Etaamb.openjustice.be
Besluit Van De Vlaamse Regering van 19 juli 2024
gepubliceerd op 28 augustus 2024

Besluit van de Vlaamse Regering tot wijziging van het besluit van de Vlaamse Regering van 19 januari 2018 tot regeling van de Vlaamse deelname aan en/of subsidiëring van internationale onderzoeksinfrastructuren

bron
vlaamse overheid
numac
2024007868
pub.
28/08/2024
prom.
19/07/2024
ELI
eli/besluit/2024/07/19/2024007868/staatsblad
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
links
Raad van State (chrono)
Document Qrcode

19 JULI 2024. - Besluit van de Vlaamse Regering tot wijziging van het besluit van de Vlaamse Regering van 19 januari 2018Relevante gevonden documenten type besluit van de vlaamse regering prom. 19/01/2018 pub. 23/02/2018 numac 2018030404 bron vlaamse overheid Besluit van de Vlaamse Regering tot regeling van de Vlaamse deelname aan en/of subsidiëring van internationale onderzoeksinfrastructuren sluiten tot regeling van de Vlaamse deelname aan en/of subsidiëring van internationale onderzoeksinfrastructuren


Rechtsgrond Dit besluit is gebaseerd op: - het decreet van 30 april 2009Relevante gevonden documenten type decreet prom. 30/04/2009 pub. 06/07/2009 numac 2009035587 bron vlaamse overheid Decreet betreffende de organisatie en financiering van het wetenschaps- en innovatiebeleid sluiten betreffende de organisatie en financiering van het wetenschaps- en innovatiebeleid, artikel 18, § 3 en § 4, derde lid, vervangen bij het decreet van 20 november 2015.

Vormvereisten De volgende vormvereiste(n) is/zijn vervuld: - De Vlaamse minister, bevoegd voor het budgettair beleid, heeft zijn akkoord gegeven op 23 mei 2024; - De Raad van State heeft advies gegeven op 4 juli 2024; - Het Fonds voor Wetenschappelijk Onderzoek heeft advies gegeven op 5 juni 2024.

Juridisch kader Dit besluit sluit aan bij de volgende regelgeving: - het besluit van de Vlaamse Regering van 10 november 2011Relevante gevonden documenten type besluit van de vlaamse regering prom. 10/11/2011 pub. 20/12/2011 numac 2011206269 bron vlaamse overheid Besluit van de Vlaamse Regering betreffende de subsidiëring door het Fonds voor Wetenschappelijk Onderzoek - Vlaanderen sluiten betreffende de subsidiëring door het Fonds voor Wetenschappelijk Onderzoek - Vlaanderen.

Initiatiefnemer Dit besluit wordt voorgesteld door de Vlaamse minister van Economie, Innovatie, Werk, Sociale Economie en Landbouw.

Na beraadslaging, DE VLAAMSE REGERING BESLUIT:

Artikel 1.In artikel 1 van het besluit van de Vlaamse Regering van 19 januari 2018Relevante gevonden documenten type besluit van de vlaamse regering prom. 19/01/2018 pub. 23/02/2018 numac 2018030404 bron vlaamse overheid Besluit van de Vlaamse Regering tot regeling van de Vlaamse deelname aan en/of subsidiëring van internationale onderzoeksinfrastructuren sluiten tot regeling van de Vlaamse deelname aan en/of subsidiëring van internationale onderzoeksinfrastructuren worden de volgende wijzigingen aangebracht: 1° aan punt 7° worden de volgende woorden toegevoegd: "en die een rechtspersoon is of een rechtspersoon in wording is";2° er worden een punt 11° en een punt 12° toegevoegd, die luiden als volgt: "11° roadmapoproep: oproep voor aanvragen tot deelname aan internationale onderzoeksinfrastructuren waarvan het strategische belang voor het Vlaamse Gewest of de Vlaamse Gemeenschap kan worden aangetoond; 12° financieringsoproep: oproep voor de financiering of de herfinanciering van de deelname aan internationale onderzoeksinfrastructuren.".

