gepubliceerd op 03 oktober 2013
Besluit van de Vlaamse Regering tot wijziging van diverse bepalingen van het besluit van de Vlaamse Regering van 15 april 2009 tot uitvoering van Hoofdstuk III/1 van het decreet van 6 februari 2004 betreffende een waarborgregeling voor kleine, middelgrote en grote ondernemingen
13 SEPTEMBER 2013. - Besluit van de Vlaamse Regering tot wijziging van diverse bepalingen van het besluit van de Vlaamse Regering van 15 april 2009Relevante gevonden documenten type besluit van de vlaamse regering prom. 15/04/2009 pub. 28/05/2009 numac 2009202277 bron vlaamse overheid Besluit van de Vlaamse Regering tot uitvoering van Hoofdstuk III/1 van het decreet van 6 februari 2004 betreffende een waarborgregeling voor kleine, middelgrote en grote ondernemingen sluiten tot uitvoering van Hoofdstuk III/1 van het decreet van 6 februari 2004Relevante gevonden documenten type decreet prom. 06/02/2004 pub. 20/02/2004 numac 2004035282 bron ministerie van de vlaamse gemeenschap Decreet betreffende een waarborgregeling voor kleine en middelgrote ondernemingen sluiten betreffende een waarborgregeling voor kleine, middelgrote en grote ondernemingen
De Vlaamse Regering, Gelet op de bijzondere wet van 8 augustus 1980 tot hervorming van de instellingen, artikel 20, gewijzigd bij de bijzondere wet van 16 juli 1993;
Gelet op het decreet van 6 februari 2004Relevante gevonden documenten type decreet prom. 06/02/2004 pub. 20/02/2004 numac 2004035282 bron ministerie van de vlaamse gemeenschap Decreet betreffende een waarborgregeling voor kleine en middelgrote ondernemingen sluiten betreffende een waarborgregeling voor kleine, middelgrote en grote ondernemingen, artikel 22/1, ingevoegd bij het decreet van 20 februari 2009, en artikel 22/2 tot en met 22/4, ingevoegd bij het decreet van 20 februari 2009 en gewijzigd bij decreten van 23 december 2010 en 12 juli 2013;
Gelet op het besluit van de Vlaamse Regering van 15 april 2009Relevante gevonden documenten type besluit van de vlaamse regering prom. 15/04/2009 pub. 28/05/2009 numac 2009202277 bron vlaamse overheid Besluit van de Vlaamse Regering tot uitvoering van Hoofdstuk III/1 van het decreet van 6 februari 2004 betreffende een waarborgregeling voor kleine, middelgrote en grote ondernemingen sluiten tot uitvoering van Hoofdstuk III/1 van het decreet van 6 februari 2004Relevante gevonden documenten type decreet prom. 06/02/2004 pub. 20/02/2004 numac 2004035282 bron ministerie van de vlaamse gemeenschap Decreet betreffende een waarborgregeling voor kleine en middelgrote ondernemingen sluiten betreffende een waarborgregeling voor kleine, middelgrote en grote ondernemingen;
Gelet op het advies van de Inspectie van Financiën, gegeven op 1 juli 2013;
Gelet op de adviesaanvraag binnen 30 dagen, die op 15 juli 2013 bij de Raad van State is ingediend, met toepassing van artikel 84, § 1, eerste lid, 1°, van de wetten op de Raad van State, gecoördineerd op 12 januari 1973;
Overwegende dat het advies niet is meegedeeld binnen die termijn;
Gelet op artikel 84, § 4, tweede lid, van de wetten op de Raad van State, gecoördineerd op 12 januari 1973;
Op voorstel van de Vlaamse minister van Economie, Buitenlands Beleid, Landbouw en Plattelandsbeleid;
Na beraadslaging, Besluit :
Artikel 1.In artikel 1, § 1, van het besluit van de Vlaamse Regering van 15 april 2009Relevante gevonden documenten type besluit van de vlaamse regering prom. 15/04/2009 pub. 28/05/2009 numac 2009202277 bron vlaamse overheid Besluit van de Vlaamse Regering tot uitvoering van Hoofdstuk III/1 van het decreet van 6 februari 2004 betreffende een waarborgregeling voor kleine, middelgrote en grote ondernemingen sluiten tot uitvoering van Hoofdstuk III/1 van het decreet van 6 februari 2004Relevante gevonden documenten type decreet prom. 06/02/2004 pub. 20/02/2004 numac 2004035282 bron ministerie van de vlaamse gemeenschap Decreet betreffende een waarborgregeling voor kleine en middelgrote ondernemingen sluiten betreffende een waarborgregeling voor kleine, middelgrote en grote ondernemingen, gewijzigd bij het besluit van de Vlaamse Regering van 4 februari 2011, worden de volgende wijzigingen aangebracht : 1° punt 1°, 4°, 8° en 9° worden opgeheven;2° in punt 2° wordt het woord « onderneming » telkens vervangen door het woord « kredietnemer »;3° in punt 5 wordt het woord « ondernemingen » vervangen door het woord « kredietnemers ».
