24 JULI 1997. Besluit van de Vlaamse regering betreffende de erkenningsvoorwaarden waaraan privaatrechtelijke kredietinstellingen moeten voldoen om sociale leningen met gewestwaarborg toe te staan voor het bouwen, kopen of verbouwen van sociale woningen

De Vlaamse regering, Gelet op het decreet van 15 juli 1997 houdende de Vlaamse Wooncode, inzonderheid op artikel 78;

Gelet op het besluit van de Vlaamse regering van 11 januari 1995 houdende de voorwaarden betreffende sociale leningen met gewestwaarborg voor het bouwen, kopen of verbouwen van woningen;

Gelet op het akkoord van de Vlaamse minister bevoegd voor begroting, gegeven op 19 juni 1997;

Gelet op de wetten op de Raad van State, gecoordineerd op 12 januari 1973, inzonderheid op artikel 3, § 1, gewijzigd bij de wet van 4 juli 1989 en 4 augustus 1996;

Gelet op de dringende noodzakelijkheid;

Overwegende dat bij overeenkomst van 4 oktober 1993, de Staat de helft van het kapitaal van de ASLK-Bank verkocht heeft aan FORTIS, en het recht heeft bedongen om een bijkomende schijf te verkopen;

Overwegende dat FORTIS een doorslaggevende stem heeft gekregen in de bestuursorganen van de ASLK-Bank;

Overwegende dat de Staat heeft geopteerd voor de verkoop van een aanvullende schijf van het kapitaal van de ASLK-Bank;

Overwegende dat de door de ASLK erkende kredietvennootschappen hun sociale opdracht verder moeten kunnen vervullen, en bijgevolg de gewestwaarborg moeten kunnen blijven genieten, overeenkomstig artikel 78 van het decreet van 15 juli 1997 houdende de Vlaamse Wooncode;

Overwegende dat deze privaatrechtelijke kredietvennootschappen onderworpen moeten worden aan specifieke erkenningsvoorwaarden die door het Vlaamse Gewest bepaald moeten worden, zodat gewaarborgd kan worden dat zij hun activiteiten kunnen blijven voort zetten;

Overwegende dat het bepalen van deze erkenningsvoorwaarden geen uitstel duldt, aangezien de betrokken kredietvennootschappen zo spoedig mogelijk met de financiële instellingen de financieringsvoorwaarden van hun activiteiten definitief moeten kunnen vastleggen;

Op voorstel van de Vlaamse minister van Binnenlandse Aangelegenheden, Stedelijk Beleid en Huisvesting en van de Vlaamse minister van Financiën, Begroting en Gezondheidsbeleid;

Na beraadslaging, Besluit :

Artikel 1.Voor de toepassing van dit besluit wordt verstaan onder : 1° Vlaamse ministers : de leden van de Vlaamse regering respectievelijk bevoegd voor financiën en begroting en bevoegd voor de huisvesting;2° Vlaamse Huisvestingsmaatschappij : de Vlaamse Huisvestingsmaatschappij opgericht krachtens het decreet van 21 december 1988 houdende oprichting van een Vlaamse Huisvestingsmaatschappij, gewijzigd bij decreet van 12 december 1990;3° sociale woning : de woning zoals omschreven in artikel 1, § 1, 5°, van het besluit van de Vlaamse regering van 11 januari 1995 houdende de voorwaarden betreffende sociale leningen met gewestwaarborg voor het bouwen, kopen of verbouwen van woningen;4° gewestwaarborg : de waarborg van het Vlaamse Gewest voor de aflossing van de hypothecaire leningen zoals bepaald in de artikelen 2 en volgende van het besluit van de Vlaamse regering van 11 januari 1995 houdende de voorwaarden betreffende sociale leningen met gewestwaarborg voor het bouwen, kopen of verbouwen van woningen;5° erkende kredietvennootschap : de hypothecaire kredietinstelling waaraan een erkenning is verleend overeenkomstig dit besluit.