Art. 2.In artikel 3, derde lid, van hetzelfde besluit wordt punt 5° vervangen door wat volgt: "5° Vlaamse wetenschappelijke instelling, afgekort VWI: een instelling als vermeld in artikel 56/1/4 van het decreet van 30 april 2009Relevante gevonden documenten type decreet prom. 30/04/2009 pub. 06/07/2009 numac 2009035587 bron vlaamse overheid Decreet betreffende de organisatie en financiering van het wetenschaps- en innovatiebeleid sluiten betreffende de organisatie en financiering van het wetenschaps- en innovatiebeleid;".

Art. 3.In artikel 4, vijfde lid, van hetzelfde besluit worden de woorden "en een plaatsvervangende voorzitter" opgeheven.

Art. 4.In artikel 5 van hetzelfde besluit, gewijzigd bij het besluit van de Vlaamse Regering van 10 mei 2019, worden de volgende wijzigingen aangebracht: 1° aan het vierde lid wordt een punt 5° toegevoegd, dat luidt als volgt: "5° twee internationale experten."; 2° in het zevende lid worden de woorden "en een plaatsvervangende voorzitter" opgeheven; 3° het achtste lid wordt vervangen door wat volgt: "Als naar aanleiding van de verkiezingen en de vorming van een nieuwe regering na afloop van de termijn van vijf jaar, vermeld in het zevende lid, nog geen nieuwe vertegenwoordiger van de minister aangewezen kan worden, wordt de benoeming van de leden van de commissie Strategie in afwijking van het zevende lid verlengd tot een nieuwe vertegenwoordiger aangewezen is.".

Art. 5.Artikel 6 van hetzelfde besluit wordt vervangen door wat volgt: "

Art. 6.De commissies worden samengesteld overeenkomstig artikel 30 van het besluit van de Vlaamse regering van 10 november 2011Relevante gevonden documenten type besluit van de vlaamse regering prom. 10/11/2011 pub. 20/12/2011 numac 2011206269 bron vlaamse overheid Besluit van de Vlaamse Regering betreffende de subsidiëring door het Fonds voor Wetenschappelijk Onderzoek - Vlaanderen sluiten betreffende de subsidiëring door het Fonds voor Wetenschappelijk Onderzoek - Vlaanderen.".

Art. 6.Artikel 7 van hetzelfde besluit wordt vervangen door wat volgt: "

Art. 7.Het FWO organiseert de oproepen voor deelname aan of subsidiëring van internationale infrastructuren en legt de interne procedures vast voor de aanvraag, behandeling, evaluatie, selectie en toekenning van steun. Het FWO maakt die interne procedures openbaar.

Er worden twee soorten oproepen georganiseerd, namelijk een roadmapoproep en een financieringsoproep. De oproepen worden georganiseerd volgens de procedures, vermeld in artikel 8.

Een aanvraag in het kader van een roadmapoproep is alleen ontvankelijk als de volgende voorwaarden vervuld zijn: 1° de internationale onderzoeksinfrastructuur waarvoor een aanvraag tot deelname wordt ingediend, maakte nog niet twee keer eerder het voorwerp uit van een onsuccesvolle aanvraag in een roadmapoproep;2° de internationale onderzoeksinfrastructuur waarvoor een aanvraag tot deelname wordt ingediend, heeft de ontwerpfase al doorlopen;3° er worden geen twee aanvragen tot deelname aan dezelfde internationale onderzoeksinfrastructuur ingediend en de aanvraag heeft geen betrekking op deelname aan internationale onderzoeksinfrastructuur waar een Vlaams consortium al aan deelneemt. In het vorige lid wordt verstaan onder ontwerpfase: de fase in de levenscyclus van een internationale onderzoeksinfrastructuur waarin het wetenschappelijke concept en de technische haalbaarheid van de onderzoeksinfrastructuur worden uitgewerkt, alsook de analyse van de potentiële gebruikersgemeenschap, zowel wetenschaps- als innovatiegericht, als een schets van een businesscase en de rechtvaardiging voor het internationale consortium. De ontwerpfase omvat ook een eerste analyse van de positie in het internationale onderzoeksinfrastuctuurlandschap, de e-infrastructuurvereisten en het datamanagement en -beleid.

