18 MAART 2005. - Besluit van de Vlaamse Regering betreffende de areaalbetaling voor noten

De Vlaamse Regering, Gelet op de wet van 28 maart 1975 betreffende de handel in landbouw-, tuinbouw- en zeevisserij- producten, inzonderheid op artikel 3, § 1, 1°, vervangen bij de wet van 29 december 1990;

Gelet op Verordening (EG) nr. 1782/2003 van de Raad van 29 september 2003 tot vaststelling van gemeenschappelijke voorschriften voor regelingen inzake rechtstreekse steunverlening in het kader van het gemeenschappelijk landbouwbeleid en tot vaststelling van bepaalde steunregelingen voor landbouwers en houdende wijziging van de Verordeningen (EEG) nr. 2019/93, (EG) nr. 1452/2001, (EG) nr. 1453/2001, (EG) nr. 1454/2001, (EG) nr. 1868/94, (EG) nr. 1251/1999, (EG) nr. 1254/1999, (EG) nr. 1673/2000, (EEG) nr. 2358/71 en (EG) nr. 2529/2001, laatst gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 583/2004 van de Raad van 22 maart 2004;

Gelet op Verordening (EG) nr. 796/2004 van de Commissie van 21 april 2004 houdende uitvoeringsbepalingen inzake de randvoorwaarden, de modulatie en het geïntegreerd beheers- en controlesysteem waarin is voorzien bij Verordening (EG) nr. 1782/2003 van de Raad tot vaststelling van gemeenschappelijke voorschriften voor regelingen inzake rechtstreekse steunverlening in het kader van het gemeenschappelijk landbouwbeleid en tot vaststelling van bepaalde steunregelingen voor landbouwers;

Gelet op Verordening (EG) nr. 2237/2003 van de Commissie van 23 december 2003 houdende uitvoeringsbepalingen voor bepaalde steunregelingen die zijn ingesteld bij titel IV van Verordening (EG) Nr. 1782/2003 van de Raad tot vaststelling van gemeenschappelijke voorschriften voor regelingen inzake rechtstreekse steunverlening in het kader van het gemeenschappelijk landbouwbeleid en tot vaststelling van bepaalde steunregelingen voor landbouwers;

Gelet op het overleg tussen de gewesten en de federale overheid op 25 oktober 2004, bekrachtigd door de Interministeriële Conferentie Landbouwbeleid op 24 december 2004;

Gelet op het advies van de Inspectie van Financiën van 16 november 2004;

Gelet op het advies van de Raad van State (38.029./3), gegeven op 25 januari 2005, met toepassing van artikel 84, § 1, eerste lid, 1° van de gecoördineerde wetten op de Raad van State;

Op voorstel van de Vlaamse minister van Institutionele Hervormingen, Landbouw, Zeevisserij en Plattelandsbeleid;

Na beraadslaging, Besluit :

Artikel 1.Voor de toepassing van dit besluit wordt verstaan onder boomgaard, een homogene, door samenhang gekenmerkte met notenbomen beplante oppervlakte die niet door andere gewassen of beplantingen wordt onderbroken en een geografisch aaneengesloten gebied vormt.

Geïsoleerde bomen of één enkele rij notenbomen die langs een weg of een ander gewas is aangeplant, worden niet als een boomgaard beschouwd.

Art. 2.Het steunbedrag per hectare boomgaard wordt vastgesteld door de minister, bevoegd voor het landbouwbeleid, overeenkomstig de bepalingen van het samenwerkingsakkoord van 30 maart 2004 tussen het Vlaamse Gewest, het Waalse Gewest en het Brussels Hoofdstedelijk Gewest met betrekking tot de uitoefening van de geregionaliseerde bevoegdheden op het gebied van Landbouw en Visserij.

Voor de berekening van het steunbedrag wordt desgevallend het areaal per landbouwer verminderd in overeenstemming met artikels 84 en 85 van Verordening (EG) nr. 1782/2003 van de Raad van 29 september 2003.

Art. 3.De perceelsgrootte van de boomgaarden mag niet kleiner zijn dan 0,10 ha. Het aantal notenbomen per hectare boomgaard mag niet kleiner zijn dan : 1° 125 voor hazelnoten;2° 50 voor amandelen;3° 50 voor walnoten;4° 50 voor pistaches;5° 30 voor sint-jansbrood.

Art. 4.In afwijking van artikel 1 wordt de aanwezigheid van andere bomen dan notenbomen toegestaan binnen een grens die overeenkomt met 10 % van het in artikel 3 vastgestelde aantal bomen. Bovendien wordt de aanwezigheid van tamme kastanjelaars toegestaan indien de in aanmerking komende notenbomen voldoen aan het in artikel 3 vastgestelde aantal bomen.

Art. 5.De landbouwer moet elk jaar het areaal notenbomen van zijn bedrijf aangeven in het kader en volgens de bepalingen van de steunregeling voor akkerbouwgewassen zoals voorzien bij het koninklijk besluit van 19 december 2001 tot instelling van een steunregeling voor producenten van bepaalde akkerbouwgewassen en bij de ministeriële besluiten tot uitvoering van dit koninklijk besluit.

Art. 6.De administratie voor het Beheer en de Kwaliteit Landbouwproductie is in het kader van deze steunregeling verantwoordelijk voor de betalingen en de controles.

Art. 7.Onverminderd de sancties voorzien in de Verordening (EG) Nr. 796/2004 van de Commissie van 21 april 2004, worden overtredingen en valse verklaringen bestraft zoals voorzien in de wet van 28 maart 1975 betreffende de handel in landbouw-, tuinbouw- en zeevisserijproducten.

Art. 8.Dit besluit heeft uitwerking met ingang van 1 januari 2004, met uitzondering van artikel 7, dat in werking treedt op de dag van de bekendmaking van dit besluit in het Belgisch Staatsblad.

Art. 9.De Vlaamse minister, bevoegd voor het landbouwbeleid, is belast met de uitvoering van dit besluit.

Brussel, 18 maart 2005.

De minister-president van de Vlaamse Regering, Vlaams minister van Institutionele Hervormingen, Landbouw, Zeevisserij en Plattelandsbeleid, Y. LETERME