19 JULI 2024. - Besluit van de Vlaamse Regering tot vaststelling van het landinrichtingsplan `Oudlandpolder I'

Rechtsgronden Dit besluit is gebaseerd op: -het decreet van 28 maart 2014Relevante gevonden documenten type decreet prom. 28/03/2014 pub. 22/08/2014 numac 2014035709 bron vlaamse overheid Decreet betreffende de landinrichting sluiten betreffende de landinrichting, artikel 3.3.1, 3.3.2, 3.3.7, 3.3.8, 3.3.9 en 3.4.4, gewijzigd bij het decreet van 18 december 2015Relevante gevonden documenten type decreet prom. 18/12/2015 pub. 29/12/2015 numac 2015036643 bron vlaamse overheid Decreet houdende diverse bepalingen inzake omgeving, natuur en landbouw en energie type decreet prom. 18/12/2015 pub. 29/12/2015 numac 2015036624 bron vlaamse overheid Decreet houdende bepalingen tot begeleiding van de begroting 2016 sluiten; - het decreet van 22 december 2023Relevante gevonden documenten type decreet prom. 22/12/2023 pub. 29/01/2024 numac 2024000498 bron vlaamse overheid Decreet houdende de uitgavenbegroting van de Vlaamse Gemeenschap voor het begrotingsjaar 2024 sluiten houdende de uitgavenbegroting van de Vlaamse Gemeenschap voor het begrotingsjaar 2024.

Vormvereiste De volgende vormvereiste is vervuld: - De Vlaamse minister, bevoegd voor het budgettair beleid, heeft zijn akkoord verleend op 15 juli 2024.