Art. 2.In artikel 3 van hetzelfde besluit, gewijzigd bij het besluit van de Vlaamse Regering van 4 februari 2011, worden de volgende wijzigingen aangebracht : 1° paragraaf 1 wordt vervangen door wat volgt : « § 1.De waarborgvennootschap kan waarborgen toekennen volgens de modaliteiten, vermeld in het Waarborgdecreet en dit besluit.
De financiële middelen, verstrekt door financieringsovereenkomsten waaraan de waarborg is gehecht, mogen noch rechtstreeks noch onrechtstreeks, in welke vorm ook, worden aangewend om een vergoeding te betalen aan de aandeelhouders of het management van de kredietnemer, of van de ondernemingen die eraan verbonden zijn, vermeld in artikel 11 van het Wetboek van Vennootschappen. Het verbod geldt niet voor de vergoedingen die de kredietnemer op basis van bestaande overeenkomsten verschuldigd is tegen marktconforme voorwaarden, met uitzondering van elke vorm van bonus, winstuitkering of vervroegde terugbetaling van leningen. Het bevoegde orgaan van de kredietnemer voegt bij de aanvraag van de waarborg een eenzijdige verbintenis waarin bepaald is dat aan die voorwaarde zal worden voldaan. »; 2° paragraaf 2 wordt vervangen door wat volgt : « § 2.Een waarborg wordt alleen verleend tot zekerheid van verbintenissen van kredietnemers die voortvloeien uit financieringsovereenkomsten in euro.
Een waarborg is beperkt tot de hoofdsom en de interesten van de financieringsovereenkomst, verschuldigd op de datum van de opeisbaarverklaring van de financieringsovereenkomst waaraan de waarborg is gehecht door de kredietgever.
De maximale duurtijd van de waarborg is beperkt tot acht jaar. »; 3° in paragraaf 3, eerste lid, wordt het woord « lening » vervangen door het woord « financieringsovereenkomst »;4° in paragraaf 3, tweede lid, wordt het woord « onderneming » vervangen door het woord « kredietnemer ».
Art. 3.In artikel 4, van hetzelfde besluit, gewijzigd bij het besluit van de Vlaamse Regering van 4 februari 2011, worden de volgende wijzigingen aangebracht : 1° in paragraaf 1, 1°, wordt het woord « onderneming » vervangen door het woord « kredietnemer » en wordt het woord « kredietinstelling » vervangen door het woord « kredietgever »;2° in paragraaf 1, 2° en 3°, wordt het woord « lening » vervangen door het woord « financieringsovereenkomst »;3° in paragraaf 1, 6°, wordt het woord « onderneming » vervangen door het woord « kredietnemer »;4° in paragraaf 3 wordt het woord « kredietinstelling » vervangen door het woord « kredietgever » en wordt het woord « onderneming » vervangen door het woord « kredietnemer ».
Art. 4.In artikel 5, eerste lid, van hetzelfde besluit wordt het woord « onderneming » vervangen door het woord « kredietnemer » en wordt het woord « kredietinstelling » vervangen door het woord « kredietgever ».
Art. 5.In artikel 6 van hetzelfde besluit worden de volgende wijzigingen aangebracht : 1° paragraaf 1 wordt vervangen door wat volgt : « § 1.De waarborgvennootschap is bevoegd om de waarborg voor de financieringsovereenkomst goed te keuren op voorwaarde dat de waarborg voldoet aan de voorwaarden, vermeld in artikel 22/2 van het Waarborgdecreet en in dit besluit, en als de kredietnemer de levensvatbaarheid van zijn activiteiten kan aantonen op basis van het businessplan, vermeld in artikel 22/2, 6°, van het Waarborgdecreet.
De waarborgvennootschap heeft de bevoegdheid om bijkomende zekerheden te vragen voor ze de waarborg goedkeurt.
Voor waarborgaanvragen waarbij de waarborg hoger is dan 10.000.000 euro of het waarborgpercentage hoger is dan 75 %, krijgt de waarborgvennootschap een voorafgaande goedkeuring door de Vlaamse Regering voor ze de waarborg kan toekennen. »; 2° in paragraaf 2 wordt het woord « kredietinstelling » telkens vervangen door het woord « kredietgever »;3° in paragraaf 2, 1° en 2°, wordt het woord « lening » vervangen door het woord « financieringsovereenkomst »;4° aan paragraaf 2 wordt een punt 9° toegevoegd, dat luidt als volgt : « 9° de bepaling dat de waarborg na de toekenning ervan gedurende de looptijd ervan niet gewijzigd kan worden zonder het akkoord van beide partijen.»; 5° paragraaf 3 wordt vervangen door wat volgt : « § 3.De waarborg treedt op zijn vroegst in werking na de ondertekening van de waarborgovereenkomst door de kredietgever en de waarborgvennootschap, en na de ontvangst door de waarborgvennootschap van de betaling van de eerste waarborgpremie. De waarborgvennootschap kan de waarborg niet eenzijdig opzeggen gedurende de looptijd ervan. ».