Een aanvraag in het kader van een financieringsoproep is alleen ontvankelijk als de volgende voorwaarden vervuld zijn: 1° de aanvraag maakte al het voorwerp uit van een succesvolle aanvraag in het kader van een roadmapoproep of kreeg al financiering in het kader van dit besluit, tenzij op basis van artikel 8, § 3, of artikel 8, § 5, een uitdoofscenario is opgelegd;2° er worden geen twee verschillende aanvragen tot financiering van de deelname aan dezelfde internationale onderzoeksinfrastructuur ingediend; 3° er wordt geen aanvraag tot financiering van de deelname aan een internationale onderzoeksinfrastructuur ingediend waar al een Vlaams consortium aan deelneemt.".

Art. 7.Artikel 8 van hetzelfde besluit wordt vervangen door wat volgt: "

Art. 8.§ 1. De aanvragen worden per oproep als vermeld in artikel 7, geselecteerd conform de chronologisch beschreven procedure, vermeld in paragraaf 2 tot en met 5. § 2. In geval van een roadmapoproep evalueert de commissie Science de wetenschappelijke kwaliteit van de aanvragen en categoriseert met motivatie de aanvragen binnen de volgende drie categorieën: 1° categorie A: aanvragen die vanuit wetenschappelijk oogpunt bekeken excellent zijn;2° categorie B: aanvragen die vanuit wetenschappelijk oogpunt bekeken zeer goed zijn, inclusief de aanvragen die nog niet matuur zijn;3° categorie C: aanvragen die vanuit wetenschappelijk oogpunt bekeken niet excellent of zeer goed zijn en niet in aanmerking komen voor ondersteuning en financiering via de financieringsoproep. De wetenschappelijke kwaliteit wordt in het kader van een roadmapoproep bepaald aan de hand van de volgende selectiecriteria: 1° het belang van de internationale onderzoeksinfrastructuur voor het onderzoek binnen de wetenschappelijk discipline in kwestie in Vlaanderen en internationaal.Deze toetsing wordt uitgevoerd op basis van een SWOT-analyse; 2° het belang van de deelname aan of de investering in de internationale onderzoeksinfrastructuur om de positie van de Vlaamse onderzoekers binnen de wetenschappelijke discipline in kwestie te verstevigen.Deze toetsing wordt uitgevoerd op basis van een analyse van het onderzoekslandschap en de gebruikersbehoeften; 3° de wetenschappelijke kwaliteit van de onderzoeksprogramma's die uitgevoerd zijn of zullen worden met de onderzoeksinfrastructuur;4° de wetenschappelijke kwaliteit van de gerealiseerde output van de Vlaamse aanvragers in relatie tot de state of the art in het onderzoeksdomein en in relatie tot de infrastructuur;5° de mate waarin het voorstel aansluit bij het strategische onderzoeksbeleid van de onthaalinstelling of de onthaalinstellingen in kwestie;6° de mate waarin de onderzoeksinfrastructuur als samenwerkingsverband en als wetenschappelijk-logistiek knooppunt een grote reeks nieuwe onderzoeksprojecten kan genereren op internationaal vlak ten opzichte van de Vlaamse deelnemers;7° als de onderzoeksinfrastructuur moet worden geconstrueerd of opgebouwd, de (technische) haalbaarheid van de onderzoeksinfrastructuur en de mate waarin al (virtuele) infrastructuur aanwezig is en hoe die wordt ingezet;8° vanuit wetenschappelijk oogpunt bekeken, de kwaliteit van de aanpak van de Vlaamse aanvraag in relatie tot de gevraagde subsidie (de input-outputbalans);9° de toegankelijkheid en het daadwerkelijke gebruik van de infrastructuur voor onderzoekers van binnen en buiten de onthaalinstellingen (open access en gebruikersstrategie);10° de complementariteit en synergie met andere internationale onderzoeksinfrastructuren;11° de mate van (co)financiering door de instellingen of andere financieringskanalen;12° de maturiteit van de aanvraag ten opzichte van de positie in de levenscyclus van de onderzoeksinfrastructuur;13° de mate waarin een databeleid en datamanagement worden uitgewerkt;14° de mate waarin de aanvragers ingebed zijn in een internationaal samenwerkingsverband dat de internationale onderzoeksinfrastructuur vormgeeft. § 3. In geval van de financieringsoproep evalueert de commissie Science de wetenschappelijke kwaliteit van de aanvragen en categoriseert met motivatie de aanvragen binnen de volgende drie categorieën: 1° categorie A: aanvragen die vanuit wetenschappelijk oogpunt bekeken excellent