Motivering Dit besluit is gebaseerd op de volgende motieven: - Het landinrichtingsplan `Oudlandpolder I' wordt vastgesteld door de Vlaamse Regering conform artikel 3.3.1.5 van het besluit van de Vlaamse Regering van 6 juni 2014Relevante gevonden documenten type besluit van de vlaamse regering prom. 06/06/2014 pub. 22/10/2014 numac 2014036419 bron vlaamse overheid Besluit van de Vlaamse Regering betreffende de landinrichting sluiten betreffende de landinrichting. - De Vlaamse Regering heeft met haar besluit van 18 december 2020 het landinrichtingsproject `Oudlandpolder Fase 1' goedgekeurd en ingesteld. - De Vlaamse Landmaatschappij heeft het landinrichtingsplan `Oudlandpolder I' opgemaakt om het landinrichtingsproject `Oudlandpolder Fase 1' te realiseren. - De planbegeleidingsgroep voor het landinrichtingsproject `Oudlandpolder Fase 1' heeft op 31 maart 2023 een consensus bereikt over het ontwerp van landinrichtingsplan `Oudlandpolder I'. - De stad Blankenberge, de gemeente Bredene, de stad Brugge, de gemeente De Haan en de gemeente Zuienkerke hebben elk over het ontwerp van landinrichtingsplan `Oudlandpolder I' een openbaar onderzoek georganiseerd, dat liep van 1 juni 2023 tot en met 30 juni 2023. - Er werden bij de openbare onderzoeken in totaal 133 (honderddrieëndertig) individuele opmerkingen en bezwaren en 3 (drie) petities ingediend. De petities zijn afkomstig van `Omwonenden van het Parkbos Vicogne', de `Bloemenwijk (Groene rand Blankenberge)' en de `Lemallaan (waterveiligheid Harendijke)'. Ze werden ondertekend door respectievelijk 127 (honderdzevenentwintig), 99 (negenennegentig) en 17 (zeventien) personen. - Het college van burgemeester en schepenen van de stad Blankenberge heeft op 11 augustus 2023 een gunstig advies met een aantal opmerkingen gegeven over het ontwerp van landinrichtingsplan `Oudlandpolder I'. - Het college van burgemeester en schepenen van de gemeente Bredene heeft op 1 juli 2023 een gunstig advies zonder opmerkingen gegeven over het ontwerp van landinrichtingsplan `Oudlandpolder I'. - Het college van burgemeester en schepenen van de stad Brugge heeft op 4 september 2023 een gunstig advies met een opmerking gegeven over het ontwerp van landinrichtingsplan `Oudlandpolder I'. - Het college van burgemeester en schepenen van de gemeente De Haan heeft op 3 augustus 2023 een gunstig advies met een aantal opmerkingen gegeven over het ontwerp van landinrichtingsplan `Oudlandpolder I'. - Het college van burgemeester en schepenen van de gemeente Zuienkerke heeft op 24 juli 2023 een ongunstig advies met een aantal opmerkingen gegeven over het ontwerp van landinrichtingsplan `Oudlandpolder I'. - De deputatie van de provincie West-Vlaanderen heeft op 14 september 2023 een gunstig advies met een aantal opmerkingen gegeven over het ontwerp van landinrichtingsplan `Oudlandpolder I'. - De Vlaamse Landmaatschappij heeft op basis van de bij het openbaar onderzoek ingebrachte bezwaren en opmerkingen en op basis van de adviezen van de lokale besturen een eindvoorstel van landinrichtingsplan `Oudlandpolder I' opgemaakt. - De planbegeleidingsgroep voor het landinrichtingsproject `Oudlandpolder Fase 1' heeft op 9 oktober 2023 een consensus bereikt over het eindvoorstel van landinrichtingsplan `Oudlandpolder I'. - In het rapport `Landinrichtingsplan Oudlandpolder I - Rapportage openbaar onderzoek en adviesverlening', dat als bijlage is gevoegd bij het eindvoorstel van landinrichtingsplan, zijn de bezwaren en opmerkingen opgenomen die werden ingebracht bij het openbaar onderzoek en zijn de opmerkingen opgenomen die werden geformuleerd in de adviezen van de lokale besturen. Daarbij wordt de mate vermeld waarin rekening is gehouden met een bezwaar of opmerking of advies en worden de redenen vermeld waarom een bezwaar of opmerking of advies al dan niet aanleiding heeft gegeven tot een aanpassing van het ontwerp van landinrichtingsplan `Oudlandpolder I'. De aanpassingen aan het ontwerp van landinrichtingsplan zijn opgesomd in hoofdstuk 9.2 van het eindvoorstel. - Van maatregel 1.1.1, 3.1.1, 3.1.2, 3.2.1, 3.3.1, 3.3.2, 3.4.1.a, 3.4.1.b en 5.2.1 van het landinrichtingsplan `Oudlandpolder I' zijn de kostenramingen geactualiseerd ten opzichte van hoe ze waren opgenomen in het eindvoorstel van landinrichtingsplan waarover de planbegeleidingsgroep een consensus heeft bereikt. - De Vlaamse Landmaatschappij wordt belast met taken inzake de uitvoering van bepaalde maatregelen van het eindvoorstel van landinrichtingsplan `Oudlandpolder I', zoals opgenomen in het uitvoeringsprogramma en het financieringsplan van het landinrichtingsplan. - Het Agentschap voor Natuur en Bos heeft op 29 april 2024 ingestemd met de taken inzake de uitvoering, de financiering of het beheer van bepaalde maatregelen van het eindvoorstel van landinrichtingsplan `Oudlandpolder I', zoals opgenomen in het uitvoeringsprogramma en het financieringsplan van het landinrichtingsplan. - De Vlaamse Milieumaatschappij heeft op 12 februari 2024 ingestemd met de taken inzake de uitvoering, de financiering of het beheer van bepaalde maatregelen van het eindvoorstel van landinrichtingsplan `Oudlandpolder I', zoals opgenomen in het uitvoeringsprogramma en het financieringsplan van het landinrichtingsplan. - Het Agentschap Maritieme Dienstverlening en Kust heeft op 19 maart 2024 ingestemd met de taken inzake de uitvoering, de financiering of het beheer van bepaalde maatregelen van het eindvoorstel van landinrichtingsplan `Oudlandpolder I', zoals opgenomen in het uitvoeringsprogramma en het financieringsplan van het landinrichtingsplan. - De provincieraad van West-Vlaanderen heeft op 14 december 2023 ingestemd met de taken inzake de uitvoering, de financiering of het beheer van bepaalde maatregelen van het eindvoorstel van landinrichtingsplan `Oudlandpolder I', zoals opgenomen in het uitvoeringsprogramma en het financieringsplan van het landinrichtingsplan. - De gemeenteraad van Blankenberge heeft op 19 december 2023 ingestemd met de taken inzake de uitvoering, de financiering of het beheer van bepaalde maatregelen van het eindvoorstel van landinrichtingsplan `Oudlandpolder I', zoals opgenomen in het uitvoeringsprogramma en het financieringsplan van het landinrichtingsplan. - De gemeenteraad van Bredene heeft op 27 november 2023 ingestemd met de taken inzake de uitvoering, de financiering of het beheer van bepaalde maatregelen van het eindvoorstel van landinrichtingsplan `Oudlandpolder I', zoals opgenomen in het uitvoeringsprogramma en het financieringsplan van het landinrichtingsplan. - De gemeenteraad van Brugge heeft op 25 maart 2024 ingestemd met de taken inzake de uitvoering, de financiering of het beheer van bepaalde maatregelen van het eindvoorstel van landinrichtingsplan `Oudlandpolder I', zoals opgenomen in het uitvoeringsprogramma en het financieringsplan van het landinrichtingsplan. - De gemeenteraad van De Haan heeft op 23 november 2023 ingestemd met de taken inzake de uitvoering, de financiering of het beheer van bepaalde maatregelen van het eindvoorstel van landinrichtingsplan `Oudlandpolder I', zoals opgenomen in het uitvoeringsprogramma en het financieringsplan van het landinrichtingsplan. - De Nieuwe Polder van Blankenberge heeft op 9 april 2024 ingestemd met de taken inzake de uitvoering, de financiering of het beheer van bepaalde maatregelen van het eindvoorstel van landinrichtingsplan `Oudlandpolder I', zoals opgenomen in het uitvoeringsprogramma en het financieringsplan van het landinrichtingsplan, met uitzondering voor de maatregel 3.5.1. Maatregel 3.5.1 dient derhalve te worden uitgesloten van goedkeuring. - De Vlaamse Landmaatschappij wordt, met het oog op hydrologisch isoleren van compartimenten 1 en 2 van de Uitkerkse Polder, belast met de uitvoering van maatregel 3.2.2. Maatregel 3.2.2 omvat het afdammen van alle grachten in de compartimenten 1 en 2 van de Uitkerkse Polder aan hun uitmondingen in de grensgrachten rondom de compartimenten door het aanleggen van gronddammen, al dan niet met gecontroleerde waterinlaat, het herprofileren van grachten in de compartimenten 1 en 2 tot hoofdgrachten en het plaatsen van kantelstuwen en waterinlaten met vispassage op de uitmondingen van die nieuwe interne hoofdgrachten in de grensgrachten rondom de compartimenten, het plaatsen van pompen en het inrichten van de nieuwe hoofdgrachten binnen de compartimenten 1 en 2 van de Uitkerkse Polder in functie van het efficiënt bevloeien van deze compartimenten. Maatregel 3.2.2 wordt uitgevoerd op gronden die deels in eigendom zijn van het Agentschap voor Natuur en Bos en deels in eigendom zijn van Natuurpunt Beheer vzw en die zullen worden beheerd door de Nieuwe Polder van Blankenberge. Maatregel 3.2.2 is een inrichtingswerk uit kracht van wet, conform artikel 2.1.1, tweede lid van het decreet van 28 maart 2014Relevante gevonden documenten type decreet prom. 28/03/2014 pub. 22/08/2014 numac 2014035709 bron vlaamse overheid Decreet betreffende de landinrichting sluiten betreffende de landinrichting. - Het voormelde inrichtingswerk uit kracht van wet (maatregel 3.2.2) wordt om volgende redenen uitgevoerd op percelen in Blankenberge: ? Een waterpeilverhoging in de compartimenten 1 en 2 van de Uitkerkse Polder moet ervoor zorgen dat de laaggelegen gebieden binnen die compartimenten in de winter en in het voorjaar in een plas-dras-situatie blijven en dat in de iets hoger gelegen graslanden het grondwaterpeil in de maanden april en mei voldoende hoog is. ? De waterpeilverhoging is nodig om optimale hydrologische condities te realiseren voor het reeds in de compartimenten 1 en 2 van de Uitkerkse Polder aanwezige zilt habitat (1330 Hpr) en gunstige omstandigheden te bieden voor de verdere realisatie van de IHD-doelstelling voor zilt habitat (1330 Hpr) in het betrokken gebied.