Art. 2.De erkenning, zoals bepaald in artikel 78 van de het decreet van 15 juli 1997 houdende de Vlaamse Wooncode, kan, onder de bij dit besluit gestelde voorwaarden, door de Vlaamse Huisvestingsmaatschappij worden verleend aan elke kredietvennootschap die wenst deel te nemen aan de opdracht van algemeen belang die erin bestaat het bouwen, kopen of verbouwen van sociale woningen te bevorderen.

Deze kredietvennootschappen dienen privaatrechtelijke handelsvennootschappen te zijn, waarvan de zetel gevestigd is in het Vlaamse Gewest en die de vorm aannemen, hetzij van een cooperatieve vennootschap met beperkte aansprakelijkheid, hetzij van een naamloze vennootschap, hetzij van een cooperatieve vennootschap met beperkte aansprakelijkheid met een sociaal oogmerk, of van een naamloze vennootschap met een sociaal oogmerk.

Zij moeten voorafgaandelijk aan hun aanvraag tot erkenning ingeschreven of geregistreerd zijn bij de Controledienst voor de Verzekeringen, overeenkomstig artikel 43 of 43bis van de wet op het hypothecair krediet van 4 augustus 1992.

Art. 3.De erkenning wordt slechts verleend aan kredietvennootschappen met als uitsluitend maatschappelijk doel het toestaan en beheren, in eigen naam, van hypothecaire leningen met het oog op het bouwen, kopen of verbouwen van een sociale woning, en die in hun statuten de verbintenis aangaan om de bij dit besluit in hunnen hoofde gestelde voorwaarden na te leven onder controle en toezicht van de Vlaamse Huisvestingsmaatschappij.

Art. 4.Om haar maatschappelijk doel te verwezenlijken, kan een erkende kredietinstelling zonder onderscheid alle handelingen en verrichtingen stellen waartoe de verwezenlijking van het in artikel 3 vermelde maatschappelijk doel aanleiding geeft, en meer in het bijzonder : 1° het toekennen van leningen of kredietopeningen gewaarborgd door een hypotheek of anderszins, terugbetaalbaar in opeenvolgende betalingen, voor het bouwen, kopen, verbouwen, vernieuwen of behouden van sociale woningen, die hoofdzakelijk gelegen zijn in het Vlaamse Gewest;2° het opzeggen van deze leningen of kredietopeningen, en het nemen van alle minnelijke of gerechtelijke maatregelen tot uitvoering van de toegekende zekerheden;3° het verwerven van onroerende goederen die te koop gesteld zouden worden ten gevolge van de uitwinning van één van haar schuldenaars, of ten gevolge van een hoger bod bij een verkoop uit de hand of bij een openbare verkoop, en het verkopen van deze goederen binnen een maximum termijn van twee jaar.Deze termijn kan maximaal tot vijf jaar verlengd worden wanneer een eerdere verkoop zou leiden tot verlies; 4° het waarborgen van verbintenissen van derden, het betalen in hun naam en plaats, met indeplaatsstelling waardoor een hypothecaire waarborg verkregen wordt;5° het ondernemen in naam en voor rekening van de vennootschap van alle activiteiten van tussenpersoon in verzekeringen die van aard zijn de goede afloop te waarborgen van de kredieten die toegekend werden voor het bouwen, kopen of verbouwen van een sociale woning gelegen in het Vlaams Gewest;6° het ontlenen of verzamelen van fondsen, in de vorm van leningen of kredietopeningen, met of zonder waarborgen, en bestemd voor de verwezenlijking van haar maatschappelijk doel.Voor deze financiering doet de erkende kredietinstelling een beroep op de VHM, die hetzij rechtstreeks, hetzij onrechtstreeks, zorgt voor de meest gunstige financiering van de erkende kredietinstellingen; 7° het nemen van deelnemingen in andere erkende kredietinstellingen of in iedere vennootschap, vereniging of stichting die erkende kredietinstellingen groepeert, en dit ten belope van maximum vijftien procent van haar eigen vermogen;8° het ondersteunen van initiatieven in het kader van het huisvestingsbeleid van de Vlaamse regering, van de Vlaamse Huisvestingsmaatschappij of van andere Vlaamse openbare instellingen, in de vorm van financiering, een samenwerkingsovereenkomst, een gezamenlijke dienstverlening, voor zover dit de financiële gezondheid van de erkende kredietinstelling niet in gevaar brengt;9° met de andere erkende kredietinstellingen elke overeenkomst, elk toetredingscontract of ander akkoord sluiten, waardoor de samenwerking tussen de erkende kredietinstellingen tot stand wordt gebracht of versterkt, onder meer met het oog op gemeenschappelijke diensten of producten;10° het verwerven of bouwen van een onroerend goed gelegen in het Vlaamse Gewest om er haar administratieve diensten te vestigen en om er haar personeel dat instaat voor haar dagelijks bestuur in onder te brengen.