zijn;2° categorie B: aanvragen die vanuit wetenschappelijk oogpunt bekeken zeer goed zijn, inclusief de aanvragen die nog niet matuur zijn;3° categorie C: de eerder gesubsidieerde aanvragen die vanuit wetenschappelijk oogpunt niet meer tot categorie A of B behoren en waarvoor een uitdoofscenario wordt uitgewerkt, rekening houdend met de internationale verplichtingen, of aanvragen die vanuit wetenschappelijk oogpunt bekeken nog niet excellent of zeer goed zijn en niet in aanmerking komen voor financiering. De wetenschappelijke kwaliteit wordt in het kader van de financieringsoproep bepaald aan de hand van de volgende selectiecriteria: 1° de realisaties die zijn bereikt op basis van de reeds ontvangen financiering;2° de toekomstvisie van de aanvraag en de mate waarin er voldaan wordt aan de gedefinieerde kritieke prestatie-indicatoren van de voorgaande aanvragen;3° de wetenschappelijke kwaliteit van de onderzoeksprogramma's die uitgevoerd zijn of zullen worden met behulp van de beschreven onderzoeksinfrastructuur;4° de wetenschappelijke kwaliteit van de gerealiseerde output van de Vlaamse aanvragers in relatie tot de state of the art in het onderzoeksdomein en in relatie tot de infrastructuur;5° het belang van de internationale onderzoeksinfrastructuur voor het onderzoek binnen de wetenschappelijk discipline in kwestie in Vlaanderen en internationaal.Deze toetsing wordt uitgevoerd op basis van een SWOT-analyse; 6° het belang van de deelname aan of de investering in de internationale onderzoeksinfrastructuur om de positie van de Vlaamse onderzoekers binnen de wetenschappelijke discipline in kwestie te verstevigen, aan de hand van een analyse van het landschap en de gebruikersbehoeften;7° de mate waarin het voorstel aansluit bij het strategische onderzoeksbeleid van de instelling of instellingen in kwestie;8° de mate waarin de onderzoeksinfrastructuur als samenwerkingsverband en als wetenschappelijk knooppunt een grote reeks nieuwe onderzoeksprojecten kan genereren op internationaal vlak ten opzichte van de Vlaamse deelnemers;9° als de onderzoeksinfrastructuur moet worden geconstrueerd of opgebouwd, de (technische) haalbaarheid van de onderzoeksinfrastructuur en de mate waarin al (virtuele) infrastructuur aanwezig is en hoe die wordt ingezet;10° vanuit wetenschappelijk oogpunt bekeken, de kwaliteit van de aanpak van de Vlaamse aanvraag in relatie tot de gevraagde subsidie (de input-outputbalans);11° de toegankelijkheid en het daadwerkelijke gebruik van de infrastructuur voor onderzoekers van buiten de onthaalinstellingen (open access en gebruikersstrategie);12° de complementariteit en synergie met andere internationale onderzoeksinfrastructuren;13° de mate van (co)financiering door de instellingen of andere financieringskanalen;14° de daadwerkelijke rol in en impact op de internationale onderzoeksinfrastructuur van de Vlaamse onderzoeksgroepen;15° de mate waarin een databeleid en datamanagement worden opgevolgd. § 4. De commissie Science laat zich bij de beoordeling van de aanvragen bijstaan door experts met autoriteit in de vakgebieden in kwestie, die niet in België werken en die niet betrokken zijn bij de desbetreffende internationale infrastructuur. De commissie Science motiveert haar evaluatie en verstrekt een inhoudelijk gemotiveerd advies over de financiering van elke aanvraag die wordt ingediend bij de commissie Strategie. § 5. De commissie Strategie analyseert de aanvragen die door de commissie Science in categorie A en B als vermeld in paragraaf 2, eerste lid, en A, B en C als vermeld in paragraaf 3 eerste lid, zijn ingedeeld. Voor de aanvragen die in categorie A en B ingedeeld zijn, gaat de commissie Strategie na of de voorstellen realistisch, haalbaar en van strategisch belang zijn voor het Vlaamse Gewest of de Vlaamse Gemeenschap, en formuleert ze een voorstel van rangschikking voor de aanvragen ingediend voor de roadmapoproep en van ranking en financiering voor de aanvragen ingediend voor de financieringsoproep Voor de aanvragen die geplaatst zijn in categorie C, werkt ze, na de beslissing, vermeld in artikel 9, eerste lid, 4°, in voorkomend geval een uitdoofscenario uit, rekening houdend met de internationale verplichtingen.