De waterpeilverhoging is eveneens nodig om optimale hydrologische condities te realiseren voor weidevogels, waarvoor binnen de Uitkerkse Polder de compartimenten 1 en 2 de belangrijkste gebieden zijn en waarvoor de Oostkustpolders in het Soortenbeschermingsprogramma Weidevogels zijn aangeduid als het voornaamste gebied in Vlaanderen voor het behoud van de grutto. ? Het compartiment 1 van de Uitkerkse Polder wordt begrensd door de bestaande hoofdwaterlopen (grensgrachten) Blankenbergse Vaart, Bommelzwin en Sint-Jansader en een nieuw aan te leggen hoofdwaterloop (grensgracht) aan de westelijke rand van de bebouwde kom van Blankenberge. Het compartiment 2 van de Uitkerkse Polder wordt begrensd door de bestaande hoofdwaterlopen (grensgrachten) Blankenbergse Vaart en Sint-Jansader en een nieuw aan te leggen hoofdwaterloop (grensgracht) tussen de Blankenbergse Vaart en de Blankenbergse Dijk. ? Door het uitvoeren van de vermelde ingrepen wordt een aangepaste verdeling mogelijk van het water in de compartimenten 1 en 2 en kan de gewenste waterpeilverhoging worden gerealiseerd. - Na de uitvoering van het voormelde inrichtingswerk uit kracht van wet (maatregel 3.2.2) zal een erfdienstbaarheid tot openbaar nut, zoals bedoeld in artikel 2.1.3, tweede lid van het decreet van 28 maart 2014Relevante gevonden documenten type decreet prom. 28/03/2014 pub. 22/08/2014 numac 2014035709 bron vlaamse overheid Decreet betreffende de landinrichting sluiten betreffende de landinrichting, worden gevestigd die gericht is op de instandhouding van het voormelde inrichtingswerk uit kracht van wet. Het voorwerp, de beschrijving en de lokalisering van die erfdienstbaarheid tot openbaar nut (maatregel 3.2.4) zal gebeuren in een besluit van de Vlaamse minister, bevoegd voor de omgeving en de natuur, tot vestiging van die erfdienstbaarheid. - Bij het voormelde inrichtingswerk uit kracht van wet (maatregel 3.2.2) en de voormelde erfdienstbaarheid tot openbaar nut (maatregel 3.2.4) wordt een vergoeding voor waardeverlies van gronden (maatregel 3.2.4) toegekend als de uitvoering van het inrichtingswerk en/of de vestiging van de erfdienstbaarheid een daling veroorzaakt van de venale waarde of de gebruikswaarde van de betrokken onroerende goederen. - De Vlaamse Milieumaatschappij wordt, met het oog op het realiseren van waterveiligheid voor de woningen in de wijk Harendijke (grondgebied De Haan), belast met de uitvoering van maatregel 3.4.2.c.

Maatregel 3.4.2.c omvat het aanleggen van een dijk aan de rand van compartiment 4 van de Uitkerkse Polder voor de bescherming van de woonwijk Harendijke tegen wateroverlast vanuit de Blankenbergse Vaart.

