gepubliceerd op 05 mei 2009
Besluit van de Vlaamse Regering houdende de agentschapsspecifieke regeling van de rechtspositie van het personeel van Kind en Gezin
20 MAART 2009. - Besluit van de Vlaamse Regering houdende de agentschapsspecifieke regeling van de rechtspositie van het personeel van Kind en Gezin
De Vlaamse Regering, Gelet op het kaderdecreet bestuurlijk beleid van 18 juli 2003, artikel 5;
Gelet op het besluit van de Vlaamse Regering van 26 november 2004 houdende organisatie van Kind en Gezin en de instellingsspecifieke regeling van de rechtspositie van het personeel;
Gelet op het besluit van de Vlaamse Regering van 13 januari 2006 houdende vaststelling van de rechtspositie van het personeel van de diensten van de Vlaamse overheid, artikel I7bis, ingevoegd bij het besluit van de Vlaamse Regering van 16 maart 2007;
Gelet op het akkoord van de Vlaamse minister bevoegd voor het algemeen beleid inzake personeel en organisatieontwikkeling, gegeven op 10 augustus 2007;
Gelet op het akkoord van de Vlaamse minister bevoegd voor de begroting gegeven op 23 november 2007;
Gelet op protocol nr. 255.821 van 17 december 2007 van het sectorcomité XVIII Vlaamse Gemeenschap - Vlaams Gewest;
Gelet op advies 45.670/3 van de Raad van State, gegeven op 6 januari 2009, met toepassing van artikel 84, § 1, eerste lid, 1°, van de wetten op de Raad van State, gecoördineerd op 12 januari 1973;
Op voorstel van de Vlaamse minister van Welzijn, Volksgezondheid en Gezin;
Na beraadslaging, Besluit : HOOFDSTUK I. - Toepassingsgebied en algemene bepalingen Afdeling I. - Toepassingsgebied
Artikel 1.Onverminderd de bepalingen van het besluit van de Vlaamse Regering van 13 januari 2006 houdende vaststelling van de rechtspositie van het personeel van de diensten van de Vlaamse overheid, is dit besluit van toepassing op het personeel van Kind en Gezin.
Dit besluit doet geen afbreuk aan de wettelijke, decretale of reglementaire bepalingen, die op specifieke categorieën van het personeel van Kind en Gezin van toepassing zijn. Afdeling II. - Algemene bepalingen
Art. 2.In aanvulling op artikel I 2 van het VPS, wordt voor de toepassing van dit besluit verstaan onder : 1°VPS : het besluit van de Vlaamse Regering van 13 januari 2006 houdende vaststelling van de rechtspositie van het personeel van de diensten van de Vlaamse overheid; 2° de entiteit : Kind en Gezin; HOOFDSTUK II. - Overgangsbepalingen inzake administratieve loopbaan
Art. 3.De ambtenaar met de vroegere graad van inspecteur-generaal, behoudt zijn titel van inspecteur-generaal.
Art. 4.De ambtenaar die vóór 1 juni 1995 titularis was van de begingraad (rang 10) in de vlakke loopbaan van informaticus heeft in afwijking van artikel VI 109, §1, 1° van het VPS, een functionele loopbaan in de graad van informaticus, bestaande uit de salarisschalen A131, A125, A126 en A127. De tweede, derde en vierde salarisschaal wordt bereikt na respectievelijk 6 jaar, 12 jaar en 4 jaar schaalanciënniteit. HOOFDSTUK III. - Verloning Afdeling I. - Toelage voor gevaarlijk, ongezond of hinderlijk werk
Art. 5.De lijst van activiteiten die als gevaarlijk, ongezond of hinderlijk worden beschouwd, wordt als bijlage I bij dit besluit gevoegd. Afdeling II. - Verhoogde rente in geval van arbeidsongeval en ongeval
op de weg naar en van het werk
Art. 6.Voor de toepassing van de wet van 3 juli 1967 betreffende de preventie van of de schadevergoeding voor arbeidsongevallen, voor ongevallen op de weg naar en van het werk en voor beroepsziekten in de overheidssector wordt de rente in geval van blijvende invaliditeit en in geval van overlijden, toegekend ingevolge een arbeidsongeval of een ongeval op de weg naar en van het werk, berekend op basis van de jaarlijkse bezoldiging van het personeelslid, beperkt tot 123.946,76 euro per jaar en per persoon. Afdeling III. - Overgangsbepalingen
Art. 7.De ambtenaar van rang A1 of A2 die in december 1994 het salariscomplement genoot bedoeld in artikel 13 van het besluit van de Vlaamse Executieve van 14 oktober 1992 tot vaststelling van de weddeschalen van het ministerie van de Vlaamse Gemeenschap, ontvangt een toelage van 20 % van het geïndexeerd salaris voor zover hij de taken van informaticus daadwerkelijk en uitsluitend in een informaticadienst blijft uitoefenen.
