15 JULI 2002. - Besluit van de Vlaamse regering houdende goedkeuring van de wijzigingen van de statuten van de Vlaamse Landmaatschappij

De Vlaamse regering, Gelet op het decreet van 21 december 1988 houdende oprichting van de Vlaamse Landmaatschappij, inzonderheid op artikel 2, § 3;

Gelet op het besluit van de Vlaamse regering van 21 december 1988 houdende goedkeuring van de statuten van de Vlaamse Landmaatschappij, gewijzigd bij de besluiten van de Vlaamse regering van 7 april 1993, 20 juli 1994 en 4 oktober 1995;

Gelet op het akkoord van de buitengewone algemene vergaderingen van de aandeelhouders van de Vlaamse Landmaatschappij, gegeven op 22 maart 2000 en 8 november 2000;

Op voorstel van de Vlaamse minister van Leefmilieu en Landbouw, de Vlaamse minister van Financiën en Begroting, Innovatie, Media en Ruimtelijke Ordening en de Vlaamse minister van Binnenlandse Aangelegenheden, Cultuur, Jeugd en Ambtenarenzaken;

Na beraadslaging, Besluit :

Artikel 1.Aan artikel 2 van de bijlage bij het besluit van de Vlaamse regering van 21 december 1988 houdende goedkeuring van de statuten van de Vlaamse Landmaatschappij, gewijzigd bij de besluiten van de Vlaamse regering van 20 juli 1994 en 4 oktober 1995, worden een § 8 en een § 9 toegevoegd, die luiden als volgt : « § 8. De taken te vervullen die haar overeenkomstig het decreet van 21 oktober 1997 betreffende het natuurbehoud en het natuurlijk milieu zijn opgedragen.

Te dien einde zal de Maatschappij onder meer en in voorkomend geval, in overleg met de bevoegde openbare besturen en instellingen : 1° op eenvoudig verzoek van de administratie bevoegd voor de beleidsvoorbereiding, beleidsevaluatie en beleidscontrole, haar medewerking verlenen aan het opstellen van de plannen en de programma's van het natuurbeleid;2° de initiatieven en werkzaamheden ondersteunen in het kader van het beleid inzake het natuurbehoud en de vrijwaring van het natuurlijk milieu in het algemeen en de natuurinrichting in het bijzonder;3° overeenkomsten sluiten met openbare besturen, instellingen, intercommunales, publiekrechtelijke en privaatrechtelijke personen in het kader van de beleidsuitvoering;4° in het kader van de beleidsuitvoering het eigendomsrecht of het gebruiksrecht verkrijgen van onroerende goederen waarop het decreet van 21 oktober 1997 betreffende het natuurbehoud en het natuurlijk milieu van toepassing is;5° het recht van voorkoop uitoefenen in naam en voor rekening van de Vlaamse regering in het kader van de beleidsuitvoering;6° onroerende goederen verkrijgen door onteigening ten algemenen nutte om redenen van natuurbehoud in het kader van de beleidsuitvoering. § 9. Overeenkomstig de regelgeving inzake de beheersovereenkomsten wordt de maatschappij wat haar bevoegdheden betreft, o.m. belast met : 1° de actieve bevordering van de beheersovereenkomsten;2° het sluiten van de beheersovereenkomsten;3° de voortgangsbewaking van de beheersovereenkomsten;4° het toezicht op en de evaluatie van de beheersovereenkomsten.»

Art. 2.In artikel 5 van de bijlage bij hetzelfde besluit worden de woorden « dertigduizend negenhonderd zesentachtig euro negenenzestig cent » vervangen door de woorden « eenenzestigduizend negenhonderd drieënzeventig euro achtendertig cent ».

Art. 3.In artikel 6 van de bijlage bij hetzelfde besluit wordt het eerste lid vervangen door wat volgt : « Het maatschappelijk kapitaal kan bij beslissing van de Algemene Vergadering worden verhoogd door inschrijvingen van ondeelbare aandelen van vierentwintig euro negenenzeventig cent. »

Art. 4.In artikel 11 van de bijlage bij hetzelfde besluit worden de volgende wijzigingen aangebracht : 1° Het eerste lid wordt vervangen door wat volgt : « De Maatschappij wordt bestuurd door een raad bestaande uit zestien leden, waaronder een voorzitter, een vice-voorzitter en veertien bestuurders, allen van Belgische nationaliteit.Zij worden benoemd voor een termijn van zes jaar. »; 2° Het vijfde lid wordt opgeheven.

Art. 5.In artikel 12 van de bijlage bij hetzelfde besluit worden de volgende wijzigingen aangebracht : 1° Het eerste lid wordt vervangen door wat volgt : « De voorzitter, de vice-voorzitter en de andere leden van de Raad van Bestuur worden door de Vlaamse regering benoemd, geschorst en ontslagen.De vertegenwoordigers van de provincies die hebben ingeschreven op aandelen worden benoemd op een door elke betrokken provincie voorgedragen dubbele lijst waarbij elke provincie een mannelijke en vrouwelijke kandidaat voordraagt. »; 2° het tweede lid wordt opgeheven.

Art. 6.In artikel 16, achtste gedachtestreepje worden de woorden « het besluit van de Vlaamse regering van 12 juni 1995 houdende organisatie van de Vlaamse Landmaatschappij en de regeling van de rechtspositie van het personeel' vervangen door de woorden » het besluit van de Vlaamse regering van 30 juni 2000 houdende de regeling van de rechtspositie van het personeel van sommige Vlaamse openbare instellingen ».