Art. 5.Om de erkenning te verkrijgen en te behouden, moet door de erkende kredietvennootschap aan de hierna volgende voorwaarden worden voldaan : 1° slechts hypothecaire leningen toestaan die voldoen aan de voorwaarden zoals bepaald in het besluit van de Vlaamse regering van 11 januari 1995 houdende de voorwaarden betreffende sociale leningen met gewestwaarborg voor het bouwen, kopen of verbouwen van woningen gelegen in het Vlaams Gewest;2° De verbintenis nakomen om, voor elke leningsaanvraag : a) aan de Vlaamse Huisvestingsmaatschappij een ingevuld typedossier te bezorgen, volgens het model door de Vlaamse Huisvestingsmaatschappij bepaald;b) slechts het kredietaanbod toe te zenden vanaf de achtste kalenderdag na het verzenden van het typedossier voor de betrokken lening. Voor een lening voor een sociale woning, gelegen buiten het Vlaamse Gewest, moet telkens een aparte aanvraag worden ingediend bij de Vlaamse Huisvestingsmaatschappij; 3° het toezicht aanvaarden van de Vlaamse Huisvestingsmaatschappij met betrekking tot de activiteiten, het beheer en de interne organisatie van de erkende kredietvennootschap om wanbeheer tegen te gaan, om overtredingen op de bepalingen van dit besluit na te gaan, om controle uit te oefenen op de voorwaarden voor het verlenen van gewestwaarborg, en in het algemeen met het oog op de bestendigheid van de sector van de erkende kredietvennootschappen.Te allen tijde hebben de afgevaardigden van de Vlaamse Huisvestingsmaatschappij het recht ter plaatse inzage te nemen van alle stukken betreffende de activiteiten, het beheer en de organisatie van elke erkende kredietvennootschap; 4° De mededeling aan de Vlaamse Huisvestingsmaatschappij van de hierna volgende gegevens, waarvoor de VHM modeldocumenten kan vaststellen of kan toestaan dat andere informatiedragers worden benut : a) om de drie maanden, een lijst en statistiek van de toegestane leningen, met als bijlage alle stukken en gegevens die van nut worden geacht;b) binnen een maand vanaf de goedkeuring ervan, het jaarverslag van de raad van bestuur, het verslag van de commissaris-revisor, de verslagen van de algemene vergaderingen, de jaarrekeningen, en in voorkomend geval de laatste gecoordineerde tekst van de statuten in geval van wijziging;c) uiterlijk op 28 februari na het einde van elk boekjaar, een staat van de hypothecaire debiteuren met bijzondere aandacht voor de nalatige betalingen;5° de beperking van het aan de aandeelhouders uit te keren dividend tot maximaal vijf procent van het gestorte kapitaal en tot vijfentwintig procent van de uit te keren winst van het boekjaar indien dit laatste lager is.Voor een erkende kredietvennootschap die de vorm van een vennootschap met sociaal oogmerk, bedoeld in artikel 2, tweede lid, heeft aangenomen, is artikel 164bis, § 1, 5°, van de vennootschapswet onverminderd van toepassing.

