gepubliceerd op 01 augustus 2002
Besluit van de Vlaamse regering tot vaststelling van het totaal aantal subsidiabele uren voor de diensten voor gezinszorg voor het jaar 2002
21 JUNI 2002. - Besluit van de Vlaamse regering tot vaststelling van het totaal aantal subsidiabele uren voor de diensten voor gezinszorg voor het jaar 2002
De Vlaamse regering, Gelet op het decreet van 29 april 1997 inzake de kwaliteitszorg in welzijnsvoorzieningen, gewijzigd bij het decreet van 22 december 1999;
Gelet op het decreet van 14 juli 1998 houdende de erkenning en de subsidiëring van verenigingen en welzijnsvoorzieningen in de thuiszorg, gewijzigd bij het decreet van 18 mei 1999;
Gelet op het besluit van de Vlaamse regering van 18 december 1998 houdende de erkenning en de subsidiëring van verenigingen en welzijnsvoorzieningen in de thuiszorg inzonderheid op bijlage I, gewijzigd bij de besluiten van de Vlaamse regering van 30 maart 1999, 5 mei 2000, 30 maart 2001 en 10 juli 2001;
Gelet op het akkoord van de Vlaamse minister, bevoegd voor de Begroting, gegeven op 18 juni 2002;
Gelet op de wetten op de Raad van State, gecoördineerd op 12 januari 1973, inzonderheid op artikel 3, § 1, vervangen bij de wet van 4 juli 1989 en gewijzigd bij de wet van 4 augustus 1996;
Gelet op de dringende noodzakelijkheid;
Overwegende dat voor een optimaal gebruik van de beschikbare middelen en het optimaal ter beschikking stellen aan de burger van het vastgestelde aanbod aan thuiszorg, onverwijld uitvoering moet worden gegeven aan de vastlegging van de urencontingenten gezinszorg voor het jaar 2002;
Op voorstel van de Vlaamse minister van Welzijn, Gezondheid en Gelijke Kansen;
Na beraadslaging, Besluit :
Artikel 1.Ter uitvoering van artikel 6, tweede lid, van bijlage I bij het besluit van de Vlaamse regering van 18 december 1998 houdende de erkenning en de subsidiëring van verenigingen en welzijnsvoorzieningen in de thuiszorg, wordt het totaal aantal subsidiabele uren voor de diensten voor gezinszorg voor het jaar 2002 vastgesteld op 13 811 737 uren.
Art. 2.Dit besluit heeft uitwerking met ingang van 1 januari 2002.
Art. 3.De Vlaamse minister, bevoegd voor de Bijstand aan Personen, is belast met de uitvoering van dit besluit.
Brussel, 21 juni 2002.
De minister-president van de Vlaamse regering, P. DEWAEL De Vlaamse minister van Welzijn, Gezondheid en Gelijke Kansen, M. VOGELS