De commissie Strategie hanteert de volgende criteria in het kader van een roadmapoproep: 1° het belang voor en de bijdrage aan de ontwikkeling van het O&O-landschap in het Vlaamse Gewest of de Vlaamse Gemeenschap en erbuiten en de mate waarin de deelname aansluit bij de Vlaamse O&O-doelstellingen of andere prioriteiten;2° de socio-economische voordelen en de impact op Vlaanderen dankzij de deelname door het Vlaamse Gewest of de Vlaamse Gemeenschap aan de internationale onderzoeksinfrastructuur;3° de samenwerking met andere onderzoeksinfrastructuren in het Vlaamse Gewest of de Vlaamse Gemeenschap en de mate waarin er zowel op budgettair vlak als op het vlak van O&O schaalvoordelen gerealiseerd kunnen worden aan de hand van die samenwerking;4° de kwaliteit van het operationele plan, waarbij onder meer de volgende elementen worden geëvalueerd: a) de visie en de strategie;b) de organisatie en de managementstructuur van het consortium;c) de budgetprognose met inbegrip van de cofinanciering en de mate waarin de infrastructuur zelfvoorzienend is of wordt ten opzichte van de te ontvangen financiering;d) de schatting van de financiële, personele en materiële kosten en de wijze waarop ze worden ingezet;e) het gebruikersplan met de eventueel geschatte inkomsten;f) de tijdstabel met doelstellingen en mijlpalen;g) de risicoanalyse en de levensduur;5° de monitoring door het ESFRI-forum of andere analyses van de internationale infrastructuur als die beschikbaar zijn. De commissie Strategie hanteert de volgende criteria bij de analyse van de aanvragen in het kader van een financieringsoproep: 1° het belang voor en de bijdrage aan de ontwikkeling van het O&O-landschap in het Vlaamse Gewest of de Vlaamse Gemeenschap en erbuiten en de mate waarin de deelname aansluit bij de Vlaamse O&O of andere prioriteiten;2° de socio-economische voordelen en de impact op Vlaanderen dankzij de deelname door het Vlaamse Gewest of de Vlaamse Gemeenschap aan de internationale onderzoeksinfrastructuur;3° de samenwerking met andere onderzoeksinfrastructuren in het Vlaamse Gewest of de Vlaamse Gemeenschap en de mate waarin er zowel op budgettair vlak als op het vlak van O&O schaalvoordelen gerealiseerd kunnen worden aan de hand van die samenwerking;4° de kwaliteit van het vierjarige strategische plan, waarbij onder meer de volgende elementen worden geëvalueerd: a) de visie en de strategie;b) de organisatie en de managementstructuur van het consortium;c) de aanwezigheid van een internationale adviesraad voor het Vlaamse of Belgische consortium;d) het financieringsplan met inbegrip van de cofinanciering en de mate waarin de infrastructuur zelfvoorzienend is of wordt ten opzichte van de te ontvangen financiering;e) de schatting van de financiële, personele en materiële kosten en de wijze waarop ze worden ingezet;f) het gebruikersplan met de eventueel geschatte inkomsten;g) de tijdstabel met doelstellingen en mijlpalen;h) de risicoanalyse en de levensduur; 5° de monitoring door het ESFRI-forum of andere analyses van de internationale infrastructuur als die beschikbaar zijn.".