Maatregel 3.4.2.c wordt uitgevoerd op gronden die in eigendom zijn van privaatrechtelijke rechtspersonen of natuurlijke personen en waarop een wettelijke erfdienstbaarheid is gevestigd voor de Nieuwe Polder van Blankenberge in functie van het beheer van de Blankenbergse Vaart.

Maatregel 3.4.2.c is een inrichtingswerk uit kracht van wet, conform artikel 2.1.1, tweede lid van het decreet van 28 maart 2014Relevante gevonden documenten type decreet prom. 28/03/2014 pub. 22/08/2014 numac 2014035709 bron vlaamse overheid Decreet betreffende de landinrichting sluiten betreffende de landinrichting. - Het voormelde inrichtingswerk uit kracht van wet (maatregel 3.4.2.c) wordt om volgende redenen uitgevoerd op percelen in De Haan: ? Uit een oppervlaktewatermodellering van de Blankenbergse Vaart blijkt bij het gewenste grond- en oppervlaktewaterregime voor de Oudlandpolder een overstromingsrisico voor de wijk Harendijke vanuit de Blankenbergse Vaart. ? Om de woonwijk Harendijke te beschermen tegen overstromingen is het noodzakelijk om een dijklichaam aan te leggen in de oeverzone van de Blankenbergse Dijk, deels op gronden van het Agentschap voor Natuur en Bos en deels op private tuinen van woningen aan de Lemallaan in de woonwijk Harendijke. - Na de uitvoering van het voormelde inrichtingswerk uit kracht van wet (maatregel 3.4.2.c) zal een erfdienstbaarheid tot openbaar nut, zoals bedoeld in artikel 2.1.3, tweede lid van het decreet van 28 maart 2014Relevante gevonden documenten type decreet prom. 28/03/2014 pub. 22/08/2014 numac 2014035709 bron vlaamse overheid Decreet betreffende de landinrichting sluiten betreffende de landinrichting, worden gevestigd die gericht is op de instandhouding van het voormelde inrichtingswerk uit kracht van wet. Het voorwerp, de beschrijving en de lokalisering van die erfdienstbaarheid tot openbaar nut (maatregel 3.4.2.a) zal gebeuren in een besluit van de Vlaamse minister, bevoegd voor de omgeving en de natuur, tot vestiging van die erfdienstbaarheid. - Bij het voormelde inrichtingswerk uit kracht van wet (maatregel 3.4.2.c) en de voormelde erfdienstbaarheid tot openbaar nut (maatregel 3.4.2.a) wordt een vergoeding voor waardeverlies van gronden (maatregel 3.4.2.b) toegekend als de uitvoering van het inrichtingswerk en/of de vestiging van de erfdienstbaarheid een daling veroorzaakt van de venale waarde of de gebruikswaarde van de betrokken onroerende goederen. - Maatregel 3.2.3 (maatregelen in functie van het hydrologisch isoleren van percelen uit te sluiten van waterpeilverhoging of het realiseren van fysieke mitigerende maatregelen voor laaggelegen percelen) zijn inrichtingswerken die zullen worden uitgevoerd door de Vlaamse Landmaatschappij op gronden deels in eigendom van het Agentschap voor Natuur en Bos, deels in eigendom van Natuurpunt Beheer vzw en deels in eigendom van privaatrechtelijke rechtspersonen of natuurlijke personen, en die beheerd worden door de respectieve eigenaars. De Vlaamse Landmaatschappij kan pas belast worden met de uitvoering van maatregel 3.2.3 nadat de betrokken privaatrechtelijke rechtspersonen of natuurlijke personen hebben ingestemd met de uitvoering van die maatregel op hun gronden. Die belasting zal gebeuren door de Vlaamse minister, bevoegd voor de omgeving en de natuur. - Maatregel 1.2.1 (groenaanleg omgeving sluis Speyen) is een inrichtingswerk dat zal worden uitgevoerd door een privaatrechtelijke rechtspersoon of natuurlijke persoon, op zijn gronden, die door hem worden beheerd. De betrokken privaatrechtelijke rechtspersoon of natuurlijke persoon kan pas belast worden met de uitvoering van maatregel 1.2.1 nadat hij heeft ingestemd met de uitvoering van die maatregel op zijn gronden. Die belasting zal gebeuren door de Vlaamse minister, bevoegd voor de omgeving en de natuur. - De keuze voor het instellen van een recht van voorkoop wordt hieronder en in het landinrichtingsplan gemotiveerd. - Het recht van voorkoop voor de Vlaamse Grondenbank, conform artikel 2.1.13 en 2.1.14 van het decreet van 28 maart 2014Relevante gevonden documenten type decreet prom. 28/03/2014 pub. 22/08/2014 numac 2014035709 bron vlaamse overheid Decreet betreffende de landinrichting sluiten betreffende de landinrichting, wordt ingesteld in de zone `Uitkerkse Polder', zoals aangeduid op kaart 28 van de kaartenbundel van het landinrichtingsplan `Oudlandpolder I'. Het recht van voorkoop wordt ingesteld in functie van het vinden van ruilgronden voor de projectgebieden `Oostelijke compartimenten Uitkerkse Polder' en `Groene rand Blankenberge'. De beoogde inrichting van de `Oostelijke compartimenten Uitkerkse Polder' omvat het realiseren van instandhoudingsdoelstellingen in de compartimenten 1, 2 en 4, maatregelen voor herstel van weidevogelpopulaties in de compartimenten 1 en 2 en het verhogen van de buffercapaciteit van het stelsel Blankenbergse vaart in compartiment 4. De beoogde inrichting van de `Groene rand Blankenberge' omvat het realiseren van een groene stadsrand met wandel- en fietspad tussen de Scharebrugstraat en Blankenbergse Dijk die een overgang zal vormen tussen het stedelijk gebied Blankenberge en het natuurgebied Uitkerkse Polder. Het gewijzigd peil in de `Oostelijke compartimenten Uitkerkse Polder' zal, na de vaststelling van het landinrichtingsplan `Oudlandpolder I', worden ingesteld met een peilbesluit zoals bedoeld in artikel 26/2 van het besluit van de Vlaamse Regering van 7 mei 2021 tot uitvoering van diverse bepalingen uit de wet van 28 december 1967 betreffende de onbevaarbare waterlopen en tot wijziging van het besluit van de Vlaamse Regering van 12 december 2008 tot uitvoering van titel XVI van het decreet van 5 april 1995 houdende algemene bepalingen inzake milieubeleid, wat betreft het toezicht op de naleving van de wet van 28 december 1967 betreffende de onbevaarbare waterlopen. Het recht van voorkoop in functie van het vinden van ruilgronden voor de projectgebieden `Oostelijke compartimenten Uitkerkse Polder' en `Groene rand Blankenberge' wordt ingesteld voor een periode die eindigt op 31 december 2033. Op die manier is voldoende tijd voor de betrokken landbouwers om te in schatten of zij ofwel kunnen werken met het nieuw ingesteld peil ofwel wensen in te gaan op een aanbod voor ruilgronden en is er voldoende tijd voor het verwerven van gronden nodig voor de realisatie van de `Groene rand Blankenberge'. De kadastrale secties waarbinnen het recht van voorkoop van toepassing is, zijn opgenomen in artikel 15, eerste lid, 1° tot 4°. - Het recht van voorkoop voor de Vlaamse Grondenbank, conform artikel 2.1.13 en 2.1.14 van het decreet van 28 maart 2014Relevante gevonden documenten type decreet prom. 28/03/2014 pub. 22/08/2014 numac 2014035709 bron vlaamse overheid Decreet betreffende de landinrichting sluiten betreffende de landinrichting, wordt ingesteld in de zone `Parkbos Vicogne', zoals aangeduid op kaart 27 van de kaartenbundel van het landinrichtingsplan `Oudlandpolder I'. Het recht van voorkoop wordt ingesteld in functie van het vinden van ruilgronden voor het projectgebied `Parkbos Vicogne'. De beoogde inrichting van het `Parkbos Vicogne' omvat het inrichten van een bosgebied inclusief boszoom en open plekken, het inrichten van een speelbos en een hondenloopzone, het inrichten van poldergraslanden met aandacht voor vernatting, extra waterberging en microreliëf i.f.v. natuurwaarden en het inrichten van een recreatieve ontsluiting van het gebied met focus op fiets- en wandelverbindingen.

