gepubliceerd op 19 januari 2016
Besluit van de Vlaamse Regering tot wijziging van het koninklijk besluit van 25 april 2002 betreffende de vaststelling en de vereffening van het budget van financiële middelen van de ziekenhuizen, wat betreft de investeringslasten en de aanloopkosten die voor de vaststelling van het voormelde budget in aanmerking worden genomen
18 DECEMBER 2015. - Besluit van de Vlaamse Regering tot wijziging van het koninklijk besluit van 25 april 2002Relevante gevonden documenten type koninklijk besluit prom. 25/04/2002 pub. 30/05/2002 numac 2002022335 bron ministerie van sociale zaken, volksgezondheid en leefmilieu Koninklijk besluit betreffende de vaststelling en de vereffening van het budget van financiële middelen van de ziekenhuizen sluiten betreffende de vaststelling en de vereffening van het budget van financiële middelen van de ziekenhuizen, wat betreft de investeringslasten en de aanloopkosten die voor de vaststelling van het voormelde budget in aanmerking worden genomen
DE VLAAMSE REGERING, Gelet op de gecoördineerde wet van 10 juli 2008 op de ziekenhuizen en andere verzorgingsinrichtingen, artikel 105, § 1, gewijzigd bij de wet van 10 april 2014;
Gelet op het koninklijk besluit van 25 april 2002Relevante gevonden documenten type koninklijk besluit prom. 25/04/2002 pub. 30/05/2002 numac 2002022335 bron ministerie van sociale zaken, volksgezondheid en leefmilieu Koninklijk besluit betreffende de vaststelling en de vereffening van het budget van financiële middelen van de ziekenhuizen sluiten betreffende de vaststelling en de vereffening van het budget van financiële middelen van de ziekenhuizen;
Gelet op het akkoord van de Vlaamse minister, bevoegd voor de begroting, gegeven op 21 oktober 2015;
Gelet op advies 58.432/3 van de Raad van State, gegeven op 2 december 2015, met toepassing van artikel 84, § 1, eerste lid, 2°, van de wetten op de Raad van State, gecoördineerd op 12 januari 1973;
Op voorstel van de Vlaamse minister van Welzijn, Volksgezondheid en Gezin;
Na beraadslaging, Besluit :
Artikel 1.In artikel 26bis van het koninklijk besluit van 25 april 2002Relevante gevonden documenten type koninklijk besluit prom. 25/04/2002 pub. 30/05/2002 numac 2002022335 bron ministerie van sociale zaken, volksgezondheid en leefmilieu Koninklijk besluit betreffende de vaststelling en de vereffening van het budget van financiële middelen van de ziekenhuizen sluiten betreffende de vaststelling en de vereffening van het budget van financiële middelen van de ziekenhuizen, vervangen bij het koninklijk besluit van 26 oktober 2011 en gewijzigd bij de koninklijke besluiten van 19 november 2012, 26 december 2013 en 25 april 2014, wordt punt 9° opgeheven.
Art. 2.In hetzelfde besluit, het laatst gewijzigd bij het koninklijk besluit van 8 januari 2015, wordt een artikel 29ter ingevoegd, dat luidt als volgt: "
Art. 29ter.In afwijking van artikel 25 tot en met 28 en 29bis, worden de lasten en de aanloopkosten, vermeld in de voormelde artikelen, die op zijn vroegst vanaf 1 januari 2016 voor de eerste keer afschrijfbaar zijn, niet in aanmerking genomen voor de vaststelling van het budget van financiële middelen.
Het eerste lid is niet van toepassing op de lasten en de aanloopkosten betreffende de investeringen, vermeld in artikel 47/9, § 4, eerste lid, 2°, van de bijzondere wet van 16 januari 1989Relevante gevonden documenten type wet prom. 16/01/1989 pub. 06/11/2008 numac 2008000907 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Bijzondere wet betreffende de financiering van de Gemeenschappen en de Gewesten. - Officieuze coördinatie in het Duits sluiten betreffende de financiering van de Gemeenschappen en de Gewesten.".
Art. 3.In hetzelfde besluit, het laatst gewijzigd bij het koninklijk besluit van 8 januari 2015, wordt een artikel 31bis ingevoegd, dat luidt als volgt: "
Art. 31bis.In afwijking van artikel 31 worden de volgende lasten niet in aanmerking genomen voor de vaststelling van het budget van financiële middelen, 1° de lasten, vermeld in paragraaf 2 van het voormelde artikel, die op zijn vroegst vanaf 1 januari 2016 voor de eerste keer afschrijfbaar zijn;2° de lasten betreffende de installatie of upgrading van een magnetische resonantie tomograaf met ingebouwd elektronisch telsysteem, vermeld in paragraaf 3, 1°, van het voormelde artikel, als die installatie of upgrading op zijn vroegst vanaf 1 januari 2015 plaatsheeft en als die upgrading op zijn vroegst plaatsheeft in het achtste jaar na dat van de installatie van het apparaat;3° de lasten betreffende de installatie van bestralingsapparatuur en van een tomograaf met positron-emissie, vermeld in paragraaf 3, 2° en 3°, van het voormelde artikel, als die installatie op zijn vroegst vanaf 1 januari 2015 plaatsheeft. Het eerste lid is niet van toepassing op de lasten betreffende investeringen, vermeld in artikel 47/9, § 4, eerste lid, 2°, van de bijzondere wet van 16 januari 1989Relevante gevonden documenten type wet prom. 16/01/1989 pub. 06/11/2008 numac 2008000907 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Bijzondere wet betreffende de financiering van de Gemeenschappen en de Gewesten. - Officieuze coördinatie in het Duits sluiten betreffende de financiering van de Gemeenschappen en de Gewesten.".
Art. 4.Dit besluit treedt in werking op 1 januari 2016.
Art. 5.De Vlaamse minister, bevoegd voor het gezondheidsbeleid, is belast met de uitvoering van dit besluit.
Brussel, 18 december 2015.
De minister-president van de Vlaamse Regering, Geert BOURGEOIS De Vlaamse minister van Welzijn, Volksgezondheid en Gezin, Jo VANDEURZEN