomer die ingeschreven is op de teldag van de eerste schooldag van oktober van het lopende schooljaar. »

Art. 5.In hetzelfde besluit, gewijzigd bij de besluiten van de Vlaamse Regering van 22 september 1998, 23 februari 1999, 11 januari 2002, 5 december 2003, 30 september 2005 en 20 januari 2006, wordt een artikel 22ter ingevoegd, dat luidt als volgt : «

Art. 22ter.De aanvullende lestijden, vermeld in artikel 22 en 22bis, worden uitsluitend aangewend voor de opvang, ondersteuning en begeleiding van anderstalige nieuwkomers en gewezen anderstalige nieuwkomers. »

Art. 6.In artikel 2 van het besluit van de Vlaamse Regering van 24 mei 2002 inzake de organisatie van onthaalonderwijs voor anderstalige nieuwkomers in het gewoon voltijds secundair onderwijs worden de volgende wijzigingen aangebracht : 1° punt 1° wordt vervangen door wat volgt : « 1° anderstalige nieuwkomer : een leerling die bij de start van het onthaalonderwijs gelijktijdig aan de volgende voorwaarden voldoet : a) op 31 december volgend op de aanvang van het schooljaar enerzijds minstens twaalf jaar en anderzijds geen achttien jaar geworden is;b) een nieuwkomer zijn, dat wil zeggen maximaal één jaar ononderbroken in België verblijven;c) niet het Nederlands als thuistaal of moedertaal hebben;d) onvoldoende de onderwijstaal beheersen om met goed gevolg de lessen te kunnen volgen;e) maximaal negen maanden ingeschreven zijn (vakantiemaanden juli en augustus niet inbegrepen) in een onderwijsinstelling met het Nederlands als onderwijstaal.2° punt 2° wordt vervangen door wat volgt : « 2° onthaalonderwijs : onderwijs voor anderstalige nieuwkomers.Het onthaalonderwijs bestaat uit twee periodes : a) onthaalonderwijs start met een onthaaljaar waarin deze leerlingen een taalbad Nederlands wordt aangeboden met als doel hen zo snel mogelijk Nederlands te leren en hen te integreren in de onderwijsvorm en studierichting die het nauwst aansluiten bij hun intrinsieke capaciteiten;b) na de overstap naar het reguliere onderwijs wordt ondersteuning, begeleiding en opvolging van de gewezen anderstalige nieuwkomer aangeboden;».

Art. 7.In artikel 3, § 1, van hetzelfde besluit worden de volgende wijzigingen aangebracht : 1° in punt 1° worden de woorden « Ministerie van de Vlaamse Gemeenschap, departement Onderwijs, Afdeling Beleidsuitvoering Secundaire Scholen » vervangen door de woorden « Vlaams Ministerie van Onderwijs en Vorming, Agentschap voor Onderwijsdiensten »;2° in punt 2° wordt het woord « onthaalonderwijs » vervangen door de woorden « een onthaaljaar »;3° in punt 6° worden tussen de woorden « de doelstellingen van het onthaalonderwijs » en de woorden « en past binnen het kader » de woorden « zoals beschreven onder artikel 2, 2° » ingevoegd;4° punt 8° wordt vervangen door wat volgt : « 8° de deelnemende school of scholen nemen initiatieven ter ondersteuning en begeleiding van deze leerlingen in de eigen school, in voorkomend geval in de andere scholen van de scholengemeenschap of in samenspraak met één of meerdere scholen van een andere scholengemeenschap en dit zowel tijdens het onthaaljaar als na de overgang naar het reguliere onderwijs;»; 5° er wordt een punt 9° toegevoegd dat luidt als volgt : « 9° de deelnemende school of scholen dienen de verdere schoolloopbaan van de gewezen anderstalige nieuwkomers op te volgen en hiertoe contacten tussen onthaalonderwijs en regulier onderwijs te onderhouden met betrekking tot informatiedoorstroming, studiekeuzebegeleiding en uitwisseling van ervaringen en expertise.»

Art. 8.In artikel 4 van hetzelfde besluit worden de volgende wijzigingen aangebracht : 1° de zin « Het wekelijkse lesrooster bestaat uit ten minste 22 lesuren Nederlands en 2 lesuren godsdienst, niet-confessionele zedenleer, eigen cultuur en religie of cultuurbeschouwing.» wordt vervangen door de zin « Het wekelijkse lesrooster bestaat uit ten minste 22 lesuren van het algemeen vak Nederlands voor nieuwkomers en 2 lesuren van het vak godsdienst, niet-confessionele zedenleer, eigen cultuur en religie of cultuurbeschouwing. »; 2° het woord « onthaalonderwijs » wordt vervangen door het woord « onthaaljaar »;3° de zin « Hoogstens vier wekelijkse lesuren kunnen per anderstalige nieuwkomer vrij besteed worden » wordt vervangen door de zin « In het onthaaljaar kunnen hoogstens vier wekelijkse lesuren per anderstalige nieuwkomer vrij besteed worden.»