Art. 7.Aan artikel 17 van de bijlage bij hetzelfde besluit, gewijzigd bij het besluit van de Vlaamse regering van 4 oktober 1995, wordt de volgende zin toegevoegd : « De leidend ambtenaar kan mits goedkeuring van de raad van bestuur bepaalde van deze bevoegdheden overdragen aan de door hem aangewezen ambtenaren van de maatschappij. »

Art. 8.In artikel 18 van de bijlage bij hetzelfde besluit wordt het eerste lid vervangen door wat volgt : « Hij kan in zijn midden een bestuurscomité instellen dat belast is met de beslissingen over de verwerving van het eigendoms- of gebruiksrecht van eigendommen gelegen in zones die door de Vlaamse minister bevoegd voor de landinrichting en het natuurbehoud, uitdrukkelijk worden aangewezen als vatbaar voor ruilverkaveling, landinrichting en/of natuurinrichting. Het bestuurscomité is eveneens belast met beslissingen over de verwerving van het eigendoms- of gebruiksrecht van eigendommen in uitvoering van het decreet van 21 oktober 1997 betreffende het natuurbehoud en het natuurlijk milieu. »

Art. 9.In artikel 22, § 1 van de bijlage bij hetzelfde besluit, gewijzigd bij de besluiten van de Vlaamse regering van 7 april 1993 en 4 oktober 1995, worden de volgende wijzigingen aangebracht : 1° In het eerste lid worden de woorden « het besluit van de Vlaamse regering van 12 juni 1995 houdende organisatie van de Vlaamse Landmaatschappij en de regeling van de rechtspositie van het personeel' vervangen door de woorden « het besluit van de Vlaamse regering van 30 juni 2000 houdende de regeling van de rechtspositie van het personeel van sommige Vlaamse openbare instellingen »;2° In het derde lid worden de woorden « aan de ambtenaren » vervangen door de woorden « aan de door hem aangewezen ambtenaren »;3° Het vierde lid wordt vervangen door wat volgt : « Hij vertegenwoordigt de maatschappij ten overstaan van derden in de verrichtingen welke op dit dagelijks bestuur betrekking hebben en ondertekent de overeenkomsten die door de maatschappij worden aangegaan.Hij levert afschriften en uittreksels uit de verslagen van de Raad van Bestuur en de algemene vergadering af. Hij mag onder zijn verantwoordelijkheid deze bevoegdheden aan de door hem aangewezen ambtenaren van de V.L.M. overdragen. »; 4° Het vijfde lid wordt vervangen door wat volgt : « De rechtsvorderingen worden op verzoek van de leidend ambtenaar ingesteld.»; 5° In het zesde lid worden de woorden « en de aanvullende akten van ruilverkaveling » vervangen door de woorden « de aanvullende akten van ruilverkaveling en de natuurinrichtingsakten.»; 6° In het zevende lid worden de woorden « ambtenaar bekleed met rang A2 » vervangen door de woorden « door hem aangewezen ambtenaar met minstens rang A1.».

Art. 10.In artikel 24 van de bijlage bij hetzelfde besluit, gewijzigd bij het besluit van de Vlaamse regering van 4 oktober 1995, worden de volgende wijzigingen aangebracht : « in het derde lid wordt het woord « gemeenschapscommissarissen » vervangen door de woorden « commissarissen van de Vlaamse regering »; « in het vierde lid wordt het woord « gemeenschapscommissaris » vervangen door de woorden « commissaris van de Vlaamse regering ».

Art. 11.Artikel 36 van de bijlage bij hetzelfde besluit, gewijzigd bij het besluit van de Vlaamse regering van 4 oktober 1995, wordt vervangen door wat volgt : « De Raad van Bestuur stelt, met de goedkeuring van de Vlaamse minister bevoegd voor de financiën en de begroting en de Vlaamse ministers die overeenkomstig de bevoegdheidsverdeling binnen de Vlaamse regering belast zijn met het toezicht of de controle op de instelling, de waarderingsregels vast.

De te bestemmen winst van het boekjaar zal, in de volgorde als volgt, aanleiding geven tot : 1° de toewijzing, desgevallend na aftrek van het overgedragen verlies, aan de wettelijke reserve van een bedrag van vijf ten honderd van deze winst.Deze toewijzing is echter niet meer verplicht van zodra deze reserve het tiende van het maatschappelijk kapitaal heeft bereikt; 2° de samenstelling van een niet-beschikbare reserve die volledig en uitsluitend zal worden aangewend voor het maatschappelijk doel zoals gedefinieerd in artikel 2 en geplafonneerd tot maximum 2.478.935,25 euro per jaar en 7.436.805,74 euro in het totaal. Het eventuele surplus komt in mindering van de dotatie van het volgende jaar; 3° de samenstelling van een beschikbare reserve, (welke voor uitkering in aanmerking komt), voor de toewijzing, indien desgevallend zo wordt beslist, aan de aandeelhouders van een dividend, dat een door de Vlaamse regering vast te stellen percentage van het gestort kapitaal niet mag overschrijden.»

Art. 12.Dit besluit treedt in werking op de dag van de bekendmaking ervan in het Belgisch Staatsblad .

Art. 13.De Vlaamse minister, bevoegd voor de financiën en de begroting, de Vlaamse minister bevoegd voor het leefmilieu, de landinrichting en het natuurbehoud en de Vlaamse minister, bevoegd voor het informatie- en communicatietechnologiebeleid, zijn belast met de uitvoering van dit besluit.

Brussel, 15 juli 2002.

De minister-president van de Vlaamse regering, P. DEWAEL De Vlaamse minister van Leefmilieu en Landbouw, Mevr. V. DUA De Vlaamse minister van Financiën en Begroting, Innovatie, Media en Ruimtelijke Ordening, D. VAN MECHELEN De Vlaamse minister van Binnenlandse Aangelegenheden, Cultuur, Jeugd en Ambtenarenzaken, P. VAN GREMBERGEN