Art. 6.In artikel 7 van hetzelfde besluit, gewijzigd bij het besluit van de Vlaamse Regering van 4 februari 2011, worden de volgende wijzigingen aangebracht : 1° paragraaf 1 wordt vervangen door wat volgt : « § 1.De waarborgpremie wordt op voorhand door de kredietnemer betaald. Voor de eerste waarborgpremie is dat binnen tien dagen na de ondertekening van de waarborgovereenkomst en voor de daaropvolgende premies is dat op het ogenblik, zoals bepaald in de waarborgovereenkomst. »; 2° in paragraaf 2 wordt het woord « lening » vervangen door het woord « financieringsovereenkomst »;3° in paragraaf 3 wordt het woord « kredietinstelling » telkens vervangen door het woord « kredietgever » en wordt het woord « onderneming » vervangen door het woord « kredietnemer »;4° paragraaf 4 wordt vervangen door wat volgt : « § 4.Als de waarborgpremie niet betaald wordt door de kredietnemer als vermeld in paragraaf 1, vervalt de waarborg van rechtswege, zonder aanmaning of kennisgeving, tenzij een van de twee volgende voorwaarden is vervuld : 1° de kredietgever voorziet binnen tien werkdagen na de datum waarop de waarborgpremie betaalbaar was, zelf in de betaling van de waarborgpremie voor rekening van de kredietnemer;2° de financiering, vermeld in artikel 9, § 1, is al opeisbaar verklaard voor de waarborgpremie conform artikel 7, § 1, betaalbaar was.».
Art. 7.In artikel 8 van hetzelfde besluit wordt het woord « kredietinstelling » telkens vervangen door het woord « kredietgever » en wordt het woord « onderneming » telkens vervangen door het woord « kredietnemer ».
Art. 8.In artikel 9 van hetzelfde besluit worden paragrafen 1 en 2 vervangen door wat volgt : « § 1. De kredietgever kan de waarborg afroepen als hij op grond van de contractuele bepalingen van de financieringsovereenkomst de kredietnemer formeel in gebreke heeft gesteld en de verschafte financiering opeisbaar heeft verklaard.
Binnen zestig kalenderdagen na de opeisbaarverklaring van de financiering deelt de kredietgever per aangetekende brief de afroep mee aan de waarborgvennootschap. Die mededeling bevat een voorstel om de waarborg voorlopig betaalbaar te stellen, rekening houdend met het waarborgpercentage, in afwachting van de afsluiting van het dossier na de uitwinning van alle andere zekerheden die aan de financieringsovereenkomst waren gehecht. Die termijn is een vervaltermijn. § 2. Het voorstel tot voorlopige betaling bevat : 1° een afschrift van de waarborgovereenkomst;2° de motivering waarom de financiering opeisbaar is verklaard;3° het uitstaande bedrag van de financieringsovereenkomst in kapitaal en de interesten op de datum van de opeisbaarverklaring van de financiering;4° een waardering van de andere zakelijke zekerheden aan de hand van een waarderingsverslag, opgesteld door een onafhankelijke deskundige;5° een waardering van de persoonlijke zekerheden;6° een voorstel van afrekening waarin rekening wordt gehouden met de verwachte realisaties;7° het rekeningnummer waarop het bedrag moet worden overgeschreven.».
Art. 9.Artikel 10 van hetzelfde besluit wordt vervangen door wat volgt : «
Art. 10.§ 1. De kredietgever dient een aanvraag tot eindafrekening en afsluiting van het dossier in uiterlijk zestig dagen nadat alle zekerheden zijn uitgewonnen, of na sluiting van het faillissement, of onmiddellijk nadat een definitieve regeling met de waarborgvennootschap is overeengekomen over het al dan niet uitwinnen van de zakelijke en persoonlijke zekerheden. In geval van aanvraag tot eindafrekening en afsluiting van het dossier nadat alle zekerheden zijn uitgewonnen, of na sluiting van het faillissement bevat die aanvraag : 1° een verwijzing naar het voorstel tot voorlopige betaling;2° het resultaat van de uitwinning van de zekerheden;3° het saldo;4° het rekeningnummer waarop het bedrag moet worden overgeschreven. § 2. Behalve als een definitieve regeling met de waarborgvennootschap is overeengekomen over het al dan niet uitwinnen van de zakelijke en persoonlijke zekerheden, kan de kredietgever geen afsluiting van het dossier voorstellen voor alle zekerheden zijn uitgewonnen. ».
Art. 10.In artikel 11 van hetzelfde besluit wordt het woord « kredietinstelling » telkens vervangen door het woord « kredietgever ».
Art. 11.In artikel 12 van hetzelfde besluit wordt het woord « onderneming » telkens vervangen door het woord « kredietnemer », wordt het woord « kredietinstelling » telkens vervangen door het woord « kredietgever », en wordt het woord « lening » telkens vervangen door het woord « financieringsovereenkomst ».
Art. 12.De Vlaamse minister, bevoegd voor de economie, is belast met de uitvoering van dit besluit.
Brussel, 13 september 2013.
De minister-president van de Vlaamse Regering, Vlaams minister van Economie, Buitenlands Beleid, Landbouw en Plattelandsbeleid K. PEETERS