Het recht van voorkoop in functie van het vinden van ruilgronden voor het projectgebied Parkbos Vicogne wordt ingesteld voor een periode die eindigt op 31 december 2029. Op die manier is er voldoende tijd voor het verwerven van gronden nodig voor de realisatie van Parkbos Vicogne. De kadastrale secties waarbinnen het recht van voorkoop van toepassing is, zijn opgenomen in artikel 15, eerste lid, 5° en 6°. - Uit de in de watertoets (hoofdstuk 8.2 van het eindvoorstel van landinrichtingsplan `Oudlandpolder I') opgenomen beschrijving en beoordeling van de effecten van de maatregelen van het landinrichtingsplan op het watersysteem blijkt dat het landinrichtingsplan verenigbaar is met de doelstellingen, vermeld in artikel 1.2.2 van het decreet van 18 juli 2003Relevante gevonden documenten type decreet prom. 18/07/2003 pub. 14/11/2003 numac 2003201696 bron ministerie van de vlaamse gemeenschap Decreet betreffende het integraal waterbeleid sluiten betreffende het integraal waterbeleid, gecoördineerd op 15 juni 2018 en de beginselen vermeld in artikel 1.2.3 van hetzelfde decreet. - Het landinrichtingsplan `Oudlandpolder I' overlapt met het Vogelrichtlijngebied '11. Poldercomplex' (BE2500932) en met de habitatrichtlijngebieden '29. Polders' (BE2500002) en '24.

Duingebieden inclusief IJzermonding en Zwin' (BE2500001). De voortoets (hoofdstuk 8.4 van het eindvoorstel van landinrichtingsplan), bepaalt dat over de mogelijke effecten van de maatregelen van het landinrichtingsplan op de vermelde speciale beschermingszone, passende beoordelingen zullen gebeuren voorafgaand aan de aanvragen van de omgevingsvergunning voor de uitvoering van de in het landinrichtingsplan opgenomen maatregelen.