Art. 9.In artikel 5 van hetzelfde besluit worden de volgende wijzigingen aangebracht : 1° in § 1 worden de woorden « het onthaalonderwijs"telkens vervangen door de woorden « het onthaaljaar »;2° § 2 wordt vervangen door wat volgt : « § 2.Voor de ondersteuning, opvolging en begeleiding van gewezen anderstalige nieuwkomers in het reguliere onderwijs wordt aan elke school die optreedt als contactpunt, zoals bedoeld in artikel 3, § 1, 3°, voor de duur van het lopende schooljaar 22 specifieke uren-leraar toegekend op voorwaarde dat de betrokken school of scholengemeenschap het schooljaar voordien een onthaaljaar inrichtte en dit tot drie schooljaren nadat het onthaaljaar in de betrokken school of scholengemeenschap niet meer wordt georganiseerd »; 3° er wordt een § 3 toegevoegd, die luidt als volgt : « § 3.De specifieke uren-leraar die voor het onthaaljaar en voor de ondersteuning, opvolging en begeleiding van gewezen anderstalige nieuwkomers worden toegekend, worden uitsluitend in het onthaalonderwijs aangewend. »

Art. 10.Artikel 7 van hetzelfde besluit wordt vervangen door wat volgt : «

Art. 7.De minister kan voor individuele situaties en in uitzonderlijke omstandigheden afwijken van de voorwaarden, vermeld in artikel 2, 1°, a), b), en e), op voorlegging van een gemotiveerde aanvraag van de school in samenwerking met het betrokken Centrum voor Leerlingenbegeleiding.

Om vast te stellen of een leerling voldoet aan de voorwaarden, vermeld in artikel 2, 1°, b) en c) moet de persoon die het ouderlijk gezag uitoefent of die de minderjarige leerplichtige leerling in rechte of in feite onder zijn bewaring heeft, een schriftelijke verklaring op eer invullen. Het beantwoorden aan de voorwaarden, vermeld in punt b) en c), wordt bewezen aan de hand van deze verklaring op eer. Met deze verklaring op eer wordt voor het beantwoorden aan de voorwaarde, vermeld in punt b), echter geen rekening gehouden, wanneer in het inschrijvings- of het leerlingendossier documenten aanwezig zijn die deze verklaring tegenspreken.

De verklaringen die aantonen dat anderstalige nieuwkomers beantwoorden aan de voorwaarden worden ten minste vijf jaar bewaard in de school en dienen eventueel ter verificatie worden voorgelegd. »;

Art. 11.In artikel 8 van hetzelfde besluit worden de volgende wijzigingen aangebracht : 1° het eerste lid, dat het enige lid wordt, wordt vervangen door wat volgt : « De personeelsleden die fungeren in de in artikel 5 bedoelde specifieke uren-leraar worden voor wat betreft de vigerende regelgeving op de bekwaamheidsbewijzen, de weddeschalen, het prestatiestelsel en de bezoldigingsregeling, beschouwd als personeelsleden die fungeren in de eerste, tweede, derde of vierde graad van het voltijds gewoon secundair onderwijs.De keuze van de graad wordt per vak en per personeelslid gemaakt door de inrichtende macht met dien verstande dat de inrichtende macht ertoe gehouden is de voor het personeelslid meest gunstige keuze inzake prestatiestelsel en bezoldiging te maken. » 2° het tweede lid wordt opgeheven.

Art. 12.In artikel 9 van hetzelfde besluit wordt het woord « onthaalonderwijs » vervangen door het woord « onthaaljaar ».

Art. 13.Dit besluit heeft uitwerking met ingang van 1 september 2006, met uitzondering van artikel 2, dat uitwerking heeft met ingang van 1 september 2001.

Art. 14.De Vlaamse minister, bevoegd voor het Onderwijs, is belast met de uitvoering van dit besluit.

Brussel, 26 januari 2007.

De minister-president van de Vlaamse Regering, Y. LETERME De Vlaamse minister van Werk, Onderwijs en Vorming, F. VANDENBROUCKE