Het recht op deze toelage vervalt zo de ambtenaar bevordert in rang of in salarisschaal. Desgevallend wordt voor de toepassing van artikel VII 3, § 1 VPS dit salariscomplement samen met het salaris in de berekening opgenomen.
De toelage wordt maandelijks en na verlopen termijn betaald; eventueel wordt zij verminderd overeenkomstig de bepalingen van artikel VII 6, § 1 VPS.
Art. 8.De jaarlijkse bezoldiging, vermeld in artikel 6 van dit besluit bedraagt 5 000 000 BEF voor de periode van 1 oktober 2000 tot 31 december 2001.
Art. 9.De salarisschaal A221P is opgenomen in bijlage II bij dit besluit.
Art. 10.De salarisschalen A121P, A122P, B211K en B212K zijn opgenomen in bijlage III bij dit besluit. HOOFDSTUK IV. - Algemene slotbepalingen
Art. 11.Het besluit van de Vlaamse Regering van 26 november 2004 houdende de organisatie van Kind en Gezin en de instellingsspecifieke regeling van de rechtspositie van het personeel wordt opgeheven.
Art. 12.Dit besluit treedt in werking op 1 april 2006 met uitzondering van de artikels 9 en 10 die uitwerking hebben met ingang van 1 december 2004. Artikel 10 houdt op uitwerking te hebben op datum van inwerkingtreding van het ministerieel besluit van de Vlaamse minister van Bestuurszaken houdende vaststelling van de bijzondere of specifieke opdrachten bij de diensten van de Vlaamse Overheid.
Art. 13.De Vlaamse minister, bevoegd voor de bijstand aan personen, is belast met de uitvoering van dit besluit.
Brussel, 20 maart 2009.
De minister-president van de Vlaamse Regering, K. PEETERS De Vlaamse minister van Welzijn, Volksgezondheid en Gezin, Mevr. V. HEEREN
Bijlage I - Gevaarlijk, ongezond of hinderlijk werk Lijst van activiteiten die als gevaarlijk, ongezond of hinderlijk worden beschouwd : 1. drukkerij- of fotolaboratoriumactiviteiten 2.werk met oliën, vetten, bijtende, giftige, radioactieve of schadelijke stoffen, zuren of gassen 3. werk met sproeistoffen 4.het herstellen of reinigen van aalputten, afvoerleidingen van W.C.'s of waterplaatsen 5. werk met caporal of carbolineum 6.werk op ladders, masten of stellingen of met de heflift vanaf twee meter hoogte 7. werk in bomen vanaf twee meter hoogte 8.werk met motorzeis, met de handslijp- of snijmachine of een ander sneldraaiende machine 9. werk aan in dienst zijnde verwarmings- of stookinstallaties 10.werk met de stoomreiniger 11. het lassen en branden van metalen stukken 12.werk met betonbreekhamer, de steenboor, de betonboorhamer, de explosiehamer of de mechanische stamper 13. werk op platformen zonder leuningen (Kraainem) 14.maaiwerk bij temperaturen van minstens 30° 15. isolatiewerk met los glaswol Gezien om gevoegd te worden bij het besluit van de Vlaamse Regering van 20 maart 2009 houdende de agentschapsspecifieke regeling van de rechtspositie van het personeel van Kind en Gezin. Brussel, 20 maart 2009.