Juridisch kader Dit besluit sluit aan bij de volgende regelgeving: - de Vlaamse Codex Overheidsfinanciën van 29 maart 2019; - het besluit van de Vlaamse Regering van 6 juni 2014Relevante gevonden documenten type besluit van de vlaamse regering prom. 06/06/2014 pub. 22/10/2014 numac 2014036419 bron vlaamse overheid Besluit van de Vlaamse Regering betreffende de landinrichting sluiten betreffende de landinrichting; - het Besluit Vlaamse Codex Overheidsfinanciën van 17 mei 2019; - het besluit van de Vlaamse Regering van 18 december 2020Relevante gevonden documenten type besluit van de vlaamse regering prom. 18/12/2020 pub. 22/02/2021 numac 2021040165 bron vlaamse overheid Besluit van de Vlaamse Regering tot goedkeuring en instelling van het landinrichtingsproject `Oudlandpolder Fase 1' sluiten tot goedkeuring en instelling van het landinrichtingsproject `Oudlandpolder Fase 1'.

Initiatiefnemer Dit besluit wordt voorgesteld door de Vlaamse minister van Justitie en Handhaving, Omgeving, Energie en Toerisme.

Na beraadslaging, DE VLAAMSE REGERING BESLUIT:

HOOFDSTUK 1. - Vaststelling van het landinrichtingsplan en algemene bepalingen

Artikel 1.Het landinrichtingsplan `Oudlandpolder I', opgenomen in de bijlage die bij dit besluit is gevoegd, met de bijhorende kaartenbundel, opgenomen in de bijlage die bij dit besluit is gevoegd, wordt vastgesteld.

Art. 2.Het landinrichtingsplan `Oudlandpolder I' kan worden ingezien bij elke stad en gemeente waarop het landinrichtingsplan betrekking heeft, namelijk in de stad Blankenberge, de gemeente Bredene, de stad Brugge, de gemeente De Haan en de gemeente Zuienkerke.

Art. 3.Het landinrichtingsplan `Oudlandpolder I' is verenigbaar met de doelstellingen, vermeld in artikel 1.2.2 van het decreet van 18 juli 2003Relevante gevonden documenten type decreet prom. 18/07/2003 pub. 14/11/2003 numac 2003201696 bron ministerie van de vlaamse gemeenschap Decreet betreffende het integraal waterbeleid sluiten betreffende het integraal waterbeleid, gecoördineerd op 15 juni 2018 en de beginselen vermeld in artikel 1.2.3 van hetzelfde decreet.

Art. 4.De bedragen ten laste van basisallocatie QB0 QC187 6142 van artikel QB0-1QCE2NY-IS van de uitgavenbegroting van de Vlaamse Gemeenschap, geraamd op in totaal 1.443.300 euro (een miljoen vierhonderddrieënveertigduizend driehonderd euro), zullen worden aangerekend bij de toekenning van de toelages aan de Vlaamse Landmaatschappij, op grond van de bepalingen van Deel 3, Titel 4 van het decreet van 28 maart 2014Relevante gevonden documenten type decreet prom. 28/03/2014 pub. 22/08/2014 numac 2014035709 bron vlaamse overheid Decreet betreffende de landinrichting sluiten betreffende de landinrichting en Deel 3, Titel 4, hoofdstuk 2 van het besluit van de Vlaamse Regering van 6 juni 2014Relevante gevonden documenten type besluit van de vlaamse regering prom. 06/06/2014 pub. 22/10/2014 numac 2014036419 bron vlaamse overheid Besluit van de Vlaamse Regering betreffende de landinrichting sluiten betreffende de landinrichting.

De bedragen ten laste van basisallocatie QBX QC057 5210 van artikel QBX-3QCE2NJ-WT van het Minafonds, geraamd op respectievelijk 184.725 euro (honderdvierentachtigduizend zevenhonderdvijfentwintig euro), 98.313 euro (achtennegentigduizend driehonderddertien euro), 506.506 euro (vijfhonderdzesduizend vijfhonderdzes euro en 4.735 euro (vierduizend zevenhonderdvijfendertig euro), zullen worden aangerekend bij de toekenning van de subsidies aan respectievelijk de provincie West-Vlaanderen, de stad Brugge, de gemeente De Haan en privaatrechtelijke rechtspersonen of natuurlijke personen, op grond van de bepalingen van Deel 3, Titel 4 van het decreet van 28 maart 2014Relevante gevonden documenten type decreet prom. 28/03/2014 pub. 22/08/2014 numac 2014035709 bron vlaamse overheid Decreet betreffende de landinrichting sluiten betreffende de landinrichting en Deel 3, Titel 4, hoofdstuk 2 van het besluit van de Vlaamse Regering van 6 juni 2014Relevante gevonden documenten type besluit van de vlaamse regering prom. 06/06/2014 pub. 22/10/2014 numac 2014036419 bron vlaamse overheid Besluit van de Vlaamse Regering betreffende de landinrichting sluiten betreffende de landinrichting.

HOOFDSTUK 2. - Instanties en personen die belast zijn met de uitvoering van het landinrichtingsplan `Oudlandpolder I' Afdeling 1. - Belasting van departementen en agentschappen van de

Vlaamse overheid conform artikel 3.3.7 van het decreet van 28 maart 2014Relevante gevonden documenten type decreet prom. 28/03/2014 pub. 22/08/2014 numac 2014035709 bron vlaamse overheid Decreet betreffende de landinrichting sluiten betreffende de landinrichting

Art. 5.De Vlaamse Landmaatschappij wordt belast met de uitvoering van maatregel 1.1.1, 3.1.1, 3.1.2, 3.2.1, 3.2.2, 3.3.1, 3.3.2, 3.4.1.a, 3.4.1.b, 3.4.1.c, 3.4.2.a, 4.1.1, 4.1.2, 5.1.2, 5.2.1, 5.2.2, 5.2.3, 5.2.4, 6.2.2 en 7.2.1 van het landinrichtingsplan `Oudlandpolder I'.