Art. 8.In artikel 9 van hetzelfde besluit worden de volgende wijzigingen aangebracht: 1° in het eerste lid wordt punt 1° vervangen door wat volgt: "1° aan welke internationale onderzoeksinfrastructuren Vlaamse onderzoekers zullen deelnemen en voor welke periode;"; 2° in het eerste lid, 4°, wordt het woord "projecten" vervangen door de woorden "deelnames aan internationale onderzoeksinfrastructuren";3° in het tweede lid wordt het woord "projecten" vervangen door de woorden "deelnames aan internationale onderzoeksinfrastructuren".

Art. 9.In artikel 10 van hetzelfde besluit wordt het woord "projecten" vervangen door de woorden "deelnames aan de internationale onderzoeksinfrastructuren".

Art. 10.In artikel 11, tweede lid, van hetzelfde besluit worden de volgende wijzigingen aangebracht: 1° het woord "projectaanvraag" wordt vervangen door de woorden "aanvraag tot financiering van de deelname aan een internationale onderzoeksinfrastructuur";2° aan punt 2° worden de volgende woorden toegevoegd: "alsook de personeelskosten voor de engagementen die zijn aangegaan binnen internationale samenwerkingsakkoorden"; 3° punt 3° wordt vervangen door wat volgt: "3° werkingskosten zoals onderhoudskosten gedurende de hele afschrijvingsperiode, namelijk de kosten die voortvloeien uit onderhoudsovereenkomsten of upgrades van de onderzoeksinfrastructuur, en de herstellingskosten van de uitrusting, de werkingskosten die voortvloeien uit de engagementen die zijn aangegaan binnen internationale samenwerkingsakkoorden, en de logistieke en trainingskosten die noodzakelijk zijn om onderzoek te verrichten aan en toegang te hebben tot de internationale onderzoeksfaciliteit.".

Art. 11.In artikel 12 van hetzelfde besluit worden de volgende wijzigingen aangebracht: 1° het tweede lid wordt vervangen door wat volgt: "De subsidiëring wordt verhoogd tot 90% als het investeringsinitiatief uitgaat van een of meer onderzoeksgroepen bij meer dan een aanvrager, en in het aanvraagdossier wordt aangetoond dat alle aanvragers de resterende 10% van de subsidiabele kosten naar evenredigheid verdelen zodat een daadwerkelijke inbreng en engagement worden aangetoond."; 2° in het derde lid wordt het woord "project" vervangen door de woorden "de deelname aan de internationale onderzoeksinfrastructuur".

Art. 12.In artikel 17 van hetzelfde besluit wordt het eerste lid vervangen door wat volgt: "De commissie Science en de commissie Strategie brengen advies uit over: 1° aanvragen tot deelname aan of financiering van internationale onderzoeksinfrastructuren die vanwege de omvang van de financiering of vanwege het feit dat het Vlaamse Gewest of de Vlaamse Gemeenschap de zetel van de internationale onderzoeksinfrastructuur zal huisvesten, niet binnen de reguliere oproepen vallen, vermeld artikel 7; 2° aanvragen tot financiering van de deelname aan internationale onderzoeksinfrastructuren die vanwege de duidelijk bewezen hoogdringendheid van de financiering niet passen binnen de oproepkalender van de financieringsoproep.".

Art. 13.Dit besluit treedt in werking op 1 januari 2025.

Art. 14.De Vlaamse minister, bevoegd voor het wetenschappelijk onderzoek, is belast met de uitvoering van dit besluit.

Brussel, 19 juli 2024.

De minister-president van de Vlaamse Regering, J. JAMBON De Vlaamse minister van Economie, Innovatie, Werk, Sociale Economie en Landbouw, J. BROUNS


^