De minister-president van de Vlaamse Regering, K. PEETERS De Vlaamse minister van Welzijn, Volksgezondheid en Gezin, Mevr. V. HEEREN
Bijlage II - Salarisschaal A221P
Toevoegen
Code
A221P
frekwentie
1/3 x 1500
bedrag
1/3 x 2050
1/3 x 1950
1/3 x 2000
1/3 x 2050
1/3 x 1950
geldelijke
1/3 x 2550
anciënniteit
1/3 x 2500
0
42.100
1
42.100
2
42.100
3
43.600
4
43.600
5
43.600
6
45.650
7
45.650
8
45.650
9
47.600
10
47.600
11
47.600
12
49.600
13
49.600
14
49.600
15
51.650
16
51.650
17
51.650
18
53.600
19
53.600
20
53.600
21
56.150
22
56.150
23
56.150
24
58.650
25
26
27
Gezien om gevoegd te worden bij het besluit van de Vlaamse Regering van 20 maart 2009 houdende de agentschapsspecifieke regeling van de rechtspositie van het personeel van Kind en Gezin.
Brussel, 20 maart 2009.
De minister-president van de Vlaamse Regering, K. PEETERS De Vlaamse minister van Welzijn, Volksgezondheid en Gezin, Mevr. V. HEEREN
Bijlage III - Tabel van de salarisschalen
Toevoegen
Code
B211K
B212K
A121P
A122P
frekwentie
3/1 x 750
1/1 x 700
2/1 x 1150
1/1 x 1200
bedrag
1/3 x 1200
1/1 x 750
1/1 x 1200
1/1 x 1150
1/3 x 1300
1/1 x 800
1/3 x 1950
1/1 x 1200
5/3 x 1250
3/3 x 1250
2/3 x 1900
1/3 x 1900
1/3 x 1000
1/3 x 1200
3/3 x 1950
1/3 x 2000
1/3 x 1300
1/3 x 250
2/3 x 1950
geldelijke
2/3 x 1250
1/3 x 1400
anciënniteit
1/3 x 1000
1/3 x 1350
1/3 x 250
0
21.100
23.100
30.750
34.350
1
21.850
23.800
31.900
35.550
2
22.600
24.550
33.050
36.700
3
23.350
25.350
34.250
37.900
4
23.350
25.350
34.250
37.900
5
23.350
25.350
34.250
37.900
6
24.550
26.600
36.200
39.800
7
24.550
26.600
36.200
39.800
8
24.550
26.600
36.200
39.800
9
25.850
27.850
38.100
41.800
10
25.850
27.850
38.100
41.800
11
25.850
27.850
38.100
41.800
12
27.100
29.100
40.000
43.750
13
27.100
29.100
40.000
43.750
14
27.100
29.100
40.000
43.750
15
28.350
30.300
41.950
45.700
16
28.350
30.300
41.950
45.700
17
28.350
30.300
41.950
45.700
18
29.600
31.600
43.900
47.100
19
29.600
31.600
43.900
47.100
20
29.600
31.600
43.900
47.100
21
30.850
32.850
45.850
48.450
22
30.850
32.850
45.850
48.450
23
30.850
32.850
45.850
48.450
24
32.100
34.100
46.100
48.700
25
32.100
34.100
26
32.100
34.100
27
33.100
35.100
Gezien om gevoegd te worden bij het besluit van de Vlaamse Regering van 20 maart 2009 houdende de agentschapsspecifieke regeling van de rechtspositie van het personeel van Kind en Gezin.
Brussel, 20 maart 2009.
De minister-president van de Vlaamse Regering, K. PEETERS De Vlaamse minister van Welzijn, Volksgezondheid en Gezin, Mevr. V. HEEREN