Maatregel 1.1.1 is een inrichtingswerk op gronden van de Nieuwe Polder van Blankenberge, die beheerd worden door de Nieuwe Polder van Blankenberge.

Maatregel 3.1.1 is een verwerving van gronden, die zullen worden overgedragen aan het Agentschap voor Natuur en Bos, die, na de inrichting ervan als waterloop, zullen worden beheerd door de Nieuwe Polder van Blankenberge.

Maatregel 3.1.2 is een inrichtingswerk op gronden van het Agentschap voor Natuur en Bos, die, na de inrichting ervan als waterloop, zullen worden beheerd door de Nieuwe Polder van Blankenberge Maatregel 3.2.1 is een verwerving van gronden, die zullen worden overgedragen aan het Agentschap voor Natuur en Bos, die, na de aanleg van gronddammen en stuwen, zullen worden beheerd door de Nieuwe Polder van Blankenberge.

Maatregel 3.2.2 is een inrichtingswerk uit kracht van wet op gronden van het Agentschap voor Natuur en Bos, die, na de aanleg van gronddammen en stuwen, zullen worden beheerd door de Nieuwe Polder van Blankenberge.

Maatregel 3.3.1 zijn financiële stimuli voor de verwerving, via maatregel 3.3.2, in der minne of door ruiling, van gronden gelegen binnen de oostelijke compartimenten van de Uitkerkse Polder.

Maatregel 3.3.3 is een verwerving van gronden, die zullen worden overgedragen aan het Agentschap voor Natuur en Bos.

Maatregel 3.4.1.a is een verwerving van gronden, die zullen worden overgedragen aan de Vlaamse Milieumaatschappij en die zullen worden beheerd door de Vlaamse Milieumaatschappij.

Maatregel 3.4.1.b is een verwerving van gronden, die zullen worden overgedragen aan het Agentschap voor Natuur en Bos en die zullen worden beheerd door het Agentschap voor Natuur en Bos.

Maatregel 3.4.1.c is een inrichtingswerk op gronden van de Vlaamse Milieumaatschappij, die beheerd worden door het Agentschap voor Natuur en Bos.

Maatregel 3.4.2.a is een inrichtingswerk op gronden van de Vlaamse Milieumaatschappij, die beheerd worden door de Vlaamse Milieumaatschappij.

Maatregel 4.1.1 is een verwerving van gronden, die zullen worden overgedragen aan de stad Blankenberge en die zullen worden beheerd door de stad Blankenberge.

Maatregel 4.1.2 is een inrichtingswerk op gronden van de gemeente Blankenberge, die beheerd worden door de stad Blankenberge.

Maatregel 5.1.2 zijn financiële stimuli voor de verwerving van gronden gelegen in het deelgebied Parkbos Vicogne.

Maatregel 5.2.1, 5.2.2 en 5.2.3 zijn inrichtingswerken op gronden van of over te dragen aan het Agentschap voor Natuur en Bos, die beheerd worden door het Agentschap voor Natuur en Bos.

Maatregel 5.2.4 is een inrichtingswerk op gronden van het Agentschap voor Natuur en Bos, die, na de inrichting ervan als onthaalplein voor het Parkbos Vicogne, zullen worden beheerd door de gemeente Bredene.

Maatregel 6.2.2 is een inrichtingswerk op gronden van het Agentschap Maritieme Dienstverlening en Kust, die beheerd worden door het Agentschap voor Natuur en Bos.

Maatregel 7.2.1 is een inrichtingswerk op gronden van de stad Brugge, die beheerd worden door de stad Brugge.

Art. 6.Maatregel 3.2.3 van het landinrichtingsplan `Oudlandpolder I' zijn inrichtingswerken op gronden deels in eigendom van het Agentschap voor Natuur en Bos, deels in eigendom van Natuurpunt Beheer vzw en deels in eigendom van privaatrechtelijke rechtspersonen of natuurlijke personen, en die beheerd worden door de respectieve eigenaars.

De Vlaamse minister, bevoegd voor de omgeving en de natuur, belast de Vlaamse Landmaatschappij met de uitvoering van maatregel 3.2.3.

Art. 7.Het Agentschap voor Natuur en Bos wordt belast met de uitvoering van maatregel 5.1.1 en 6.2.3 van het landinrichtingsplan `Oudlandpolder I'.

Maatregel 5.1.1 is een verwerving van gronden, die zullen worden beheerd door het Agentschap voor Natuur en Bos.

Maatregel 6.2.3 is een inrichtingswerk op gronden van het Agentschap Maritieme Dienstverlening en Kust, die beheerd worden door het Agentschap voor Natuur en Bos.

Art. 8.De Vlaamse Milieumaatschappij wordt belast met de uitvoering van maatregel 3.4.2.b en 3.4.2.c van het landinrichtingsplan `Oudlandpolder I'.

Maatregel 3.4.2.b is een vergoeding voor waardeverlies van gronden.