Art. 6.De aanvraag tot het verkrijgen van de in artikel 2 bedoelde erkenning moet worden ingediend bij de Vlaamse Huisvestingsmaatschappij bij een ter post aangetekende brief die de verbintenis moet bevatten om de bepalingen van dit besluit na te leven.

De Vlaamse Huisvestingsmaatschappij brengt de beslissing tot erkenning of tot weigering van de erkenning bij aangetekend schrijven ter kennis van de kredietinstelling die de aanvraag heeft ingediend.

Een kredietvennootschap kan tegen een weigeringsbeslissing bij aangetekend schrijven beroep instellen bij de Vlaamse minister binnen een termijn van dertig dagen na de mededeling van de beslissing van de Vlaamse Huisvestingsmaatschappij. Het beroep wordt geacht te zijn verworpen bij ontstentenis van een ministerieel besluit terzake binnen een termijn van drie maanden na de instelling van het beroep.

Art. 7.§ 1. Als een erkende kredietvennootschap niet voldoet aan de voorwaarden gesteld in de artikelen 2 tot en met 6 van dit besluit, kan de Vlaamse Huisvestingsmaatschappij de betrokken erkende kredietvennootschap bij aangetekend schrijven in gebreke stellen en aanmanen om zich alsnog binnen dertig dagen in regel te stellen.

Als de betrokken erkende kredietvennootschap weigert om aan deze aanmaning het nodige gevolg te geven, kan de Vlaamse Huisvestingsmaatschappij de erkenning, waarvan sprake in artikel 2 van dit besluit, intrekken.

De erkenning kan slechts worden ingetrokken nadat de betrokken kredietinstelling de mogelijkheid kreeg gehoord te worden.

Wordt de erkenning ingetrokken, dan kan de betrokken kredietinstelling, bij aangetekend schrijven, binnen een termijn van dertig dagen na de mededeling van de beslissing van de Vlaamse Huisvestingsmaatschappij, beroep instellen bij de Vlaamse ministers.

Het beroep wordt geacht te zijn verworpen bij ontstentenis van een ministerieel besluit terzake, binnen een termijn van drie maanden na de instelling van het beroep. § 2. De erkenning wordt van rechtswege ingetrokken in geval van ontbinding, of elke andere vorm van vereffening van een erkende kredietvennootschap.

Art. 8.Elke beslissing van de Vlaamse Huisvestingsmaatschappij met betrekking tot een erkenning, een weigering of intrekking van erkenning wordt zonder verwijl meegedeeld aan de Vlaamse ministers.

Art. 9.In alle gevallen waarin een erkende kredietvennootschap haar erkenning verliest, vervalt de gewestwaarborg voor alle leningen die door deze erkende kredietvennootschap met de gewestwaarborg zijn toegestaan, behalve als de betrokken kredietinstelling haar volledige portefeuille van hypothecaire leningen overdraagt aan een andere erkende kredietvennootschap, evenwel onverminderd de bestaande rechten van de ontleners en van de schuldeisers van de betrokken kredietvennootschap.

Art. 10.Artikel 78 van het decreet van 15 juli 1997 houdende de Vlaamse Wooncode en dit besluit treden in werking op de datum die door de Vlaamse ministers wordt bepaald.

Art. 11.De Vlaamse ministers, bevoegd voor huisvesting en bevoegd voor financiën en begroting zijn, ieder wat hem of haar betreft, belast met de uitvoering van dit besluit.

Brussel, 24 juli 1997.

De minister-president van de Vlaamse regering, L. VAN DEN BRANDE De Vlaamse minister van Financiën, Begroting en Gezondheidsbeleid, Mevr. W. DEMEESTER-DE MEYER De Vlaamse minister van Binnenlandse Aangelegenheden, Stedelijk Beleid en Huisvesting, L. PETERS