Maatregel 3.4.2.c is een inrichtingswerk uit kracht van wet op gronden van privaatrechtelijke rechtspersonen of natuurlijke personen, die zullen worden beheerd door de Vlaamse Milieumaatschappij.

Art. 9.Het Agentschap Maritieme Dienstverlening en Kust wordt belast met de uitvoering van maatregel 6.2.1 van het landinrichtingsplan `Oudlandpolder I'.

Maatregel 6.2.1 is een inrichtingswerk op gronden van het Agentschap Maritieme Dienstverlening en Kust, die beheerd worden door de gemeente De Haan. Afdeling 2. - Belasting van provincies, gemeenten en

publiekrechtelijke rechtspersonen conform artikel 3.3.8 van het decreet van 28 maart 2014Relevante gevonden documenten type decreet prom. 28/03/2014 pub. 22/08/2014 numac 2014035709 bron vlaamse overheid Decreet betreffende de landinrichting sluiten betreffende de landinrichting

Art. 10.De provincie West-Vlaanderen wordt belast met de uitvoering van maatregel 2.1.1 van het landinrichtingsplan `Oudlandpolder I'.

Maatregel 2.1.1 is een inrichtingswerk op gronden van de Nieuwe Polder van Blankenberge, die in erfpacht zijn gegeven aan de provincie West-Vlaanderen en die beheerd worden door de provincie West-Vlaanderen.

Art. 11.De stad Brugge wordt belast met de uitvoering van maatregel 7.1.1 en 7.3.1 van het landinrichtingsplan `Oudlandpolder I'.

Maatregel 7.1.1 is een inrichtingswerk op gronden van Infrabel, die beheerd worden door de stad Brugge.

Maatregel 7.3.1 is een inrichtingswerk op gronden van de stad Brugge, die beheerd worden door de stad Brugge.

Art. 12.De gemeente De Haan wordt belast met de uitvoering van maatregel 6.1.1 van het landinrichtingsplan `Oudlandpolder I'.

Maatregel 6.1.1 is een inrichtingswerk op gronden van de gemeente De Haan, die beheerd worden door de gemeente De Haan. Afdeling 2. - Belasting van privaatrechtelijke rechtspersonen of

natuurlijke personen conform artikel 3.3.9 van het decreet van 28 maart 2014Relevante gevonden documenten type decreet prom. 28/03/2014 pub. 22/08/2014 numac 2014035709 bron vlaamse overheid Decreet betreffende de landinrichting sluiten betreffende de landinrichting

Art. 13.Maatregel 1.2.1 van het landinrichtingsplan `Oudlandpolder I' is een inrichtingswerk dat zal worden uitgevoerd door een privaatrechtelijke rechtspersoon of natuurlijke persoon, op zijn gronden, die door hem worden beheerd.

De Vlaamse minister, bevoegd voor de omgeving en de natuur, belast de betrokken privaatrechtelijke rechtspersoon of natuurlijke persoon met de uitvoering van maatregel 1.2.1.

HOOFDSTUK 3. - Bepaling naar aanleiding van de inzet van inrichtingswerken uit kracht van wet

Art. 14.De kadastrale gegevens van de percelen waarop een inrichtingswerk uit kracht van wet wordt uitgevoerd met de beschrijving van het uit te voeren inrichtingswerk uit kracht van wet zijn opgenomen in de bijlages die bij dit besluit zijn gevoegd.

HOOFDSTUK 4. - Bepalingen over het recht van voorkoop

Art. 15.Een recht van voorkoop (maatregel 8.1.1 en 8.1.2 van het landinrichtingsplan `Oudlandpolder I') is van toepassing binnen de volgende kadastrale secties: 1° De Haan, 3de afdeling, sectie A;2° Blankenberge, 3de afdeling, secties C en D;3° Zuienkerke, 1ste afdeling, secties A en B;4° Zuienkerke, 4de afdeling, sectie B.5° Bredene, 2de afdeling, secties C en D;6° De Haan, 1ste afdeling, secties C en D. Binnen de gebieden, vermeld in het eerste lid, geldt het recht van voorkoop, vermeld in artikel 2.1.13 en 2.1.14 van het decreet van 28 maart 2014Relevante gevonden documenten type decreet prom. 28/03/2014 pub. 22/08/2014 numac 2014035709 bron vlaamse overheid Decreet betreffende de landinrichting sluiten betreffende de landinrichting.

Het recht van voorkoop moet aangeboden worden aan de Vlaamse Grondenbank.

Het recht van voorkoop gaat in veertien dagen na de bekendmaking in het Belgisch Staatsblad van dit besluit.

Binnen de gebieden, vermeld in het eerste lid, 1° tot 4°, geldt het recht van voorkoop voor een periode die eindigt op 31 december 2033.

Binnen de gebieden, vermeld in het eerste lid, 5° en 6°, geldt het recht van voorkoop voor een periode die eindigt op 31 december 2029.

HOOFDSTUK 5. - Slotbepaling

Art. 16.De Vlaamse minister, bevoegd voor de omgeving en de natuur, is belast met de uitvoering van dit besluit.

Brussel, 19 juli 2024.

De minister-president van de Vlaamse Regering, J. JAMBON De Vlaamse minister van Justitie en Handhaving, Omgeving, Energie en Toerisme, Z. DEMIR

Voor de raadpleging van de tabel, zie beeld